Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de aankondiging en de planning van het tv-programma 'Ik wil een kind'
Actuele vraag over het VTM-programma 'Ik wil een kind'
Verslag
De heer Coenegrachts heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega's, ‘Ik wil een kind’ is geen ontboezeming, het is een nieuw VTM-programma dat binnenkort start. Er is een oproep gebeurd naar mensen die in wensouder- en co-ouderschap een kind willen opvoeden. Begrijp me niet verkeerd, ik ben me heel bewust van het probleem dat men onder de aandacht wil brengen. Ik ben ook blij dat men aandacht heeft voor alleenstaanden met een kinderwens die een partner zoeken om die wens in vervulling te laten gaan.
Ik heb iets meer moeite met het feit dat men daar een entertainmentprogramma van wil maken. Dit is niet Blind Gekocht of Blind Getrouwd. Dat gaat over volwassenen die met hun volle verstand beslissen om aan een programma deel te nemen. Hier gaat het over iets dat we allemaal samen dienen te beschermen, het meest kwetsbare dat we kennen, een ongeboren kind, en in dit geval zelfs een onverwekt kind. Dat verdient onze bescherming.
Minister, we zijn zelfs niet in staat om de VRT-programmatie te bepalen, noch zouden we dat willen, laat staan dat we die van VTM zouden willen bepalen. Maar de vraag rijst wel: hoe bewaken we, ook in de media, die morele en ethische grenzen? Hoe kunnen we daar politiek een rol in spelen?
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
Voorzitter, minister, inderdaad, vorige week lanceerde VTM een nieuw programma ‘Ik wil een kind’. Het gaat over koppels of alleenstaanden die een ander koppel zoeken of een andere single om samen een kind op de wereld te zetten en op te voeden in wat heet: bewust co-ouderschap.
Het co-ouderschap bestaat natuurlijk al lang, er worden momenteel veel kinderen opgevoed in co-ouderschap. Maar er is wel een heel groot verschil. Want het co-ouderschap zoals we dat al langer kennen, ontstaat wanneer er een einde komt aan een relatie tussen ouders. Dan wordt het kind verder opgevoed in co-ouderschap, met vaak goede afspraken, maar vaak heeft dit ook een grote impact op een kind. Het bewust co-ouderschap ontstaat niet door het einde van de relatie van de ouders, er is gewoon geen relatie voorafgaand, niet voorafgaand aan de conceptie, niet voorafgaand aan de geboorte van een kind. Men maakt afspraken over een kind dat nog niet geboren is. Ik heb daar eerlijk gezegd nogal wat vragen over.
Het gaat nog verder wanneer er een programma over wordt gemaakt, want daarmee gaat men bijna doen alsof een kind samen op de wereld zetten en afspraken maken om het op te voeden, hetzelfde is als een huis delen of gezamenlijk op zoek gaan naar een huis.
Minister, waar is hier het belang van het kind? Waar zijn hier de kinderrechten? Is dit format conform het kinderrechtenverdrag? Hoe zal DPG ervoor zorgen dat de kinderrechten hier effectief gegarandeerd worden?
De heer Slootmans heeft het woord.
Voorzitter, minister, ik weet niet hoe het met uw maag zat vorige week, maar die van mij keerde om bij het horen van de plannen van de programmamakers van VTM in het kader van het entertainmentformat ‘Ik wil een kind’. Na Temptation Island, na Ex on the Beach, na Naked Attraction vond de commerciële speler het blijkbaar nodig om weer onder de limieten van het menselijk fatsoen te gaan graven. Het kan wat dat betreft natuurlijk niet altijd de VRT zijn die het schoentje past. Dat is een grapje, mevrouw Segers. (Gelach)
Hoe de vork in de steel zit, hebben de collega’s al uitgelegd. Het komt erop neer dat men de rechten van het kind ondergeschikt maakt aan die van de biologische wensouders enerzijds, en nog meer ondergeschikt aan sensatie en kijkcijfers. Hoe kan men anders het exploiteren van het ongeboren leven of kind gaan noemen in een commercieel televisieformat? Hoe kan men in vredesnaam zoiets moois als een kinderwens gaan instrumentaliseren voor commerciële doeleinden?
Het is een vorm van veramerikanisering, minister, waar ik echt koude rillingen van krijg. Want tot nader order is een kind geen brood of grasmachine.
