Verslag plenaire vergadering
Verslag
Mevrouw Jans heeft het woord.
Minister, collega’s, op dit moment ontvangen mensen een brief in hun brievenbus waarin hun wordt meegedeeld dat ze worden geschrapt van de wachtlijst voor sociaal wonen – mensen die zes, zeven, acht jaar op die wachtlijst staan en die dan ook, na vier jaar, recht hebben op de huurondersteuning die daarbij komt kijken. Ze krijgen die brief omdat ze op dit moment, of de afgelopen maand in voorliggend geval, een kleine 50 of 60 euro te veel inkomen hebben in verhouding met de inkomensgrens om in aanmerking te komen voor een sociale woning.
Het punt is natuurlijk dat tijdens het afgelopen jaar de pensioenen en uitkeringen – want vaak gaat dat over complexe inkomens – een aantal keer werden geïndexeerd. Maar onze inkomensgrens indexeren we een keer, in januari. Dat heeft als vreemd effect dat sommige mensen die vandaag een brief krijgen met de mededeling dat ze van de wachtlijst worden geschrapt en hun huurondersteuning verliezen, in januari perfect weer in aanmerking komen en zich dan opnieuw op die wachtlijst kunnen laten zetten, maar dan wel helemaal onderaan. Ze moeten dan weer vier jaar lang wachten voordat ze die huurondersteuning opnieuw krijgen.
Minister, ik ben ervan overtuigd dat u zult erkennen dat dit niet de bedoeling kan zijn. Ik wil u ook vragen of u hiervoor een oplossing wilt en kunt voorzien. Een mogelijkheid zou kunnen zijn dat we proberen om die inkomensgrens voor sociale huur mee te laten evolueren met de spilindex. Dan bewaren we een harde inkomensgrens. Daar wil ik niet aan tornen. Maar dan zorgen we ervoor dat dit soort anomalieën niet meer voorvallen.
Minister Diependaele heeft het woord.
Dank u wel, mevrouw Jans. Eerst en vooral: het is moeilijk om over een individueel geval te oordelen. Dus als dit buiten het systeem zou vallen, moet u dat laten weten. Maar wij denken dat er ergens een vergissing gebeurd is, want het systeem ondervangt dit eigenlijk. Wat u schetst, is dus eigenlijk niet mogelijk. Maar als dat toch zo zou zijn, moeten we eens gaan samenzitten.
Hoe werkt het systeem? Ik zal proberen niet te technisch te zijn. De stelling die u schetst, mevrouw Jans, is dat er vandaag een actualisatie is. Vandaag wordt het inkomen tegen het maximuminkomen gezet. En door die stijging van dat inkomen kom je boven die maximumgrens en val je van die wachtlijst. In januari doen we inderdaad een indexatie van die inkomensgrenzen, waardoor die grenzen stijgen. Dan zou je er met dat inkomen opnieuw onder vallen. Dat is de hypothese, maar die hypothese klopt, zoals gezegd, niet. Waarom niet? In januari doen we inderdaad een indexatie van die inkomensgrens, van die harde grens. Maar dat gebeurt op basis van de index van juni van het jaar daarvoor, van 2021. Ten tweede: het inkomen van de huurder zelf is niet zomaar het inkomen van nu maar van het laatste gekende aanslagjaar. Dat kan maximum drie jaar teruggaan. Dus in 2022, op dit moment, zou men voor een actualisatie het inkomen van 2020 gebruiken. En dan nog gaat men een indexatie doen het jaar erop, van juni 2021. Begrijpt u? Bij het geval dat u schetst, kan het dus alleen maar liggen aan een stijging van het inkomen, waardoor men inderdaad niet meer voldoet aan de voorwaarde dat men onder de inkomensgrens moet vallen om recht te hebben op een sociale woning. Dat is dus perfect mogelijk. Maar dat kan niet liggen aan de inflatie of de indexatie, want daar is het systeem zo geconcipieerd dat dat altijd de correcte volgorde heeft, want daar gaat het uiteindelijk om, doordat men zo ver teruggaat om die inkomens te controleren. Bij het individuele geval waarover u het hebt, zal iets anders aan de hand zijn. Maar dat is in principe de manier waarop het systeem werkt. Mocht het geval dat u schetst zich inderdaad voordoen, dan denk ik dat we eerlijk gezegd al veel meer reacties gekregen zouden hebben.
Mevrouw Jans heeft het woord.
Minister, het systeem is me inderdaad bekend. Ik vrees dat wat ik hier vertel, geen alleenstaande casus is, integendeel. Het begint bij verschillende huisvestingsmaatschappijen inderdaad duidelijk te worden dat er mensen zijn die door een kleine overschrijding op dit moment tijdelijk geschrapt worden van de wachtlijst. Dat heeft als gevolg dat ze hun huurondersteuning verliezen. In januari, na de berekening, wordt hen dan meegedeeld dat ze opnieuw in aanmerking zouden kunnen komen om opnieuw, onderaan, aan te schuiven. Ze zijn dan wel hun huurondersteuning kwijt. De vraag vanuit de sociale huisvestingsmaatschappij, nu er die grote actualisatie van de wachtlijst is, is daarom de volgende. Is het mogelijk dat in deze en andere gevallen – want het is geen alleenstaand geval – de sociale huisvestingsmaatschappij van uw diensten de toelating krijgt om die mensen niet onderaan de wachtlijst toe te voegen maar op de plek die ze hadden toen ze geschrapt werden van de wachtlijst? Zou u dat als een billijke oplossing willen overwegen? (Applaus bij cd&v)
De heer Veys heeft het woord.
