Verslag plenaire vergadering
Verslag
Bespreking
Dames en heren, de bespreking is geopend.
Mevrouw Ceysens, verslaggever, verwijst naar het schriftelijke verslag.
Mevrouw Ceysens heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, beste collega's, ik vertel waarschijnlijk niets nieuws na al de hoorzittingen die we hebben gehouden in de commissie voor Media alsook deze ochtend in de Commissie Digitaal Vlaanderen, dat het medialandschap zich in volle beweging heeft gezet zowel in Vlaanderen als ruimer binnen Europese context. Dat heeft volgens ons alles te maken met twee fenomenen waar we nu aan een razend tempo mee worden geconfronteerd: de digitalisering en de globalisering.
Mijnheer de minister, voor sommigen is dit gewoon een evolutie die haar gangetje zal gaan, anderen pleiten voor een revolutie. Wat er ook van zij, de digitalisering zal ons als beleidsmakers dwingen om met nieuwe antwoorden te komen op nieuwe uitdagingen.
Tot een tijdje geleden heerste in dit halfrond een consensus over het te voeren mediabeleid. Die consensus heeft men vaak samengevat in het concept van een duaal medialandschap. De kern van dat model bestond uit twee polen. Aan de ene kant was er de sterke openbare omroep, gefinancierd op gemengde wijze door overheidsmiddelen en geplafonneerde commerciële inkomsten uit reclame en sponsoring en aan de andere kant een sterke commerciële omroep, zuiver gefinancierd door commerciële inkomsten.
Dat model stamt uit het analoge tijdperk. We zetten vandaag naar ons aanvoelen stappen in een nieuw tijdperk, namelijk het digitale tijdperk. Sinds de totstandkoming van dat duale mediamodel eind jaren tachtig met de komst van de commerciële zender VTM, ligt er een tijdsbestek van goed 15 jaar. In die periode is er veel gebeurd. Ik wil een aantal veranderingen op een rijtje zetten. Ten eerste zijn er gaandeweg steeds meer privé-spelers bijgekomen die aanzienlijke marktaandelen hebben kunnen veroveren, denk maar aan VT4, VIJFtv, Vitaya, Kanaal Z en Actua-TV. We hebben ze vorige week allemaal in de commissie voor Media de revue zien passeren en ze hebben allemaal hun eigen verhaal.
Verder heeft de digitale televisie zijn intrede gedaan. Dat is een meer recent fenomeen. Daardoor zijn er alvast honderden kanalen in het bereik van de Vlaamse kijker gekomen.
Bovendien hebben we in Vlaanderen de voorbije jaren tal van sterke productiehuizen zien ontstaan. Ook is er sprake van grote telecommunicatiespelers die hun intrede hebben gedaan op de mediamarkt. De jongste maanden zijn ze bereid gebleken hopen geld op tafel te leggen om rechten te kunnen verwerven: denken we maar aan het voetbalcontract.
Op het ogenblik dat we de mond vol hebben over digitale televisie, worden we geconfronteerd met een nieuwe technologie. Deze ochtend hebben we in de Commissie Digitaal Vlaanderen allemaal met verbazing geluisterd naar het verhaal van de hogedefinitietelevisie. Wat dat betreft staat - het mag gezegd - een Vlaams bedrijf uit Lint aan de wereldtop.
Bovendien staan we voor de opdracht een nieuwe beheersovereenkomst af te sluiten met de VRT. Het is ons aanvoelen dat deze beheersovereenkomst in dit cruciale moment van grote veranderingen in het Vlaamse medialandschap enorme gevolgen zal hebben voor heel dat landschap. Er zal een invloed zijn op commerciële zenders, productiehuizen en telecommunicatiebedrijven. Mijnheer de minister, daarom hebben we ook altijd gezegd, samen met u, dat bij het maken van die beheersovereenkomst steeds verder moet worden gekeken. Er moet worden gekeken waar we heen willen met alle mediaspelers die zich vandaag aandienen. Dat willen we bewaakt zien in die nieuwe VRT-beheersovereenkomst. Het bredere perspectief mag op geen enkel ogenblik uit het oog worden verloren. We mogen niet eng kijken naar die beheersovereenkomst, en dat ook in het belang van de hele audiovisuele industrie die Vlaanderen vandaag rijk is. Als we daar offensief mee omgaan, zal dit Vlaanderen volgens ons ongetwijfeld niet te onderschatten economische kansen opleveren.
Dat brengt me tot de conclusie dat het Vlaamse medialandschap niet langer tweepolig is. We kunnen dus niet langer het scenario van een duaal medialandschap blijven schrijven. We moeten gaan naar een model dat ongetwijfeld meerpolig zal zijn.
De veranderende omgeving die ik heb trachten te schetsen, vergt een veranderend beleid. Dat beleid zullen we de komende maanden gestalte geven. Er zijn twee premissen die we daarbij absoluut in overweging moeten nemen. Dit moet namelijk passen binnen het Vlaamse regeerakkoord en ook binnen de Vlaamse meerjarenbegroting. Het regeerakkoord stelt heel duidelijk dat we een pluriform medialandschap in Vlaanderen waarborgen, waarbij de VRT een belangrijke rol heeft te vervullen, maar waarbij ook privé-initiatieven zonder discriminatie alle kansen moeten krijgen. Dat vinden we cruciaal.
De Vlaamse meerjarenbegroting, die uitvoerig werd besproken in het parlement, trekt de budgettaire krijtlijnen daarvoor. We weten dat er daar, bovenop de indexaanpassing, niet in bijkomende middelen voor de VRT werd voorzien. Mijnheer de minister, indien u meent dat dit budget toch moet worden opgetrokken, zult u met stevige argumenten voor de dag moeten komen.
Ik wil een kleine zijsprong maken naar het debat dat deze namiddag in dit parlement zal worden gevoerd over de vijfminutenregel voor de kinderreclame. Ik ben wat geschrokken door de reacties die dit dossier vorige week heeft losgeweekt. Ongetwijfeld wordt dit debat vandaag voortgezet. Volgens ons is dit een heel kleine voorafname op een groter debat, namelijk over hoe we omgaan met kansen voor alle spelers.
We begrijpen niet goed dat sommige Vlaamse partijen nog steeds twijfelen om kansen te gunnen aan de eigen audiovisuele industrie.
Het moet me ook van het hart dat hun visie op kinderen onvoorstelbaar hypocriet is. Zelf ben ik moeder van drie jonge kinderen, en u mag van me aannemen dat ik hen absoluut niet wil grootbrengen met de verleiding van reclame. Iemand moet me echter eens uitleggen wat het verschil is tussen het tonen van Samson en Plop in kinderprogramma's, waarna mijn kinderen me in de winkel vragen om Plop- en Samsonkoeken te kopen, en het tonen van reclame van bijvoorbeeld Petit Gervais voor of na Plop. Het is hypocriet kinderen op die manier zogezegd af te schermen van commerciële belangen. Het lijkt me veel zinvoller resoluut te kiezen voor het opvoeden van kinderen met een weerbaarheid tegen deze fenomenen.
Dit dossier heeft absoluut niet de omvang van het debat over de nieuwe beheersovereenkomst en de nieuwe modellen waarin we met de audiovisuele industrie moeten stappen, maar het toont wel aan dat er nog veel tijd en energie zal kruipen in de onderhandelingen over die nieuwe beheersovereenkomst.
Collega's, mijn fractie is hier heel duidelijk in. We vragen de minister, zoals we in het voorstel van resolutie hebben opgenomen, duidelijkheid te brengen over het aanbod van de VRT in het kader van zijn publieke opdracht in het digitale tijdperk versus commerciële initiatieven. We vragen ook volop ruimte te bieden aan privé-spelers op de markt. Ook daar is onze resolutie heel duidelijk over. We moeten de voor- en de nadelen van andere financieringsmodellen in kaart durven brengen, zodat we resoluut de weg kunnen inslaan naar publiek-private samenwerking. Daarbij moeten er voor ons zeker ook uitbestedingsformules worden gehanteerd.
Dat is wat vandaag voorligt, maar ook het begin is van een langer proces dat we samen zullen moeten doormaken om te komen tot een nieuwe beheersovereenkomst. (Applaus bij de VLD)
De heer Stassen heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, ik ben benieuwd welke interpretatie de andere meerderheidspartijen aan deze tekst zullen geven. Volgens mij zullen er verschillende zijn.
De heer Verstrepen heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, collega's, ik heb zonet op mijn laptop naar het betoog van mevrouw Ceysens kunnen kijken tegen 298 kilobytes per seconde, en ik moet zeggen dat het Vlaams Parlement zijn bandbreedte dringend zou moeten verhogen om het debat live op het scherm te kunnen volgen.
De discussie over digitalisering is een heel brede discussie. Ik heb het voorstel van resolutie nog eens doorgenomen. In de commissie had ik kritiek op de vorm en het woordgebruik, maar daar wil ik nu niet op terugkomen.
Het is mijn indruk dat dit voorstel van resolutie maar tot stand is gekomen met als enige motivatie de VRT terug te fluiten en een poging te doen het mediabeleid en het gedrag en de houding van de openbare omroep - de staatszender VRT - te corrigeren. Ze brengt het medialandschap echter niet in evenwicht. De discussie over de geldverslindende digitale openbare kanalen wordt niet afgeremd. De VRT zal zich niet braver gaan gedragen, en de politiek geeft geen duidelijk signaal aan de heer Mary en zijn kornuiten.
De grote woorden in deze discussie gaan over welke themakanalen en digitale kanalen een staatszender mag opstarten en tegen welke prijs dat kan.
We hebben al heel veel mensen gehoord. Heel wat mensen vallen regelmatig van hun stoel als blijkt dat er heel veel interesse is vanuit de privé-sector en vanuit het Vlaamse ondernemerschap om kanalen op te starten die worden beschouwd als een opdracht van de openbare omroep. Ik heb het over cultuur, informatie en alles wat zogezegd commercieel niet rendabel zou zijn.
Zoals u allen ontvang ik via de kabel Arte en Mezzo. Misschien komen daar nog een aantal kanalen bij. De initiatieven bestaan al, zijn pan-Europees en werden degelijk uitgebouwd. Bovendien worden er geen miljoenen euro's voor gevraagd zoals een Tony Mary van de openbare omroep doet. Terwijl er in het buitenland heel wat digitale kanalen klaar staan om in de Nederlandse taal te worden gedubd of ondertiteld en in de pakketten van de Vlaamse telecomoperatoren te worden opgenomen, discussiëren wij nog over de vraag welke richting we uit moeten gaan.
Het moet me van het hart dat ik het vreemd vind dat een openbare omroep, ook in het nieuwe medialandschap van de toekomst, van dit huis de rol moet blijven spelen van producent van cultuur en informatie. We zitten op een pot vol geld dat verdeeld zou kunnen worden onder de sector van multimedia en de nieuwe digitale producten in de breedste zin. Als de oppositie een voorstel lanceert en vraagt waarom niet wordt gewerkt met een aanbestedingsmodel, wordt dat - wellicht omwille van het cordon sanitaire - genegeerd. Er zijn nochtans kandidaten voor het opstarten van een aantal zenders of beter gezegd van 'digitale platformen'. Schrijf een openbare aanbesteding uit en verdeel het budget, maar richt niet alles op dat ene zendertje aan de Reyerslaan.
