Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Gryffroy heeft het woord.
Het zit hem soms in de kleine dingen. Als het gaat over het beleid inzake de renovatie van gebouwen staan we tweede in de Europese rangschikking. Nu is het zonnedelen uiteindelijk ook in uitvoering, zijnde het meer mogelijk maken dat er meer PV-installaties (photovoltaic) komen met meer megawatt aan geïnstalleerd vermogen. Uiteraard is dat goed nieuws. Dit is ook gebaseerd op de conceptnota die door mezelf en onze fractie werd ingediend in december 2015. In november 2018 hebben we een bijkomende conceptnota ingediend omtrent het delen van energie binnen een energie-entiteit, een appartementsgebouw dus. Waarom was dit belangrijk voor ons? Omdat we toen hebben gezien dat heel wat mensen misschien soms wel de financiële mogelijkheden hebben, maar niet de praktische mogelijkheden, bijvoorbeeld omdat ze op een appartement wonen, of misschien niet de financiële mogelijkheid hebben om een volledige installatie te bouwen, hoewel ze misschien wel zouden willen participeren, samen met andere mensen, in een grotere installatie.
Eind vorig jaar hebben we dan het EMD-decreet goedgekeurd, dat een kader vormt. Na bijna zes jaar zijn er vorige week vrijdag uiteindelijk een aantal beslissingen genomen om dit verder operationeel uit te rollen. Dat uitrollen vanaf 2022 vinden we dus superbelangrijk, omdat we daarmee groene stroom en PV-installaties dichter bij de burger brengen en iedereen ook de kans geven om mee te investeren, mee te kunnen financieren en ook mee te kunnen genieten hiervan. In tegenstelling tot sommige reacties die ik heb gehoord bij de vorige vraag, toont Vlaanderen hiermee wél aan dat het iets wil doen en iets bereikt. Ik kan zelfs meer zeggen: ik ken geen regio en geen lidstaat binnen de Europese Unie die nu al zo ver staat met een dergelijk type maatregelen, met zonnedelen op een digitale manier, met digitale energie.
Minister, wat zijn nu de volgende stappen? Wat is de timing? Wanneer zal er wat kunnen?
Minister Demir heeft het woord.
Collega’s, de Vlaamse Regering heeft afgelopen vrijdag inderdaad een heel belangrijke stap gezet in die energietransitie, met een grote hervorming van de energiemarkt. Wat gaan we de komende jaren doen? Dit verloopt in diverse fases. Vanaf 1 januari kunnen bewoners van een appartementsgebouw zonnedelen. Zoals u weet, kon dat tot dan eigenlijk niet. Samen investeren in zonnepanelen op het dak van een appartementsgebouw is vandaag minder interessant omdat de opbrengst van een installatie voor één specifieke bewoner is. Daar gaan we komaf mee maken. We hopen dan ook dat veel meer bewoners van appartementsgebouwen samen zullen investeren in het zonnedelen. Vanaf juli van volgend jaar kan ook iedereen zelf groentestroomleverancier worden. Ik denk dat dat heel goed is voor mensen die bijvoorbeeld te veel energie hebben opgewekt. Ze kunnen dat geven of doorverkopen aan vrienden, kennissen, familie, aan vader, moeder, broer, zus. Ook dat is een heel goede oplossing, zeker voor diegenen die overdag misschien niet thuis zijn en gewoon een teveel aan energie hebben, en in wier situatie een thuisbatterij misschien geen goed antwoord is, maar dit systeem wel. Vanaf juli van volgend jaar zal dat dus kunnen.
Ten derde is het ook de ambitie om vanaf 2023 nog verder te gaan in het energiedelen. Dan gaan we echt naar die energiegemeenschappen. Ook daar zie ik een groot voordeel in. Bijvoorbeeld een lokaal bestuur kan samen met buurtbewoners een energiegemeenschap oprichten. Het kan dan bijvoorbeeld investeren in zonnepanelen op het dak van een sporthal. Die opgewekte stroom kunnen ze dan rechtstreeks verdelen onder de deelnemende buurtbewoners. Ook dat is een heel belangrijke stap in die grote hervorming van de energiemarkt. Ik hoop dan ook dat we in deze legislatuur al die zaken kunnen doorvoeren.
De heer Gryffroy heeft het woord.
Dank u. Dit is een duidelijk stappenplan, wat we alleen maar kunnen toejuichen. We hebben uiteraard ook de negatieve connotatie en perceptie sinds de uitspraak van het Grondwettelijk Hof. Ik denk dus ook dat we heel veel aan de mensen zullen moeten gaan uitleggen, dat dit systeem, zoals het hier is uitgewerkt, wel degelijk zijn voordelen biedt, waardoor meer mensen mee kunnen investeren in of meegenieten van de hernieuwbare energie.
