Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de conclusies uit de Vlaamse gezondheidsindicatoren voor 1999 met betrekking tot het aantal zelfdodingen
Verslag
Aan de orde zijn de samengevoegde actuele vragen van de heer Van Duppen tot mevrouw Vogels, Vlaams minister van Welzijn, Gezondheid en Gelijke Kansen, over de conclusies uit de Vlaamse gezondheidsindicatoren voor 1999, en van de heer Van Vaerenbergh tot minister Vogels, over de conclusies uit de Vlaamse gezondheidsindicatoren voor 1999 met betrekking tot het aantal zelfdodingen.
Gisteren werden de Vlaamse regionale indicatoren voorgesteld. De levensverwachting is weer gestegen. Andrzijds zijn er ook negatieve signalen : het aantal zelfdodingen bij mannen boven 75 jaar is zeer sterk gestegen. Bovendien blijkt er een schrijnend verband te bestaan tussen scholingsgraad en gezondheid. Laaggeschoolde vrouwen hebben 5,3 keer meer kans dan hooggeschoolde vrouwen om een doodgeboren kind op de wereld te brengen of een kind dat overlijdt tijdens het eerste levensjaar. Deze resultaten zijn schokkend. Er werd nochtans serieus geïnvesteerd in financiële structuren en organisaties met betrekking tot preventie. Wanneer zal het parlement kunnen debateren over het ontwerp van decreet over het preventiewerk? Er is nood aan een structurele aanpak van het probleem.
De gezondheidsindicatoren confronteren ons met een harde realiteit : vooral bij mannen ouder dan 75 is het aantal zelfdodingen sterk gestegen. Elk jaar neemt onze welvaart een beetje toe. Het ziet er daarentegen naar uit dat het welzijn elk jaar daalt. Niet alleen materiële elementen blijken een rol te spelen bij zelfdoding, maar ook psychologische elementen. Welke maatregelen zal de minister nemen om dit probleem uit de wereld te helpen?
De Vlaamse gezondheidsindicatoren die gisteren voor de zevende keer werden voorgesteld krijgen een steeds grotere waarde. Na 7 jaar blijkt er op sommige domeinen weinig te zijn veranderd. Zo blijft borstkanker de belangrijkste doodsoorzaak voor vrouwen. 1 op 11 vrouwen wordt getroffen door borstkanker voor het vierenzeventigste levensjaar. Via een systeem van screening proberen we dit probleem op te lossen.
De gezondheidsindicatoren tonen inderdaad aan dat vrouwen uit de lagere sociale klassen en met een lage opleidingsgraad veel meer kans hebben op een doodgeboren kind of een kind dat overlijdt tijdens het eerste levensjaar. Uit onderzoek van mijn administratie blijkt dat vooral heel jonge en heel oude moeders hiervan het slachtoffer zijn. Het beleid moet hier rekening mee houden. Hoger opgeleide vrouwen laten zich beter begeleiden tijdens en na de zwangerschap.
We werken aan de verdere uitbouw van een preventief zorgcentrum waarin ook prenatale programma's zullen worden opgenomen. Dit beleid moet nog verder worden versterkt.
Ik maak me zorgen over de stijgende zelfmoordcijfers. Ik heb echter geen pasklare oplossing. Het klopt dat we moeten werken aan een verbetering van de kwaliteit van het leven. Voor 2002 worden middelen vrijgemaakt om alle beschikbare knowhow over depressies en zelfmoord te verzamelen. In het najaar van 2002 zou hierover een conferentie worden georganiseerd waarbij het parlement zal betrokken worden.
Er bestaat een grote discrepantie tussen de gestructureerde inzameling van gegevens en de veel te gefragmenteerde activiteiten op het vlak van primaire en secundaire preventie. Wanneer zullen we het ontwerp van preventiedecreet kunnen bespreken?
We hebben uitgebreid overleg gevoerd over het voorontwerp van decreet. Deze gegevens moeten eerst worden verwerkt. Ik hoop tegen het voorjaar van 2002 met een ontwerptekst naar het parlement te komen. Het is absoluut noodzakelijk om een decretaal kader te creëren. Het preventief gezondheidsbeleid is momenteel immers volledig gebaseerd op besluiten. Uiteraard kunnen er ook al op basis van de besluiten bepaalde acties worden ondernomen.
Het incident is gesloten.