Verslag plenaire vergadering
Verslag
Bespreking
Aan de orde is het voorstel van resolutie van de heren Vermeulen en Gysbrechts, mevrouw Hermans en de heer Van Wallendael betreffende een Europese regelgeving in verband met reclame rond kinderprogramma's.
De bespreking is geopend
De bespreking en verslaggeving van het voorliggende voorstel van resolutie moet samengelezen worden met het voorstel van decreet van de heer Decaluwé over de uitbreiding van de vjifminutenregel. Beide voorstellen hebben de discussie over de vermindering van de reclamedruk op kinderen op de politieke agenda geplaatst. In hoorzittinegn werd de problematiek in al zijn aspecten belicht. Er moet een afweging worden gemaakt tussen enerzijds de psychologische druk op kinderen en anderzijds de concurrentiepositie van de media in een internationale markt. Het doel van reclame voor kinderen is duidelijk : het consumentengedrag van kinderen stimuleren, misbruik makend van hun goedgelovigheid. Deskundigen zijn het erover eens : kinderen kunnen pas vanaf de leeftijd van 12 jaar een onderscheid maken tussen televisieprogramma's en reclame. Inzicht in het doel van reclame verwerven kinderen pas vanaf de leeftijd van ongeveer 12 jaar. De hoorzittingen brachten ook de kwetsbaarheid van de ouders aan het licht. Ouders staan onder zware druk van hun kinderen om bepaalde producten te kopen, vooral voor producten als speelgoed en snoep.
Alle sprekers erkenden de invloed van reclame op kinderen. Iedereen is het ook eens over het belang van de concurrentiepositie van de media in een concurrentiële markt. Het huidige systeem is discriminerend. In verschillende Europese landen werden maatregelen opgelegd, gaande van een algemeen verbod in Griekenland tot de vijfminutenregel bij ons.
De problematiek is ook buiten Vlaanderen actief. Zweden zal in het kader van het Europees voorzitterschap van 2001 het thema dan ook op de Europse agenda plaatsen.
Een tweede manier is een in de sector aanvaarde zelfregulering.
Samenvattend zou men het kunnen houden bij Luc Joosen die stelt dat de beste reglementering een beperkende is die geen reclame voor of na kinderprogramma's toestaat.
De commissie richt zich ten slotte tot de regering met de vraag om een resolutie voor de totstandkoming van een Europese regelgeving te ondersteunen.
Het voorstel van resolutie werd door de commissie aangenomen met 11 stemmen bij 2 onthoudingen. (Applaus )
Ik wil eerst en vooral mevrouw Van Hecke bedanken voor het structureel overzicht van de werkzaamheden van de commissie. Ook de minister, jammergenoeg is hij niet aanwezig, wil ik bedanken omdat hij het was die een aanzet gaf ter heropening van het debat.
Gisteren raakte het debat in het parlement weer in een stroomversnelling omdat een aantal Leuvens studenten klacht hadden ingediend tegen VRT en tegen VTM. Deze studenten wilden een krachtig signaal geven. Er bestaat immers een pax media tussen de VRT en VTM omdat ze allebei wel eens over de schreef gaan.
Ook in functie van de sensibilisering is deze klacht belangrijk. In vier Brabantse lagere scholen loopt nu bijvoorbeeld het project "Kaas met gaatjes". De leerlingen moeten immers weerbaarder gemaakt worden. Dergelijke kleinschalige projecten zou de Vlaamse regering ook moeten ondersteunen.
Mevrouw Van Hecke heeft ook al aangeduid dat ik vroeg om de uitbreiding van de buffer van vijf naar vijftien minuten. Het is echter onmogelijk om te bepalen hoe breed de buffer precies moet zijn.
Belangrijk is ook dat er een code rond kinderreclame zou komen. De meerderheid heeft deze code echter niet weerhouden. Nochtans is dit ook de mening van een deel van de mediaraad.