Het voorstel van resolutie bevat termen zoals 'in afwachting van', 'erover waken om klaarheid te scheppen' en 'in de toekomstige overeenkomst'. Ik heb de indruk dat het voorstel een vage tijdswinner is, dat we er niet ver mee zullen geraken. Meestal krijg ik als reactie de vraag hoe ik het dan zou doen. Ik heb een aantal eenvoudige puntjes: de VRT decommercialiseren; bepaalde onderdelen zoals het zenderpark van de VRT verkopen en privatiseren om zo budgetten vrij te maken; een aantal kernafspraken maken met de openbare omroep - het makkelijkste element van allemaal -; openbare Vlaamse aanbestedingen uitschrijven voor digitale kanalen met taken zoals informatie, cultuur, educatie en Vlaamse eigenheid; in nieuwe aangepaste decretale kaders voorzien conform Europa zonder te veel regels, want het is nogal duidelijk welke richting Europa uitgaat; initiatieven nemen voor nieuwe media en meer aandacht besteden aan digitale innovatie in Vlaanderen.
Er zijn een aantal mogelijke constructies en misschien moeten we er veel meer aandacht aan besteden. Ze gaan immers over internationale uitstraling, en als we niet opletten zal Vlaanderen effectief een kleine regio zijn in het grote Europa met kleine budgetten waarmee geen expansiebeleid kan worden gevoerd. Ze scheppen werkgelegenheid en zichtbaarheid.
Deze morgen stelde ik een vraagje over Alfacam en Euro 1080. We mogen er trots op zijn dat iemand een dergelijk bedrijf met internationale allures uitbouwt. Met alle respect: de VRT die geldverslindend is en miljoenen krijgt is er in al die jaren niet in geslaagd om internationaal voor te stellen wat Alfacam voorstelt. Ik heb het bedrijfje jaren geleden nog weten beginnen langs de steenweg in Hove. Er was amper plaats en iedereen zei over de mensen van Alfacam dat het dromers waren. De man heeft iets moois en groots uitgebouwd waar we trots op kunnen zijn. Nu zegt de politieke wereld echter: 'Kijkt u eens wat voor een ondernemerschap we in Vlaanderen hebben.' Het bedrijf is opgebouwd met risicokapitaal, het is Vlaams ondernemerschap, maar zonder Vlaamse steun en kapitaal. Wij zullen wel blijven betalen aan de openbare omroep met een Tony Mary die er blijkbaar al van uitgaat dat hij in de zak geld mag graaien zonder een businessplan op te stellen om zogezegd digitale kanalen uit te bouwen.
Ik zal nu niet over kinderreclame beginnen, want dat is een onderwerp voor deze namiddag. Ik vind het een beetje spijtig dat we vertragen. Het Vlaams Belang zal de resolutie goedkeuren, dat weet u, maar voor mij gaat het niet snel genoeg.
U weet hoe langer hoe beter dat we achterop lopen. In de VS is de switch-over van analoog naar digitaal gepland voor eind dit jaar. Europa loopt achter. Vlaanderen wacht en loopt nog meer achter. Waar wachten we op?
In het voorstel van resolutie staat opnieuw dat we moeten wachten, dat we eerst een kader nodig hebben, enzovoort. Het is nochtans klaar en duidelijk. De openbare omroep overtreedt de mediadecreten, en u weet dat, hij roomt de reclamemarkt af en geeft massaal overheidsgeld uit zonder transparantie. De commerciële zenders zitten in een dip, staan deels te koop of proberen hun aandelen te verkopen. Ze willen het liefst niet investeren in digitale kanalen en technieken omdat investeringen vanaf de eerste dag rendabel moeten zijn. Het risico is echter te groot, en momenteel wil niemand dat risico nemen.
Themakanalen zijn hoofdzakelijk interessant voor de telecomsector in combinatie met betaalmodellen en opbrengsten per abonnee. De audiovisuele sector kijkt met angstige ogen naar buitenlandse initiatieven met grote budgetten die hier in Vlaanderen komen kopen of verkopen, zelfs op rechtsgebied. De digitale kloof groeit. We zakken in de lijst van de digitale consumptie. En wat doen we? We gaan eens rustig discussiëren over de richting die het moet uitgaan met de heer Mary en zijn beheersovereenkomst die ingaat in 2007 en hoe we dat alles kunnen inpassen in het digitale landschap.
Dit is achterhaald. Ik zeg niet dat de grond verbrand is, dat we in paniek moeten slaan, dat het nu snel en ondoordacht moet gaan. Dat zeg ik allemaal niet, maar de analyses zijn er. Ik veronderstel dat dit voorstel van resolutie goed bedoeld is, en ik ben blij dat de Reyerslaan een signaal krijgt. Maar ik vraag u: kan het niet wat meer zijn? Dat is eigenlijk wat het Vlaams Belang en ikzelf vragen: versnelde beleidsinitiatieven en meer visie. Of gaan we nu ook een voorstel van resolutie ontwerpen met een vraag voor de Vlaamse Regering om aan AppleDotCom te vragen om even te wachten met hun digitale producten? Moet AppleDotCom wachten met de iPod en de vPod en andere digitale producten die on line worden aangeboden en toegankelijk zijn voor iedereen in Vlaanderen? Ze leveren HD-kwaliteit, verspreid over LCD-schermen aan de computer. Dat gaat zelfs verder dan het analoge beeld met de kabel. Dat gebeurt vandaag, en wij moeten nog klaarheid scheppen in wat we willen.
Als het u pleziert, zal ik u straks het e-mailadres geven van de heer Steve Jobs van Apple. Hij zal u uitleggen waar zij al staan en waar Vlaanderen niet staat. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer Decaluwe heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, dames en heren, ik zal eerst de voorgeschiedenis van het voorstel van resolutie schetsen. De tijd gaat snel. De oorsprong van het voorstel van resolutie ligt in de vragen die verschillende collega's van alle partijen hebben gesteld over de evolutie, de rol en de transparantie van de openbare omroep. De discussie werd aangezwengeld door de forse uitspraken van de heer Mary en de top van de VRT. Die stelde onwaarschijnlijke eisen om te kunnen inspelen op de digitale markt. Er werd revolutie gepredikt in plaats van evolutie. Dat is uitgemond in een discussienota van de minister waar we in de commissie over gepraat hebben. De timing was perfect, want er komt een nieuwe beheersovereenkomst vanaf januari 2007.
Dit is belangrijk, mijnheer Verstrepen. Wij gaan niets tegenhouden. Het staat de commerciële sector volledig vrij om initiatieven te nemen. Hij kan gerust in het digitale tijdperk intreden. Het voorstel van resolutie gaat over de rol van de openbare omroep in het digitale tijdperk. We willen vooral weten over welk budget we hier praten.
Dat is niet zo eenvoudig. Als we dit voorstel van resolutie straks zullen goedkeuren, hopen we daarmee een kader te geven aan de minister en de regering om te gebruiken in de onderhandelingen over de beheersovereenkomst van de VRT. Het is niet de bedoeling om aan alle wilde verleidelijke verzuchtingen - wie kan tegen meer kanalen zijn? wie kan tegen gratis openbaar vervoer zijn? - tegemoet te komen. We moeten die immers wel kunnen financieren. In de begroting zijn nog andere prioriteiten voor huisvesting, openbare werken, onderwijs, wetenschappelijk onderzoek, enzovoort opgenomen. We moeten omzichtig omspringen met de begrotingsbesprekingen en met gezond verstand de VRT alle kansen geven om toe te treden tot het digitale landschap.
Blijkbaar heeft de gedelegeerd bestuurder een maand geleden gezegd dat hij met niemand samenwerkt omdat hij een toezegging heeft gekregen van 13 miljoen euro voor een digitaal kanaal. Mijnheer de minister, zo'n garantie zal zonder de CD&V zijn. Ik hoop dat die toezegging niet gebeurd is en dat we daar in uw repliek duidelijkheid over krijgen.
Uit krantenartikels en interviews die ik de voorbije maanden heb gelezen, heb ik vernomen dat er op vraag van de VRT drie themakanalen zijn bijgekomen. Op dit ogenblik zijn er negen tot tien themakanalen. A rato van 15 miljoen euro per jaar en per stuk kan dit tellen. De basisstelling moet zijn dat themakanalen de generalistische netten van de openbare omroep nooit of nimmer kunnen ondergraven.
In een goede visienota over het driesporenbeleid heeft de VRT het over de themakanalen als laatste stap. Alle specialisten zeggen me dat als er tien themakanalen komen, een deel van de core business automatisch verschuift van de generalistische netten naar de themakanalen. Het kan niet de bedoeling zijn dat de core business van de VRT, zoals geformuleerd in het decreet - informatie, educatie, sport en cultuur -, wordt ondergraven.
De heer Vandenbossche heeft het woord.
Mijnheer Decaluwe, wie zijn die specialisten en hoe luidt uw voorbeeld?
Ik heb met verschillende professoren en mediaspecialisten, ook uit de commerciële wereld, gepraat. Het buitenlandse voorbeeld is de BBC, die we onlangs hebben bezocht. De BBC heeft vier themakanalen die 4 percent marktaandeel hebben. Dat is nu aan het stijgen. In de toekomst moeten we er toch rekening mee houden dat de generalistische opdracht van de VRT kan worden ondergraven door tien themakanalen.
Mijnheer Decaluwe, wilt u 'generalistisch' en 'themakanaal' definiëren op basis van een marktaandeel? Daarin bent u onduidelijk.
Als er naast de twee generalistische zenders Eén en Canvas, tien themakanalen operationeel zouden worden, waarbij elke themakanaal een marktaandeel van 1 à 2 percent zou hebben, dan wordt op systematische manier de generalistische zender ondergraven.
Tien themakanalen van een openbare omroep voor hetzelfde budget met elk 2 tot 3 percent, dat is 30 percent van de Vlamingen. Zou u zich daarin kunnen vinden?
Neen. We gaan principieel akkoord met de basisvisie vervat in de algemene nota van de VRT, maar niet elk gespecialiseerd aanbod moet uitmonden in een apart digitaal themakanaal. Elk initiatief moet passen binnen het bestaande budgettaire kader. Om die reden heeft mevrouw Ceysens ook verwezen naar de meerjarenbegroting.
In een commerciële markt moeten ook de commerciële omroepen alle kansen krijgen voor de ontwikkeling van digitale radio en televisie. Dat is de basis van het regeerakkoord.
In de wandelgangen en ook door de oppositie is tijdens de besprekingen meermaals smalend gedaan over dit voorstel van resolutie omdat het zou gaan om een compromis. Welnu, het gaat inderdaad om een compromis, maar dan wel met een inhoudelijk glasheldere tekst.
Tijdens de afgelopen maanden heeft de openbare omroep, in afwachting van een eventueel thematisch aanbod, prioritair aandacht besteed aan de andere mogelijkheden die digitale televisie te bieden heeft, zoals programma's op aanvraag, verrijkte inhoud, interactiviteit en het ontsluiten van het digitaal archief. 'Net gemist' is daar een mooi voorbeeld van.
Programma's gefinancierd met algemene middelen mogen bij een eerste uitzending geen meerkost voor de kijker betekenen en mogen niet marktverstorend werken. Om klaarheid te scheppen in de toekomstige beheersovereenkomst is het vooral belangrijk dat het aanbod van de VRT in het kader van zijn publieke opdracht in het digitale tijdperk versus de commerciële initiatieven, goed wordt omschreven. Dat is cruciaal in de discussie over de beheersovereenkomst, in het kader van het niet verstoren van de markt.
Wat betekent dit nu precies? Wanneer een commerciële omroep start met een digitaal themakanaal en de openbare omroep start met iets gelijkaardigs, dan betekent marktconformiteit dat dit niet gratis kan. De openbare omroep kan gratis starten, bijvoorbeeld met nieuws. De commerciële omroep kan dat niet gratis doen en heeft dus geen schijn van kans.
