Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over het mentale welzijn bij studenten
Verslag
De heer Daniëls heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega's, eigenlijk was het gisteren te doen onder dit halfrond. Er was namelijk een studiedag georganiseerd door de Vlaamse Vereniging van Studenten (VVS) naar aanleiding van een onderzoek naar het mentaal welbevinden van onze studenten. Corona heeft dat welbevinden op onze agenda gezet en het zal er niet meer af gaan. De N-VA is blij dat het er niet meer af gaat. Het gaat er niet meer af omdat de VVS, de Vlaamse Interuniversitaire Raad (VLIR), de Vlaamse Hogescholenraad (VLHORA), de instellingen hoger onderwijs, de studentenvoorzieningen (stuvo’s), het Steunpunt Inclusief Hoger Onderwijs (SIHO) en de minister naar voren hebben geschoven dat ze een nulmeting willen. Hoe staat het met het mentaal welbevinden van onze studenten?
Er waren toch een aantal cijfers die nu hard naar voren komen en waar we ons zorgen over maken. Als een op de zeven studenten aan zelfverwonding doet en als 42 procent van de eerstejaars zichzelf geïsoleerd vindt in het hoger onderwijs, dan kunnen we dat niet negeren. Dat negeren we ook niet. Het was gisteren zeer zinvol, met een hele trits beleidsaanbevelingen op verschillende niveaus. Het was niet alleen kommer en kwel, maar de VVS is erin geslaagd om een hele lijst aanbevelingen te maken: over verbondenheid, over veerkracht, over gezondheidsbeleving, over hoe omgaan met studenten die zich niet goed voelen, over hoe omgaan met de druk in een studierichting met de studiepunten. En er waren nog tal van andere voorstellen.
Minister, mijn vraag is heel eenvoudig. Hoe gaat u aan de slag met de beleidsaanbevelingen van de VVS?
Mevrouw Goeman heeft het woord.
Dagenlang alleen op uw kot. Financiële zorgen omdat je je studentenjob kwijt bent. Amper contact met docenten of medestudenten. Geen sociaal leven. Veel mensen – ook hier, denk ik – kennen persoonlijke verhalen van studenten die het de voorbije periode heel zwaar hebben gehad. De cijfers volgen nu en bevestigen in het grote onderzoek van de VVS wat we eigenlijk al langer wisten. Het sociale isolement heeft een enorme impact op het mentale welzijn van studenten: grote gevoelens van eenzaamheid, psychische klachten … De cijfers zijn aangrijpend. Een op de vijf studenten heeft de voorbije twaalf maanden aan zelfmoord gedacht. Een op de tien heeft zelfs een zelfmoordplan gemaakt. Dat grijpt mij echt aan.
De lockdown is – gelukkig voor de studenten – voorbij, maar de klachten zijn dat zeker niet. Het onderzoek van de VVS is wat dat betreft heel duidelijk: het mentale welzijn van studenten staat permanent onder druk. Dat geldt nog meer voor studenten uit de lgbtqi-gemeenschap, voor studenten met een migratieachtergrond, voor studenten die zelf hun studies moeten betalen.
De vraag is nu: wat doe je? Ga je investeren in die mensen of ga je besparen op wie vandaag al kwetsbaar is? De aangekondigde besparingen op onderwijs beloven wat dat betreft in ieder geval al niet veel goeds. Er wordt 112 miljoen euro bespaard, zonder dat duidelijk is waar. Dat zorgt vandaag al voor grote onrust op het terrein. Eerlijk gezegd, er waren al zorgen genoeg.
