Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de kost van de vaccinatiecampagne
Verslag
De heer De Reuse heeft het woord.
Minister, uit een verslag van de Inspectie van Financiën blijkt dat de vaccinatiekosten in Brussel en Wallonië gevoelig hoger liggen dan in Vlaanderen. Enkele cijfers die door de regio’s zelf werden aangeleverd, tonen dat aan. Voor een vaccinatie in een woonzorgcentrum betaalt men in Vlaanderen 9 euro, in Brussel 13 euro en in Wallonië zelfs 22 euro. De geraamde kosten voor de vaccinatie in de vaccinatiecentra bedragen in Vlaanderen 52 euro, in Brussel 54 en in Wallonië 71 euro.
Er zijn een viertal redenen waarom die kostprijs daar de pan uit swingt. Zo wordt een hogere vergoeding toegekend aan de vaccinatoren. Ze hebben ook een eigen reservatiesysteem, een duurder uiteraard, opgezet. Er is een andere manier van opvolging. En dan is er natuurlijk ook altijd het gebruik van externe en dure consultants. En dan komt natuurlijk altijd de vraag wie dat zal betalen.
Het uitgangspunt bij de start van de vaccinatie was dat de federale overheid 80 procent van de kosten op zich zou nemen en de deelstaten de overige 20 procent zouden bekostigen. Maar er is onduidelijkheid. Waar slaat de 80/20-regel op? De algemene kosten per gewest? De kosten per gevaccineerde? De kosten per inwoners? Onduidelijkheid troef dus.
Momenteel buigt een interfederale werkgroep vaccinatiekosten zich over wie nu welke kosten zal betalen, wie daar dus voor zal opdraaien. Minister, het gevaar is reëel dat Vlaanderen mee zal betalen voor de dure Waalse en Brusselse keuzes. Dat is momenteel de inzet van lopende onderhandelingen binnen die werkgroep. Mijn vraag is dan ook hoe de Vlaamse Regering zich opstelt in dit dossier.
De heer Parys heeft het woord.
Minister, wij hebben in Vlaanderen niet alleen de meest performante vaccinatiecampagne van het land, maar ook de goedkoopste, de meest kostenefficiënte. We zetten overal in België dezelfde vaccins, maar eigenaardig genoeg kost het toedienen van een vaccin in een Waals woonzorgcentrum 22,5 euro en in een Vlaams minder dan 10 euro. In een vaccinatiecentrum kost dat in Vlaanderen 52 euro per prik, in Wallonië 72 euro per prik. Minister, dat is een verschil dat ik onmogelijk kan uitleggen.
De collega heeft ernaar verwezen dat er vorig jaar een 80/20-regeling is afgesproken met de federale overheid. Intussen zijn we midden mei 2021 en zijn we nog altijd aan het debatteren over hoe die kostenregeling juist moet worden geïnterpreteerd. We verliezen daar tijd en geld aan. En, collega’s, het zal u niet verbazen dat de gezondheidszorg in één hand, een Vlaamse hand, dat soort tijd- en geldverlies wel zou kunnen vermijden.
Maar terug naar het verhaal van vandaag. Want waar ligt het kalf gebonden? We moeten een keuze maken. Ofwel gaan we als basis voor de vergoeding aan alle gewesten of deelstaten in dit land het Vlaamse bedrag nemen, en dat is een laag bedrag, met als resultaat dat Wallonië zijn broek scheurt aan die vaccinatiecampagne en dat die 80/20-afspraak met de Federale Regering eventueel niet meer kan worden gehonoreerd.
De tweede optie is dat we het Waalse hoge bedrag per prik nemen en dat aan elke deelstaat geven. Maar dan heb je natuurlijk een ander probleem, want dan financier je Vlaanderen voor kosten die het niet heeft gemaakt en dan draait de belastingbetaler er twee keer voor op.
Minister, zult u verdedigen wat mijn fractie de beste oplossing vindt, namelijk dat we het laagste bedrag nemen als basis van een forfait en daaraan een percentage toevoegen dat voor iedereen hetzelfde is om bepaalde onvoorziene kosten op te vangen? Op die manier zorgen we ervoor dat de Vlaamse belastingbetaler geen twee keer moet betalen voor dezelfde vaccins.
Minister Beke heeft het woord.