Programma's die worden gemaakt met belastinggeld en die voor de eerste keer worden uitgezonden, moeten gratis zijn. Dat is het standpunt van CD&V. Marktconformiteit en het gratis aanbieden van programma's kunnen perfect samengaan, bijvoorbeeld bij een cultureel themakanaal.
Vanmorgen tijdens de hoorzitting hebben we gehoord dat een echte samenwerking tussen openbare omroep en privé-sector mogelijk is via PPS-constructie. Wanneer echter de VRT, die beschikt over een grote knowhow en een bijzonder belangrijke rechtenportefeuille op het vlak van cultuur, hooghartig elke samenwerking zou afwijzen omdat hij zeker is van x miljoen belastinggeld, dan zitten we met een probleem.
Met de nodige creativiteit moet het mogelijk zijn die twee stellingen te verenigen.
De heer Stassen heeft het woord.
Mijnheer Decaluwe, ik snap het niet meer - waarschijnlijk zal dat weer aan mij liggen. In een aantal verklaringen zegt u dat de omroeptaken van de openbare omroep niet achter de decoder mogen worden geplaatst. Er mag, met andere woorden, geen geld worden gevraagd voor bepaalde programma's. Vandaag zegt u over de essentiële taak van de VRT, die ook in het decreet staat ingeschreven, namelijk het nieuws verzorgen, hetzelfde als ik. In de commissie werd ik daarvoor weggelachen. U zegt nu dat als de commerciële zender of zenders een Vlaamse nieuwszender opstarten, waarvoor er naast de commerciële inkomsten ook een bijdrage via een abonnementsgeld zal worden gevraagd, de VRT dan ook een bijdrage moet vragen.
U komt nu terug op uw vorige uitspraken. Toen zei u dat er niet mag worden betaald voor programma's die voor de eerste keer worden vertoond. (Opmerkingen van de heer Carl Decaluwe)
Ik begrijp niet wat u nu zegt. Bij 'voor de eerste keer tonen' gaat het bijvoorbeeld niet alleen over het stuk dat op het nieuws werd uitgezonden, maar over het hele debat. Als het voor de eerste keer vertoond wordt, is het gratis. Zo zijn er een hele reeks voorbeelden van materiaal dat nooit door de openbare omroep wordt gebruikt. Hij kan immers niet alles uitzenden tijdens het nieuws. Het wordt dan voor de eerste keer vertoond op het nieuwsnet. Nu zegt u dat ook voor dat materiaal moet worden betaald. Dat staat totaal in tegenstelling met wat u vroeger hebt gezegd.
U hebt een tekst voorgelegd die totaal onuitvoerbaar is. Het compromis kan op heel wat manieren worden geïnterpreteerd.
Wie zegt dat, mijnheer Stassen? Er kan perfect worden gezorgd voor een programmaopbouw dat voor een deel betalend is en voor een deel gratis. Daarvoor is enkel creativiteit nodig. Er moet op een correcte manier worden omgegaan met belastinggeld.
De vorige meerderheid heeft het kijk- en luistergeld afgeschaft. We gaan die regeling nu niet opnieuw met openbare middelen invoeren, want anders zal er een klacht vanuit Europa volgen.
Zomaar pakken belastinggeld beschikbaar te stellen en zeggen dat alles gratis is, is niet mogelijk omdat het voor de commerciële zenders ondoenbaar is iets dergelijks op te starten.
Het cultuurkanaal is daar een schitterend voorbeeld van. Ook de samenwerking tussen Vlaanderen en Nederland biedt op dit vlak uitstekende perspectieven. In dat geval is het perfect mogelijk een themakanaal gratis aan te bieden. Als men bepaalde, specifieke elementen wenst te bekijken, staat daar misschien een bijdrage voor de rechten tegenover.
Dat wordt ook gezegd door de topmensen van de VRT. In De Standaard werd gezegd dat de VRT niet gratis kan blijven uitzenden. De vraag is natuurlijk hoe dat wordt geïnterpreteerd. Programma's die voor de eerste keer worden uitgezonden, moeten gratis blijven. We mogen daar geen misverstand over laten bestaan. De bevolking zou dat anders niet goed begrijpen.
We pleiten voor een realistische aanpak binnen een duidelijk budgettair kader. In de eerste plaats verwijs ik naar het regeerakkoord. Het moet volledig worden uitgevoerd. Dat houdt ook in dat er op de een of andere manier moet worden gezorgd voor een compensatie van de dotatie van de VRT als de sponsoring van evenementen moet worden afgebouwd. Dat staat in het regeerakkoord. We zullen het begrip 'evenement' moeten omschrijven. Als de VRT daar inkomstenverlies door leidt, dan is het logisch dat wordt gezorgd voor een compensatie via de Vlaamse begroting.
Een ander punt is het behoud van een vorm van indexatie voor de generalistische netten. Net zoals mevrouw Ceysens heb ik daar geen probleem mee.
Degenen die de digitale themakanalen willen aanbieden, zullen ons met een goed businessplan moeten overtuigen hoe er eventueel kan worden samengewerkt met de privé-sector, hoe er extra openbaar geld ter beschikking kan worden gesteld. Zomaar 250 miljoen euro extra vragen, zoals de VRT-top doet, kan niet.
Deze morgen werd daarover een zeer belangrijke verklaring afgelegd.
Ze zeggen zonder meer dat ze niemand nodig hebben omdat ze verzekerd zijn van de nodige middelen. Ik vind dat een straffe verklaring van de top van de VRT, wetende dat het een bijzonder moeilijk punt is. We staan daarvoor open, maar het moet gebeuren met een duidelijk businessplan. De core business van de openbare omroep blijft vandaag bij de generalistische zenders. De studie van de heer Dejonghe heeft duidelijk aangetoond dat men hoopt dat tegen het einde van dit jaar een vijfde van de mensen digitaal televisie kan kijken. Tegen 2007 hoopt men op een derde. Dat betekent dat de extra massa belastinggeld van 15 miljoen euro per themakanaal maar een derde van de bevolking ten goede komt. Ik vind dat minstens een debat waard.
Ik heb vanmorgen van zowel Telenet als Belgacom gehoord dat we in het kader van high-definition television geconfronteerd zullen worden met een nieuwe settopbox. Ik voorspel u dat als de operatoren daar geen compensaties voor bieden, die percentages nooit zullen worden gehaald omdat de bevolking zich bedrogen zal voelen. We worden met de remmende voorsprong geconfronteerd.
Mijnheer Decaluwe, ik heb het moeilijk met dat generalistische verhaal. Enerzijds wordt continu gesproken over een nieuw soort media dat op ons afkomt en een nieuw soort mediaconsumptie. U blijft ervoor pleiten dat de VRT de volgende jaren generalistisch moet blijven. Anderzijds stapt de Vlaming in in digitale platformen, en dat gaat niet alleen over het traditionele lineaire zenderdenken waarin een generalistische zender past. Alles evolueert in een heel andere richting: de Vlaming wil stukjes zien en stukjes horen. Zoveel geld pompen in een VRT die generalistisch moet blijven, vind ik een waanzinnige geldverspilling.
De heer Van Dijck heeft het woord.
De heer Decaluwe zegt terecht dat het nog steeds om een klein aandeel van de Vlaamse kijker gaat. De nieuwe beheersovereenkomst zal ook niet voor de eeuwigheid zijn. We moeten constant in het oog houden in hoeverre er een evolutie is. De remmende voorsprong waar de heer Decaluwe naar verwijst, is er inderdaad. De kwaliteit van het beeld en het geluid op de kabel is van die orde dat mensen niet direct genoodzaakt zijn om over te stappen naar digitale televisie. Er is bovendien ook een ruim aanbod op de kabel. We moeten proberen om met het belastinggeld een zo breed mogelijk bereik te halen. We moeten tot nader order dan ook vooral blijven inzetten op generalistische netten. De kijkcijfers tonen aan dat de generalistische Vlaamse zenders het grootste marktaandeel halen.
De heer Vandenbossche heeft het woord.
Er is spraakverwarring over het generalistisch uitzenden en het uitzenden in programmaschema's. Hier gaat het over generalistisch uitzenden in programmaschema's. Tot nader order kijken de meeste Vlaamse kijkers nog steeds televisie in dergelijk programmaschema, en het ziet ernaar uit dat dit niet zo snel evolueert. Volgens de heer Dejonghe zal er pas op lange termijn een volledige instap zijn in digitale televisie. Ik sluit me aan bij de heer Van Dijck dat de nieuwe beheersovereenkomst in 2011 zal eindigen. De beheersovereenkomst 2007-2011 moet dan ook voor een groot deel handelen over de evolutie waarin de VRT zich moet inschrijven. Het is niet zo dat hier sprake is van een digitale revolutie, maar wel van een evolutie.
Ik deel de mening van de heer Vandenbossche.
Om de kwaliteit te verbeteren is de digitale aansluiting vandaag nog niet nodig. We moeten echter goed beseffen dat binnen afzienbare tijd de content de beslissende factor wordt of een kijker digitaal kijkt of dat niet doet. En het zal allemaal veel sneller gaan dan we wel denken. Ik kan dat niet bewijzen. Maar we moeten niet in kaboutertjes geloven: de reuzen komen eraan.
Ik heb vanochtend aandachtig geluisterd naar de uiteenzettingen over de beheersovereenkomst en de timing ervan. Ik zal het daar nog over hebben, maar in elk geval lijkt de analyse van de heer Van Dijck me zeer correct.
De discussie over generalistische zenders versus themakanalen zoals cultuurkanalen heeft al veel inkt doen vloeien. Er zijn daarover al veel halve en hele onwaarheden verteld. Hoe dan ook zetten we onder impuls van de heren Vandenbossche, Caron en Van Dijck het feit in het zonnetje dat de openbare omroep veel positieve stappen heeft gezet om cultuur op tv te brengen. Ondertussen is er ook een gestructureerde dialoog met de Vlaamse culturele sector op gang gekomen. Het driesporenbeleid zoals dat ook in de visienota van de VRT is verwoord, moet worden voortgezet.
We moeten nagaan hoe het rijke Vlaamse cultuurlandschap beter in de audiovisuele media aan bod kan komen. Het succes van het culturele driesporenbeleid zal vooral afhangen van de kracht, het doorzettingsvermogen en de creativiteit van de cultuurredacties van de VRT. We pleiten er daarom voor dat de VRT zijn traditie als cultuurbedrijf herstelt. Het eigen personeel moet daarbij worden gevaloriseerd. Het bedrijf heeft veel knowhow in huis. Het moet worden gebruikt, en men mag niet systematisch grijpen naar de outsourcing.
We betreuren het daarom dat de discussie over het cultuuraanbod van de VRT in de media is verengd tot de vraag of de VRT voor een digitaal cultuurkanaal 13 miljoen extra van de Vlaamse Regering zal krijgen. De leiding van de VRT heeft mee voor de verenging van dat debat gezorgd. We pleiten voor een organische groei van het cultuurkanaal. Het is belangrijk dat dit gebeurt op basis van een juiste kostprijsberekening. De commerciële jongens hebben in de hoorzitting het woord gevoerd: voor 4 tot 5 miljoen kunnen ze het doen. De Nederlanders en de mensen van Alfacam zeggen hetzelfde. De VRT vraagt 13 miljoen, en vragen staat vrij, maar we mogen niet vergeten dat het over belastinggeld gaat. We moeten dat dus goed onderzoeken.
