Verslag plenaire vergadering
Verslag
Aan de orde is de actuele vraag van mevrouw Heeren tot de heer Keulen, Vlaams minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering, over de wachtrijen bij de toewijzing van sociale koopwoningen en sociale kavels.
De voorbije jaren hebben heel wat jonge gezinnen in Vlaanderen gewacht om een sociale koopwoning of kavel te bemachtigen. In Maaseik hebben mensen drie dagen gekampeerd om in aanmerking te komen voor een sociale woning. Dat is onverantwoord. Niet iedereen is fysiek in staat om zoiets te doen. Bovendien is het geen sociaal systeem meer. Het is zover kunnen komen omdat er volgens het overdrachtbesluit van 1999 voor elk nieuw bouwproject wachtlijsten moeten worden opgesteld. Blijkbaar gebeurt dat nog niet overal in Vlaanderen omdat een aantal bouwmaatschappijen nog altijd wachtlijsten van voor 1999 hebben. Vroeg of laat zullen die echter uitgeput geraken. De komende maanden kunnen we heel wat rijen wachtenden voor de bouwmaatschappijen verwachten. We vragen dat de minister het overdrachtbesluit van 1999 zou aanpassen met een open inschrijving voor elke gemeente en ook dat de sociale mix in de wijken wordt gegarandeerd.
Er is tijdens deze en de vorige regering nooit meer gebeurd voor sociale huisvesting. De budgetten zijn verviervoudigd. De sector is het slachtoffer van zijn eigen succes geworden. We bieden een degelijk en kwalitatief aanbod tegen betaalbare prijzen. Wat er scheef loopt, is dat alles wordt bepaald door de volgorde van de inschrijvingen. Wat kan men daaraan doen? Ik heb vorig jaar aan de VHM en de VLEM gevraagd hoe de wachtrijen kunnen worden verholpen. Tegen het einde van deze maand zullen die een voorstel formuleren. Dat dat zo lang op zich laat wachten, toont aan dat er geen eenvoudig alternatief is. Een open lijst kan psychologisch voor een verandering zorgen, maar bij de toewijzing zal de volgorde van de inschrijving eveneens bepalend zijn. Het werken met een loting sluit dergelijke toestanden uit, maar ook daar zijn weinig voorstanders van. Bij de volgorde van de inschrijvingen kan de kandidaat zijn eigen lot min of meer bepalen, terwijl dat bij een loting op een abstracte manier gebeurt. Er bestaat geen toverformule. Ik wacht op het voorstel van de VHM en VLEM. Dat kan eventueel in een overdrachtbesluit worden ingeschreven.
Ik ben blij dat de minister wil ingaan op het systeem van open inschrijvingen. Dit systeem heb ik niet zelf uitgevonden, het heeft bestaan tot 1999. Het moment van inschrijving blijft belangrijk.
De koepel van de koopmaatschappijen heeft al voorstellen gedaan, maar er schort iets bij de verantwoordelijke voogdijoverheid, namelijk de VHM. Ik hoop dat de minister binnen twee weken een antwoord krijgt van de bevoegde ambtenaar. Het voordeel van een open lijst is dat de mensen niet meer moeten kamperen om ingeschreven te raken.
Als het om een concreet project gaat, zal men dergelijke fenomenen niet kunnen uitsluiten.
Ik denk dat de minister een denkfout maakt. Vroeger schreef men in bij een gemeente. Op het ogenblik dat een bouwmaatschappij een project ontwikkelde, vroeg ze aan de inschrijver of hij nog altijd kandidaat was. Hoe dan ook bleef men zijn plaats op de lijst behouden.
Zo zullen gigantische wachtlijsten ontstaan die deels virtueel zijn.
Het verleden heeft het tegendeel bewezen. Toen ik vorig jaar vroeg naar de wachtlijsten voor de koopwoningen vroeg, bleek de administratie zelfs niet over die cijfers te beschikken. Blijkt dat er vandaag ongeveer 9.000 mensen zijn ingeschreven bij koopmaatschappijen om in aanmerking te komen voor een koopwoning of een sociale kavel. Er zijn dus wel degelijk oplossingen mogelijk.