Bon, bespiegelingen en meningen daarover zijn er genoeg, op sociale media en in de pers, onder andere ook van u, en ook nu, in dit halfrond. Maar de vraag rijst wat wij hier, als emanatie van de Vlaamse samenleving, als Vlaams Parlement, als vertegenwoordigend orgaan tegen ondernemen. En vooral, wat zal de Vlaamse Regering hiertegen ondernemen?
Minister, mijn vraag aan u is dan ook: bent u inderdaad van mening dat dit programma de integriteit van het ongeboren leven schaadt? En zult u dit aangekondigde drama voorkomen? (Applaus bij het Vlaams Belang)
Minister Dalle heeft het woord.
Collega’s, ik maak mij ernstige zorgen bij dit programma. Het opvoeden en krijgen van een kind is een moeilijke opdracht, maar het is ook een van de belangrijkste en mooiste zaken in een leven. Ik besef maar al te goed dat dit voor heel wat mensen, voor heel wat koppels geen mogelijkheid is of dat het uiterst moeilijk is. En ik besef uiteraard ook maar al te goed dat het traditionele gezin allang niet meer de enige vorm is. Er zijn zoveel mooie gezinsvormen vandaag: nieuw samengestelde gezinnen, gezinnen die tot stand komen met adoptie, met voogdij, met pleegvoogdij, holebikoppels die een kind krijgen en dergelijke meer.
Daar gaat het vandaag niet over. Het gaat vandaag over wat de programmamakers ‘bewust co-ouderschap’ noemen. Dat is zeer verschillend van klassiek co-ouderschap, dat inderdaad tot stand komt na een scheiding, na het afspringen van een relatie, misschien na een overlijden: gebeurtenissen die ons kunnen overkomen en waar we dan als ouder ook het beste van maken, in het belang van het kind.
Hier gaat het dus over bewust co-ouderschap of, eerder, intentioneel co-ouderschap: co-ouderschap dat gepland wordt nog voor de conceptie van het kind, soms zelfs door mensen die elkaar op voorhand zelfs niet kenden. Dat lijkt mij in het belang van het kind zeker een discussie waard, of dat goed is voor een opvoeding. Dat is niet evident, want het moet de bedoeling zijn van partners, van ouders, om een stabiele gezinssituatie voor hun kind te realiseren. Hier zal men zelfs van voor de conceptie van het kind zeggen: ‘U zult niet één stabiele gezinssituatie hebben, u zult minstens twee stabiele gezinssituaties hebben of in het beste geval twee stabiele gezinssituaties.’
Dat is een maatschappelijk debat waard. We moeten dat niet met taboes bekijken. Ik vind ook dat we daar open naar moeten kijken en dat we dat debat moeten durven te voeren, met de betrokkenen, met experten, met academici, hier in dit parlement en, wat mij betreft, ook op de televisie. De vraag is echter wel of je dat moet doen via een entertainmentprogramma. En daar vind ik dat we als samenleving een duidelijke lijn moeten trekken: we experimenteren niet met kinderen op televisie.
Een kind krijgen, collega’s, is inderdaad nog iets anders dan een huis kopen of een partner zoeken. Het grote verschil is dat in al die entertainmentprogramma’s die we kennen, sprake is van wat men ‘consenting adults’ noemt: volwassenen die akkoord gaan, die toestemming geven. Welnu, hier is er iemand die geen toestemming geeft, die geen toestemming kan geven, die namelijk nog niet geboren is. Het belang van het kind moet steeds vooropstaan, en ik ben heel bezorgd dat dat heel moeilijk is bij een entertainmentprogramma.
Collega Schryvers, u peilt naar het Kinderrechtenverdrag. Als minister van Jeugd is dat natuurlijk mijn centraal document. Het is niet zo duidelijk of er hier een schending is van het Kinderrechtenverdrag. Ik denk dat we dat goed moeten opvolgen. Het gaat hier over een nog niet geboren kind. We zullen dat zeker nauw opvolgen.
