Verslag plenaire vergadering
Verslag
Actieplan voor het voetbal in Vlaanderen
De voorzitter : Aan de orde is de actuele vraag van de heer Roegiers tot de heer Vanhengel, Vlaams minister van Sport en Brusselse Aangelegenheden, over een actieplan voor het voetbal in Vlaanderen.
Voetbal wordt steeds minder een feest. Heel wat voetbalclubs zitten in de problemen. De voetbaltop heeft daarvoor nog geen oplossing gevonden. Tegen 31 december 2002 moeten de clubs voldoen aan de voorwaarden van de licentiecommissie. Ze moeten in orde zijn met de uitbetaling van de lonen; ze mogen geen schulden hebben bij de KBVB en bij de RSZ, en ze moeten in orde zijn met de bedrijfsvoorheffing. Vanaf het seizoen 2004-2005 moeten de profclubs bovendien voldoen aan de voorwaarden van de UEFA-licentiecommissie en een sluitende begroting indienen.
De Europese Commissie heeft laten weten dat overheidssteun aan het betaald voetbal niet kan. Betaald voetbal is een economische activiteit, maar voetbal vervult eveneens een sociale en maatschappelijke functie. Ik vrees dat de gevolgen van het faillissement van profclubs voor het amateur- en het jeugdvoetbal niet te overzien zijn. Wat is de mening van de minister over het voorstel om met alle betrokkenen rond de tafel te gaan zitten om een actieplan op te stellen voor de redding van het voetbal in Vlaanderen?
De profliga kampt inderdaad met een aantal moeilijkheden, omdat de KBVB en de UEFA proberen om de financiële situatie van de topclubs gezond te maken. Vanaf het seizoen 2004-2005 moeten ze financieel in evenwicht zijn. Om te vermijden dat de Belgische clubs niet meer kunnen deelnemen aan de Europese voetbalcompetitie, heeft ook de licentiecommissie van de KBVB haar regels verscherpt. Dat is een goede zaak want het is belangrijk dat de structuren goed werken.
Men mag niet vergeten dat het gaat om een economische sector. Er is een duidelijk onderscheid tussen het betaald voetbal en het voetbal op de lagere niveaus, zoals de jeugdwerking. Vaak heeft die laatste niets te maken met de problemen van de profvoetbalclub omdat beide een eigen financiering hebben. Als de profclub failliet gaat, wordt de jeugdwerking gewoon voortgezet. Dat was alleszins het geval bij RWDM.
Er is geen juridische band tussen de Vlaamse Gemeenschap en de Koninklijke Belgische Voetbalbond (KBVB). Het is een goede zaak dat orde op zaken wordt gesteld binnen het professionele voetbal. Het jeugd- en amateurvoetbal staanlos van de professionele clubs. De voorbije jaren werden grote inspanningen geleverd voor het jeugdvoetbal. In de loop van dit jaar zal ik een ontwerp van decreet indienen dat onder meer in het voetbal een opleidingsvergoeding invoert.
Omdat de KBVB in opdracht van de UEFA het moeilijke werk uitvoert, vind ik niet dat we nog een rondetafelconferentie moeten organiseren. We kunnen beter afwachten.
Het Reglement bepaalt dat men actuele vragen zonder papieren beantwoordt. Bovendien overschrijdt een antwoord van zeven en een halve minuut de reglementaire spreektijd.
Een professionele voetbalploeg dient inderdaad de economische wetmatigheden te volgen. Het is evenmin mijn bedoeling onregelmatigheden goed te praten. Ik maak me wel zorgen wat de gevolgen zullen zijn voor het jeugd- of amateurvoetbal indien de bijhorende professionele ploeg failliet gaat. Precies daarom dienen we nu al met alle betrokkenen rond te tafel te gaan zitten.
Het incident is gesloten.