Verslag plenaire vergadering
Verslag
Aan de orde is het voorstel van decreet van de heren van den Abeelen, Voorhamme, Malcorps, Lauwers en Stassen houdende bekrachtiging van de stedenbouwkundige vergunningen verleend door de Vlaamse regering op 18 maart 2002 in toepassing van het decreet van 14 december 2001 voor enkele bouwvergunningen waarvoor dwingende redenen van groot algemeen belang gelden.
De algemene bespreking is geopend.
, verslaggever: Het Vlaams Parlement heeft hier in december het validatiedecreet goedgekeurd, dat het mogelijk maakt dat de Vlaamse regering bouwvergunningen aflevert die afwijken van de bestaande bestemmingsplannen. Deze bouwvergunningen moeten binnen de dertig dagen worden bekrachtigd door het Vlaams Parlement, wat nu gebeurt door de bespreking van dit voorstel van decreet.
Dit voorstel werd op maandag 25 maart al besproken door de verenigde commissies voor Leefmilieu, Natuurbehoud en Ruimtelijke Ordening, en voor Openbare Werken, Mobiliteit en Energie en wordt vandaag behandeld in plenaire vergadering. Met het oog op de paasvakantie wordt in onderling akkoord binnen het Uitgebreid Bureau afgeweken van de wettelijke termijnen voor de ronddeling van de stukken en het verslag.
In de toelichting verduidelijkt de heer Stassen dat met dit voorstel van decreet 11 bouwvergunningen worden bekrachtigd : acht voor het Deurganckdok en de natuurcompensaties en drie voor het weidevogelgebied in het gecontroleerd overstromingsgebied (GOG) Kruibeke-Bazel-Rupelmonde (KBR). De heer De Meyer heeft vragen over het flankerende landbouwbeleid, mevrouw Merckx-Van Goey formuleert enkele bedenkingen bij de aard van het dossier en de heer Penris drukt zijn bezorgdheid over de suprastructuur uit.
Bij de eerste bouwvergunning voor de aanleg van het dok worden geen opmerkingen gemaakt. De bouwvergunning wordt met 28 stemmen voor bij 1 onthouding goedgekeurd.
De tweede bouwvergunning regelt de baggerwerken en de ophoging van de gronden. De heer De Meyer verduidelijkt het bezwaar van de gemeente Beveren tegen de ophoping in de zones C59 en C60. De heer Stassen antwoordt dat het aantal ophopingszones met 90 percent is gedaald. Minister Van Mechelen stelt dat zuinig zal worden omgesprongen met de ruimte. De bouwvergunning wordt met 23 stemmen tegen 1 bij 5 onthoudingen goedgekeurd.
De derde bouwvergunning betreft de leefbaarheidsbuffer rond Doel. De heer De Meyer verklaart dat de gemeente Beveren bezwaar aantekent omdat die buffer te dicht bij het dorp ligt. Minister Van Mechelen antwoordt dat bij de bouw van de buffer geprobeerd zal worden rekening te houden met dit bezwaar. De derde bouwvergunning wordt met 23 stemmen tegen 1 bij 5 onthoudingen goedgekeurd.
Bij de vierde en de vijfde bouwvergunning, respectievelijk betreffende de ontsluitingswegen en de sporen voor de containerterminal worden geen opmerkingen gemaakt. Beide bouwvergunningen worden met 28 stemmen tegen 1 goedgekeurd.
De zesde bouwvergunning voor de natuurcompensaties in het terrein Paardenschor en de zevende voor de natuurcompensaties in het natuurgebied Drijdijck worden beide met 23 stemmen tegen zes goedgekeurd.
De achtste bouwvergunning regelt de natuurcompensatie door middel van een zoetwaterkreek. De heer De Meyer stelt dat de gemeente Beveren zich tegen deze vergunning verzet omdat de zoetwaterkreek een homogeen landbouwgebied aantast. Bovendien zijn niet alle alternatieven onderzocht. De heer Stassen antwoordt dat het juridisch niet toegelaten was alternatieven te onderzoeken. De achtste bouwvergunning wordt met 21 stemmen tegen 6 bij 2 onthoudingen goedgekeurd.