U weet ook, collega’s, dat voor mij als minister van Media censuur uit den boze is. Het is niet mijn taak om een televisieprogramma goed te keuren of om het te verbieden. Dat kan ik uiteraard niet doen. Maar het is niet omdat het niet verboden is dat het daarom ethisch verantwoord is. Ik heb dan ook contact gehad met de programmamakers, met de omroep. Ik heb met hen daarover een heel duidelijk gesprek gehad. Ik heb hun mijn bezorgdheden meegegeven. Zij hebben daarnaar geluisterd. Zij hebben hun standpunt uitgelegd. Ik heb hun gevraagd om het kinderrechtenperspectief centraal te stellen. Ik heb ook zeer uitdrukkelijk gevraagd om de kinderrechtencommissaris daarbij te betrekken. We zullen zien wat dat geeft. Ik ben er in elk geval nog niet helemaal gerust in, moet ik toegeven.
De programmamakers moeten beseffen, collega's, dat hier één iemand niet aan tafel zit, namelijk het toekomstige kind. Het is een gouden regel dat ik me als minister van Media niet meng in de keuzes van omroepen en programmamakers. Dat is voor mij een heilig principe.
Als politicus, als minister van Jeugd, als papa kan ik niet anders dan ernstige vragen te stellen bij de keuze voor dit onderwerp, en vooral ook bij de keuze van het format van het entertainmentprogramma. Hier zijn ethische grenzen overschreden, en ik roep de programmamakers dan ook op om het kinderrechtenperspectief centraal te stellen in de toekomst. (Applaus bij de meerderheid)
De heer Coenegrachts heeft het woord.
Minister, ik denk dat we nooit zullen kunnen vermijden dat twee volwassenen elkaar vinden en beslissen om samen een kind te maken en dat apart op te voeden. Een andere stap is natuurlijk: maken we daar een entertainmentproduct van, maken we van dat ongeboren, onverwekte kind een entertainmentproduct?
Het is goed dat u daarvoor contact heb gehad met de programmamakers. Het is verontrustend dat ze u niet hebben gerustgesteld, maar er verontrust mij nog iets: als dat kind er dan zal zijn, zijn er ook nog de social media. Dat is een permanent archief van dergelijke televisieprogramma's. Dat kind zal dan ook ooit worden geconfronteerd met het verhaal van hoe die ouders elkaar hebben leren kennen, hoe ze hebben deelgenomen aan het entertainment van een hele samenleving om tot de verwekking van die persoon te komen.
Minister, ook daarvoor vraag ik u contact op te nemen met de social media en na te gaan hoe we kunnen vermijden dat dergelijke programma's hele generaties meedraaien op het internet, en hoe we daaraan kunnen verhelpen.
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
Minister, ik stel vast dat we allemaal dezelfde bezorgdheid hebben. Het is goed dat u die bezorgdheid hebt overgemaakt aan de programmamakers, maar blijkbaar hebben ze u toch nog niet volledig kunnen geruststellen. Ik hoop dat er nog stappen worden ondernomen en dat ze kunnen inzien dat het kindperspectief altijd centraal moet staan. Dat is hier niet zo, terwijl we net zoveel kinderen hebben die nood hebben aan een gezin. Kijk maar eens naar pleegzorg. Bijna duizend kinderen in pleegzorg wachten op een gezin. Hier gaan we op zoek naar een kind voor mensen, vanzelfsprekend met alle respect voor mensen die een kinderwens hebben. Dat is echter niet onze mantra. Onze mantra is altijd: we zoeken een thuis voor een kind en niet omgekeerd.
Minister, ik ben nog meer bezorgd over verdere evoluties omdat, door dit op deze manier weer te geven, het allemaal zal worden genormaliseerd en mensen nog meer op zoek zullen gaan. U moet eens kijken naar websites als www.onewish.be, waar mensen elkaar zoeken. Ik vrees dat we nog een toename van dergelijk aanbod zullen krijgen als dit inderdaad op tv komt en als mensen daarnaar gaan zoeken. Hoe kunnen op dergelijke websites kinderen centraal worden gesteld?
De heer Slootmans heeft het woord.
Minister, ik concludeer uit uw antwoord dat u van oordeel bent dat hier een aantal rode lijnen, een aantal kritische, deontologische, morele grenzen zijn overschreden. Afkeuren is één, daartegen actie ondernemen is twee. U zegt dat u zich zorgen maakt, dat u dit gaat opvolgen, maar dan moet u ook consequent zijn in uw optreden. Niemand wil hier met mij deel uitmaken van een samenleving waarbij het aan mediaspelers wordt toegestaan om onbeschaamd te kapitaliseren op het ongeboren leven en daarbij mensen in precaire geestelijke omstandigheden gaat misbruiken als lijdend voorwerp. Op de duur zou men kunnen denken dat men bij de VTM zelf de Rode Neuzen Dag aan het organiseren is. Cynischer wordt het natuurlijk niet.