Tegenstanders moeten nu niet beweren dat CD&V tegen cultuur en een cultuurkanaal is. Voor de christen-democraten blijft cultuur een van de essentiële opdrachten van de openbare omroep. Het beste signaal dat de VRT zou kunnen geven, is het aanwenden van de helft van de jaarlijks toegekende dotatieverhoging aan het driesporenbeleid. Het zou gaan over 5 miljoen euro. Dat zou een grote stap voorwaarts zijn.
De timing is dus belangrijk. In de nieuwe beheersovereenkomst is een apart hoofdstuk over digitale tv en digitale themakanalen nodig.
Het is eveneens belangrijk dat het onderdeel perfect evalueerbaar en aanpasbaar is binnen twee of drie jaar. Voor de kijker zijn de generalistische netten vandaag de belangrijkste. Niets laat uitschijnen dat er volgend jaar een gigantische verschuiving zal plaatsvinden. Een tussentijdse evaluatie moet duidelijk maken of de VRT haar middelen gegarandeerd voor vijf jaar toebedeeld krijgt. In functie van de evolutie moeten we misschien binnen twee of drie jaar extra middelen genereren, of misschien juist minder.
In de hele discussie over de start van een digitaal cultuurkanaal, komen bijvoorbeeld volgende stellingen naar voor. Men zou best pas starten als bijvoorbeeld 500.000 mensen over een digibox van Belgacom of Telenet beschikken. De vraag is of dit een goed idee is. Als we toch van start willen gaan, laten we dan kijken wat de mensen effectief zullen doen. Als blijkt dat de realiteit volledig onder de verwachtingen blijft, zowel wat de kijkcijfers als de belastingsmiddelen betreft, dan moet men de hele zaak anders durven evalueren.
Het gaat hier tenslotte om een openbare omroep die met belastinggeld werkt. Dat lijkt niet bij iedereen door te dringen. Het is toch de bedoeling dat de belastinginvestering zo veel mogelijk mensen tracht te bereiken.
Voorts moet de vraag van de heer Vanhecke naar drie themakanalen voor kinderen en jongeren, van nabij worden bekeken. Vragen staat natuurlijk vrij, maar ik wil het vanuit de kinderen zelf en vanuit de ouders bekijken. Men wil een themakanaal voor kinderen tot vier jaar, een kanaal voor kinderen tussen vier en twaalf jaar en een kanaal voor jongeren vanaf twaalf jaar. Dat is de vraag, los van de beschikbare middelen. Wat creëert men dan? Gaat men dan de televisieverslaving bij de kleinsten verder aanwakkeren en wordt de televisie dan meer dan ooit de babysit van sommige ouders? Deze vraag mag toch worden gesteld? Wil men de ouders op kosten jagen door onder druk van de jongeren de digibox aan te schaffen tegen 249 euro per stuk? Binnen een aantal maanden zal men bovendien een nieuwe investering moeten doen. Ik denk dat we verplicht zijn om daarover een grondig debat te voeren.
Met deze resolutie geven we de regering een duidelijk kader. We koesteren een groot vertrouwen in de goede afloop van de onderhandelingen over de beheersovereenkomst. We pleiten voor een sterke openbare omroep. We moeten de omroep de kans bieden om zich te ontwikkelen binnen het digitale, interactieve medialandschap, maar dat moet goed en op een realistische manier worden onderbouwd. In de geest van het regeerakkoord moeten we ook andere actoren de kans bieden om op de gewijzigde mediasituatie in te spelen.
De heer Vandenbossche heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, collega's, het valt mij op dat telkens een voorstel van resolutie over de openbare omroep wordt besproken, er een discussie wordt gevoerd die alle problemen van de openbare omroep behandelt. Ik heb deze ochtend de vijfminutenregel horen behandelen. Ik dacht dat dit onderwerp deze namiddag werd behandeld. Er is al gezegd wat wel of niet in de beheersovereenkomst moest worden opgenomen. Daar is in de commissie nog niet over gedebatteerd, tenzij via deze resolutie. We hebben nu alle problemen met betrekking tot de openbvare omroep al gehoord. Ik heb geen zin om er nog een aantal aan toe te voegen. Ik word wel bijna verplicht om op sommige ervan te reageren.
De geschiedenis van deze resolutie gaat terug tot een motie van het Vlaams Parlement die dateert van april 2005.
Het Vlaams Parlement heeft toen een motie aangenomen waarin de Vlaamse Regering werd gevraagd ons een discussienota over de gevolgen van de verwachte digitale roll-out in het najaar 2005 voor de lopende beheersovereenkomst en over de rol van de VRT in het digitale tijdperk te bezorgen. Ten gevolge van die motie hebben we een nota van de VRT, getiteld 'De rol van de VRT in het digitale tijdperk', en een nota van minister Bourgeois over de rol van de openbare omroep in het digitale tijdperk gekregen. Dat is in feite de oorsprong van het voorliggende voorstel van resolutie.
Na ontvangst van deze nota's hebben we een hoorzitting over dit onderwerp georganiseerd. De heer Stassen heeft er me net op verschillende manieren aan herinnerd dat hij toen in dit verband een voorstel van resolutie heeft ingediend. Dit klopt. Het voorstel van resolutie van de heer Stassen ligt eigenlijk aan de basis van het voorliggende voorstel van resolutie.
Het voorstel van resolutie van de heer Stassen zag er echter anders uit dan de tekst die hier vandaag voorligt. Het voorliggende voorstel van resolutie vormt een compromis. We zijn het immers niet volledig met elkaar eens over de evolutie van de openbare omroep in het digitale tijdperk. Dat de voorliggende tekst een compromis verwoordt, is overigens geen schande.
De heer Stassen heeft in de commissie terecht een aantal vragen over de duidelijkheid van de voorliggende tekst gesteld. De tekst is immers voor interpretatie vatbaar. Ik zou in dit verband twee punten naar voren willen brengen.
Het voorstel van resolutie stelt dat de VRT zich, in afwachting van een eventueel thematisch aanbod, prioritair op andere mogelijkheden moet concentreren. Gezien de discussie die hier al is gevoerd, is het woord 'prioritair' hierbij zeer belangrijk. Het woord 'uitsluitend' zie ik namelijk nergens staan. We mogen overigens niet uit het oog verliezen dat het hier enkel over de lopende beheersovereenkomst gaat. De VRT moet zich prioritair concentreren op het aanbieden van programma's op aanbod, op het aanbieden van een verrijkte inhoud, op de interactiviteit en op de ontsluiting van het digitaal archief. In feite heeft de VRT deze bepalingen voor de digitale kijkers momenteel reeds grotendeels uitgevoerd.
Ik wil hier benadrukken dat we de VRT vragen zich hier prioritair mee bezig te houden. Het woord 'uitsluitend' zie ik nergens staan. Het voorstel van resolutie houdt niet in dat de openbare omroep geen digitale kanalen kan opstarten. De vraag is enkel over welke themakanalen het dan zou gaan. Ik lig alvast niet wakker van wat de dames en de heren van het mediawereldje hierover op recepties vertellen. Zij mogen tijdens persoonlijke gesprekken gerust om 20 of 30 themakanalen vragen. Vragen staat vrij.
De heer Decaluwe heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, ik had het niet over recepties. Ik had het over de verklaringen die de directeur Televisie en de gedelegeerd bestuurder van de VRT hebben afgelegd. De directeur Televisie heeft het in De Standaard over drie themakanalen gehad. De gedelegeerd bestuurder heeft in Humo om 250 miljoen euro gevraagd. Het gaat niet om wat ik op een receptie heb horen zeggen. Het gaan om verklaringen die tijdens de nieuwjaarsreceptie van de VRT en tijdens interviews zijn afgelegd.
Over uitspraken tijdens nieuwjaarsrecepties hebben we het nog niet gehad. Dat is een hoofdstuk apart. Daarover hebben we trouwens vroeger al een discussie gevoerd.
De vraag om meer middelen van de VRT is niet nieuw. De heer Mary en andere betrokkenen hebben die vraag al een aantal keer gesteld.
Zoals ik al zei: vragen staat vrij. Bij mijn weten is daarover geen enkele beslissing genomen en moeten de onderhandelingen over de beheersovereenkomst nog starten.
Mijnheer Vandenbossche, zegt u nu dat u er geen problemen mee hebt dat de VRT vandaag nieuwe digitale themakanalen kan opstarten, als een consensus wordt gevonden over hoeveel dat mag kosten?
Mijnheer Verstrepen, was ik niet duidelijk?
Voor alle duidelijkheid wil ik het nog eens horen.
Het antwoord is ja.
Spreekt u in dit geval voor uzelf of voor de meerderheid?
Ik spreek hier niet voor de meerderheid. Mijnheer Verstrepen, ik dacht dat iedereen hier in eigen naam mocht spreken.
Ik vraag alleen maar toelichting en duidelijkheid.
Ik dacht dat ik duidelijk was.
Ook voor het tweede element van het voorstel van resolutie keer ik een beetje terug in de tijd. De lopende beheersovereenkomst, waarvan we nu weten dat we ze niet meer gaan doorbreken, loopt op zijn einde, want ze eindigt eind december.
Voor de lopende beheersovereenkomst is de conclusie zeer duidelijk. Mijnheer de minister, u hebt hierover trouwens een beslissing genomen. Op een bepaald ogenblik heeft de VRT de vraag gesteld om met een aantal themakanalen te starten, meer bepaald met het cultuurkanaal. Als ik het me goed herinner, waren daar bijkomende kosten aan van verbonden voor 13 miljoen euro. De VRT moet de technologische evolutie volgen, maar de lopende beheersovereenkomst voorziet niet in een afsplitsing. Mijnheer de minister, na de bespreking in de commissie hebt u terecht aan de VRT gemeld dat binnen de lopende beheersovereenkomst geen themakanaal meer zou worden opgestart, maar dat het voorwerp zal zijn van de onderhandelingen over de nieuwe beheersovereenkomst.
In het tweede punt van het voorstel van resolutie staat niet veel meer dan wat ik nu zeg. De discussie ten gronde over het opstarten van digitale themakanalen wordt verschoven naar de beheersovereenkomst. Er staat: 'om erover te waken dat programma's gefinancierd met algemene middelen bij een eerste uitzending geen meerkost voor de kijker mogen betekenen'. Het gaat over het uitzenden in een programmaschema binnen een generalistisch net.
Er is wel een evolutie, maar die gaat heus niet zo snel als iedereen heeft voorspeld. Integendeel, zij stagneert zelfs in sommige gevallen. Mijnheer Decaluwe, ik ben het niet met u eens als u zegt dat het generalistisch net het slachtoffer is van het oprichten van veel themakanalen. Volgens mij is dat helemaal niet juist. Het generalistisch net van de BBC bijvoorbeeld heeft absoluut geen gevolgen ondervonden van de themakanalen die ernaast werden opgericht.
Mijnheer Vandenbossche, u mag mijn woorden niet verdraaien. Ik heb niet gesproken over afschaffen, maar over ondergraven. Ik geef als voorbeeld het voetbalcontract tussen Belgacom en de VRT. De VRT heeft momenteel geen themakanaal sport, maar het komt op hetzelfde neer. Als in de programmering van de VRT op zondag om 18 uur voetbal rechtstreeks wordt uitgezonden vanwege de deal met Belgacom, ondergraaft men de prioritaire opdracht inzake informatie.
Door het systematisch programmeren van sport, worden de eigen nieuwsuitzendingen ondergraven en gaat men in tegen het decreet. Dat is de realiteit. Mijnheer Vandenbossche, men trekt systematisch kijkers weg van het Eén-journaal van 19 uur. Het kijkersaandeel van de nieuwsuitzendingen van de VRT en VTM is ingestort.