Maar ik kan natuurlijk ook wel begrijpen dat mensen in het begin wat argwanend zullen zijn, zeker na wat we begin januari meegemaakt hebben. En dus is mijn bijkomende vraag: hoe gaan we dat aanpakken, naar de mensen en de burgers? Want de mogelijkheden zijn immens, als ik het zo mag uitdrukken. Zelfs de daken van kerken kunnen daarvoor dienen. Zelfs een sporttribune kan daarvoor dienen, de daken van scholen enzovoort. De mogelijkheden zijn enorm. Maar misschien gaat er in het begin wat argwaan zijn bij de mensen. Hoe denkt u die argwaan weg te werken? Hoe denkt u de communicatie te gaan voeren?
De heer Tobback heeft het woord.
Minister, bedankt voor uw antwoord. Ik denk dat u meer moet doen dan alleen maar de argwaan wegnemen, Ik ben het eens met de heer Gryffroy dat daar nogal wat schade is aangericht. Maar mijn voornaamste vraag is dat u misschien gewoon wel wat sneller kunt gaan. Mijn stokpaardje is inderdaad het idee om zonnepanelen op de daken van kerken te leggen en daar de buurt van energie mee te voorzien. Het zou mooi zijn om energie uit de hemel weer te beginnen verdelen via onze kerken. Het is al te lang geleden dat dat nog gebeurde.
Maar waarom moet het in godsnaam tot 2023 duren vooraleer we met die energiegemeenschappen een stap verder kunnen zetten? Waarom moet het tot volgend jaar duren vooraleer dit zonnedelen in werking kan treden? Zelfs indien er geen argwaan zou zijn, zou het nog altijd afwachten zijn en zou het traag gaan. Kan dit niet gewoon sneller? Want de kansen hierin zijn wel zeer groot. Sowieso zijn we met de omzetting van de richtlijn al te laat. Dus waarom gaat het nog meer te laat zijn? Waarom kan het niet sneller?
De heer Bothuyne heeft het woord.
Ik val bijna van mijn stoel als ik collega Tobback bezig hoor. Een paar weken geleden was hij nog aan het fulmineren tegen de uitrol van de digitale meter, en waarom we dat allemaal zo snel en zo overhaast moesten gaan doen, en nu kan het niet snel genoeg gaan. Want, collega Tobback, nieuws voor u: het zonnedelen, het creëren van energiegemeenschappen, dat gaat uiteraard gepaard met de digitalisering van een en ander. Maar goed, ik ben altijd blij met voortschrijdend inzicht, zelfs van u.
Collega’s, zonnedelen is inderdaad een interessant concept, hoewel met deze weersomstandigheden niemand graag de zon die er is, zou willen delen. Maar ik denk wel dat we op een aantal punten mensen zullen moeten overtuigen en dat proefprojecten of een aantal voorlopers interessant zouden kunnen zijn. Een aantal weken geleden heeft de Vlaamse Regering het proefproject om een grote energiegemeenschap op te richten op een bedrijventerrein in een niet nader genoemde Oost-Vlaamse stad, nog afgewezen. Ik zou graag zien, minister, dat dergelijke projecten wel doorgang kunnen vinden. Op welke manier zult u energiegemeenschappen stimuleren met proefprojecten, om zo aarzelende medemensen te overtuigen?
De heer Aerts heeft het woord.
Dit is een interessante discussie. Ik sluit me alvast aan bij de laatste oproep van de heer Bothuyne.
Argwaan ten opzichte van nieuwe regels, dat zal in deze tijd inderdaad zeker kloppen, maar het is ook bijzonder complex. Ik denk dat we ook daar aandacht voor moeten hebben. We moeten dat duidelijk schetsen en aan mensen duidelijk uitleggen wat het nu eigenlijk allemaal is. Want het is niet eenvoudig, en zeker niet door die stapsgewijze aanpak.
U verwees ook naar het sociale karakter van de maatregelen. Je kunt delen met iemand van je gezin of vrienden die het minder goed hebben. Ik wil oproepen om dat wel breder te gaan trekken, zo breed mogelijk, want anders is dat een individualisering van dat sociale energiebeleid.
Want wie geen vrienden of familie heeft met zonnepanelen of een tweede verblijf waarmee ze kunnen zonnedelen, valt uit de boot. We kunnen dat beter op gemeenschapsniveau doen.
Mijn vraag gaat over het andere voordeel van energiegemeenschappen, namelijk het lokaal verbruik van lokaal opgewekte energie zodat we het elektriciteitsnet minder belasten. Ik zie daarover geen afstandsbepaling in de teksten staan. Ik vraag me dan ook af hoe we ervoor zullen zorgen dat lokaal geproduceerde elektriciteit ook lokaal kan worden gebruikt en niet aan de kust of in Limburg.
De heer Schiltz heeft het woord.