Minister, u hebt nog niet aangekondigd waar u gaat besparen. Dus sta ik hier vandaag met een heel duidelijk pleidooi om dat niet te doen op de kap van het mentale welzijn van de studenten, op de kap van de stuvo’s, omdat uit de aanbeveling van de VVS heel duidelijk is gebleken hoe belangrijk die zijn om het mentaal welzijn van studenten te bewaken, of het nu gaat over preventie, over het organiseren van sociale activiteiten, over het aanbieden van psychologische hulp, over het bieden van financiële hulp. Minister, kunt u garanderen dat er in ieder geval niet bespaard wordt op de stuvo’s, die zo belangrijk zijn om het mentale welzijn van studenten te garanderen?
Minister Weyts heeft het woord.
We hebben gisteren met z’n allen een paaltje in de grond geslagen, maar eigenlijk wel een mijlpaaltje. We hebben de basis gelegd voor een Vlaanderenbreed beleid omtrent het mentale welzijn bij studenten, en dat voor het eerst ooit. Een groot dankuwel voor iedereen die daaraan heeft meegewerkt: de VVS, SIHO, verschillende academici, de stuvo’s, de VLIR, de VLHORA …
Wat we gisteren hebben voorgesteld, is de basis van het beleid. Je start met een nulmeting, waarbij ikzelf de VVS heb samengebracht met professor Bruffaerts, waardoor we voor het eerst een Vlaanderenbrede bevraging hebben, wetenschappelijk gevalideerd maar georganiseerd door en voor studenten. Met die informatie kunnen we aan de slag gaan. Dat zal onder andere tegen het eind van dit jaar resulteren in de oprichting van SIHO als hét expertisecentrum, een platform – ook een digitaal platform – inzake mentaal welzijn voor studenten, in een heel breed aanbod van curatieve en preventieve aspecten omtrent verschillende problematieken rond mentaal welzijn, ook in zelftesten, dus niet van Facebook of zo, maar wetenschappelijk valide zelftesten, in informatie waarbij mentale problemen zowel vanuit het preventief oogpunt als vanuit het curatief oogpunt kunnen worden aangepakt. Dat is het SIHO, het expertisecentrum beheerd en bestuurd door hogescholen en universiteiten.
Daarnaast heb je natuurlijk de mensen die meer op het terrein staan, de studentenvoorzieningen. Het budget voor de studentenvoorzieningen is op jaarbasis 56 miljoen euro extra. Daarbovenop heb ik zelfs 10 miljoen euro extra gegeven. Als u nu gaat zeggen dat ik dreig te besparen op de studentenvoorzieningen … Ik heb gehoord dat u dat gisteren op de studiedag hebt aangeblazen, en nu komt u vragen of wat u gisteren hebt aangeblazen, namelijk dat er zou worden bespaard op de studentenvoorzieningen, eigenlijk wel klopt. Misschien moet u het andersom doen: vraag het me eerst en blaas het dan al of niet aan.
Neen, dat klopt niet. We gaan niet besparen op de studentenvoorzieningen. We hebben er integendeel 10 miljoen euro bij gedaan. Ik hoop dat u samen met mij geen aanleiding geeft tot enige onrust op dat vlak. U mag gerust zijn: met het beleid dat we gestalte hebben gegeven, hebben we een brede basis gecreëerd voor een Vlaanderenbrede aanpak van het mentaal welzijn van studenten.
De heer Daniëls heeft het woord.
Minister, dank u wel voor uw antwoord en uw duidelijkheid, die ikzelf gisteren ook heb gegeven, namelijk dat er op de stuvo’s niet wordt bespaard. U geeft ook aan dat het nu niet stopt. Collega's, dat is het nieuwe en belangrijke dat deze minister doet, namelijk dat het niet meer van de radar gaat. We gaan dit verder blijven opvolgen.
Minister, ik ben blij dat u zegt dat het SIHO als expertisenetwerk niet wordt versnipperd, en dat de student die verandert van studierichting of van instelling hoger onderwijs, niet opnieuw op de kaart moet worden gezet, maar dat het expertisenetwerk overkoepelend kan werken, zowel curatief als preventief. Dat is een belangrijk verhaal. U hebt daarover overlegd met minister Beke, die ook op het preventieve werkt, maar ook met het federale niveau. Elke student die we kunnen behoeden voor verdere psychische ondersteuning, dat is natuurlijk een minderkost voor de federale overheid.
