Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de aangekondigde premies voor de afbouw van de varkenssector
Verslag
Aan de orde zijn de samengevoegde actuele vragen van de heren Kindermans en Tobback tot mevrouw Dua, Vlaams minister van Leefmilieu en Landbouw, over de aangekondigde premies voor de afbouw van de varkenssector.
Wij mochten onlangs vernemen dat minister Dua heeft voorgesteld bij de aanpassing van de begroting 700 miljoen frank uit te trekken voor een uitstapregeling in de varkenssector. Dat bericht schoot bij velen in het verkeerde keelgat. Het bedrag is immers lachwekkend ontoereikend voor een substantiële afbouw met het oog op een oplossing van het mestprobleem. Bovendien wordt het geld weggehaald bij de - nog niet door Europa goedgekeurde - MAP-vergoedingen. Blijkbaar gelooft de minister dus niet meer in het Europese fiat.
Volgens welke criteria zullen de aangekondigde 700 miljoen frank verdeeld worden? Zal het bedrag volstaan, als men bedenkt dat Nederland 30 miljard frank reserveert en federaal minister Gabriels over 32 miljard frank spreekt? Wat als Europa de vergoedingen alsnog accepteert?
Iedereen zal wel beseffen dat het genoemde bedrag slechts een eerste stap is. De vraag is of het een goede is. Want wat zullen de toekenningsvoorwaarden zijn? Als men vergunningen wil overnemen, moet men beseffen dat er heel wat slapende zijn : men dreigt dan subsidies te geven zonder enig milieu-effect. Bovendien leren tellingen dat er heel wat zwarte varkens zijn in Vlaanderen : eerst die toestand saneren en dan pas een uitstapregeling, is de boodschap. De kern van mijn kritiek is dat sociaal-economische maatregelen ten gunste van een sector die in de problemen is door overproductie en gebrek aan rentabiliteit, gefinancierd worden met geld dat bedoeld was voor het halen van milieudoelstellingen.
Verbindt de minister zich ertoe dat die maatregel eenmalig is? Zal de overheveling van de leefmilieu- naar de landbouwbegroting gecompenseerd worden?
Het regeringsbeleid terzake rust op drie pijlers : responsabilisering van de landbouwer (hij moet goed bemesten); mestverwerking; aanpak aan de bron, dat wil zeggen : betere voedertechnieken, die minder nutriënten in de kringloop inbrengen, en sociaal begeleide afbouw van de varkensstapel (de zogenaamde warme sanering).
De genoemde 700 miljoen frank komt uit de begrotingspost Vergoedingen voor landbouwers in kwetsbare gebieden 1999. De vorige minister vaardigde terecht geen uitvoeringsbesluit voor die vergoedingen uit, omdat men zo Europa beter kon overtuigen van de tijdelijkheid van de eerdere MAP1-vergoedingen (1996 tot en met 1998). De MAP2-vergoedingen werden evenmin reeds uitbetaald, omdat het MAP zelf werd uitgesteld door het vorige parlement. Wij besloten het gereserveerde bedrag niet ongebruikt te laten en het toch voor de landbouwsector aan te wenden als eerste - toegegeven : ontoereikende - schijf van de warme sanering. Vooraleer we meer geld investeren, moeten we het einde van de adviesprocedure en de goedkeuring van Europa afwachten.
Het bedrag blijft, in weerwil van de overheveling, in gebruik voor de realisering van een leefmilieudoelstelling. Bovendien zal de toekenning waterdicht zijn : wij nemen alleen werkelijk bezette vergunningen in aanmerking en de inlevering ervan moet volledig zijn.
Over de hoogte van het toekomstige bedrag wil ik mij nog niet uitspreken, maar ik kan wel al duidelijk stellen dat het niet zoveel zal zijn als in Nederland. Waar moeten wij het Vlaamse equivalent, zo'n 15 miljard frank, vandaan halen? Als minister Gabriels mij uit zijn begroting de nodige miljarden wil verstrekken, ga ik daar graag op in. Ik zie hem trouwens weldra op de interministeriële conferentie.
De maatregelen zullen, zoals de Engelsen zeggen, too litte and too late zijn
Ik blijf erbij dat het geld oorspronkelijk bedoeld was voor het halen van een milieudoelstelling, zij het dan door landbouwers. Steun aan de afbouw vinden wij goed, maar hoe garandeert de minister dat die zal plaatsvinden waar het nodig is, met name in de intensieve varkenshouderij en de meest overbemeste gebieden? Een directe en even grote investering in leefmilieu zou het begrotingsgeld beter laten renderen. Ik herhaal ten slotte mijn vrees dat een carroussel op gang komt, waarbij men op de post landbouw investeert en op de post leefmilieu hetzelfde weer afbouwt.
Het incident is gesloten.