Collega's, de vaccinatiecampagne loopt goed. Laat ons dat ook eens zeggen. Mijn collega Bart Somers heeft een bevraging laten doen. Daaruit blijkt dat maar liefst 98 procent – 98 procent, zoveel heb ik op school nooit gehaald – van de Vlamingen zegt tevreden te zijn bij zijn bezoek aan een vaccinatiecentrum. 92 procent zegt dat de bereikbaarheid en toegankelijkheid van onze vaccinatiecentra bijzonder groot zijn en dat ze daar zeer tevreden over zijn. We hebben dus goed werkende vaccinatiecentra, waarvan de bereikbaarheid en toegankelijkheid groot is.
Bovendien zijn ze efficiënt. Dat blijkt inderdaad uit de adviezen van de Inspectie van Financiën. Ze zijn niet alleen efficiënt, ze zijn ook effectief. En dat is misschien nog het allerbelangrijkste. Ze zijn effectief: 99 procent van de 65-plussers in Vlaanderen is gevaccineerd. Wie had dat op voorhand kunnen denken? 99 procent! En dat dankzij een onverdroten inzet van burgemeesters, mensen uit de eerste lijn, huisdokters, apothekers, thuisverpleegkundigen en duizenden en duizenden vrijwilligers. Want zij zijn ambassadeur, zij overtuigen de mensen die twijfelen over de noodzaak, het belang en het nut om zich te laten vaccineren. Want denkt u dat er alleen in Wallonië, Brussel of Frankrijk twijfelaars zijn? Er zitten overal twijfelaars.
Wel, dit is Vlaanderen op zijn best. Dit is het sociaal kapitaal dat Vlaanderen heeft en dat maximaal daarop wordt ingezet. Daar mogen we absoluut fier op zijn.
En dat is noodzakelijk. Ik heb begrepen dat er daarnet vragen werden gesteld over het samen zomeren. Als we samen willen zomeren, als we die zomer samen tegemoet willen gaan, moeten we ervoor zorgen dat we zo snel mogelijk zo veel mogelijk mensen hebben gevaccineerd. En dat zullen we dus doen.
Daar hangt natuurlijk een kostprijs aan vast. Er is inderdaad afgesproken dat die kostprijs een 80/20-verhouding zou zijn: 80 procent van de kosten zou door de federale overheid worden aangenomen en 20 procent door de deelstaten.
De eerste prioriteit was vaccineren. De tweede prioriteit is het vereffenen van de facturen. We zijn bezig met die facturen en die rekeningen. Een werkgroep is die aan het bekijken. Ik zal daar niet op vooruitlopen. We hebben daarover al een aantal keer gesproken op de interministeriële conferenties, maar we zijn nog niet tot een globaal akkoord gekomen.
Collega Parys, u verwijst naar de filosofie waarbij we een bedrag nemen dat redelijk is – wat ons betreft het laagste bedrag – en daaraan een percentage toevoegen, voor andere of bijkomende kosten. Die filosofie hebben we inderdaad in de schoot van de interministeriële conferentie verdedigd. Maar ik was daar niet alleen in. Ook de andere deelstaten hebben die filosofie eigenlijk verdedigd. Ik denk dat we daar op een gegeven ogenblik op een goede en volwassen manier aan uit kunnen.
Ten slotte, het allerbelangrijkste is dat we ons stappenplan kunnen voortzetten. We gaan richting Pinksteren. In mijn Pinksterplan heb ik gezegd dat we volgende week, de week na Pinksteren, een op de twee mensen gevaccineerd moeten kunnen hebben. We zijn onderweg naar 11 juli. Als het Janssen-vaccin ook nog zal worden geleverd, en die onzekerheid weg is, zijn we daar nog meer zeker over. En dan zijn we ook op weg om iedereen tegen midden augustus definitief een tweede prik gegeven te kunnen hebben. En dan hebben we een bijzonder belangrijke hink-stap-sprong genomen, zodat iedereen, zodat alle Vlamingen goed samen kunnen zomeren.
De heer De Reuse heeft het woord.
Minister, u hebt de cursus ‘hoe draai ik om de hete brij heen’ goed gelezen en goed in de praktijk gebracht, want u antwoordt eigenlijk niet op de vraag. U zegt hoe goed we het doen in Vlaanderen, en we mogen daar best trots op zijn. Maar als het gaat over de centen in de Belgische context, dan moet u wakker zijn. U bent blijkbaar niet wakker ...
Ik ben heel wakker.
