Verslag plenaire vergadering
Verslag
Aan de orde is de actuele vraag van de heer Van den Brande tot de heer Dewael, minister-president van de Vlaamse regering, Vlaams minister van Financiën, Begroting, Buitenlands Beleid en Europese Aangelegenheden, over het standpunt en de strategie van de Vlaamse regering inzake de verdere institutionele ontwikkeling van Vlaanderen.
De huidige Vlaamse regering is voorstander van het Lambermont-akkoord, terwijl de CVP er een tegenstander van is. Niet omdat we tegen een voortgang zijn, maar omwille van inhoudelijke gebreken: het gebrek aan voldoende fiscale autonomie, het gemis van een bevoegdheidsoverdracht op het vlak van de gezinszorg en de kinderbijslagen en de wankele gewaarborgde aanwezigheid van de Vlamingen in Brussel.
De federale regering stelt ondertussen alles in het werk om de PSC het Lambermont-akkoord te doen goedkeuren. Zij onderhandelen daar op dit ogenblik over. Er is sprake van dat de PSC om de intentieverklaring vraagt dat de conventie van de Raad van Europa over de nationale minderheden onverkort zal worden goedgekeurd, met de clausule dat hierover een samenwerkingsakkoord zal worden afgesloten tussen de Vlaamse en de Franse Gemeenschap. Dat is onaanvaardbaar, omdat het systeem van het institutionele evenwicht hierdoor volledig op de helling zou worden gezet.
Zijn deze geruchten juist? Wat is de houding van de Vlaamse regering? Betekent dit dat alle middelen goed zijn om een slecht akkoord te laten goedkeuren?
Zoals ik al eerder op een vraag van de heer Caluwé heb geantwoord, lijken de door de CVP gestelde vragen wel een feuilleton. We verschillen duidelijk van mening over het Lambermont-akkoord, dat een goed en evenwicht akkoord is. Ik wijs erop dat wij de twee delen ervan wel als een onlosmakelijk geheel zien.
Voor de goedkeuring van het financieringsdeel kreeg ik hier ook vragen over toegevingen aan de PSC, een partij waarmee de CVP toch haar studiedienst deelt. Maar de banden zullen blijkbaar wat losser worden. Ook toen werden geen fundamentele toegevingen gedaan. Om het met de woorden van de heer Van Rompuy te zeggen: het ging om vijf prulamendementen.
Het bevoegdheidsontwerp werd in de federale commissie goedgekeurd. Hierover vinden geen nieuwe onderhandelingen plaats. Natuurlijk is er steeds ruimte voor verfijningen, voor alle partijen trouwens. En zoals de federale premier al zei, heeft dit alles niets te maken met de goedkeuring van de conventie van de Raad van Europa over de minderheden. Er zijn in België trouwens geen minderheden in de zin van de conventie.
Ik stel vast dat de Vlaamse regering volhardt in de door ons gehuldigde houding. Er is dus geen sprake van een intentieverklaring op vraag van de PSC.
Een samenwerkingsakkoord met de Franse Gemeenschap moet zijn gebaseerd op het territorialiteitsprincipe.
Daar ben ik het volledig mee eens.
Het incident is gesloten.