Verslag plenaire vergadering
Verslag
Aan de orde is de actuele vraag van de heer Laurys tot de heer Vandenbroucke, vice-minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Werk, Onderwijs en Vorming, over de uitvoering van het samenwerkingsakkoord betreffende de sluitende aanpak van werkzoekenden door de gewestelijke instellingen. Minister Kathleen Van Brempt antwoordt in de plaats van minister Vandenbroucke.
Uit het jaarverslag van de RVA blijkt dat Forem voor het eerste semester van 2004 geen enkel dossier heeft ingediend wegens werkweigering. De uitleg is dat Forem geen individuele werkaanbiedingen doet. Dat is in tegenstrijd met de afspraken van het samenwerkingsakkoord.
Van alle Waalse werkzoekenden die zijn verwittigd, is 91 procent in begeleiding; bij de VDAB is dat 70 procent. Verder volgt slechts 10 procent van de Waalse werkzoekenden een beroepsopleiding; bij de VDAB is dat 25 procent. De VDAB heeft ondertussen een kwantitatieve en kwalitatieve evaluatie gemaakt van de samenwerkingsovereenkomst, terwijl Forem nog geen cijfers heeft. Het is niet de bedoeling om een heksenjacht te ontketenen op de werklozen, maar er wordt opnieuw een schijn van misbruik gewekt. Het is nuttig om duidelijkheid in het dossier te brengen. Wat is het standpunt van de minister?
De minister van Werk vindt het samenwerkingsakkoord van 30 april 2004 een goed akkoord omdat het enerzijds gaat over de begeleiding en opleiding van werkzoekenden en anderzijds over afspraken inzake de transmissie van gegevens.
De minister en de Vlaamse Regering voeren het akkoord loyaal uit en de minister gaat ervan uit dat de andere partijen dat ook doen. Ik kan niet verder ingaan op de vraag om duidelijkheid omdat de minister van Werk momenteel een interministeriële conferentie over dit onderwerp bijwoont en zelf op zoek is naar meer klaarheid over de uitvoering van het samenwerkingsakkoord.
Ik zal aan de minister de resultaten van de interministeriële conferentie vragen.
Het incident is gesloten.