... want u bent alvast niet degene die naar de vragen luistert die collega Parys en ikzelf gesteld hebben. U bent over andere zaken bezig. Eigenlijk is de vraag heel simpel. Ik lees dat men kijkt naar een evenwichtsoefening. Hoe kunnen we het doen? Maar het zal erop uitdraaien of we meer of minder in plus zullen betalen. Dat is wat we niet willen. Mijn vraag is: hoe wilt u voorkomen dat Vlaanderen opdraait voor de extra kosten?
De heer Parys heeft het woord.
De Vlaamse Regering en u, minister, verdienen zeker een pluim voor de uitrol van de vaccinatiecampagne. Daar wordt nogal veel over verteld, ook op het federale niveau, dat niet altijd klopt. Premier De Croo heeft bijvoorbeeld op Qmusic gezegd dat er in Brussel en in Antwerpen trager wordt gevaccineerd. Dat blijkt helemaal niet te kloppen, zoals de factcheck van Knack deze week heel duidelijk aantoont. Gisteren is er dan ook nog eens zoiets gezegd door minister Vandenbroucke op het federale niveau in de Kamer. Hij zei: ‘Het is helemaal niet waar dat de Vlaming twee keer dreigt te betalen, want iedereen zal hetzelfde forfait krijgen.’ Ja, natuurlijk zal iedereen het zelfde forfait krijgen voor dezelfde prik. Dat lijkt mij ook heel erg voor de hand te liggen. Maar federale centen zijn ook Vlaamse centen. Minister Vandenbroucke lijkt in zijn betoog vergeten te zijn dat het altijd dezelfde belastingbetaler is die de duiten op tafel moet leggen.
Minister, ik begrijp iets niet uit uw antwoord. Ik vind het heel goed dat u het laagste, het meest kostenefficiënte prijsniveau verdedigt. Maar u zegt dat u dat samen met alle andere regio’s verdedigt. Dan begrijp ik eigenlijk niet waarom we er nog altijd over aan het praten zijn, want dan zou het toch al lang beslist zijn. Het is de laagste prijs. Daar is de federale overheid dan het beste mee af. De regio’s gaan akkoord. Waar ligt dan het kalf nog gebonden?
De heer Anaf heeft het woord.
Ik vind het een beetje een vreemde discussie. Normaal gezien is dit een gewestbevoegdheid en moet elk gewest opdraaien voor de kosten van zijn vaccinatiecampagne. We zitten in een grote crisis. Daardoor neemt de federale overheid 80 percent van de financiering op zich. Dan nog komen Vlaams Belang en N-VA hier een beetje klagen dat Vlaanderen weer te veel zal moeten betalen. Als het omgekeerd was geweest, dan had men waarschijnlijk gezegd dat het een schande was dat we voor 100 procent van de kosten van Vlaanderen moesten opdraaien. Ik vind dit los van elk niveau, los erover eigenlijk. (Applaus van Willem-Frederik Schiltz en Gwendolyn Rutten)
Mevrouw Saeys heeft het woord.
Gisteren heeft minister Vandenbroucke verklaard dat hij de afgesproken verhouding 80/20 zal worden toegepast op een uniform forfait. Voor de vaststelling van dat forfait is gekeken naar de regio met de laagste kosten. Dat is inderdaad Vlaanderen. Maar ik denk dat het alleen maar fair is, wanneer er meerkosten zijn, dat degene die daarvoor zorgt, daar ook voor opdraait. Is er al gekeken, wanneer er een derde prik zou zijn, wie daar de kosten voor zal dragen?
De heer Vaneeckhout heeft het woord.
Het is inderdaad een beetje een opvallende thematiek, maar alles moet in het parlement kunnen worden besproken. Ik ben zelf in blijde verwachting van het verslag van de Inspectie van Financiën en zal dat met zeer veel interesse lezen.
Minister, wat mij het meeste interesseert, is waar die eventuele kostprijsverschillen tussen de regio's zitten en op basis waarvan ze te verklaren zijn. Daarom deze verklarende vraag. Zit alles daarin? Zijn er nog meer kosten, van de lokale besturen bijvoorbeeld, die daar niet in verwerkt zijn? Dat zijn ook dezelfde belastingbetalers, collega Parys, die dat betalen. Als de eerstelijnszones daar nog extra middelen in moeten steken, wat ik in een aantal eerstelijnszones zie gebeuren, dan vraag ik me dat wel af.