Men ondergraaft de basisopdracht informatie met sport. Als dat de bedoeling is in de toekomst van themakanalen, dan zeg ik daar neen tegen. De basis van de openbare omroep volgens het decreet is informatie. Dat kan niet systematisch ondergeschikt worden gemaakt. Men moet de dossiers zeer goed kennen: daar gaat het over in de media-evolutie en tussen de verschillende media-actoren. Dat wordt allemaal betaald met belastinggeld. Het is belangrijk goed te weten waarover we praten.
Dat is juist mijn vraag, mijnheer Decaluwe. Ik versta echt niet wat u wilt zeggen met ondergraven van een generalistische zender.
Als men op een systematische manier kijkers wegtrekt van informatie, een hoofdopdracht van de openbare omroep, door tegenprogrammering in de eigen openbare omroep bijvoorbeeld op een zondagavond, is dat ondergraven van de basisopdracht.
Ik houd me aan de tekst van het voorstel van resolutie, want deze zaak hadden we nog niet aangesneden.
De heer Decaluwe bekijkt het intern. Hij moet het misschien wat breder bekijken, namelijk de tegenprogrammering van de openbare omroep ten opzichte van de commerciële omroepen met overheidsgeld. Die redenering is veel zwaarder dan de tegenprogrammering intern op de twee kanalen. Daar gaat het om concurrentievervalsing
Ik heb de indruk dat veel leden het decreet niet goed kennen. Samen met de heer Geysels, de heer Van Rompuy en de heer Van Mechelen hebben we na lange discussies kamerbreed unaniem goedgekeurd dat de basisopdracht van de openbare omroep in de eerste plaats informatie is. Met de huidige programmering is de VRT intern deze basisopdracht aan het ondergraven. Als we themakanalen zullen krijgen, zal het nog meer van dat zijn.
In het jaarverslag van de VRT staan alle cijfers in detail. In het kader van de objectiviteit raad ik iedereen aan dat te lezen.
Mijnheer de voorzitter, het jaarverslag van 2005 is er nog niet, dus die cijfers kennen we nog niet. De programmering op zondag om 18 uur van voetbal is pas gestart eind augustus. Ik bekijk gewoon de kijkcijfers die we elke week krijgen. Daarin zien we dat het nieuws zowel op VRT als op VTM zwaar lijdt onder de voetbaluitzending van 18 uur. Als de match tussen Anderlecht en Club Brugge 700.000 tot 800.000 kijkers trekt om 18 uur, zitten daar heel wat bij die normaal kijken naar het journaal van 19 uur. Als u dat normaal vindt…
Ik dacht dat volgens het decreet een opdracht van het Vlaams Parlement was om zich niet bezig te houden met de programmering. Ik kan het ook verkeerd voorhebben, maar dat was volgens mij het uitgangspunt.
Als de programmering systematisch ingaat tegen het decreet, is het wel de taak van het parlement om daarop te wijzen.
Wie zegt dat die tegen het decreet ingaat?
De heer Stassen heeft het woord.
Ik waardeer in zekere mate het sterke lobbywerk van de commerciële zenders, en het is hun taak om met hun problemen naar de verschillende parlementsleden te gaan. Ik kan u de slides tonen die aan de basis liggen van een aantal stellingen die vandaag worden geformuleerd. Straks zal het ook zo zijn bij de discussie over de vijfminutenregel. De argumenten die de commerciële omroepen bovenhalen, zullen aan de basis van de discussie liggen.
Het is de taak van de commerciële omroepen om voor hun eigen belangen op te komen. Het is aan de politici om daar conclusies uit te trekken. Ik merk dat die conclusies een bepaalde richting uitgaan.
Mijnheer Decaluwe, als de VRT zijn performantiemaatstaven niet haalt inzake het bereik van nieuwsuitzendingen, dus die 1,5 miljoen kijkers niet haalt, dan moet de minister doen wat er in de beheersovereenkomst staat. Dan zal de VRT worden bestraft en die 3 percent niet of slechts gedeeltelijk krijgen. In dat geval zal de minister dus zijn verantwoordelijkheid moeten nemen. Ik ken de VRT echter wel een beetje en meen dat ze wel weten hoe ze dat doel van 1,5 miljoen mensen zullen kunnen halen.
U haalt hier een aantal discussiepunten door elkaar. De heer Vandenbossche had het over de digitale kanalen, naast de andere drie prioriteiten. Voor zover ik weet, heeft de VRT nog geen enkel digitaal kanaal in werking. Mijnheer Decaluwe, nu kunnen we dus niet de conclusie trekken die u graag bewezen had gezien, namelijk dat een digitaal kanaal altijd ten koste gaat van een generalistische zender. U hebt het over iets wat misschien een probleem zal zijn voor de VRT, maar dan moet de minister zijn verantwoordelijkheid nemen en de beheersovereenkomst laten gelden.
Mijnheer Stassen, men kan ook performantiemaatstaven zo laag maken dat ze erg gemakkelijk te behalen zijn. Dat is ook een van de grote discussiepunten, maar we mogen daar blijkbaar niet over praten. In het verleden waren die doelstellingen zo laag dat ze automatisch werden gehaald, wat eigenlijk leidde tot een automatische indexering.
Het is geen discussie voor of tegen de VRT, mijnheer Stassen. Het gaat niet over deze of gene lobby. Volgens de geest van het regeerakkoord moet iedere speler in het medialandschap volwaardig kansen krijgen.
Het is de taak van een parlement om de cijfers terzake te bekijken. Ik heb gedurende twee weken in augustus aan de hand van een vergelijking van de jaarverslagen van VRT en VTM een aantal analyses gemaakt. Iedereen heeft me toen weggelachen. Dat heette tijdverdrijf te zijn. De meeste leden vergeten dat het hier gaat over de besteding van belastinggeld. Het is de verdomde taak van een parlement om daarover te discussiëren en prioriteiten te stellen.
Als ik een betoog houd voor een groot publiek over digitale themakanalen, dan blijken ze noch voor, noch tegen te zijn. Als ik echter uitleg dat het over massa's geld gaat en dat er een keuze moet worden gemaakt, dan is de keuze van de bevolking zeer snel gemaakt. Ik heb de voorbije periode voor ongeveer 3000 mensen gepraat over dit thema.
De heer Vandenbossche heeft het woord.
Ik ben ondertussen de draad van mijn betoog kwijt. Ik wou het net hebben over de gevolgen van de opwarming van de aarde voor het zenderpark van de VRT. (Gelach)
Daar hadden we het nog niet over gehad.
De minister heeft al grotendeels geantwoord op wat hier daarstraks werd gezegd. Ik heb het over het tweede punt van ons voorstel van resolutie, namelijk dat erover moet worden gewaakt dat programma's gefinancierd met algemene middelen bij een eerste uitzending geen meerkost voor de kijker mogen betekenen en niet marktverstorend mogen werken. Dat is al verduidelijkt. De minister heeft daar zelf op geantwoord tijdens de bespreking van de resolutietekst in de commissie. De heer Stassen merkte op dat een enge interpretatie van dat tweede punt, zoals het daar geformuleerd staat, neerkomt op een blokkeringsmechanisme De minister heeft daarop de juiste klemtoon gelegd. Hij heeft geantwoord dat de VRT themakanalen kan maken wanneer die behoren tot zijn publieke opdracht.
Ik ben het daar volkomen mee eens. Het gaat om de omschrijving van de publieke opdracht. Het begrip 'niet-marktverstorend' heeft daarbij een heel belangrijke connotatie, want als het om een publieke opdracht gaat, dan gaat het om iets anders dan een marktingreep.
Mevrouw Ceysens heeft het woord.
Ik herinner me dat de minister in de commissie heeft laten verstaan dat marktverstoring zou duiden op het reglementaire marktgegeven zoals het in Europa is gedefinieerd. Er werd voorgesteld daarop nog verder te sub-amenderen, maar dat hebben we niet gedaan. (Opmerkingen van de heer Dany Vandenbossche)
We hebben toen heel duidelijk aangegeven dat voor ons marktverstoring niet alleen betrekking heeft op de regels van de mededinging, daar waar de minister had gesteld dat de markt alleen kon worden bekeken vanuit het oogpunt van reglementaire mededinging. Wanneer we het zullen hebben over de beheersovereenkomst en de digitale ontwikkelingen, dan mogen we ons op een hoger plan zetten, namelijk het plan waarop zich alle media in Vlaanderen en de audiovisuele industrie bevinden.
Ik blijf erbij: wat de minister heeft geantwoord, lijkt me de juiste omschrijving te zijn van wat er in punt 2 van het voorstel van resolutie staat.
Ik kan hier nog een tijdje over doorgaan, maar dat doe ik niet. Ik kondig alleen nog aan dat we dit voorstel van resolutie zullen goedkeuren. (Gelach, applaus bij de meerderheid)
De heer Stassen heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, collega's, de geschiedenis van dit voorstel van resolutie is al door enkele sprekers gegeven. De bedoeling van de tekst die ik bijna anderhalf jaar geleden - in mei of juni - heb ingediend, was het debat te lanceren en relatief snel duidelijkheid te krijgen. Ik hoopte dan ook eerder dan maart 2006 tot een debat te komen.
Toen ik daarstraks zei benieuwd te zijn hoe de andere leden van de meerderheid het voorstel van resolutie zouden interpreteren, wist ik wel dat er na het betoog van mevrouw Ceysens nog andere sprekers van de meerderheid zouden komen. Mijn verwachting is daarbij uitgekomen: deze tekst, die overigens ook heel slecht geschreven is en grammaticaal moeilijk in elkaar steekt, geeft aanleiding tot zo sterk uiteenlopende interpretaties dat ik wel moet eindigen waar ik zal eindigen. Waar dat is, zult u straks merken.
Vooraleer een standpunt in te nemen over dit voorstel van resolutie, wil ik er twee dingen over zeggen. Mijn eerste stelling is dat deze regering geen project heeft voor een beleid inzake informatie- en communicatietechnologie. De tweede is dat deze regering geen mediabeleid heeft.
Om toe te lichten dat deze regering geen project heeft inzake ICT, ga ik even terug in de geschiedenis, en wat meer dan een paar jaar. Midden de jaren tachtig had de toenmalige Vlaamse executieve duidelijk een project. De Derde Industriële Revolutie in Vlaanderen van de heer Geens was duidelijk een project om Vlaanderen te doen aansluiten bij de nieuwe technologische ontwikkelingen en het computertijdperk. Iedereen die het een beetje gevolgd heeft, weet welke gevolgen en welk maatschappelijk debat het op gang heeft gebracht.
In de jaren tachtig had de toenmalige executieve een project.
Vroeger was het altijd beter natuurlijk. Als argument maakt dat weinig indruk.
Ik geef voorbeelden van diverse regeringen waar wij geen deel van uitmaakten. Ik geef u gewoon een overzicht om aan te tonen wat er vandaag ontbreekt en ik zat bij de jaren tachtig.
In het midden van de jaren negentig kwam ik in dit parlement terecht. Toen was er het project Telenet Vlaanderen van de regering onder leiding van de heer Van den Brande. Het toonde duidelijk de ambitie om Vlaanderen te laten aansluiten op de informatiesnelweg via bepaalde technologische ontwikkelingen.
