Verslag plenaire vergadering
Verslag
Het antwoord wordt gegeven door minister Weyts.
Mevrouw Van Volcem heeft het woord.
Minister, ik heb gezien dat minister-president Jambon maandag en dinsdag van deze week op volle toeren was met de Belgische economische missie in Londen. Het deed me een enorm plezier dat ik hem daar de Brugse Zot, het gekende bier uit Brugge, zag promoten. Maar hij heeft nog veel meer mijn interesse gewekt toen ik in de krant las dat hij aan het onderhandelen is met Schotland over een nieuwe ferryverbinding tussen Vlaanderen en Schotland, meer bepaald tussen Zeebrugge en Rosyth. Dat geeft natuurlijk enorme opportuniteiten. Er was 46 jaar lang ook een ferryverbinding tussen de haven van Zeebrugge en Hull. Vele mensen denken daar met heimwee aan terug, omdat er vroeger heel veel passagiers waren op de ferryverbinding, namelijk 300.000 passagiers. Dat was eigenlijk ook een goede zaak voor de stad Brugge.
Het geeft niet alleen economische opportuniteiten, het is ook goed op toeristisch vlak, zoals ik al zei. Het kan ook een oplossing bieden voor het grote tekort aan vrachtwagenchauffeurs. Het past ook volledig binnen de Schotse duurzaamheid en het biedt ook opportuniteiten voor de nieuwe haven van Antwerpen-Zeebrugge, die nu al 32 ton verscheept naar het Verenigd Koninkrijk. Die rechtstreekse lijn zou ook voor 25 procent van de impact van Schotland zorgen.
Ik heb dan ook een vraag aan u, minister. Ik denk dat het antwoord u wel doorgegeven zal zijn via mail of telefoon – ik hoop het toch. De gewezen CEO van Norfolkline maakt zich sterk – en dat vond ik toch wel heel bijzonder en interessant – dat er opnieuw ferry’s kunnen varen tussen Zeebrugge en Rosyth, of tussen Vlaanderen en Schotland, in 2023. Mijn vraag is dan ook of u of de minister-president zich sterk kunt of kan maken voor deze nieuwe ferryverbinding.
Minister Weyts heeft het woord.
Er is alvast een mailverbinding tussen Schotland en Vlaanderen, wat ervoor gezorgd heeft dat ik inderdaad een antwoord heb gekregen van de minister-president, dat ik u kond zal doen. Het luidt als volgt. In opvolging van het bezoek van de minister-president aan Edinburgh in november vorig jaar zijn er concrete gesprekken gestart met de Schotse partners om te kunnen komen tot een herstart van de ferryverbinding van Zeebrugge naar Schotland. Tijdens het bezoek aan Schotland en het onderhoud met Nicola Sturgeon en de Schotse minister van Buitenlandse Zaken bleek ook van overheidswege een duidelijke interesse. Tijdens de lopende economische missie naar het Verenigd Koninkrijk is die ambitie bevestigd. Dat past ook perfect in onze visienota over onze relaties met het Verenigd Koninkrijk, waaraan de Vlaamse Regering de afgelopen week haar goedkeuring gegeven heeft en waarin mobiliteit een van de speerpunten is. Tegelijkertijd zouden die plannen natuurlijk ook een duurzaam alternatief betekenen voor het huidige vrachtverkeer over de wegen, zowel bij ons als in Schotland. Er wordt momenteel gewerkt aan een businesscase, natuurlijk door private partners, die die verbinding zouden uitbaten. Vanuit Vlaanderen zullen we kijken hoe en onder welke voorwaarden we die plannen kunnen ondersteunen, ook in het belang van onze Vlaamse burgers en bedrijven. Maar het is natuurlijk een privaat initiatief en die businesscase moet eerst worden afgerond.
Mevrouw Van Volcem heeft het woord.
Dank u wel, minister. Zoals u weet, heb ik meestal een kritische toon, maar als er zaken positief zijn, ben ik ook de eerste om dat toe te juichen. Het geeft enorme opportuniteiten. Maar ik moet toch ook verwijzen naar het verleden. In het verleden was er eigenlijk een rechtstreekse ferryverbinding, maar toen de Schotse Regering en Europa de subsidiëring hebben geannuleerd, zijn meteen ook de ferryverbindingen gestopt en heeft men als het ware de handdoek in de ring gegooid.
Het zijn nu heel andere tijden. Er doen zich nieuwe opportuniteiten voor. Door de brandstofkosten die vandaag zo hoog zijn, denk ik dat er heel wat opportuniteiten zijn om die lijn opnieuw in te voeren zonder dat daarvoor subsidiëring nodig is.
Minister, u zei zelf dat er ook vanuit Vlaanderen eventueel, als de businesscase klaar is, ondersteuning kan komen. Hoe ziet u dan die bijkomende ondersteuning?
Mevrouw Ryheul heeft het woord.