Bij de negende, tiende en elfde bouwvergunning merkt de heer De Meyer samen met de verslaggever op dat het validatiedecreet niet gebruikt kan worden om de aanleg van een ringdijk te vergunnen. Die ringdijk is blijkbaar het resultaat van een politiek compromis waar men niet omheen kan. CD&V dient een amendement in om deze bouwvergunningen te schrappen. Het amendement wordt niet goedgekeurd. De heren Voorhamme en Stassen antwoorden dat de ringdijk nodig is voor de aanleg van het gecontroleerd overstromingsgebied.
Voor de eindstemming stelt de heer Penris dat zijn fractie niet tegen de aanleg van het Deurganckdok is. De heer De Meyer zal zich in afspraak met zijn fractie onthouden.
Het voorstel van decreet wordt met 20 stemmen bij 9 onthoudingen goedgekeurd.
Vooraleer de verschillende sprekers aan het woord te laten, wens ik volgende dringende medelingen voor te lezen die ik vandaag heb ontvangen. De eerste brief is van de heer Storme, advocaat van 109 inwoners van Doel en omstreken.
Hoogachtende heer Voorzitter,
Als raadsman van 109 inwoners van Doel en omgeving, hieronder nader genoemd, alsmede door indeplaatsstelling van de gemeente Beveren, schrijf ik u aan in uw hoedanigheid van Voorzitter van het Vlaams Parlement, om de aandacht van het Vlaams Parlement te trekken op bepaalde belangrijke feiten die aan zijn aandacht zouden kunnen zijn ontsnapt. Ik doe dit om te vermijden dat het Vlaams Parlement zou overgaan tot ernstige inbreuken op onder andere Europese regelgeving.
In een nieuwe ingebrekestelling van 20 maart 2002 heeft Europees Commissaris bevoegd voor milieuzaken, mevrouw Margot Wallström, België ingebrekegesteld wegens inbreuken gepleegd op artikel 4, lid 1, van de Vogelrichtijn evenals op artikel 6, leden 3 en 4, van de Habitatrichtijn. U vindt een kopie van deze ingebrekestelling in bijlage.
Deze ingebrekestelling heeft betrekking op het Besluit van 8 september 2000 van de Vlaamse regering houdende definitieve vaststelling van het plan tot gedeeltelijke wijziging van het gewestplan Sint-Niklaas-Lokeren, en de daarin bepaalde havenuitbreiding.
De ingebrekestelling heeft belangrijke gevolgen voor de bouwvergunning, verleend op 18 maart 2002, die nu ter bekrachtiging worden voorgelegd aan het Vlaams Parlement.
Het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 14 december 2001 voor enkele bouwvergunningen waarvoor dwingende redenen van groot algemeen belang gelden, het zogenaamde Nooddecreet, bepaalt immers in artikel 4 dat de Vlaamse regering, voorafgaand aan het verlenen van de bouwvergunning, de toepassing dient te waarborgen van onder andere de artikelen 3 en 4 van de Vogelrichtijn evenals het artikel 6, leden 2 tot 4, van de Habitatrichtijn.
Uit de ingebrekestelling bijkt duidelijk dat de Vlaamse Regering deze voorwaarden niet is nagekomen.
Ten slotte ben ik de overtuiging toegedaan dat u als voorzitter van het Vlaams Parlement, in het bijzonder geroepen bent om de volksvertegenwoordigers voorafgaand aan de stemming hieromtrent te informeren, en dit tevens op grond van de actieve openbaarheid van het bestuur.
Ik meen u door middel van deze waarschuwing voldoende te hebben ingelicht en vertrouw erop dat u de geplande inbreuken dan ook niet zal begaan of laten begaan, en teken dan ook,
Met de meeste hoogachting.
De heer Storme heeft deze brief samen met de 109 inwoners ondertekend.
De tweede brief is van de heer Vermeire, raadsman van de Bond Beter Leefmilieu Vlaanderen.
Geachte Voorzitter van het Vlaams Parlement,
Ik schrijf u als raadsman van de Bond Beter Leefmilieu Vlaanderen.
Aansluitend aan het telefonische onderhoud met uw secretariaat van deze middag, maak ik u zonder hierover een standpunt in te nemen, de ingebrekestelling over van de Europese Commissie van 20 maart 2002.
Hier vestig ik uw bijzondere aandacht op punt 10, waarin wordt gesteld :
10. De Commissie is van mening dat, naast het gebrek aan passende beoordeling, de negatieve gevolgen van de derde versie van het Gewestplan St-Niklaas-Lokeren er eveneens toe leiden dat België zijn verplichtingen in het kader van artikel 6 (4) van de Habitatrichtlijn niet heeft geëerbiedigd. België heeft evenmin een afwezigheid van alternatieve oplossingen, noch een groot en dwingend openbaar belang, noch de geschiktheid van compensatoire maatregelen aangentoond.