Begin 2000 had de Vlaamse Regering duidelijk de ambitie om via een aantal concrete projecten, die verder gingen dan de Derde Industriële Revolutie Vlaanderen en Telenet Vlaanderen, ICT verder te ontwikkelen. Ik kan u daar een reeks voorbeelden van geven. Een aantal mensen heeft alles heel goed gevolgd. Er waren onderzoeksprojecten zoals dat van Schoten en dat over het digitaal platform. Via een aantal concrete zaken kon de evolutie zich doorzetten.
Vandaag stel ik vast dat de regering een afremmende factor is geworden. Ik denk aan uitspraken zoals: 'de digitale uitbouw zal zo'n vaart niet lopen' en 'we zullen wachten tot we 500.000 abonnees hebben'. Deze Vlaamse Regering heeft ondanks de Commissie Digitaal Vlaanderen geen project inzake de ICT en de digitale evolutie/revolutie.
Deze regering heeft evenmin een mediabeleid. Het mediabeleid is zodanig divers en diffuus dat er geen beleid overblijft. Ondanks een aantal gevleugelde termen zoals 'pluriform medialandschap', 'divers en kwaliteitsvol aanbod' en'technologische innovatie en nieuwe mediatoepassingen', wordt het beleid gekenmerkt door een afremming.
Mijnheer Stassen, misschien kan het u geruststellen dat we deze ochtend hebben geleerd dat nergens anders in de wereld dan in Vlaanderen HDTV wordt geleverd. U mag echter niet te veel verwachten van de overheid. Af en toe moet u eens kijken naar wat er op de privé-markt mogelijk is, want dan zult u wellicht een wat gelukkiger man zijn.
U bewijst dat wat ik zeg, klopt. Ik zeg immers dat er vandaag geen beleid is en dat er een aantal grote projecten zijn.
U kijkt te veel naar de overheid. U verwacht te veel maakbaarheid van de overheid. U moet misschien eens leren om wat meer vertrouwen te hebben in de privé-spelers. Dat gegeven is ook heel belangrijk voor het debat dat we deze namiddag zullen voeren.
U bewijst nogmaals mijn stelling: er is geen beleid, er worden enkel een aantal initiatieven genomen ondanks de afwezigheid van een beleid. Het initiatief dat deze voormiddag werd voorgesteld is inderdaad indrukwekkend, maar vormt niet het onderwerp van dit debat.
Mijnheer de voorzitter, ook ik ben erg begaan met het geluk van de heer Stassen. Zijn standpunt is erg gratuit. Wat er over mediabeleid staat neergeschreven in het regeerakkoord vormt de basis van een mediabeleid dat we nu aan het voeren zijn. In de vorige regeerakkoorden was het stuk over media nooit groter, ruimer of meer gedetailleerd dan wat er nu in het regeerakkoord staat. Bovendien heeft de minister naar aanleiding van het regeerakkoord een nota ingediend over de VRT en het digitale tijdperk. Die nota kwam er op vraag van de commissie, maar ook ter uitvoering van het regeerakkoord.
Mijnheer Stassen, als u beweert dat er geen beleid is, zou ik graag van u horen wat een mediabeleid inhoudt.
Mijnheer Vandenbossche, wilt u zich beperken tot de bespreking van het voorstel van resolutie?
Laten we de heer Stassen omwille van zijn geluk opnieuw het woord geven.
Mijnheer de voorzitter, ik ben blij dat u zo bezorgd bent om mijn geluk. Misschien kan ik u geruststellen: ik ben gelukkig.
Als ik nog eens ongelukkig ben, zal ik dat hier op het gestoelte komen vertellen. Dan kunt u misschien bezorgde opmerkingen maken. Vandaag is dat niet aan de orde.
Deze regering voert een afremmend mediabeleid. Dat is de reden waarom er zo'n gedetailleerd regeerakkoord werd opgesteld. Er zijn vrij inperkende maatregelen in geformuleerd. De interrupties van Groen! hebben dat bewezen. De digitale opdracht die de VRT kreeg, was in de vorige regering onder minister Van Mechelen - ere wie ere toekomt - een ambitieuze opdracht. De VRT moest zijn rol opnemen in de nieuwe digitale ontwikkelingen. Er werd een hele reeks projecten opgezet. Sommige slaagden, andere niet. De VRT heeft die opdracht vervuld. Vandaag moeten er concrete stappen worden gezet. De projecten die werden voorbereid, moeten worden uitgevoerd via het Digitaal Platform en het VITA-concept. Juist nu zet de overheid het proactieve beleid van de vorige minister van Media om in een afremmend beleid. Dat legt aan de VRT een hele reeks voorwaarden en beperkende maatregelen op. (Opmerkingen van de heer Carl Decaluwe)
Telkens als de VRT met een nieuw voorstel komt, krijgt hij een nieuwe vraag toegespeeld zodat alles telkens weer wordt uitgesteld. Ik zeg niet dat er op elk voorstel 'ja' moet worden geantwoord. De heer Verstrepen heeft gelijk, alles wordt steeds weer opgeschoven om zo tijd te winnen tot aan de nieuwe beheersovereenkomst.
De heer Verstrepen heeft het woord.
Mijnheer Stassen, u zegt dat er geen mediabeleid is. Ik wil de meerderheid niet gaan verdedigen, maar als u dat beleid enkel koppelt aan de VRT, dan is dat wel erg eng. Wat wilt u dan? Moet de minister zich enkel met de VRT bezighouden? Dat is wat ik hoor. Als de VRT zijn zin niet krijgt, dan is er geen beleid. Dat is makkelijk.
Door het feit dat er geen ICT-project wordt gerealiseerd, is er geen proactief beleid inzake de digitale evolutie, of revolutie als u wilt. Dat maakt dat de overheid de VRT afremt.
Deze meerderheid is het trouwens niet eens over de opdracht van de VRT.
Mijnheer Stassen, u schiet in uw eigen voet. De beheersovereenkomst is afgesloten in de vorige legislatuur en wordt nu uitgevoerd. Wat is daar afremmend aan? Als de VRT nieuwe initiatieven op tafel legt, wordt daarover gepraat. De wensen zijn niet ingewilligd, maar dat is een andere zaak. U hebt die beheersovereenkomst mee helpen afsluiten.
Hoe kunt u de regering of de minister, de vorige of de huidige, verwijten dat zij of hij de VRT afremt als diezelfde instelling in vijf jaar tijd bijna een kwart meer middelen heeft gekregen?
Mijnheer Vandenbossche, de beheersovereenkomst is inderdaad ruim vijf jaar geleden op basis van onderhandelingen tot stand gekomen. De opdrachten staan daarin en die heeft de VRT uitgevoerd.
Een van de opdrachten was om een vooraanstaande rol te spelen in het digitale tijdperk. De VRT vervult die rol en realiseerde een aantal projecten, die zijn uitgemond in het VITA-concept. Ik stel echter vast dat die opdracht nu niet verder wordt uitgevoerd.
De huidige beheersovereenkomst is niet voldoende om de huidige ontwikkelingen te volgen. Daarom moet die worden opengebroken. Ook mevrouw Ceysens pleit daarvoor. Openbreken betekent praten met elkaar. Wat is de opdracht? Hoe moet die worden uitgevoerd? Welk geld staat daar tegenover?
We hebben nooit gezegd dat de VRT alles moet krijgen wat ze vraagt, dat ze 15 miljoen euro per themakanaal moet krijgen. Niemand van Groen! heeft dat ooit gezegd. Ik heb alleen gepleit voor het openbreken van de beheersovereenkomst toen ze op dat punt was uitgevoerd, en omdat een nieuwe beheersovereenkomst nog twee jaar ver lag. Ik heb gepleit voor een gesprek met de VRT om de opdracht concreet te maken en om daar eisen en middelen tegenover te stellen. Ik heb nooit gezegd dat de VRT die 100 of 200 miljoen euro zomaar moet krijgen.
Ondertussen zijn we een jaar verder en is het te laat. Nu moeten we wachten op de nieuwe beheersovereenkomst. Ik vertel daarmee niets anders dan wat sommige mensen van de meerderheid hebben gezegd. Mijnheer de minister, dat bedoel ik met een afremmend beleid. U hebt dat moment niet gebruikt om uw eisen te stellen inzake het niet marktverstorend werken, inzake respect voor commerciële initiatieven. Daarop had u financiële beperkingen kunnen leggen.
De tekst die vandaag voorligt, is zo geschreven dat hij op verschillende manieren kan worden geïnterpreteerd. De interpretatie zal bepalend zijn voor de uitvoerbaarheid. Het cruciale punt is en blijft het tweede punt: geen bijkomende kosten opleggen aan de kijker voor programma's die de eerste keer worden uitgezonden en niet marktverstorend werken. In de hoorzittingen met de commerciële spelers heeft de heer Van Thillo gezegd: 'Als we voor 5 miljoen euro een nieuwskanaal kunnen maken, dan moeten we dat terugverdienen met reclame of abonnementsgeld. Als de VRT op hetzelfde moment met een nieuwszender komt, dan worden we weggeconcurreerd.'
Zoals ik dat lees, is dat marktverstorend. Het zou een goede zaak zijn als er een soort Vlaamse CNN komt, maar als een commerciële zender dat doet, dan moet de VRT niet dezelfde nieuwszender gratis aanbieden.
Wanneer dus de beperking wordt opgelegd dat er geen meerkost mag worden gevraagd voor een bepaald product dat is opgenomen met belastinggeld en dat voor de eerste maal wordt uitgezonden, dan werkt dit marktverstorend voor een aantal andere initiatieven van commerciële zenders. Volgens de minister zijn de artikelen van het gecoördineerde mediadecreet waarin de opdracht van de VRT is opgenomen, heel duidelijk. Nieuws, ontspanning en cultuur maken deel uit van de opdracht van de VRT. Mevrouw Ceysens heeft daarnet nog gezegd dat ook rekening moet worden gehouden met de mededingingsregels. Wanneer de VRT start met een product dat meer is dan het generalistische aanbod op de verschillende zenders, om te beantwoorden aan zijn opdracht, namelijk nieuws uitzenden, en daar geen geld voor vraagt terwijl de commerciële zenders dat wel doen, dan werkt dat marktverstorend, ook in de Europese context.
Door de verschillende interpretaties die hier worden gegeven aan deze tekst, wordt het onmogelijk om het mediabeleid nog te volgen. We hebben één interpretatie nodig waardoor de tekst duidelijk wordt. Dat is vandaag zeker niet het geval. Het mediabeleid over digitale televisie, in het bijzonder wat de themakanalen betreft, is totaal diffuus en onduidelijk. (Applaus)
De heer Van Dijck heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, collega's, ik zal me tijdens mijn uiteenzetting focussen op het voorliggende voorstel van resolutie. De bespreking en de stemming van vandaag sluiten aan bij een evolutie in het beleid. Er zijn immers momenten waarop beslissingen moeten worden genomen en keuzes moeten worden gemaakt.
We bevinden ons vandaag op een scharniermoment. Vandaag is de vooravond van een nieuwe beheersovereenkomst die belangrijk is voor de openbare omroep en voor de overheid. De vraag is welk belang wij hechten aan die openbare omroep en welke opdracht die omroep moet vervullen.
Een ander scharniermoment betreft de technologische evolutie. Tot nu toe werd er gewerkt met omroepen, distributeurs, kijkers en luisteraars, productiehuizen. Binnenkort zullen productiehuizen ook zelf op de kabel zitten en zullen ze hun content zelf rechtstreeks aanbieden. De vraag is nu hoe we op die evolutie gaan inspelen.