De meerderheid hecht al haar hoop op het Zweeds voorzitterschap. In feite is dit een soort vlucht op Europees vlak voornamelijk omdat Agalev en SP hier lijnrecht tegenover VLD staan.
Mijn vraag aan de meerderheid is dan ook of zij al dan niet een voorstander is van een code die gecombineerd is met een buffer. Kiest men voor het kind of laat men een ongebreidelde beïnvloeding van het kind toe?
De CVP-fractie heeft ook in het verleden al inspanningen gedaan om de discriminaties ten opzichte van VT4 weg te werken. Deze meerderheid doet hier, bij mijn weten, geen of weinig pogingen toe.
Vaak poogt men ook de vijfminutenregel te ontlopen door clips in te lassen. De codes hebben het dus blijkbaar niet gehaald.
Noch VRT noch VTM maken het elkaar moeilijk in verband met de diverse artikelen in de mediawetgeving omtrent racisme en geweld.
Een deugdelijk verbod rond kinderreclame is ook pas definitief afdwingbaar met een deugdelijk sanctioneringssysteem.
De regering en de minister van media hebben beloofd om een sensibiliseringscampagne te ondersteunen. Ik wil hierbij mijn oproep hiertoe herhalen.
De televisie is duidelijk de gangmaker van alles. Het zijn de andere mediakanalen die volgen.
Voor wat het opvoedkundig aspect betreft moet er in het onderwijs worden nagedacht over vormingspakketten.
Na één jaar nieuwe meerderheid hadden we graag wel wat meer nieuwe, concrete maatregelen gezien.
De CVP-fractie zal zich dan ook onthouden omdat de meerderheid onderling verdeeld is en omdat de resolutie te zwak is.
Werden er trouwens al afspraken gemaakt met de andere gemeenschappen over het in te nemen standpunt op Europees vlak? Welks standpunt zal de Franstalige en de Duitstalige gemeenschap innemen? Wij als CVP-fractie zullen in ieder geval het Zweeds voorzitterschap afwachten.
Ik besluit met de hoop dat de Vlaamse regering initiatieven zal ontwikkelen naar producenten van kinderprogramma's toe om de discriminaties ten opzichte van
VT4 weg te werken.
Applaus bij CVP
Ik ga het hele debat hier niet overdoen. Op basis van alle debatten en hoorzittingen is er een omvangrijk en bijzonder boeiend dossier ontstaan. De aanzet daartoe is door de minister gegeven.
Uit de rechtspersoonlijkheid van VT 4 volgt automatisch de vraag of de vijfminutenregel nog wel zin heeft. De zender die zich van de Vlaamse regelgeving niets hoeft aan te trekken, beconcurreert VTM ongestraft op een oneerlijke manier. De vraag of de hele problematiek dan inhoudelijk moest worden bekeken, was de grond van het debat.
De resolutie verwijst uiteindelijk naar de Europese context en dat is volgens mij logisch en onvermijdelijk. Het betekent niet dat de Vlaamse regering het probleem wil afschuiven. Het is geen Europese vlucht, maar een piste die gewoon volgt uit de realiteit in de media. Sociale aspecten zijn uiteraard belangrijk en ook de VLD is een kindvriendelijke partij. Het is helemaal niet zo dat de VLD de economische belangen zomaar laat primeren, hoewel dat een courante beschuldiging is.
Voor de vijftienminutenregel was nu eenmaal niemand gewonnen. Tijdens de hoorzitting is er werkelijk niemand aan het woord gekomen die de uitbreiding van de buffer naar vijftien minuten wilde bepleiten.
U doet de waarheid nu toch wel geweld aan. Er waren wel degelijk een aantal deskundigen die zich uitdrukkelijk voor de vijftienminutenregel hebben uitgesproken.
Zonder mijn collega Decaluwe te veel te willen tegenspreken, wil ik er toch even op wijzen dat er ook een aantal deskundigen tegen elke buffer was.