Er is ook sprake van schending van artikel 4, 1 van de Vogelrichtlijn en artikel 6, 3 en 6,4 van de Habitatrichtlijn (zie punt 12).
Volgens artikel 5 van het bedoelde decreet moet het Vlaams Parlement bij de al dan niet bekrachtiging nagaan of voldaan is aan de in artikel 4 van dit decreet omschreven voorwaarden. Artikel 4 betreft precies de conformiteit met onder meer artikel 4 van de Vogelrichtlijn en artikel 6 van de Habitatrichtlijn.
Daarom dat ik mij zodanig ertoe verplicht acht u van dit nieuw gegeven op de hoogte te stellen, gezien deze milieu- en rechtskundige informatie belangrijk genoeg is om gekend te zijn door de volksvertegenwoordigers.
Met alle eerbied voor de soevereiniteit van het Parlement en met de meeste hoogachting,
Gewijde Vermeire.
De diensten van de federale minister van Buitenlandse Zaken hebben mij geïnformeerd over deze wendingen in het dossier. De ingebrekestelling slaat op de toepassing van artikel 4 van de Vogelrichtlijn en artikel 6 van de Habitatrichtlijn in het tweede gewestplan Sint-Niklaas-Lokeren. Volgens artikel 226 van het Stichtingsverdrag van de Europese Gemeenschappen heeft België twee maand de tijd om een antwoord te formuleren.
In het validatiedecreet wordt bepaald dat de aanleg van het dok en de natuurcompensaties gelijktijdig worden uitgevoerd. Dat zal ook ons antwoord zijn aan de Europese Commissie.
De ingebrekestelling slaat op het gewestplan Sint-Niklaas-Lokeren. Het validatiedecreet en dit voorstel van decreet bieden de mogelijkheid daarvan af te wijken. Het voorstel bevat bovendien maatregelen die aan de bezwaren van Europa tegemoetkomen.
CD&V is een overtuigd maar geen enthousiast voorstander van beide decreten. Afwijken van de normale procedures moet de uitzondering blijven. Als we ons nu houden aan de bestaande procedures, worden de werken voor minstens één jaar stilgelegd. Dat zou enorme meerkosten voor de gemeenschap betekenen. Door het uitstel zullen tal van rederijen een andere uitvalsbasis zoeken. Dat is nadelig voor de volledige Vlaamse economie, die afhankelijk is van de export. We liggen aan zee en deze troef moeten we uitspelen.
We zullen dit voorstel van decreet goedkeuren, maar hebben toch enkele bemerkingen. Als de meerderheid eerder rekening gehouden had met de landbouwbelangen, zouden er betere compensatiegebieden bepaald zijn.
In het validatiedecreet is enkel sprake over de aanleg van een weidevogelgebied. Nu wil men drie bouwvergunningen afleveren voor een aantal werken in het gebied Kruibeke-Bazel-Rupelmonde. Het gaat onder meer over de aanleg van een ringdijk. We hebben de indruk dat door dit politiek compromis de aanleg van een GOG met gereduceerd getij voorbereid wordt. Dergelijk gebied overstroomt twee maal per dag, waardoor landbouw onmogelijk wordt. Op juridisch vlak neemt men een groot risico. We hopen dat de meerderheid daarover apart wil stemmen.
In artikel 2 is sprake van een weidevogelgebied in een GOG in het gebied Kruibeke-Bazel-Rupelmonde, ter compensatie van de aanleg van het Verrebroekdok en het Deurganckdok. Een GOG in dat gebied ligt langs de Schelde. De dijk moet daar zo laag zijn dat de Schelde elders niet overstroomt. De woningen achter de polder moeten voldoende beschermd worden en dus moet een Sigmadijk aangelegd worden. De hele regeling is logisch en juridisch correct.
De bouwvergunning voor de aanleg van een GOG is al twee jaar geleden aangevraagd. Het is niet nodig om daarvoor een bijzondere procedure te volgen. In het validatiedecreet is enkel sprake over een weidevogelgebied en niet over een GOG. Voor een weidevogelgebied is trouwens geen bouwvergunning nodig.
