Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de problemen in de zeevisserijsector
Verslag
Aan de orde zijn de samengevoegde actuele vragen van de heer Stefaan Sintobin en van mevrouw Stern Demeulenaere tot de heer Yves Leterme, minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Institutionele Hervormingen, Landbouw, Zeevisserij en Plattelandsbeleid, over de problemen in de zeevisserijsector.
De situatie van de zeevisserij is kritiek. Dat heeft twee grote oorzaken, met name de hoge brandstofprijzen en de visquota. Voor Zeebrugge komt daar nog het probleem van de oneerlijke concurrentie vanuit Oostende bij.
De hoge stookolieprijzen wegen te zwaar door, waardoor de winstmarge van de vissers zeer klein is. Wat doet de minister om het onderzoek naar nieuwe technologieën over het gebruik van biodiesel te stimuleren?
Het is een bekend gegeven: ook in de visserij moet gestreefd worden naar een gezond evenwicht tussen ecologie en economie. Nochtans helt die balans de laatste tijd opmerkelijk over in de richting van de ecologie. Kan de Vlaamse Regering er bij de Europese commissie op aandringen de quota grondig te onderzoeken en eventueel te herzien?
De zeevisserij valt weliswaar onder Europa, maar het Vlaams Gewest bezit de restbevoegdheden en moet de vloot daarom in stand houden.
Kan minister-president Leterme zijn bezoek aan Zeebrugge toelichten? Heeft hij tijdens dat bezoek toezeggingen gedaan? Wat kan minister-president Leterme doen op Europees vlak? Hoe zal hij de Vlaamse zeevisserij verdedigen tegenover de Europese Commissie?
Ik heb de indruk dat de zeevisserij aan haar lot wordt overgelaten. Hoe ziet de Vlaamse regering de toekomst van de zeevisserij? Welke steunmaatregelen plant men op korte termijn?
Zeebrugge klaagt over oneerlijke concurrentie van Oostende. Minister-president Leterme heeft opgeroepen samen te werken, maar dat is door Oostende van de hand gewezen. Hoe zal minister-president Leterme samenwerking stimuleren?
De noodkreet van de visserijsector heeft nog nooit zo luid geklonken als nu : hoge stookolieprijzen in combinatie met uiterst lage visprijzen. Het klopt dat de stookolieprijzen ook in onze buurlanden stijgen, maar in Frankrijk heeft men een fonds opgericht. Dankzij dat fonds bedraagt de brandstofprijs in Frankrijk maximaal 0,27 euro. Dat is 0,06 euro minder dan hier. Ik denk dat we het voorbeeld van Frankrijk moeten volgen. Waarom slaagt men er daar wel in de visquota op niveau te houden? Ik ben er niet zo zeker van dat de Vlaamse vissers opgetogen zijn met het beleid van minister-president Leterme.
We mogen de economische impact van de zeevisserij niet onderschatten.
Alle economische sectoren, ook de vissers lijden onder de stijgende brandstofprijzen. De visserijsector betaalt geen belastingen op de brandstof waardoor de overheid eigenlijk alleen kan ingrijpen in de brandstofprijs.
Het Franse fonds waarnaar wordt verwezen is alleen nog maar aangekondigd en nog niet opgericht. De Europese Commissaris bevoegd voor Zeevisserij heeft duidelijk gezegd dat rechtstreeks of onrechtstreeks ingrijpen in de brandstofprijs niet kan. De Franse regering wil met deze aankondiging de Europese Commissie onder druk zetten. Wij volgen dit dossier van nabij. Als Frankrijk zijn aankondiging ook uitvoert, zullen wij de nodige stappen zetten.
De zeevisserij kampt voorts met enkele structurele problemen, waarvan drie op korte termijn belangrijk zijn. In december verdeelt Europa de TAC-quota (total allowed catches). Het probleem voor Vlaanderen is dat de quota voor tong verlaagd dreigen te worden.
Een ander probleem zijn Vlaanderens historische visrechten in afgelegen gebieden. Onze zeevisserij kampt met het nadeel dat geen onderscheid wordt gemaakt tussen vaartdagen, stoomdagen en visdagen. Ik zal dat aankaarten, maar weet niet of dat veel zal uithalen. Frankrijk en Nederland kennen dat probleem immers helemaal niet.
Dankzij vier sloopdossiers in de periode 2003-2004 wordt de referentiehoeveelheid onderschreden. Vanaf 2005 mag vlootvernieuwing opnieuw gesteund worden. In het decreet inzake de hervorming van de expansiesteun bevat geen bepalingen over de visserijsector. We zullen deze lacune de komende maanden wegwerken.
De komende maanden moeten we werk maken van een actieplan, waarin ook aandacht wordt besteed aan het visserijonderzoek en wetenschappelijk onderzoek.
Hoe reageert minister-president op de afwijzing van Oostende?
Dat is een van de zaken waar ik liever niet op reageer. Ik ga voor samenwerking tussen alle betrokkenen. Anders bereiken we niets.
Ik reken erop dat minister-president Leterme dit dossier van nabij zal volgen. Ik hoop voorts dat minister-president zijn voornemen om het motorvermogen te koppelen aan de visquota nog eens zal bekijken. Niet alle vissers zijn opgetogen met dat voorstel.
Dat is een van de opties in de beleidsnota. Ik wil daar graag over debatteren.
Het incident is gesloten.