Er was gewoon niemand die uitdrukkelijk de vijftienminutenregel heeft bepleit.
Toch hebben een boel mensen de buffer verdedigd, los van het precieze aantal minuten. heel wat mensen stelden dat hoe groter de buffer is, hoe efficiënter.
De vijftien minuten worden algemeen beschouwd als onnodig en daar kwam bij dat de Vlaamse programmamakers heel duidelijk hebben gemaakt dat ze bang zijn geen goede kinderprogramma's van eigen bodem te kunnen brengen als de buffer zou worden uitgebreid van vijf naar vijftien minuten. Met vijf minuten kunnen ze leven, met vijftien niet.
Op basis van die gegevens is de resolutie opgesteld. De heer Decaluwe suggereert dat de meerderheid de inhoudelijke discussie uit de weg is willen gaan. Dat is niet zo. Maar op een bepaald moment moet je een keuze maken: of je voert het hele debat nog eens inhoudelijk opnieuw om vast te stellen dat er geen consensus mogelijk is of je handhaaft de bestaande regelgeving. De hele zaak opnieuw bekijken en vertragen heeft op dit moment gewoon geen zin. (applaus CVP, SP en Agalev)
Onze fractie zal de resolutie steunen, ook al vinden we dat ze niet ver genoeg gaat. Er is inderdaad behoefte aan een Europese regelgeving. Omroepen nemen het niet erg nauw met decreten en door het feit dat ze voor inbreuken nauwelijks worden gestraft worden ze aangemoedigd om de regels aan hun laars te lappen. Een efficiënte bescherming van de kinderen kan alleen via strenge regels en dito sanctioneringsbeleid. Maar Vlaanderen kan dat niet alleen verwezenlijken. De Europeanisering van de media is nu eenmaal een feit en alleen een Europese regelgeving kan daarop inspelen.
Kinderen zijn zeer beïnvloedbaar en in dat kader zou ik in het bijzonder aandacht willen vragen voor reclame voor frisdrank en voor snoepgoed. Dergelijke reclame heeft een invloed die verder reikt dan andere reclame. In de huidige maatschappelijke contexten, waar meer en meer kinderen kampen met overgewicht en met obesitas, moeten we ons afvragen of we dergelijke reclames niet helemaal moeten bannen. Ook de reclame over speelgoed mist zijn effect niet. Kinderen kunnen daarbij als echte dwingelanden uit de hoek komen.
Even belangrijk is de taak van de ouders. Uiteindelijk dragen zij nog steeds de grootste verantwoordelijkheid Zij moeten kinderen kritisch maken tegenover televisie in het algemeen en tegenover reclame in het bijzonder. Dat kunnen ze doen door zich zelf niet door reclame te laten beïnvloeden en door goed te volgen waar het kind naar kijkt. Belangrijk is dat ouders worden gesensibiliseerd om de televisie niet als een goedkope babysitter in te schakelen.
Verder moet ook het onderwijs een deel van de verantwoordelijkheid opnemen. In het buitenland lopen darrend al een aantal initiatieven. Kinderen worden er tot kritisch TV kijken opgevoed. Misschien is het zinvol een week van de televisie in te voeren op school. In de VS, in Nederland en in Frankrijk lopen dergelijke projecten al.
De Tv-problematiek is complex en prioritair is de reclame. We willen pleiten voor een streng systeem en een stevig sanctioneringbeleid Het doel daarvan is om onze kinderen te beschermen.
Ook onze fractie hoopt dat België het Zweedse voorzitterschap zal aangrijpen om Zweden te steunen een Europese regelgeving uit te werken.