Onze bezwaren wegen niet zwaarder dan onze bekommernis om de economische belangen. Daarom zullen we dit voorstel van decreet goedkeuren. (Applaus)
- De heer Johan De Roo, eerste ondervoorzitter, treedt als voorzitter op.
We willen zeker niet de rechten van individuen beknotten. De vooruitgang, de welvaart en het welzijn van onze volledige gemeenschap, niet alleen van Antwerpen, staan echter op het spel. Door te lichtzinnig om te springen met de eisen van Europa, is een historisch passief van natuurcompensaties ontstaan. Daarom zijn in het validatiedecreet niet alleen de werken voor het bouwen van het Deurganckdok, maar ook de vereiste natuurcompensaties vastgelegd.
Deze compensaties werden onderzocht in een nieuw MER. Ze werden nauwkeurig aangeduid op kaarten en uitgebreid besproken in de memorie van toelichting van het validatiedecreet.
Het validatiedecreet was nodig om verder te kunnen werken aan het Deurganckdok zonder dat er, door een eventuele schorsing van de tweede gewestplanwijziging, een nieuwe stilstand in de werkzaamheden zou komen. Het Vlaams Parlement was van oordeel dat de werken van dwingend groot algemeen en strategisch belang zijn. Dit werd ook uitdrukkelijk opgenomen in het validatiedecreet.
Zoals in het validatiedecreet aangegeven werd, werd het openbaar onderzoek gevolgd zoals dit voorgeschreven is in het decreet van 18 mei 1999. Voor de aanvragen voor KBR had het onderzoek reeds eerder plaats. Het onderzoek voor alle aanvragen voor het Deurganckproject op het grondgebied van Beveren hadden plaats begin dit jaar.
Voorafgaand aan de aanvragen werd een gedetailleerd MER opgemaakt. De verdere procedures inzake de natuurcompensaties worden eveneens nagekomen.
Rekening houdend met de bezwaren zoals die aangegeven werden in de stedenbouwkundige vergunningen, maar binnen de bepalingen opgenomen in het validatiedecreet, werden de vergunningen zorgvuldig voorbereid.
Uiteraard heeft de gemeente Beveren, vooral op het gebied van natuurcompensaties, bezwaren geopperd tegen sommige aangevraagde werken. Minister Van Mechelen heeft echter, samen met de heer Desmyter, gepoogd om oplossingen te zoeken die aan de bezorgdheden van de gemeente zouden tegemoet komen.
Ik hoop ook dat de monitoringcommissie, die zal opgericht worden om de instandhoudingsdoeleinden, opgelegd door de Europese commissie, alternatieve voorstellen voor compensatiegebieden kan en zal doen. Dit zal echter geen gemakkelijke opgave zijn.
De Vlaamse regering heeft de stedenbouwkundige vergunningen verleend op 18 maart 2002. Dezelfde dag werd deze vergunning ter bekrachtiging overgemaakt aan het parlement. Op 18 maart heeft de Vlaamse regering ook beslist over het flankerend beleid. Dit laatste moet tegemoetkomen aan de bezorgdheden die leven in de landbouwsector.
De bekrachtiging door dit parlement van de door de Vlaamse regering verleende bouwvergunningen is een vormvereiste. Daardoor kunnen de stedenbouwkundige vergunningen uitvoerbaar worden op de dag na de publicatie van het bekrachtigingsdecreet in het Belgisch Staatsblad.
Tenslotte wil ik nog wijzen op de uitgebalanceerde samenhang van alle vergunningen. Zowel de economische, de ecologische als de landbouwaspecten komen erin voor. De VLD-fractie geeft dan ook haar goedkeuring aan het voorliggende bekrachtigingsbesluit. Tegelijk doe ik ook een oproep aan alle fracties om, in de meest positieve ingesteldheid, mee te werken aan het initiatief van minister Van Mechelen om de procedures voor infrastructuurwerken te vereenvoudigen. (Applaus bij VLD).
Vooreerst wens ik duidelijk te stellen dat het Vlaams Blok nooit een tegenstander geweest is van het Deurganckdok. Alle initiatieven die de Vlaamse havens helpen, zullen kunnen genieten van onze steun. Onze houding rond onder meer de Ijzeren Rijn heeft dit in het verleden reeds voldoende aangetoond.
