Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde
Actuele vraag over de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde
Verslag
Aan de orde zijn de samengevoegde actuele vragen van de heren Van Hauthem, De Wever en Caluwé tot de heer Leterme, minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Institutionele Hervormingen, Landbouw, Zeevisserij en Plattelandsbeleid, over de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde.
Er bestaat grote onduidelijkheid over de timing van, de wijze waarop en de prijs die betaald zal worden voor de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde. Dat ook twee meerderheidspartijen vandaag een actuele vraag stellen over dit dossier toont dat aan.
Voor de verkiezingen wilden alle Vlaamse partijen Brussel-Halle-Vilvoorde onmiddellijk en zonder tegenprestatie splitsen. Na de verkiezingen werd afgesproken dat de Vlaamse meerderheidsfracties in het federale parlement onmiddellijk na de opening van het parlementaire jaar een wetsvoorstel zouden indienen. De voorbije anderhalve maand hebben de partijvoorzitters geprobeerd de Franstaligen te overtuigen. Het Minderhedenverdrag zou worden goedgekeurd. Men had het over de Franstalige rechters. Er zou een nieuwe kieskring komen gelijk aan de oude provincie Brabant. De Franstaligen in de Rand en in de Zes zouden extra faciliteiten krijgen.
Wat denkt de Vlaamse regering daarvan? Wat is het standpunt van de Vlaamse regering? Ik neem geen genoegen met een verwijzing naar het regeerakkoord want een aantal coalitiepartijen stelt vragen bij de timing.
De laatst gehoorde mogelijkheid zou erin bestaan de Franstaligen in de Rand de kans geven zich in Brussel te domiciliëren voor de verkiezingen en gerechtelijke zaken. Zo'n tweede Egmontpact is voor het Vlaams Blok onaanvaardbaar.
Wat denkt de Vlaamse regering over deze laatste mogelijkheid? In hoeverre is de Vlaamse regering het nog eens over dit dossier? Wat zal de Vlaamse regering doen na 12 oktober? Ik vraag minister-president Leterme uitdrukkelijk om de afgesproken strategie te bevestigen en uitdrukkelijk te stellen dat Vlaanderen geen tegenprestatie zal leveren.
Het Vlaamse regeerakkoord biedt een oplossing voor splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde. Dankzij een uitspraak van het Arbitragehof zijn alle partijen het erover eens dat geen prijs betaald hoeft te worden. In het regeerakkoord wordt verwezen naar het engagement ten aanzien van de burgemeesters.
In het regeerakkoord is de werkwijze duidelijk omschreven : aan het begin van het federale parlementaire jaar zal een wetsvoorstel ingediend worden. Het wetsvoorstel is zo goed als af. Niets staat de uitvoering van het regeerakkoord in de weg. Ik wens ook te benadrukken dat dit onderdeel van het regeerakkoord dit parlement eigenlijk overstijgt.
Het contract dient te worden nageleefd. We mogen elkaar niet beloeren in dit dossier. Dit dossier is geen breekijzer. Het Vlaamse front moet hier en op federaal niveau stand houden. Bepaalde uitspraken van federale excellenties, die ook op Vlaams niveau tot de meerderheid behoren, werpen echter een schaduw over dit front.
Wat zal minister-president doen om de uitvoering van het Vlaams regeerakkoord af te dwingen?
Vooreerst wens ik minister-president Leterme een gelukkige verjaardag. Ik hoop dat hij tijdens zijn 44ste levensjaar alle kans krijgt om het regeerakkoord uit te voeren. Een ervan is de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde.
Door een arrest van het Arbitragehof waarin de splitsing wordt opgelegd, is dit politieke feit een juridisch recht geworden waarvoor geen prijs betaald hoeft te worden. De herinvoering van de provinciale kieskring Brabant zoals voorgesteld door de MR is juridisch evenmin haalbaar tenzij de provincie Brabant opnieuw wordt opgericht.
Bovendien hebben de Franstaligen voor de verkiezingen meermaals gezegd dat ze geen communautaire vragen hebben. Nog een reden om geen prijs te betalen voor de splitsing. Tenzij we zouden wonen in dat land waar ik als student pas binnen mocht nadat ik de douanier enkele dollars had betaald ook al had ik een visum.
De voorzitter van het Vlaams Parlement heeft mij in het voorjaar, toen ik nog partijvoorzitter was, aangeschreven met het oog op frontvorming in het dossier-Brussel-Halle-Vilvoorde. Ik heb toen geantwoord dat ik vooral de frontvorming na de verkiezingen belangrijk achtte, omdat pas dan alle partijen hun posities op het federale en het Vlaamse niveau zouden kennen. Ik heb na de verkiezingen daarom het initiatief genomen om te komen tot een afspraak tussen de meerderheidspartijen over een strategie voor de uitvoering van het arrest van het Arbitragehof. In het regeerakkoord staat dat de Vlaamse Regering wil bijdragen tot een dergelijke afspraak, wel wetende dat de uiteindelijke besluitvorming op federaal niveau plaatsvindt.
Ik ga er dus van uit dat, conform het regeerakkoord, uiterlijk bij de start van het federale parlementaire jaar, dus volgende week dinsdag, begonnen wordt met de correcte uitvoering van de afspraak. De teksten voor het federale wetsvoorstel zijn zo goed als klaar. Tegelijk en parallel met de behandeling ervan in het federale parlement, wil de Vlaamse Regering wel alle institutionele middelen inzetten om in het kader van het coöperatieve federalisme een beroep te doen op de federale loyauteit.
Samengevat zullen dus de federale fracties van de Vlaamse meerderheidspartijen het voorstel indienen, waarna zij ook de verdere behandeling in Kamer en Senaat opvolgen. De Vlaamse Regering van haar kant zal druk uitoefenen op de kalender.
De minister-president schuift net als in het dossier-DHL de verantwoordelijkheid af. Ik weet ook wel wat er in het regeerakkoord staat. Maar de minister-president deed geen enkele uitspraak over de verschillende mogelijkheden om de Franstaligen over de brug te halen, die de laatste tijd naar voren zijn geschoven. Hij gaat daar niet op in. Hij zegt gewoon : we dienen een voorstel in en we zien wel. Is dat de verbintenis waarover in het regeerakkoord wordt gesproken? Blijkbaar is er geen eensgezindheid binnen de Vlaamse regering over de strategie, de inhoud, de timing en de middelen die mogen ingezet worden in de onderhandelingen met de Franstaligen. Het is niet toevallig dat vandaag leden van twee meerderheidsfracties een vraag stelden over dit dossier.
Het regeerakkoord zal correct worden uitgevoerd. Ik ben daarvan de hoeder. Ik ben voorts bij geen enkele onderhandeling betrokken waarin zou gemarchandeerd worden over de splitsing.
Het incident is gesloten.