Minister, ziet u opvallende interregionale verschillen tussen de eerstelijnszones wat dit betreft?
Mevrouw De Rudder heeft het woord.
Onze vaccinatiecampagne loopt zeer goed. Elke dag worden er heel veel mensen gevaccineerd in onze vaccinatiecentra. Uiteraard kost vaccineren ook geld. De afgesproken verdeling is 80 procent voor de federale overheid en 20 procent voor de deelstaten. Minister, ik begrijp uit uw antwoord dat daar verder nog duidelijkheid over zal komen en hoe dat verder nog zal worden geregeld.
Voor ons is het belangrijkste nu: vaccineren. Het feit dat Vlaanderen beter en goedkoper vaccineert, is nogmaals een bewijs en een bevestiging dat onze Vlaamse vaccinatiecampagne echt een succes is. Minister, ik zou zeggen: laat ons positief en goed verder doen.
Minister Beke heeft het woord.
Collega's, we mogen best wel fier zijn op de manier waarop we dit allemaal aanpakken. De discussie over de kostprijs wordt nog gevoerd omdat nog niet alle kosten verrekend en ingeschat zijn. Een interkabinettenwerkgroep beraadslaagt daarover, maar we zullen wel tot een oplossing komen.
Collega Parys, een element in die discussie is of de prik in een collectiviteit anders wordt berekend dan de prik in het vaccinatiecentrum. Dat is een technische discussie die we op de laatste interministeriële conferentie hebben gevoerd, met de vraag om dat uit te klaren. Als dat is uitgeklaard, hoop ik dat dit zijn beslag zal krijgen.
Collega Saeys, over de derde prik zullen we het straks hebben in de volgende actuele vraag. Over de kostprijs is er nog geen uitsluitsel, maar die discussie zal op een gegeven ogenblik worden gevoerd. Daar zal ik nu niet verder op ingaan.
Collega Vaneeckhout, wat de verschillen precies zijn, heb ik zelf niet in detail bekeken. Ik heb natuurlijk het rapport van de Inspectie van Financiën gezien, maar wat de precieze werking is en wat de grote verschillen zijn tussen Vlaanderen, Wallonië en Brussel weet ik niet.
Wat we wel weten, is dat wij 95 centra hebben die zeer dicht bij de mensen liggen. Brussel en Wallonië hebben grotere centra. Dat zijn keuzes die men heeft gemaakt. Ik verdedig de keuze die wij hebben gemaakt en ik spreek me niet uit over de keuzes van anderen. De verschillende regio's hebben dus wel verschillende keuzes gemaakt volgens de noodwendigheden die ze zelf hebben gezien.
De heer De Reuse heeft het woord.
Minister, ook hier begon het weer als een Belgische sprookje. Eendrachtig zou het coronavirus worden verslagen, de Belgen zouden eens tonen hoe het moet, een ploeg, tous ensemble. Maar naar oude gewoonte, als we over een Belgisch sprookje spreken, draait het er meestal op uit dat Vlaanderen zal betalen. Als Brussel en Wallonië duurdere keuzes willen maken, dan laat ik hen daar vrij in, dat is geen enkel probleem, maar dan wel op hun eigen kosten. Daarom pleiten mijn partij en ik al lang voor een tweestatenoplossing voor dit land.
Tegen deze meerderheid zeg ik: stem de violen gelijk. Minister, ik zag applaus bij de meerderheid op de tussenkomst van collega Anaf, maar ik roep u op om zeer alert te zijn en niet toe te laten dat uit een misbegrepen solidariteit Vlaanderen terug zal opdraaien voor onbezonnen kosten van de andere deelstaten. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer Parys heeft het woord.
Minister, het is ook onze vraag om snel werk te maken van die afspraken. Ik heb goed geluisterd naar de tussenkomst van de collega van Vooruit, die valt samen te vatten als: zaag niet over de centen, maar betaal gewoon, en die tussenkomst werd aangemoedigd door een aantal collega's. Budgettaire orthodoxie, als dat van geen tel meer is, dan vrees ik dat we ver van het paadje af zijn.
Ik zou een minister kunnen parafraseren die zei: iemand moet toch de verdediger zijn van de Vlaming en van de Vlaamse belastingbetaler. Wij zullen daarvoor op tafel blijven kloppen.
De actuele vragen zijn afgehandeld.