We gaan ons niet verzetten tegen de hoogdringendheid maar we houden de legistieke bezwaren tegen het nooddecreet in het achterhoofd. Vandaag moeten we echter rekening houden met het principe van de scheiding der machten. Wij hebben hier weliswaar een slag verloren maar toch wensen we dit principe verder te respecteren. Ik betreur dan ook de houding van de meesters Storme en Vermeire.
Ik zal heel uitdrukkelijk vragen om bij artikel 2, vergunning per vergunning, te laten stemmen. We zullend de bouwwerken voor het Deurganckdok, de ontsluiting en de suprastructuur goedkeuren. Inzake de vereenvoudiging van de procedures zullen we coöperatief meewerken.
Concreet betekent dit dat we de artikelen 1,2,4 en 5 zullen goedkeuren. Omdat we de garanties voor de buffer onvoldoende vinden, zullen we ons op dat vlak onthouden. Voor wat de bouwvergunning voor de natuurcompensaties betreft, zullen we tegenstemmen : voor het Vlaams Blok zijn mensen nog steeds belangrijker dan vogels. (Applaus bij het VB).
De brief van meester Storme en de melding van de ingebrekestelling wijzen op het belang van het validatiedecreet.
De discussie werd hier reeds ten gronde gevoerd. Vandaag gaat het om de bekrachtiging van de stedenbouwkundige vergunning in gevolge de uitvoering van het validatiedecreet. We dienen na te gaan of er voldaan werd aan de voorwaarden van het validatiedecreet. Nadien kunnen we het dan al dan niet bekrachtigen. Uit de commissiebesprekingen en de documenten is echter al gebleken dat aan alle voorwaarden voldaan werd.
Het is zeer positief dat de regering, eens zij een beslissing getroffen had over de bouwvergunning, ook oog gehad heeft voor een flankerend beleid. Dit beleid voorziet immers niet alleen in compensaties voor een aantal vroeger genomen maatregelen, er werd ook een beslissing genomen over het grondbankbeleid, de monitoring en het beheer van de compensatiegebieden. Dit laatste werd door de landbouworganisaties en verschillende fracties gevraagd. De landbouw zal op een bijzondere wijze behandeld worden.
Het enige twistpunt in de commissie was de goedkeuring van de bouwvergunningen. Voor de aanleg van de ringdijk in het KBR-gebied zijn er immers 3 bouwvergunningen nodig. De Europese correspondentie hieromtrent duidt overigens duidelijk aan hoe zorgvuldig we moeten optreden wanneer we tegelijkertijd verschillende werken aanvatten. De voorbereiding voor de verschillende werken bestaat uit de aanleg van de ringdijk. Deze is immers van primordiaal belang voor de veiligheid van de mensen. Een gecontroleerd overstromingsgebied kan er echter niet komen zonder dat men de Scheldedijk verlaagt. De waarde van de ringdijk van Bazel, Kruibeke en Rupelmonde moet overigens op een correcte manier ingeschat worden. Hij kan dus niet leiden tot de creatie van een gereduceerd getijdengebied. Hopelijk zal dit een parchtig natuurgebied worden.
CD&V zal het validatiedecreet steunen en dat waardeer ik. Voor het overige begrijp ik niet waarom deze fractie zo gekant is tegen de plannen om van KBR voor een deel gecontroleerd overstromingsgebied en voor een ander deel gereduceerd getijdengebied te maken.
Het Vlaams Blok beroept zich nu op de regels van de rechtstaat, maar ook daarin is deze partij niet consequent. Ze keurt wel de bouwvergunning goed voor de bouw van de kaaimuren, maar niet de natuurcompensaties, die door Europa worden opgelegd. Nochtans impliceert het respect voor de rechtstaat dat ook de Europese richtlijnen worden nageleefd.
Als het van het Vlaams Blok had afgehangen, dan hadden we nu nog niet kunnen denken aan een hervatting van de werkzaamheden en dan was nog veel meer belastinggeld verloren gegaan. Als dit decreet snel wordt gepubliceerd in het Belgisch staatsblad, dan kunnen de werken aan het Deurganckdok echter spoedig opnieuw beginnen. (Applaus bij de VLD, sp.a en AGALEV)
De brieven die werden voorgelezen door de voorzitter hielden verband met de niet-toepassing van de Europese natuurwetgeving. Van de gebieden die worden beschermd door de Vogel- en Habitatrichtlijnen, moet men afblijven. Wanneer men dat niet doet, moet men aantonen dat dit te maken heeft met redenen van algemeen belang en dat er geen alternatief is. Bovendien moet er gelijktijdig in kwalitatieve en kwantitatieve compensaties worden voorzien.