Ik herhaal dus mijn vraag: welke stappen gaat u concreet zetten om dit onheil af te wenden, en zult u daarbij actie ondernemen via de kortgedingrechter of via de kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen om te voorkomen dat dit toch immorele en verwerpelijke programma in de ether gaat? U hebt daar als Vlaamse Regering krachtens artikel 16 van het reglement van orde van de algemene kamer de bevoegdheid toe, dus gebruik alstublieft dat instrument. Toon als vooraanstaand lid van een gezinspartij dat uw partij niet alleen in woorden, maar ook in daden een gezinspartij is. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Mevrouw Perdaens heeft het woord.
Collega’s, dank u wel voor de vraagstelling. Het is natuurlijk altijd gevaarlijk om een tv-programma te beoordelen op basis van een concept nog voor er zelfs maar een seconde van is uitgezonden. Het zou mooi zijn, mocht het vaak pijnlijke fertiliteitstraject van wensouders, dat vaak zelfs met vrienden en familie moeilijk te bespreken is, uit de taboesfeer kunnen worden gehaald. Daar zijn echter voorwaarden aan verbonden. Zo kan het niet gaan om amusementstelevisie, wat hier wel het geval is, en één zaak moet centraal staan, namelijk dat kinderen in een warm nest moeten opgroeien. Is dit dan de manier om dat te verwezenlijken? Single wensouders aan elkaar koppelen op tv, dat lijkt meer op een datingshow. Al kan een relatie op de klippen lopen, ouderschap eindigt natuurlijk nooit. Volgens VTM zal de focus liggen op het traject, niet op de zwangerschap, maar kijken we naar andere soortgelijke zoekprogramma’s, dan is het niet uitgesloten dat er commerciële opvolging is. Denken we bijvoorbeeld aan de clickbait-artikels over voormalige Blind Getrouwd-koppels. Zal dit deze kinderen overkomen en hoe beschermen we die kinderen daartegen?
Minister, ik hoor nu dat het allicht zal worden afgevoerd nog voor het opstart. Klopt dat? Mocht dat niet zo zijn, dan hoop ik dat u bij de makers en de experten erop aandringt dat ze hun deontologische code voor ogen houden wanneer ze een volgende stap in dit programma overwegen.
Mevrouw Segers heeft het woord.
Goed te horen dat we ons kamerbreed eigenlijk heel veel zorgen maken over het plan van VTM om via een programma twee vreemden aan elkaar te koppelen om samen een kind op de wereld te zetten. Dat is zeker terecht. Uiteraard is het klassieke gezin van mama, papa en kindjes lang niet meer de realiteit, noch de norm in Vlaanderen, en is het goed dat er ook in de media, ja, zelfs in populaire tv-programma’s, aandacht wordt besteed aan de andere vormen van ouderschap, maar ook onze fractie was eigenlijk bijzonder verontwaardigd toen het plan van VTM werd bekendgemaakt. Dit plan om via tv als vreemden kinderen op de wereld te zetten, roept heel wat bedenkingen op. Hier worden ongeboren kinderen letterlijk geïnstrumentaliseerd en gecommercialiseerd. Kinderrechtencommissaris Vrijens heeft heel terecht gesteld dat het perspectief van het kind en de kinderrechten zoek zijn in dezen.
Minister, ik ben verheugd te horen dat u al een gesprek had met VTM, maar toch ook bezorgd omdat ze het plan nog niet onmiddellijk hebben afgevoerd, ondanks het massale protest. Welke handvaten ziet u om ook commerciële zenders handvaten te geven om een deontologisch en ethisch kader aan te reiken voor hun programmamakers?
Mevrouw Meuleman heeft het woord.
Ik wil me daarbij aansluiten. Ook onze fractie wil de oproep ondersteunen om dit programma en deze format af te voeren. De makers beschrijven het programma zelf als een realityreeks. Kenmerkend aan een realityreeks is, zo staat op Wikipedia, dat de eigenschappen van de deelnemers worden uitvergroot om karakters te creëren. De nadruk ligt op de montage en het spectaculaire. Dat is alles wat we kunnen missen in een programma over dit onderwerp.
