Verslag plenaire vergadering
Verslag
Aan de orde is de actuele vraag van de heer Jan Van Duppen tot de heer Bert Anciaux, Vlaams minister van Cultuur, Jeugd, Brusselse Aangelegenheden en Ontwikkelingssamenwerking, over de financiële ondersteuning van de Gedichtendag 2001
Morgen wordt de tweede gedichtendag georganiseerd. Dit is een initiatief vanPoetry International, in Nederland, en van Behoud de Begeerte, in Vlaanderen. Poezie is belangrijk. In sommige taal- en cultuurgemeenschappen worden grote dichters gekoesterd als nationale helden en is een mooi gedicht even relevant als een goed decreet. Nederland voorziet in een subsidie van 2 miljoen frank, Vlaanderen zou 700.000 frank ter beschikking stellen maar dit is nog niet bevestigd. Als dit niet gebeurt zal Behoud de Begeerte het initiatief voor de tweede maal gratis organiseren.
Wat zal de minister doen om de organisatie van deze gedichtendag te ondersteunen? Tot slot zal ik nog het gedicht van Luuk Gruwez voorlezen met als titel : Hoe komt het dat wij niet geliefd zijn, hoewel we daar veel aanleg toe hadden.
- De heer Van Duppen leest het gedicht voor. (Rumoer)
Ik dank de heer Van Duppen voor dit gedicht en de voorzitter omdat hij hiervoor een afwijking op het reglement toestond. Behoud de Begeerte heeft een dossier ingediend waarin ze 727.525 frank vroegen. Wij hebben dat bedrag aan de organisatie toegekend. De Nederlandse Taalunie heeft haar een budget van 424.080 frank gegeven.
Er is een groot verschil met Poetry International. In Nederland worden er veel meer evenementen georganiseerd en krijgt men dus een hogere subsidie en bovendien ook sponsoring. Het Fonds voor de Letteren beslist over de toekenning van een structurele subsidie. Daar mag ik mij niet rechtstreeks mee bezig houden.
Ik ben beschaamd dat sommige leden van dit parlement het belang van cultuur, taal en poëzie zo laag inschatten dat zij de actualiteitswaarde van een mooi gedicht niet inzien.
Het incident is gesloten.