Een aantal parlementsleden hebben een resolutie ingediend, zoals de heer Verstrepen en de heer Stassen. Minister Bourgeois en ook de VRT zelf hebben een nota terzake geschreven. De minister heeft verdienstelijk werk geleverd door alles op een rijtje te zetten en hier een daar een aantal aanwijzingen te geven over wegen die we al dan niet moeten bewandelen.
Mijnheer Stassen, als overheid moeten we niet alleen naar de VRT kijken.
Het is niet voor niks dat de Vlaamse overheid jaren geleden heeft gesteld dat tv geen zaak is van één zender. Er moet een aanbod zijn van verscheidene spelers. We kunnen het niet maken een beleid te voeren waarbij de andere spelers zouden worden weggeconcurreerd.
Ook bij deze digitale evolutie - sommigen spreken van revolutie - moeten we ons die vraag stellen. De VRT zegt dat ze een aantal miljoenen euro extra nodig heeft om mee te kunnen. Dat geldt natuurlijk ook voor de andere media-actoren. Het is niet aan ons om te zeggen dat we daarvoor geld moeten uittrekken. Ik heb dat ook niemand ooit horen zeggen. We moeten er wel rekening mee houden dat al deze actoren hun plaats kunnen vinden.
Het is ook belangrijk dat niemand een vraag heeft gesteld over de opdracht van de openbare omroep. Daarnet werd er door verscheidene sprekers verwezen naar de tekst. Sommige collega's zeggen dat er een probleem is vanwege de mededingingsregels. Ik zou daarop kunnen antwoorden dat de hele VRT die regels overtreedt.
Volgens de Europese definitie van mededinging is dat niet het geval.
Wij geven aan de VRT bepaalde opdrachten inzake informatie, cultuur, sport, enzovoort. We geven dus een definitie. We moeten dan ook niet bang zijn op het vlak van de mededinging.
Was Sporza geen themakanaal toen het in de zomer van 2004 uitzond? Toen was er geen sprake van een digitale evolutie. De programma's werden analoog uitgezonden.
Het voorstel van resolutie is al voldoende voorwerp geweest van tekstexegese. Er staat heel wat te gebeuren op het digitale vlak. Er kan ook heel wat gebeuren. Heel wat zaken zijn al aan de gang.
Vervolgens stellen we heel duidelijk dat de regering klaarheid moet scheppen in de toekomstige beheersovereenkomst. Het is heel duidelijk dat men op weg is de juiste keuzes te maken.
De vragen die we naar voren schuiven, zijn pertinent. Het is belangrijk dat het Vlaams Parlement deze vragen stelt en dat er een debat wordt gevoerd. De volgende stap zal zijn dat er keuzes worden gemaakt.
Mijnheer de voorzitter, het Vlaamse regeerakkoord legt zeer duidelijk een aantal klemtonen. Het is niet voor niets dat we een paar jaar geleden een uitvoerige discussie hebben gevoerd over de media. Als de volgende beleidsdaden en de beheersovereenkomst passen in dat regeerakkoord, dan kunnen we wel degelijk spreken van een vooruitstrevend beleid inzake media, waarin eenieder zijn rol zal kunnen vervullen. (Applaus bij de meerderheid)
Minister Bourgeois heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, geachte collega's, ik zal me proberen te beperken tot de thematiek die deel uitmaakt van het voorstel van resolutie. Gelet op de vele opmerkingen, zal dat niet gemakkelijk zijn. Ik zal echter niet ingaan op het thema van de kinderreclame. Daarover zullen we het straks hebben.
Ik zal ook niet ingaan op de inhoud van de beheersovereenkomst, tenzij op een aantal contouren die er betrekking op hebben. We zijn volop bezig met de voorbereiding van de beheersovereenkomst. We doen dat heel grondig met gespecialiseerde werkgroepen die ook geregeld samenkomen met de VRT. We zijn bezig met de grote lijnen en gaan breder dan enkel dit onderwerp. Als alles is uitgeklaard, dan leg ik het voor aan de regering zodat die zich met kennis van zaken kan uitspreken over dit dossier. Het zou niet goed zijn om het debat in het openbaar te voeren omdat het de voorbereiding van de nieuwe beheersovereenkomst alleen maar zou bemoeilijken.
Dames en heren, de aanleiding tot dit debat is de enorme technologische evolutie die zich wereldwijd voordoet en ook grote gevolgen heeft. Er zijn ingrijpende veranderingen met effecten op zowel mediaspelers als -gebruikers. Via digitalisering kan een enorm groot aanbod worden gebracht bij de gebruiker, zelfs honderden themakanalen. De convergentie of de samenloop van de telecommunicatie, de media en de informatietechnologie is volop bezig. We zijn daar in Vlaanderen zeer abrupt mee geconfronteerd toen een telecomdistributeur de voetbalrechten kocht. Dat zou tien jaar geleden weggehoond zijn als pure fictie. De convergentie is volop aan de gang.
De vraag is wat de taken van de publieke omroep daarin zijn. Een aantal collega's gaat er veel te licht over dat Vlaanderen een remmende voorsprong heeft. We zijn het meest bekabelde land van de wereld. Meer dan 97 percent van de gezinnen is aangesloten op de kabel. Dat betekent dat er een hoge beeldkwaliteit is en dat we een heel hoog analoog aanbod hebben. Dit is niet te vergelijken met de situatie in andere landen, zoals het Verenigd Koninkrijk dat al een hoge digitaliseringsgraad heeft. Daar kijkt meer dan 65 percent van de gezinnen digitaal televisie. De triggers daar waren de minder goede kwaliteit van de analoge televisie en het beperkte aanbod. Ik heb in Vlaanderen nog niemand ontmoet die overgeschakeld is naar digitale televisie omwille van een betere beeldkwaliteit: je moet al een specialist zijn om het verschil te zien.
Mijnheer de minister, met high-definition television zullen we die trigger misschien wel heel snel krijgen. Er is een andere beeldkwaliteit op komst, en dat kan wel een trigger zijn. U hebt het over de remmende voorsprong. Het is erg jammer dat we met die grote dekking eigenlijk zo weinig doen.
Mevrouw Ceysens, dat is best mogelijk. Ik betwist alleen uw stelling dat we de digitale trein zouden missen. De voorwaarden waren niet eens vervuld. Er waren geen digitale platformen. De Vlaamse Regering heeft in het verleden inspanningen gedaan om dit technologisch voor te bereiden. Ik heb er geen moeite mee om dat toe te geven, maar de digitale platformen waren niet klaar. Had Belgacom de voetbalrechten niet gekocht, dan waren we misschien nog met een latere uitrol gestart. Dat was de trigger om de distributeurs ertoe te brengen hun platformen uit te rollen.
U kent de stand van zaken in de uitbouw van die platformen. High definition kan een bijkomende trigger zijn, maar ik stel wel vast dat in het Verenigd Koninkrijk slechts 22 percent van de kijkers digitaal kijken. Men is er nochtans al lang mee bezig: in het VK zijn meer dan 65 percent van de aansluitingen digitaal. Dat toont toch aan dat de evolutie traag gaat.
De mogelijke triggers voor een overgang van analoog naar digitaal kijken bij ons zijn de gebruiksflexibiliteit, de VIA en de themakanalen. De digitalisering heeft veel gevolgen. We moeten het fundamentele debat voeren. Dat moet nu niet gebeuren, maar toch wil ik enkele zaken beklemtonen. Nu komt de digitale tv eraan. Straks komt er de nomadische tv, met DVBH en DVBT. Dat leidt ertoe dat de kijker zelf zal bepalen wanneer hij naar wat kijkt. Dat zal vorm krijgen in themakanalen, video-on-demand en nomadisch tv-kijken.
Ik ben het fundamenteel oneens met wat de heer Verstrepen daarover heeft gezegd. Hij had het over een gigantische geldverspilling. Mijns inziens moet de overheid nadenken over de opdrachten van de publieke omroep. Men mag niet stellen dat alles toch wordt versnipperd en het individualisme alles zal bepalen. In een gemondialiseerde wereld waarin de kijkers zullen overspoeld worden door honderden themakanalen die allemaal op mekaar lijken, heeft de overheid nood aan een publieke zender die essentiële overheidsopdrachten vervult. Dat staat zo in het VRT-decreet. De regering en ik kiezen ervoor om dat zo te houden.
Dat heeft gevolgen. Het impliceert dat we het proces van digitalisering ondersteunen, en tezelfdertijd nadenken over een antwoord op de individualisering. In de boeiende discussie over de nieuwe richtlijn Televisie Zonder Grenzen is duidelijk gesteld dat we nood hebben aan een publieke omroep die informatie verstrekt en identiteitsbevestigend en gemeenschapsbindend is. Dat is een fundamentele kwestie die de discussie over de themakanalen overstijgt.
Ik heb daarover in juni 2005 een nota uitgewerkt. Het is niet mijn schuld dat we die pas vandaag bespreken. In die nota houden we rekening met een snel evoluerende hoogtechnologische samenleving. De VRT wordt met een aantal wisselende uitdagingen geconfronteerd. Versplintering, individualisering en mondialisering grijpen om zich heen. In een dergelijke omgeving kan een publieke omroep een meerwaarde opleveren. De publieke opdracht van de omroep is dus groot.
Ik heb dus aan de VRT gevraagd om in te zetten op meerwaarde voor alle gebruikers. Ik had daar niet het openbreken van de beheersovereenkomst voor nodig, collega Stassen. Dat is intussen bewezen. VIA is er, maar staat weliswaar nog in zijn kinderschoenen op het vlak van de interactiviteit. VIA loopt, u kent het aanbod van de VRT 'Net gemist' en ander bijkomend aanbod. Dit digitale aanbod richt zich tot alle kijkers en biedt een reële meerwaarde voor iedereen.
De meerwaarde van het 'Net gemist'-verhaal is niet alleen bij de VRT te vinden. VTM en VT4 bieden dat ook. Waar ligt dan nog de meerwaarde van de VRT? Het zijn dezelfde programma's als de programma's waarmee de VRT concurreert. Het gaat wel dikwijls om programma's met een commerciële insteek die op zo veel mogelijk kijkers inhaken. Ik had graag wat meer vernomen over deze meerwaarde.
U verwart twee zaken. Over de meerwaarde van de VRT verschillen we volledig van mening.
Ik vraag een antwoord op mijn vraag. U hebt het over een meerwaardeaanbod.
Ik antwoord op uw vraag. U hebt daarstraks gezegd dat het een gigantische geldverspilling was. We verschillen hierover fundamenteel van mening. Ik geloof dat een publieke omroep in de toekomst meer dan ooit nodig zal zijn als antwoord op de enorme mondialisering en individualisering. Misschien komen we wel in een situatie terecht waarbij alleen de publieke omroep dat aanbod nog biedt. Dat is het eerste punt.
Dat de VRT dit aanbod doet, is geen grotere meerwaarde dan dat de commerciële zenders dat doen. Ik heb alleen gezegd dat ik aan de VRT heb gevraagd eerst werk te maken van dit soort van aanbod omdat het een meerwaarde betekent voor alle gebruikers, en niet alleen voor een thematisch publiek. U hebt me verkeerd begrepen.
Dat gaat gepaard met prognoses over de uitrol. Ik heb de studie besteld aan de universiteit Gent. De cijfers van vandaag bewijzen dat de prognose van professor Dejonghe klopt. Er wordt verwacht dat eind van dit jaar 20 percent van de gezinnen digitaal zullen kijken. Eind 2007 zal dat 30 percent zijn.
Ik betwist dus uw stelling, mijnheer Stassen, waarbij u beweert dat er geen beleid wordt gevoerd. Ik vind dat sloganesk. Er is geïnvesteerd in het IBBT. Dat is gebeurd door de vorige regering. Het laat toe om platformen uit te rollen. Het laat de commerciële zenders toe die ook participeren om die technologie aan te pakken. Het laat de VRT toe om op die technologie in te spelen.