Vandaag lossen we een probleem op dat de belastingbetaler al miljoenen euro's heeft gekost, namelijk dat van het Deurganckdok. We lopen ook de achterstand in die we hadden opgelopen bij de toepassing van de Europese natuurwetgeving.
De brieven van de advocaat van Doel 2020 zijn meer politiek dan juridisch gemotiveerd. De regering is voor een groot deel tegemoetgekomen aan de standpunten die we in het verleden hebben ingenomen. De leefbaarheidsbuffer moet de tijdelijke leefbaarheid van Doel garanderen. De bijkomende opspuiting werd van 400 hectare naar 40 hectare teruggebracht. De boeren van het Waasland zullen een correcte vergoeding krijgen. In KBR zal er aan de Schelde eindelijk werk worden gemaakt van ruimte voor water. Ook de begeleidende afspraken moeten worden uitgevoerd. De werken kunnen kort na Pasen herbeginnen en dat was het streefdoel.
We moeten erop toezien dat de natuurcompensaties ook echt worden gerealiseerd, de huidige en de historische, de tijdelijke en de permanente. De tegemoetkomingen aan de landbouwers moeten worden uitbetaald. De begeleidende maatregelen bij de natuurcompensaties moeten worden uitgevoerd. Dat omvat het oprichten van een beheerscommissie en het opstellen van een monitoringplan. De regering dient te zorgen voor personeel en voor financiële middelen.
Met het dossier KBR maak ik me in Kruibeke niet populair. Net als de heer Voorhamme droom ik er echter van dat dit een natuurgebied wordt waar mensen zullen kunnen wandelen en fietsen.
De aflevering van de bouwvergunningen past binnen de filosofie en de legistiek van het validatiedecreet. Eindelijk krijgen de inwoners duidelijkheid in een dossier dat al in 1978 werd geopend.
Ik wil nog beklemtonen dat de ringdijk met zand wordt gebouwd en niet met slib. Het is niet de bedoeling met deze dijk het slibprobleem van de bodem van de Schelde op te lossen, zoals sommigen beweren.
We hebben een oplossing uitgewerkt voor het probleem van het oppervlaktewater. Voor de landbouwers in Kruibeke zijn er tegemoetkomingen: artikel 10 van het validatiedecreet is ook op hen van toepassing. De landbank zal uitgebreid worden naar Temse en Sint-Niklaas.
Het Vlaams Parlement heeft zijn verantwoordelijkheid genomen. Nu zal de regering het decreet moeten uitvoeren en het parlement zal daarop toezien. Ik hoop dat een dergelijk validatiedecreet in de toekomst nooit meer nodig zal zijn. (Applaus bij sp.a en AGALEV).
- De heer Norbert De Batselier, voorzitter, treedt opnieuw als voorzitter op.
De advocaat van de bewoners van Doel krijgt het verwijt dat hij een politieke actie inspant in plaats van een juridische. Met die beschuldiging kijkt men uitdrukkelijk in de richting van NV-A. Ik begrijp niet waarom het optreden van meester Storme als een politieke actie zou moeten bestempeld worden. Een goed advocaat zal echter alle middelen aanwenden om het belang van zijn cliënt te verdedigen, ook politieke. Een eventuele politieke daad is zeker niet ingegeven door de politiek van onze fractie, want wij hebben het validatiedecreet goedgekeurd.
Een van de belangrijkste overwegingen daarvoor was dat de goedkeuring van het nooddecreet de situatie van Doel zou verbeteren omdat de bouw van het Saeftinghedok niet nodig zou zijn.
Ik heb gezegd dat de stellingname van de heer Storme politiek was, en daarmee bedoel ik niet partijpolitiek.
Onze houding over de goedkeuring van de bouwvergunningen zijn genuanceerder. De N-VA zal zich om verschillende redenen onthouden. Zo vragen we bewijzen voor het feit dat de maatregelen noodzakelijk en dringend zijn voor Vlaanderen. We moeten geen bijzondere procedures toepassen als dat niet echt nodig is. We staan positief tegenover de natuurcompenserende maatregelen maar men moet niet van de normale procedure afwijken.
Voorts voorziet een artikel in het voorstel van decreet vergoedingen, maar we merken daar niets van. Dat zal een kostelijke operatie worden. Ten slotte wensen we meer duidelijkheid over de studie betreffende het Saeftinghedok zodat Doel eindelijk weet waar het aan toe is.
