Verslag plenaire vergadering
Verslag
Aan de orde is de actuele vraag van mevrouw Becq tot mevrouw Vogels, Vlaams minister van Welzijn, Gezondheid en Gelijke Kansen, over de grieven van de Vlaamse rusthuizen.
Vandaag komen de rusthuisdirecties op straat in Oostende. Zij stellen zich vragen rond de financiering van de zorgkosten. Hoewel een aantal functies niet gefinancierd worden, stelt men toch kwaliteitseisen. Zij stellen zich ook vragen rond de omzetting van gewone rusthuisbedden in rust- en verzorgingsbedden. Voor sommige bewoners zal men 600 frank ontvangen, voor andere niet. Nochtans gaat het om mensen die allemaal dezelfde zorg nodig hebben. De minister kan een belangrijke rol spelen in de totstandkoming van een akkoord met de federale overheid. Wij hopen dat zij dit ook daadwerkelijk doet.
Verder wil de sector weten hoever het staat met de bijkomende middelen voor de bouw van rusthuizen, de zogenaamde VIPA-middelen. Momenteel zijn er immers 8000 mensen die geen plaats vinden in een rusthuis.
Tenslotte is er nog een vraag rond de zorgverzekering. Waarom hebben enkel de bejaarden met een zorgbehoevendheid van categorie C recht op een extra tegemoetkoming van 160 euro? Op welke manier moeten de rusthuizen dit aan hun bewoners uitleggen?
De minister kondigt vandaag aan dat ze 50 miljoen euro wil vragen om te kunnen anticiperen op deze problemen. Enkele maanden geleden vroeg ze een bijkomend bedrag van 150 miljoen euro voor de gehandicapten. Tot nu toe is hier echter weinig van gerealiseerd. Ik wens dan ook te weten wat haar antwoord is op de grieven van de rusthuizen.
Ik vind het helemaal niet erg dat de rusthuisdirecties nu op straat komen. De vergrijzing is immers een maatschappelijk probleem. De rusthuisdirecties kunnen bijdragen tot de sensibilisering van de publieke opinie voor deze problematiek.
Aan de zorgverzekering werden overigens al heel wat miljarden frank besteed en voor de rusthuizen hebben we het C-forfait nooit in vraag gesteld. De eerste fase zal volledig uitgevoerd worden. Er zal weldra moeten beslist worden over de verdere financiering.
Door de demografische evolutie is er, in tegenstelling tot 5 jaar geleden, een tekort aan plaatsen in de rusthuizen. Momenteel neemt de vergrijzing immers enorme proporties aan.
De gemiddelde opnameleeftijd in de rusthuizen is tussen de 80 en 85 jaar, een leeftijd die steeds hoger wordt door de goede thuiszorg. Daardoor komen vooral mensen die zware zorgen behoeven, in de rusthuizen terecht.
De federale overheid komt zijn verbintenissen voorlopig niet na, al belooft federaal minister Vandenbroucke daar iets aan te zullen doen. Zo zijn er 40.000 mensen die recht hebben op een zorgforfait, maar dit nog niet ontvangen.
Ook Vlaanderen moet echter een inhaalbeweging maken. Door de VIPA-herziening liggen er momenteel voor 2 miljard Belgische frank aan goedgekeurde dossiers klaar voor uitvoering. Ik zal hier bij de begrotingsbespreking van 2003 de nodige middelen voor proberen uit te trekken. Als we vandaag niet investeren in de ouderenzorg, zadelen we de toekomstige generaties met een zware sociale last op.
Ik wil erop wijzen dat de meerderheid onze moties hierover niet altijd steunt. Blijkbaar moeten de mensen op straat komen, vooraleer de minister van mening is dat er een maatschappelijk draagvlak voor bepaalde maatregelen bestaat. Wij dringen er al langer op aan de middelen van het fonds hiervoor aan te wenden.
Ik ben blij dat in de zorgverzekering meer aandacht zal worden besteed aan de bejaarden van categorie O en A en dat de Vlaamse regering werk zal maken van het zorgdecreet, een decreet dat ze in april al moest goedkeuren.
Het incident is gesloten.