Los daarvan, mevrouw Schryvers, minister Dalle, wat de visie op ouderschap op zich betreft, wil ik toch wel zeggen dat er voor onze fractie inderdaad heel veel vormen van ouderschap zijn. Dat zijn niet meer de klassieke vormen, en bewust co-ouderschap kan ook een van die vormen zijn die kunnen werken, als men daar heel goed over nadenkt, als men daar niet licht overgaat, als daar heel goede afspraken over worden gemaakt. Sta me echter toe om ook te zeggen dat iedereen die een kind krijgt, daar niet licht kan overgaan en goede afspraken moet maken. Dat is altijd iets wat niet makkelijk is. Ik zou dus toch willen oproepen om die vorm absoluut niet te beoordelen, maar wel de format van het programma. (Applaus van Stijn Bex)
Minister Dalle heeft het woord.
Mevrouw Meuleman, ik deel al deze bezorgdheden, maar ik zal eerst op uw opmerking ingaan. Het standpunt dat u naar voren hebt gebracht, is een standpunt waarover het Vlaams Parlement met academici en experten kan discussiëren. Dat verdient zeker een debat. Als minister van Jeugd plaats ik het belang van de kinderen altijd centraal. Ik maak me zorgen bij een nog voor de conceptie gepland co-ouderschap. Er wordt nog voor de conceptie van het kind met twee woonplaatsen gewerkt en ik betwijfel of dit in het belang van het kind is. Dat is een debat waard. Wat geen debat waard is, is een entertainmentprogramma. Ik denk dat we het daarover allemaal eens zijn.
Er is gepeild naar de acties die ik verder nog zal nemen. Ik heb de mensen ontmoet en hen op hun verantwoordelijkheid gewezen. Ik heb gesuggereerd contact met de Vlaamse kinderrechtencommissaris op te nemen en ik heb begrepen dat dit ook is gebeurd. Ik ga ervan uit dat dit goed zal worden opgevolgd.
Om juridische actie te ondernemen, moeten we zeker zijn dat we een juridisch punt te verdedigen hebben. Als minister van Jeugd is het Kinderrechtenverdrag mijn absolute leidraad. Het belang van het kind is hierin het centraal en leidend principe. Hier zitten we echter in een bijzondere situatie, want er is zelfs nog geen sprake van een kind. Het is een toekomstig kind, een kind dat nog niet is geboren. Het is niet zo gemakkelijk hier een juridische casus van te maken.
Ik wil wel op de verantwoordelijkheid van de televisieomroepen wijzen. Dat is deels een zaak van zelfregulering. De omroepen hebben dat gedaan. In 2012 hebben de openbare omroep en de private omroepen een programmacharter voor non-fictieprogramma’s opgesteld. Ik citeer: “We hebben oog voor en besteden aandacht aan de bescherming van wie extra kwetsbaar is. We zijn ons bewust van de maatschappelijke impact van wat wordt uitgezonden en hoe het wordt uitgezonden.” De omroepen hebben, met andere woorden, zelf gesteld dat ze op een integere manier zullen omgaan met hun programma’s, ook de reality- en entertainmentprogramma’s. We willen zeker de kwetsbaarsten beschermen. Een kind dat nog niet is geboren en niet kan meepraten, lijkt me effectief te voldoen aan de definitie van iemand die zeer kwetsbaar is.
Mijnheer Coenegrachts, u hebt me concreet gevraagd wat ik ten aanzien van de sociale media kan doen. We zullen dit moeten opvolgen. We zullen zien wat op televisie komt en wat op de sociale media verschijnt. De uiteindelijke beelden zullen natuurlijk de eigendom van VTM zijn. Het is in eerste instantie de verantwoordelijkheid van VTM, maar u hebt gelijk dat dergelijke beelden op de sociale media blijven leven. Als er kinderen van komen, kunnen die kinderen daar onder meer op de sociale media mee worden geconfronteerd.