Mevrouw Goeman heeft het woord.
Minister, ik kan alleen maar blij zijn dat er niet wordt bespaard op de stuvo’s. Dat zou compleet onverantwoord zijn geweest. In alle eerlijkheid, daarmee is het probleem natuurlijk niet opgelost. Als u eerlijk bent, dan weet u ook dat grotere noden om extra investeringen vragen.
Daar zie je vandaag natuurlijk wel het contrast tussen het federale en het Vlaamse niveau. De federale overheid besteedt een tienvoud van het budget om ervoor te zorgen dat geestelijke gezondheidszorg betaalbaar blijft voor iedereen. Vandaag weet u in Vlaanderen niet meer dan dat er voor studenten niet zal worden bespaard op wat er vandaag op tafel ligt.
Nieuwe overlegstructuren, een digitaal platform, zelfanalyse: het zijn allemaal goede zaken, maar voor zover ik weet hebt u vooral een eenmalig budget extra middelen voor de stuvo’s uitgetrokken in de coronaperiode, maar we hebben geen enkele garantie dat dat daarna ook zal blijven doorlopen.
Wat we vandaag nodig hebben, is een structureel beleid voor het mentaal welzijn in het hoger onderwijs. Dat is ook wat de VVS zegt. Dat is gekoppeld aan een structureel budget. Zal er ook een structureel budget komen om gevolg te geven aan al die goede aanbevelingen die de VVS op papier heeft gezet? (Applaus bij Vooruit)
Mevrouw Jans heeft het woord.
Minister, ik sluit me graag aan bij deze vragen. Gisteren ben ik met veel collega's gaan luisteren naar de voorstelling van het rapport mentaal welzijn van de Vlaamse Vereniging van Studenten. Ik heb daar niets aangeblazen. Ik heb daar ook niets aangegeven. Ik ben alleen gaan luisteren, en ik kan dat iedereen aanbevelen.
Ik was bijzonder positief verrast over de manier waarop de VVS een heel heldere kijk gaf op wat hun vragen zijn. Ze zeggen niet dat ze alleen maar meer middelen en investeringen nodig hebben. Ze hebben een heel heldere piramide gemaakt en zeggen dat de overgrote groep studenten geholpen is met zelfzorg en met gezondheidsbevordering. Iets hoger in de piramide staan verbondenheid en peer support, dan eerste hulp en pas in de top van de piramide is er psychologische hulpverlening nodig. Het is onze uitdaging om ervoor te zorgen dat we een klimaat creëren waarbij gezondheidsbevordering en peer support mogelijk zijn, zodat als mensen hulp nodig hebben, ze ook worden geholpen.
Minister, voor die kleine groep aan de top van de piramide is de vraag dat voor elke student die naar de studentenpsycholoog gaat, binnen de twee weken een afspraak kan worden gegarandeerd. Kunt u dat mogelijk maken?
De heer Vaneeckhout heeft het woord.
Minister, het enige goede nieuws gisteren was eigenlijk dat er eindelijk actuele cijfers zijn over wat de situatie is op het gebied van geestelijke gezondheid, en dat er inderdaad – zonder te historisch te willen klinken – een bepaalde mijlpaal is bereikt om daarover het gesprek te voeren. Wat echter eigenlijk het allerbelangrijkste is, is dat er een rapport van VVS klaarligt met meer dan dertig aanbevelingen. Daar worden hier nu een aantal puntjes uitgelicht, maar de situatie is wel wat ernstiger dan dat. Het zal inderdaad niet volstaan te zeggen dat men niet zal besparen. Ik sluit me wat dat betreft aan bij collega Goeman. Het zal er net op aankomen om meer te investeren, zowel binnen de sector van mentale gezondheid in het onderwijs en het hoger onderwijs zelf als in de hele sector van de geestelijke gezondheidszorg daarbuiten. Daar staan immers geen schotten tussen. Daar moet net meer worden samengewerkt.