Het wordt weer een West-Vlaams onderonsje, want in de commissie Toerisme zijn de ferryverbindingen al meermaals aan bod gekomen. Het doet me dus plezier om te vernemen dat de langverwachte verbinding tussen Zeebrugge en Rosyth nu toch concreter ingevuld wordt. Toch ontgoochelt het me wat dat eerst het vrachtverkeer en pas in een latere fase het passagiersverkeer behandeld zal worden. Het is wel een goede zaak dat er minder vrachtwagens op de baan ingezet moeten worden. Maar minister, onderschat zeker niet het belang van een passagierslijn voor het toerisme in West-Vlaanderen na de zware coronaperiode in combinatie met het eerder verdwijnen van de vorige P&O-lijn. De Britten zullen het herdenkingstoerisme en het toerisme in Vlaanderen doen heropleven. En Groot-Brittannië is een zeer belangrijke markt voor Vlaanderen. Ik wil hierbij een oproep doen om in alle onderhandelingen ook het belang van een ferryverbinding voor passagiers mee te nemen en te benadrukken, maar ook om waakzaam te zijn dat er in de aanloop naar de nieuwe ferrylijn geen wantoestanden gebeuren bij de exploitant, zoals onlangs bij P&O Ferries het geval was.
Minister, hebt u weet van welke eventuele andere ferryverbindingen tussen Vlaanderen en het Verenigd Koninkrijk op het punt staan? En in welke mate zou de Vlaamse Regering dit mee faciliteren?
Mevrouw De Vreese heeft het woord.
Minister, net zoals collega Van Volcem waardeer ik natuurlijk enorm de inspanningen die de minister-president doet om niet enkel en alleen Vlaanderen maar ook heel specifiek Brugge – waaronder ook inderdaad onze uitstekende Brugse biertjes – te promoten in het VK. Maar het is inderdaad waar dat die ferryverbinding economisch rendabel moet zijn. We hebben in het verleden al gezien dat dat niet zo gemakkelijk is. Voor ons toerisme en uiteraard voor onze haven is het heel belangrijk om die nog een extra boost te geven. Het zou een win-win zijn voor Schotland en voor Vlaanderen. De minister-president kan ons nu nog geen extra details geven, maar ik ben zeer nieuwsgierig naar die extra details en zeker ook naar de timing die hier vooropgesteld wordt.
Mevrouw Vandromme heeft het woord.
Dank u wel voor de vraag. Minister, dank u wel voor het antwoord. Het zal u niet verbazen dat ook ik hier graag in tussenkom, op dit positieve nieuws, want niet alleen de Bruggelingen ontvangen graag Britten, ook in de Westhoek zien we hen graag komen. Minister, we zien het in het straatbeeld en we horen het van toeristische ondernemingen: ‘They are getting back.’ Gelukkig maar. Na die zware tijden van de brexit, corona en de ferrylijn is het goed dat we nu beslissingen kunnen nemen om die ferrylijn opnieuw naar ons land te brengen.
Ik ben ook tevreden met de koerswijziging. Minister, om eerlijk te zijn: uw collega was wat terughoudender bij eerdere vragen om tussen te komen in de ferrylijn. Ik ben heel blij met het nieuws en ik ben ook benieuwd naar wat de Vlaamse Regering nog kan doen ter ondersteuning om dit waar te maken. Ik vermoed dat er onderhandeld zal moeten worden over de tewerkstelling, want dit wordt echt een grote uitdaging.
Minister Weyts heeft het woord.
Ik wil hier geen partypooper zijn, maar ik moet het enthousiasme toch wel een beetje temperen. De ene verbinding is nog niet tot stand gekomen en er wordt al gevraagd welke andere extra verbindingen er het levenslicht zullen zien. Het is inderdaad allemaal een vraag van rendabiliteit. Velen hebben dat pad al bewandeld en zijn op de klippen gevaren. Het zal er vooral van afhangen in welke mate men uit de kosten zal geraken. Het is trouwens ook niet de eerste keer dat zulke ideeën tot stand gekomen zijn en niet verder dan het papier geraakt zijn. Daar vraag ik misschien toch enige nuance.
Het is echter vanzelfsprekend zo dat wij aan Vlaamse zijde een ondersteuningsmechanisme mogelijk kunnen maken. Dat kan verschillende vormen aannemen. Dat zal ook afhankelijk zijn, opnieuw, van het concrete dossier. Dat kan gaan over achtergestelde leningen. Dat kan gaan over investeringssteun. Dat kan in samenwerking met de Europese Investeringsbank zijn. Er zijn dus wel verschillende mogelijkheden ter zake, maar het zou een beetje gek zijn om daar nu al op vooruit te lopen. Dat zal allemaal afhankelijk zijn van de businesscase die uiteindelijk tot stand zal komen, maar dan wel vooral op privaat initiatief.
Mevrouw Van Volcem heeft het woord.
Minister, dank u wel. Ik hoop dat het geen ballonnetje is dat men heeft opgelaten. Ik hoop dat het ook echt een realisatie wordt. Ik reken eigenlijk op de minister-president om dat als ‘sterke Jan’ waar te maken. Ik zal mij ook sterk maken. Als dit in orde komt, dan geef ik hem een Brugse Zot en een fles whisky.
De actuele vraag is afgehandeld.