Mevrouw Schryvers, websites als One Wish België bestaan effectief. Ik heb begrepen dat dit een onderafdeling van een Nederlands bedrijf is. Het is moeilijk daar veel aan te doen, omdat er op het eerste gezicht geen illegale zaken gebeuren. Mochten er illegale zaken gebeuren, is het aan de politiediensten en het parket om daartegen op te treden. Bij mijn weten is dat niet het geval. Er zijn natuurlijk veel ouders die daar te goeder trouw en met de beste intenties naar kijken en die daar gebruik van proberen te maken, maar we moeten erg behoedzaam zijn.
Mevrouw Perdaens, u hebt me gevraagd of het allemaal zal doorgaan. Het is aan VTM om die beslissing te nemen. Ik heb begrepen dat er op 18 oktober 2021 een oproepaflevering komt, maar dat voor nadien nog niets duidelijk is. De oproep om het kinderrechtenperspectief centraal te stellen en om de Vlaamse kinderrechtencommissaris hierbij te betrekken, blijft dan ook relevant en actueel. Ik ga ervan uit dat VTM die kamerbreed gedeelde oproep ter harte zal nemen en het perspectief en het belang van het kind in alle beslissingen hierover centraal zal stellen.
De heer Coenegrachts heeft het woord.
We kunnen in het Vlaams Parlement alle debatten voeren die we willen en alle academici laten komen die we willen, maar het Vlaams Parlement zal de samenleving nooit kunnen decreteren dat twee consenting adults niet mogen beslissen samen een kind te verwekken en dat kind apart op te voeden.
Waar onze bezorgdheid naar moet uitgaan – en daarop moet hier de focus liggen –, is dat de zoektocht naar elkaar en dat kind geen entertainmentproduct mag worden waaraan commerciële belangen verdienen. Dat moeten we absoluut vermijden. Het is niet aan ons om te bepalen wat de programmatie van een televisiezender is, maar in het licht van de zelfregulering moet de sector ook naar zichzelf kijken. Ik roep de mediasector op om de eigen ethiek en moraliteit eens goed tegen het licht te houden en te bepalen of dit programma nog een toekomst in hun programmatie heeft. (Applaus van Marino Keulen en Stijn Bex)
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
Zorgen voor een kind, dat is het mooiste wat er is. Dat geeft ongelooflijk veel mooie momenten, maar het is ook niet altijd rozengeur en maneschijn. Dat gebeurt ook in heel veel verschillende gezinsvormen, en ook op een heel warme manier. We weten dat er ook heel veel andere mensen zijn, buiten het klassieke kerngezin, die heel veel zorg opnemen voor een kind. Denk maar aan grootouders, pleegouders, adoptieouders en zo verder.
Waar wij het moeilijk mee hebben, is het format van een programma als 'Ik wil een kind', waarbij men het laat voorkomen naar mensen alsof een kind samen op de wereld zetten en laten opgroeien iets is te vergelijken met een huis delen of een auto delen of dergelijke meer. Voor ons moet altijd het kind centraal staan, kinderrechten voorop. Kinderrechten zijn geen spel, kinderrechten zijn geen vodje papier. Laat ons daar allemaal werk van maken. (Applaus bij de meerderheid)
De heer Slootmans heeft het woord.
Als ik de reacties hoor, is er een unisono gedeelde afkeuring. En dat is natuurlijk positief. Maar de consequentie is ook dat u daarnaar handelt. Ik heb u twee suggesties gegeven en u bent daar niet op ingegaan. U zegt dat u eigenlijk niets kunt doen. Ik heb u de suggestie gedaan van de kortgedingrechter, ik heb u de suggestie gedaan van de kamer voor bescherming van minderjarigen. U gaat daar niet op in.
U zegt dat u zich zorgen maakt en dat u er iets aan zou willen doen. 'Walk the talk.' Ik geef u twee suggesties, grijp dat instrument aan. Ik denk dat iedereen het met mij eens is dat een kind op de wereld zetten inderdaad een van de heiligste dingen in een mensenleven is. En zoiets herleiden tot een bijna bureaucratische transactie met de camera's erop, waarbij de rechten van het kind ondergeschikt worden aan de platte commercie, dat is niet alleen intriest, het bewijst ook dat er een totale afwezigheid is van een ethisch kompas.
Nu, dat een commerciële instelling zover gaat in haar jacht om clicks en kijkcijfers, dat kunnen we allemaal afkeurenswaardig vinden. Maar dat wij als vertegenwoordigers van de samenleving zoiets tolereren, is gewoon onaanvaardbaar. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De actuele vragen zijn afgehandeld.