Vandaar de vraag: u ziet daar die dertig aanbevelingen liggen; op welke manier wilt u die uitvoeren? Wordt er ter zake een opvolging georganiseerd? Eigenlijk waren we ervan op de hoogte dat dit probleem bestond. Nu lijkt het alsof dat voor corona niet duidelijk was. Wat is het plan om dat probleem structureel aan te pakken?
De heer D’Haese heeft het woord.
Voorzitter, ik denk dat de cijfers van de studie confronterend zijn. Ze bevestigen trouwens ook wat we horen op het terrein. Laatst was er nog een student die zei het gevoel te hebben dat alle vooruitgang die hij had gemaakt op het vlak van mentaal welzijn, het afgelopen jaar van de kaart is geveegd. Men is ontmoedigd als men hulp zoekt en tegen wachtlijsten aankijkt. VVS vat het goed samen in haar beleidsadvies, denk ik. Ze stelt daarin dat het mentale welbevinden een topprioriteit zou moeten zijn binnen het Vlaamse onderwijsbeleid, en dat is het momenteel nog niet. Er wordt wel al veel meer over gesproken, het staat op de radar, en dat is belangrijk. Het is op zich belangrijk dat het thema bespreekbaar is, ook hier, ook in de studentenvoorzieningen, ook aan de universiteiten en hogescholen, maar op het terrein merken studenten nog te weinig van daden die daartegenover staan.
Minister, hoe gaat u ervoor zorgen dat er na de woorden ook de daden komen? Bent u bereid om daarvoor de middelen voor psychosociale ondersteuning structureel te verhogen, zodat we de drempels voor hulp structureel kunnen verlagen?
De heer Slagmulder heeft het woord.
Eerst en vooral wil ik zeggen dat we de problematiek van het mentale welzijn bij onze studenten ernstig moeten nemen. Ook wij van het Vlaams Belang doen dat. Ik wil VVS dan ook expliciet bedanken voor de tijd en de energie die aan het onderzoek werden besteed.
We moeten ook op de juiste manier naar deze cijfers kijken. Deze bevraging werd afgenomen in volle coronaperiode. Het is dus geen verrassing dat de cijfers vrij slecht zijn. Dit rapport is wat ons betreft dan ook slechts een start. Minister, ik hoop dan ook dat u deze problematiek in de toekomst zeker zult blijven monitoren. De Vlaams Belangfractie is alleszins een voorstander van een versterking van de studentenvoorzieningen om dit probleem beter aan te pakken. In de commissie bevestigde u dat die voorzieningen voor u een centrale partner blijven in het beleid rond mentaal welzijn. Daarom heb ik de volgende vraag. In de aanbevelingen van VVS staat bijvoorbeeld de optie om een gedeelte van hun middelen te kleuren voor het werkveld medische en psychologische hulpverlening. Hoe staat u daartegenover?
Minister Weyts heeft het woord.
Mevrouw Goeman, u merkt terecht op dat er extra middelen zijn uitgetrokken en extra inspanningen zijn gedaan in deze regeerperiode aangaande het mentale welzijn van studenten. Voor het eerst is de basis gelegd voor een Vlaanderenbreed beleid. Ik ben dus blij dat u blij bent. Anderzijds moet men collega Jans gelijk geven: het debat van gisteren was geen centendebat. Het ging daar niet over, hoewel we wel al extra impulsen hebben gegeven. We hebben nu de basis gelegd. Er zijn nog heel wat aanbevelingen waarmee ikzelf aan de slag moet, maar er is natuurlijk ook de samenwerking met de collega’s binnen en buiten deze Vlaamse Regering. Samen met minister Dalle moeten we bijvoorbeeld echt werk maken van de aanbeveling waarin wordt gevraagd of de drempel, het taboe van de problematiek van mentaal welzijn ook niet wat meer kan worden verlaagd, doorbroken via de publieke media. Er is ook de laagdrempeligheid van de toegang tot de eerste hulp. Dat is dan samen met minister Beke, wiens kabinet gisteren trouwens ook aanwezig was, denk ik. We hebben dus nog wel een weg af te leggen.