De argumentatie komt uitvoerig aan bod in het verslag. Ik wil wijzen op de relevantie van de buffer zelf omwille van het feitelijke effect dat kinderen beschermd worden tegen reclame en omwille van het groot symbolische effect dat de maatschappij grenzen stelt aan de commercialisering. De buffer en de internationale context zijn zeer belangrijk. Europa is de context waarbinnen televisie zich beweegt en dus is een Europese regelgeving belangrijk. VTM valt als enige Vlaamse zender onder de vijfminutenregel en op Europees vlak is het belangrijk om een buffer op te leggen tegen de commercialisering. Er zijn op dat vlak al verschillende initiatieven genomen, onder meer in Zweden.
Ik ben het er niet mee eens dat de maatregel te licht weegt. Hij is een eenvoudig en duidelijk : geen reclame vijf minuten voor en na kinderprogramma's. Men kan enorm veel zeggen over de ethische dimensie, de codes en de verstrekkendheid van de maatregel. We hebben ons beperkt tot een eenvoudig voorstel : het uitbreiden van de vijfminutenregel.
Het debat over de commercialisering in de maatschappij mag niet stilvallen. De vijfminutenregel speelt daarin een belangrijke rol. In de hoorzittingen is er verwezen naar de situatie in Amerika waar kinderen de belangrijkste lobbyisten zijn van de commerciële sector. Dat mag hier niet gebeuren. Ik nodig alle fracties uit om het voorstel van resolutie te steunen. Als we de vijfminutenregel aan Europa voorstellen, staan we sterk. Als we dat via alle kanalen ondersteunen, dan is dat geen vlucht maar het opnemen van onze verantwoordelijkheid. (Applaus bij de CVP, de VLD, de SP, AGALEV en VU&ID)
We leven in een eigenaardige maatschappij. Iedereen is het erover eens dat het probleem raakt aan het welzijn van onze kinderen, maar we slagen er niets in om er iets aan te doen. Iedereen is voorstander van een integrale afschaffing van de kinderreclame, maar we kunnen alleen maar vaststellen dat we de macht uit handen gegeven hebben om dat te kunnen realiseren. Het VT4-debat is niet het einde. Het is de concrete aanleiding voor het voorstel van resolutie, maar er zijn naast VT4 nog 26 vreemde zenders in de Vlaamse huiskamer. Kinderen kijken niet alleen naar VT4, maar ook naar gelijksoortige zenders. Het probleem is algemener. Als we erin slagen om VT4 te reguleren, dan is het probleem nog niet opgelost. Europese regelgeving is dan ook essentieel.
Ongeveer 90 percent van de kinderen kijkt uitsluitend naar VT4, VTM en VRT. De Europese discussie is op dat vlak minder relevant.
Ik geloof dat, maar ik denk we Europa nodig hebben. Voorts ben ik ervan overtuigd dat het mogelijk is om inhoudelijk de reclame voor de Vlaamse zenders te bekijken. Hoewel niet iedereen hetzelfde denkt over de inhoud van reclame, kunnen we tot leefbare compromissen komen. Ik vind het spijtig dat de CVP zich onthoudt. Ik zoek naar andere dan naar politieke redenen.
We hebben in de bevoegde commissie één amendement ingediend, met name de betonnering van de vijfminutenregel in Vlaanderen, maar dat is niet aangenomen.
Het is een spijtige zaak. We zitten op dezelfde lijn, maar u keurt het voorstel van resolutie niet goed omwille van tactische redenen. Het zal geen gemakkelijke taak zijn voor Zweden. De Zweden zijn vooruitstrevend, maar niet zo talrijk als bijvoorbeeld de Duitsers, Fransen, Engelsen of Italianen. Ze zullen alle steun kunnen gebruiken om hun voorstel te realiseren. (Applaus)
De algemene bespreking is gesloten.
Hoofdelijke stemming
Aan de orde is de hoofdelijke stemming over het voorstel van resolutie van de heren Vermeulen en Gysbrechts, mevrouw Hermans en de heer Van Wallendael betreffende een Europese regelgeving in verband met reclame rond kinderprogramma's.
- Het voorstel van resolutie wordt met 75 stemmen bij 25 onthoudingen aangenomen.