We nemen een redelijke houding aan in dit dossier. De principiële discussie over het validatiedecreet is in december 2001 al gevoerd.
Wat de bouwvergunningen 1 tot en met 8 betreft hechten we veel belang aan de argumenten van de betrokken gemeentebesturen. Het gemeentebestuur van Beveren is positief over acht bouwvergunningen en beoordeelt drie vergunningen negatief. Het zegt ja tegen de bouw van het Deurganckdok, de ontsluitingswegen, de spoorweginfrastructuur en de natuurcompensaties. Het gemeentebestuur is evenwel tegen de aanleg van een leefbaarheidsbuffer aan de ingang van Doel; het opspuiten van de poldergronden vindt het niet noodzakelijk en bepaalde natuurcompensaties zijn onverantwoord. Ik heb begrip voor die houding van het Beverse gemeentebestuur.
Wat de bouwvergunningen 9, 10 en 11 betreft, is de bouwvergunning voor het GOG KBR niet noodzakelijk. Men zou beter een oplossing zoeken voor de afwatering van de Barbierbeek. We dienen een amendement in om de drie laatste bouwvergunningen niet in het voorstel van decreet op te nemen, omdat die het juridisch zwak maken. Een politiek compromis tussen de meerderheid is duidelijk belangrijker dan een oplossing voor het dossier. Voorts heb ik nog een aantal vragen over het flankerend landbouwbeleid. In de commissie heb ik daarop een onvolledig antwoord gekregen.
We zijn voor de bouw van het Deurganckdok, maar we vragen meer redelijkheid voor het flankerende beleid en we vinden het belangrijk dat er geluisterd wordt naar de betrokken gemeentebesturen als die redelijke argumenten naar voren schuiven. We zullen ons bij sommige stemmingen en bij de eindstemming onthouden. (Applaus bij CD&V)
Ik sta hier met gemengde gevoelens. Ik begrijp dat men het dossier vanuit twee oogpunten kan bekijken, namelijk dat van Antwerpen en de haven, en dat van het Waasland. De Waaslanders hebben geprobeerd om temoet te komen aan de standpunten van Antwerpen. Spijtig genoeg heb ik de indruk dat sommige Antwerpenaars niet altijd het standpunt van het Waasland willen begrijpen.
Ik voel woede, soms ontgoocheling en vaak onbegrip omdat Antwerpen niet altijd begrip heeft voor de Wase problemen en omdat het Waasland niet alle politici op een lijn krijgt, ook niet in het Vlaams Parlement. Het siert de heer Cordeel dat hij niet deelneemt aan de debatten. Het tart evenwel elke verbeelding dat de heer Stassen een van de vurigste pleitbezorgers is voor het nooddecreet. De groenen breken af wat ze vroeger aanbaden.
De habitat van de bewoners en landbouwers van de polderdorpen staat onder grote druk. De gewone mens zal de verliezer worden van de strijd tussen bulldozers en juristen.
Drie jaar geleden maakte de strijd voor leefbare polderdorpen deel uit van mijn verkiezingscampagne. Dat was ook zo voor andere partijen. Maar ik zal na vandaag nog altijd recht in mijn schoenen staan.
Het is duidelijk dat Antwerpen heeft gewonnen binnen het Vlaams Blok. De groenen hebben hun eisen kunnen verwezenlijk. Ik wil samen met u wel eens in Doel gaan rondkijken. Maar het Vlaams Blok is in elk geval niet verantwoordelijk voor de verwezenlijkingen.
We zullen horen wat de kiezers van Kruibeke te vertellen hebben.
De algemene bespreking is gesloten.
Artikelsgewijze bespreking
Aan de orde is de artikelsgewijze bespreking van het voorstel van decreet van de heren van den Abeelen, Voorhamme, Malcorps, Lauwers en Stassen houdende bekrachtiging van de stedenbouwkundige vergunningen verleend door de Vlaamse regering op 18 maart 2002 in toepassing van het decreet van 14 december 2001 voor enkele bouwvergunningen waarvoor dwingende redenen van groot algemeen belang gelden.
- Artikel 1 wordt zonder opmerkingen aangenomen.
- De gesplitste stemming over artikel 2 wordt aangehouden.
De artikelsgewijze bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemming over het voorstel van decreet houden.