Minister, er is al veel gezegd over dat langverwachte onderdeel van de energietransitie. In artikel 59 van het besluit dat deze aangelegenheden regelt, staat ook dat in het kader van het uitrollen van de energiegemeenschappen de Vlaamse Regering aan de Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt (VREG) zou vragen om een maatschappelijke kosten-batenanalyse te installeren. Is deze kosten-batenanalyse op een of andere manier bepalend voor de uitrol van de energiegemeenschappen? Waarom is voor die getrapte aanpak gekozen en niet voor een uitrol in één keer?
Minister Demir heeft het woord.
Collega Gryffroy, we zullen met Fluvius en de openbaredienstverplichtingenleveranciers samen communiceren. Er wordt een heel plan van aanpak voorbereid door alle partners samen. Ik denk immers dat veel mensen dit goede maatregelen vinden, maar we moeten wel nog goed uitleggen wat dit concreet allemaal inhoudt.
Collega Bothuyne, het proefproject in Gent is geweigerd omdat het onwettig is. We hebben hen gevraagd om het opnieuw in te dienen. Er moet worden nagegaan wat niet juist was zodat het opnieuw kan worden ingediend. Het is immers belangrijk dat we zulke projecten ondersteunen als voorbeeld. Dat wordt voorbereid.
Collega Tobback, ik wil even nuanceren. Ik vind niet dat wij laat zijn, integendeel. Als ik kijk naar andere landen of regio's, ook in België, dan stel ik vast dat wij als een van de eerste een initiatief hebben genomen. Maar het is natuurlijk een complexe oefening, die we op een juiste manier moeten omzetten. Dat betekent ook wel dat daar heel wat bij komt kijken, zoals IT-systemen, marktprocessen. Het gaat over een grote hervorming die wat technische en praktische gevolgen heeft achter de schermen.
Op zich zou men zeggen dat het allemaal goed meevalt, maar ook de backoffice moet draaien. Wanneer mensen willen zonnedelen met vrienden of kennissen, moet de drempel zo laag mogelijk zijn. We zullen beginnen met een loket frontoffice zodat de betrokkene gewoon zijn contract moet overmaken. Maar die backoffice zal serieus moeten draaien en rekenen. We willen daar immers geen fouten in maken.
Het is zo dat het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap (VEKA), de VREG en netbeheerder Fluvius momenteel alle technische reglementen en praktische zaken voorbereiden om alles heel correct en vlot laten verlopen. De regelgeving moet ook voorgelegd worden aan verschillende instanties, ook wat privacy betreft. Maar hoe sneller het kan, hoe liever.
Ik ben zelf een groot voorstander van al deze maatregelen, omdat ik denk dat dit een deel van de oplossing kan zijn om de transitie mogelijk te maken. Ik hoop dan ook tegen 2023 klaar te zijn, maar als het vroeger kan, is dat des te beter. Die omzetting moet natuurlijk juist gebeuren en we moeten de partners voldoende tijd geven om dat op een correcte manier te doen. Het is allemaal nieuwe regelgeving die moet worden gemaakt, en uiteraard is er ook die backoffice, waar heel wat rekeningen achter zitten.
Tegen eind 2023 zullen we alles evalueren en bijsturen waar dat nodig is.
De heer Gryffroy heeft het woord.
Kan het niet sneller, mijnheer Tobback? Alles kan sneller. We zijn wel de eerste in België om de richtlijnen om te zetten. We zijn de eerste in Europa die het effectief zo concreet omzet, in heel concrete zaken zoals het zonnedelen. Andere landen hebben het ook gedaan, zoals Nederland en Oostenrijk, maar op een veel conservatievere manier, niet op een digitale manier.
Dat is ook mijn opmerking aan u. Ik heb bij de laatste voorstellen van decreet gezien die we hier goedgekeurd hebben om die negatieve connotatie met wat er gebeurd is in januari van dit jaar, de premiedatabank en andere voorstellen van decreet, dat de oppositie zich altijd onthouden heeft. Ze deed dat uit schrik waarschijnlijk om later als er toch iets negatiefs voorvalt, te kunnen zeggen dat ze niet voor gestemd heeft, dat ze zich onthouden heeft.
Wel, hier is nu een voorbeeld van hoe wij daar positief tegenover staan. Zonnedelen is een project dat iedereen aanbelangt. Iedereen kan ervan meegenieten, iedereen kan mee bouwen en financieren, iedereen kan verkopen aan elkaar zonder beperkingen. Laat ons dat dan ook hier omarmen. Ik vind het een heel goed initiatief waar ik zelf vijf of zes jaar op heb moeten wachten. Ik ben daarmee akkoord, maar ik ben wel blij dat het nu eindelijk wel op de tafel ligt en dat het heel concreet met heel concrete data kan worden uitgewerkt.
De actuele vraag is afgehandeld.