We zijn nu bezig met de gemeenschappelijke aanpak van DVB-H, DVB-T met Belgacom, met Telenet, met VTM, met de VRT en met het IBBT. Daar gaan fondsen van minister Moerman vanuit onderzoek en ontwikkeling naartoe. Zeggen dat men de technologie weglaat, is totaal fout.
Het is wel zo dat wij in een aantal gevallen geen rechtstreekse steun mogen geven aan privé-ondernemingen. Dat is niet de bedoeling. Europa zou zich trouwens verzetten tegen de investering in de technologie van een overheidsinstituut.
Nu zijn we in de fase aanbeland van de vraag wat we met de mogelijkheden van de nieuwe technologie zullen doen. Dat is de belangrijke vraag. Men moet niet met de slogan afkomen dat er niet is geïnvesteerd. De VRT is klaar. Telenet is klaar.
Belgacom is klaar. Wat de mogelijkheden betreft, bevinden we ons in Europa aan de top. Wie hieraan twijfelt, moet zich eens over de situatie elders in Europa informeren. Ik heb daarnet verklaard dat de beeldkwaliteit en de grootte van het aanbod op veel plaatsen de trekkers van de digitale evolutie vormen. Aangezien we op meer mogelijkheden inspelen, staan we eigenlijk verder dan de meeste Europese landen. Inhoudelijk moeten we ons nu met de verrijkte inhoud, met het digitaliseren van het archief, met de video-on-demand en later ook met de themakanalen bezighouden. De technologie is er al. De Vlaamse overheid zal uiteraard mee in de verdere evolutie van die technologie investeren.
Wat het doelgroepenbeleid betreft, heb ik de VRT twee vragen gesteld. Ik heb de VRT gevraagd eerst het VITA-beleid te ontwikkelen. Dit is ondertussen gebeurd. Themakanalen richten zich niet tot alle kijkers. Aangezien ze zich tot specifieke doelgroepen richten, heb ik de VRT gevraagd eerst een model voor een cultuurkanaal te ontwikkelen. Volgens mij sluit een dergelijk kanaal het meest aan bij de opdracht van de openbare omroep. In antwoord op deze vraag heeft de VRT het driesporenbeleid ontwikkeld en de visienota over cultuur ingediend. In globo gaat het hier om een goed project. Ik heb aandacht voor cultuur gevraagd. Een themakanaal mag uiteraard geen alibi vormen om in het generalistisch aanbod minder cultuur op te nemen. Integendeel, een themakanaal moet tot een uitbreiding van het cultuuraanbod op de generalistische zenders leiden. De VRT heeft in dit verband een driesporenbeleid ontwikkeld. Cultuur kan het onderwerp van programma's vormen, zoals in het journaal. Cultuur kan het voorwerp van programma's vormen, zoals in nieuwe culturele programma's. Al deze programma's worden door de generalistische zenders uitgezonden. Een themakanaal vormt het derde spoor en moet complementair werken. Dit is het antwoord van de VRT op mijn vraag. Bij het bespreken van de nieuwe beheersovereenkomst zullen we hier zeker rekening mee houden. Mij lijkt dit alvast een goede denkwijze, een goede voorstelling van zaken en een doordracht visie. Voor zover ik weet, is de volledige culturele sector het hiermee eens.
Mijnheer Stassen, uw voorstel van resolutie heeft het debat over de digitale kanalen aangezwengeld. Dat is uw verdienste. U verklaart nu dat het enkel uw bedoeling was het debat op gang te trekken. Sta me toe te zeggen dat uw voorstel van resolutie in feite vrij ondoordacht was. U hebt toen verklaard dat we de beheersovereenkomst moesten openbreken en de VRT de opdracht moesten geven zo snel mogelijk digitale themakanalen te ontwikkelen.
De BBC, die hier heel vroeg mee is begonnen, beschikt momenteel over zes gratis digitale themakanalen. Het bereik van die kanalen is eigenlijk beperkt. Binnen de groep van de digitale huishoudens bedraagt hun marktaandeel na al die jaren slechts 3,6 percent.
U hebt naar aanleiding van de bespreking van uw voorstel van resolutie verklaard dat de grote meerwaarde in de snelle ontwikkeling van digitale kanalen bestaat. Dit is fout. Het is niet verkeerd een afweging op basis van de roll-out van de platformen te maken. Eind dit jaar zal het bereik van de digitale televisie in Vlaanderen 20 percent bedragen. Pas op dat ogenblik zullen we de kritische drempel bereiken. U wilde de beheersovereenkomst openbreken. U vond dat we al bezig moesten zijn. Indien we u hadden gevolgd, zouden onze themakanalen nu ongeveer 0,5 percent van de bevolking bereiken. Indien we drie themakanalen in het leven hadden geroepen en in elk van die kanalen 10 miljoen euro hadden geïnvesteerd, zou dit ons in totaal 30 miljoen euro hebben gekost. Is dat wat u wilde bereiken?
Indien we ongebreideld voor de themakanalen hadden gekozen, zouden we geen goed beleid hebben gevoerd. Ik zie geen enkel argument waarom de beheersovereenkomst met het oog op de themakanalen hadden moeten doorbreken. Wat de rest van de digitalisering betreft, was dit alleszins niet nodig. Dit kon perfect zonder de beheersovereenkomst open te breken. De VRT is momenteel met het VIA-beleid bezig. Het is niet nodig gebleken de beheersovereenkomst hiervoor open te breken.
Mevrouw Hermans heeft daarnet verklaard dat de inhoud het kijkgedrag bepaalt. We weten welk marktaandeel de themakanalen van de BBC halen. We moeten dit allemaal relativeren. Een publieke omroep heeft nog steeds een publieke opdracht. Het publiek aanbod moet zich niet op de vraag richten. We moeten natuurlijk rekening houden met de kijker en met het bereik. De publieke omroep behoudt evenwel zijn publieke taak. De heer Decaluwe heeft die taak daarnet nog geschetst. De Vlaamse Regering blijft de publieke omroep steunen. In dit snel evoluerende landschap geloof ik meer en meer in de noodzaak van een publieke omroep.
Ik heb daarnet al vermeld wat ik de VRT in verband met een digitaal cultuurkanaal heb gevraagd.
Ik heb aan de VRT gevraagd om er een profiel van te schetsen en er de meerwaarde van aan te geven, maar vooral om het aanbod in de generalistische netten te verhogen. Dat is gebeurd in het ontwerp van de VRT. Ik heb eraan toegevoegd dat er geen enkele exclusiviteit mag zijn op het vlak van distributie. De distributie moet gebeuren via de diverse operatoren en straks ook via satelliet-tv. Ik heb er ook aan toegevoegd dat het voor de kijker geen bijkomende kosten mag meebrengen.
Het is evident dat er nog een aantal zaken moeten worden uitgeklaard. In het kader van de beheersovereenkomst zullen we de financiering en de mogelijke samenwerking met de publieke omroep in Nederland bekijken. In Nederland heeft de Tweede Kamer gevraagd aan de publieke omroep om te kijken naar synergie.
Mijnheer de minister, het bedrag van 13 miljoen euro is dus nog niet toegezegd?
Mijnheer Decaluwe, dat bedrag kan niet worden toegezegd. We hebben gezegd dat we de discussie over de themakanalen opnemen bij de bespreking van de beheersovereenkomst. Voor de digitale uitrol is er eind dit jaar de kritische drempel van 20 percent en begin volgend jaar moet de nieuwe beheersovereenkomst starten. Een aantal zaken vallen dus perfect samen. We konden geen overeenkomsten maken, want de regering heeft gezegd dat we het onderwerp opnemen bij de discussie over de beheersovereenkomst.
Collega's, ik wil nogmaals benadrukken dat er een voldoende grote digitale uitrol moet zijn. In de nota van de VRT staat dat het voor Klara, het nieuwe cultuurkanaal dat zowel radio, internet als een themakanaal omvat, de ambitie is om een weekbereik van 500.000 mensen te halen. Klara-radio heeft vandaag een weekbereik van 350.000 mensen. We spreken dus over beperkte ambities en over een context waarbij de digitalisering nog niet ver is uitgerold.
We zijn bezig met het ontwikkelen van een goede visie, waarbij we sterk de nadruk leggen op de mogelijke meerwaarde - zowel voor de publieke omroep als voor de kijker - binnen de digitale context. We willen de technologische evolutie niet afremmen, maar stimuleren. Mijnheer Stassen, ik wou niet zeggen dat de VRT nu maar halsoverkop moet investeren in digitale themakanalen.
Collega's, ik heb geen problemen met het voorstel van resolutie. Het eerste aspect stond al in mijn brief van mei vorig jaar. Aan de publieke omroep wordt gevraagd om zich prioritair te concentreren op de andere mogelijkheden van digitale televisie: programma's op aanvraag, verrijkte inhoud, interactiviteit en het ontsluiten van het digitale archief.
Het voorstel van resolutie vraagt om erover te waken dat programma's gefinancierd met algemene middelen geen meerkost voor de kijker mogen betekenen en niet marktverstorend mogen zijn. Dat is conform de visie van de regering. De regering gaat voor een sterke, kwalitatieve publieke omroep, maar we bieden de privé-omroepen alle kansen. Dat is congruent aan het voorstel van resolutie.
Ik zal hier de juridische redenering niet herhalen, maar in commissie heb ik gezegd dat het feit op zich dat de publieke omroep gratis themakanalen aanbiedt - als die behoren tot de publieke omroep - niet marktverstorend is. De BBC biedt zes themakanalen gratis aan. Door ZDF en ARD en ook door publieke omroepen in Zweden en Finland worden gratis themakanalen aangeboden, maar die liggen natuurlijk in het verlengde van de publieke omroep.
Het kan niet dat we de VRT toelaten om ongebreideld themakanalen op te richten die zich op het terrein begeven van de privé-omroepen. We moeten ervoor zorgen dat we de terreinen afbakenen. Binnen de publieke opdracht, zoals we die voor de VRT zien, is er meer dan voldoende ruimte voor de privé-omroepen. Dat evenwicht moeten we bewaren. Daarmee zitten we op de lijn van de Europese doelstellingen.
Dat evenwicht moeten we bewaren. We zitten perfect op de lijn die Europa voor ogen heeft.
We moeten dat evenwicht nastreven en er ook zorg voor dragen.
Het tweede deel van de resolutie kan perfect als we uitvoering geven aan de openbare opdracht van de VRT en als we rekening houden met de privé-omroepen en de regels die daaromtrent gelden, ook het protocol van Amsterdam.
Van het derde aspect van de resolutie, namelijk klaarheid scheppen in de toekomstige beheersovereenkomst over de vier punten die zijn opgesomd, maken we hard werk. We gaan voor een toekomstgerichte, realistische uitrol, rekening houdend met de technologische mogelijkheden en de digitale uitrol. Ik wil het doemdenken dat is geuit tegengaan: we zitten niet alleen op schema, maar we zitten met de openbare omroep, de privé-omroepen en de operatoren aan de top in Europa. Dat mag ook wel eens gezegd worden. Dat is het resultaat van heel wat inspanningen van nu en uit het verleden. Laten we daar samen werk van maken op een doordachte manier en laat ons de taak van de openbare omroep voor ogen houden. (Applaus bij de meerderheid)
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De bespreking is gesloten.
We zullen om 16 uur de hoofdelijke stemming over het voorstel van resolutie houden.