Mevrouw Goeman, indien u dit aan een pleidooi voor de betaalbaarheid van de gezondheidszorg koppelt, klopt u op de verkeerde deur. U moet dan in eerste instantie kloppen op een deur hiertegenover die u misschien bekender is. Wij hebben onmiddellijk nagekeken hoe het met de toegang tot de geestelijke gezondheidszorg voor studenten zit. Ik heb de regeringscommissarissen bij de universiteiten gevraagd hoe het met die toegang zit en welke wachttijden er zijn. Hun rapport is heel duidelijk. Studenten kunnen bij de studentenvoorzieningen binnen twee weken een afspraak krijgen. Zij doen hun job goed. Indien studenten direct moeten worden geholpen, zijn er plaatsen vrij. Er is natuurlijk wel een probleem indien het om de tweede- en derdelijnszorg gaat. Daar zijn wel wachtlijsten, en daarvoor kijk ik in de richting van de Federale Regering. Het is goed dat engagementen met betrekking tot de betaalbaarheid van de toegang tot de geestelijke gezondheidszorg zijn aangekondigd. Ik hoop dat dat dit ook voor studenten zal gelden. Het zal erop aankomen samen te werken, maar het is hoopgevend dat de basis is gelegd en dat er geen weg terug is.
De heer Daniëls heeft het woord.
Minister, ik bedank u voor de bevestiging, die er eigenlijk al was, dat niet zal worden bespaard op de STUVO-middelen.
Ik wil vanuit mijn fractie nog even focussen op wat ik gisteren in het debat heb ingebracht en wat ook hier zeer sterk instaat, namelijk preventie. We moeten jongeren ervan bewust maken dat het leven geen wandeling door het park is. We moeten, zoals psychiater De Wachter, de kunst leren van het ongelukkig zijn en daarmee om te gaan. In die studentenmiddens moeten ze elkaar ondersteunen. De studenten moeten bij elkaar terechtkunnen. Dat werd in de zaal globaal gedragen. En ik vind het goed dat dit in de sleutelcompetenties van de nieuwe eindtermen van de tweede en de derde graad zit. Want we moeten natuurlijk niet tot in het hoger onderwijs wachten. Het moet veel vroeger starten. We hebben dat in de eindtermen van de tweede en de derde graad gezet. Ik hoop dan ook het Grondwettelijk Hof en alle onderwijspartners die noodzaak inzien.
Mevrouw Goeman heeft het woord.
Minister, ik ben natuurlijk niet blij met een slag in het water. Voor zover ik weet, zijn die bijkomende middelen voor de studentenvoorzieningen in het licht van de coronacrisis eenmalig. Dat staat in contrast met de Federale Regering, die structureel in de geestelijke gezondheidszorg investeert. Ik ben benieuwd of Vlaanderen dat ook zal doen. U hebt hier verklaard dat u de nood ziet en dat het probleem op uw radar staat, maar dat u voorlopig niet meer zult investeren. Dat is net wat moet gebeuren indien we ervoor willen zorgen dat het probleem niet groter wordt. De studenten zijn de leerkrachten, de bedrijfsleiders en de hulpverleners van morgen. Indien we vandaag niets aan hun mentaal welzijn doen, zal het probleem alleen maar groter worden. Dat is niet alleen in het belang van die studenten, maar in het belang van ons allemaal. (Applaus bij Vooruit en Groen)
De actuele vragen zijn afgehandeld.