Een actualisatie gebeurt om de twee jaar, normalerwijze in de oneven jaren. Dit jaar halen we dus die van 2021 in. Ik vraag me dan het volgende af, minister. Komt er dan in 2023 opnieuw een actualisatie? Ik wil u nergens van beschuldigen, maar een actualisatie leidt natuurlijk meestal tot een kleinere wachtlijst.
We weten dat er te weinig woningen bij komen. Dat zou dus wel een truc kunnen zijn. Mijn concrete vraag is: komt er volgend jaar ook een actualisatie?
Mevrouw Moerenhout heeft het woord.
Los van het feitelijke voorbeeld over de indexering in het verhaal van mevrouw Jans, klopt de hypothese van mevrouw Jans natuurlijk wel dat er mensen worden geschrapt bij de actualisatie die er achteraf opnieuw bij komen. Bij de vorige actualisatie heb ik de cijfers bij u opgevraagd, minister. Daaruit bleek dat er toen 1200 mensen geschrapt zijn en achteraf zijn er bijna 600 opnieuw op die wachtlijst gekomen. Dat is inderdaad een probleem dat mevrouw Jans hier terecht naar voren brengt. Op het moment dat er iemand wordt geschrapt, hebben ze een maand om te reageren en dan nog eens vijftien dagen. Reageren ze niet, dan belanden de brief en hun plaats op de wachtlijst in de vuilbak.
We weten dat mensen soms heel moeilijk te bereiken zijn. We weten dat die brief niet in de meest klare taal geschreven is. Ofwel doet u als minister iets aan uw communicatie naar de mensen om hen te waarschuwen en te vragen of er misschien een reden is waarom men wel op de wachtlijst moet blijven staan. Ofwel volgt u het voorstel van mevrouw Jans om hen achteraf, als zij onrechtvaardig van die wachtlijst zijn geschrapt, hun plaats op de wachtlijst terug te geven.
Minister Diependaele heeft het woord.
Mijnheer Veys, het is zo dat we in oktober 2023 naar het centraal inschrijvingsregister gaan. Ik denk dat we dan waarschijnlijk nog een laatste keer een harde actualisatie zullen doen per brief. Maar vanaf dan zouden we normaal gezien voortdurend een constant zicht moeten hebben op die wachtlijst.
Ik vind het een beetje kwalijk dat u het een truc noemt en zegt dat wij een truc toepassen. Dat is niet correct. Dan past u nu ook al een paar jaar te veel die truc toe om overal uit te bazuinen dat de wachtlijst is gestegen terwijl u weet dat de cijfers van de wachtlijst op dit moment geen correcte weergave zijn van de realiteit en dat die er pas is na een actualisatie. Is dat dan misschien ook een truc, mijnheer Veys? Natuurlijk wel. Die actualisatie is net perfect georganiseerd om te zorgen dat je een realistische weergave geeft van wie er vandaag nog recht heeft op een sociale woning en dus terecht op die wachtlijst staat. Maar goed, ik laat het voor u.
Mevrouw Jans, laat ons eens met het cijfermateriaal dieper ingaan op het voorbeeld in de commissie. Het systeem sluit dat wel degelijk uit. Ik heb daarmee niet gezegd dat mensen door wijzigingen in hun loon en hun inkomen er niet op en af kunnen geraken. Als je rond die inkomensgrens zit, dan kan dat inderdaad zijn. Dat is mogelijk, daar niet van. Maar het kan niet liggen aan de indexatie en de inflatie van het laatste jaar, zoals ik u geschetst heb. Een actualisatie die vandaag doorgaat, handelt over het inkomen van 2020. Ik weet niet hoe ik het nog duidelijker kan maken. We zullen er echt eens met balkjes en met cijfertjes in de commissie op moeten terugkomen. In januari wordt ook de indexatie tot juni 2022 meegenomen met de nieuwe inkomensgrenzen.
Als er verder nog vragen over zijn, denk ik dat we dit eens van dichterbij moeten bekijken in de commissie om het technisch uit te klaren. Dan laat ik daar graag iemand die dat tot in de puntjes kent over aan het woord om daar geen onduidelijkheden over te laten bestaan.
Mevrouw Jans heeft het woord.
Ik denk dat het inderdaad heel belangrijk is dat we van naderbij gaan bekijken hoe we dergelijke kafkaiaanse toestanden kunnen vermijden. Geen enkel probleem met de actualisatie van de wachtlijst. Geen enkel probleem ook dat we voor mensen die niet meer aan de voorwaarden voldoen, de juiste consequenties nemen. Harde grenzen zijn harde grenzen. Maar het kan wel niet zijn dat mensen op dit moment een ondersteuning verliezen, hun plek op de wachtlijst verliezen en binnen een aantal weken opnieuw onderaan zouden moeten aanschuiven en vier jaar lang wachten op die nodige huurondersteuning.
Er zijn hieromtrent inderdaad veel vragen. Minister, mijn bekommernis is dat we naar de mensen die die brieven in de bus krijgen, de mensen die op die actualisatie zitten te wachten, heel snel, duidelijk en strikt communiceren, en niet enkel naar hen maar ook naar de sociale huisvestingsmaatschappijen, die inderdaad veel uitdagingen hebben. Maar voor mij blijft het een kerntaak dat ze elke huurder met dit soort pertinente vragen heel goed opvolgen, begeleiden en laten weten wat mogelijk is. Ik stel voor dat we bij een eerstvolgende mogelijkheid in de commissie daar heel concreet de nodige oplossingen voor voorzien. (Applaus bij cd&v en van Marino Keulen)
De actuele vraag is afgehandeld.