Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de stijging van mentale gezondheidsschade bij jongeren vastgesteld door Belgian Pediatric COVID-19 Task Force en hun oproep om direct voltijds contactonderwijs te realiseren
Verslag
Mevrouw Beckers heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, een aantal weken geleden waren we hier aan het discussiëren over het sluiten van de scholen. De paaspauze zou ervoor zorgen dat de scholen na de vakantie weer open zouden gaan. Wel, de paaspauze heeft geen of weinig effect gehad. We hebben de scholen voor niets gesloten én ze gaan nog een keer niet volledig weer open. Ik vind dat heel erg, en niet ik alleen, ook de pediaters en kinder- en jeugdpsychologen trekken aan de alarmbel.
Ik vind het heel jammer dat al die partijen de Vlaamse Regering zo onder druk hebben gezet en dat de Vlaamse Regering zich zo onder druk heeft laten zetten. Ik citeer uit een brief: “Sinds een drietal maanden worden onze gezondheidsdiensten overspoeld door onrustwekkende gezondheidsproblemen bij jongeren, suïcidepogingen, automutilatie, anorexia nervosa, depressie, intrafamiliaal geweld en misbruik, obesitas en overmatige blootstelling aan schermen. De triage van patiënten die de diensten voor intensieve zorgen proberen te vermijden is intussen dagelijkse realiteit geworden in de jeugdpsychiatrie. Jongeren met acute zorgnoden blijven verstoken van de vereiste hulp.
Niet alleen hebben we de leerachterstand laten toenemen, we gaan echt met de psychische gezondheid van onze jongeren spelen. De kinderartsen vinden het onderwijs de meest gecontroleerde sector van de maatschappij. Als ze de voordelen van naar school gaan afwegen tegenover de risico’s kunnen ze niet anders dan concluderen dat de scholen zo snel mogelijk volledig weer open moeten zodat ze hun essentiële rol in de gezondheid van jongeren maximaal kunnen spelen.”
Minister, zult u gehoor geven aan deze indrukwekkende brief van kinderartsen en psychiaters? Dat u mij niet gelooft, tot daar. Maar als deze mensen, met de nodige expertise, aan de alarmbel trekken, zou ik toch willen dat daar gevolg aan gegeven wordt.
Collega Daniëls, het is de eerste keer dat ik u vandaag hoor! Het is al vijf uur!
De heer Daniëls heeft het woord.
Dank u, voorzitter. Ik heb u al meermaals gehoord vandaag. Ik ben blij dat u genezen bent.
Collega’s, de cijfers van het aantal besmettingen en het aantal ziekenhuisopnames worden heel sterk in de gaten gehouden om te kijken naar bepaalde versoepelingen in ons coronabeleid. Inzake onderwijs hebben we samen moeten vaststellen dat twee weken paasvakantie en daarbovenop nog een week paaspauze niet de grote daling van de cijfers met zich heeft meegebracht.
Ik breng u in herinnering dat minister Weyts, gesteund door experten en door het onderwijsveld, nooit voor die extra week sluiting heeft gepleit. Integendeel zelfs, hij was vragende partij om open te blijven, samen met onze fractie. Maar het Overlegcomité is toch overgegaan tot sluiting van de scholen en opschorting van de lessen. Collega’s, ik denk dat het bij deze duidelijk is: onderwijs is niet de motor van deze epidemie, maar volgt uiteraard wel de besmettingen in de maatschappij.
Het Overlegcomité besliste op 14 april, en ik citeer: “Indien de besmettingscijfers in gunstige zin evolueren, en na een evaluatie door de ministers van Onderwijs (…) kan het volledige middelbaar onderwijs vanaf 3 mei opnieuw voltijds (…) doorgaan.” En uiteraard zijn die coronacijfers belangrijk, collega’s, maar de recente brief van de Belgische pediaters en kinderpsychiaters over de vaststellingen van de gezondheidsschade door corona bij jongeren ten gevolge van schoolsluitingen en doordat er geen fysieke lessen meer zijn, mogen we echt niet onder de bank schuiven. Het gaat over suïcidepogingen, automutilatie, eetstoornissen, angststoornissen en noem maar op, bij onze leerlingen in het leerplichtonderwijs, maar we zien het ook bij onze studenten hoger onderwijs.
Collega’s, ik wil hierbij een oproep doen aan iedereen. Ja, de cijfers van de besmettingen zijn belangrijk, maar de mentale gezondheidsschade bij onze jongeren is ook belangrijk om in de gaten te houden en mee te nemen bij de evaluatie. Minister, aangezien voltijds contactonderwijs voor kwetsbare leerlingen op dit moment kan in de tweede en de derde graad, en gezien de vaststellingen van de pediaters, is mijn vraag of we op dit moment niet alle leerlingen als kwetsbaar moeten beschouwen en dus nu al voltijds contactonderwijs moeten organiseren.
Minister Weyts heeft het woord.
Ik denk dat ik u niet zal verbazen als ik zeg dat ik er altijd en immer voor zal strijden om de scholen maximaal open te kunnen houden, zolang de epidemiologische toestand dat ook toelaat. Dat is trouwens ook het akkoord dat we enige tijd geleden gesloten hebben in het kader van het onderwijsoverleg, en dat vervolgens ook nog eens onderschreven is door het Overlegcomité.
We zijn in die overtuiging nogal gesterkt door enerzijds epidemiologische argumenten. Je moet immers vaststellen dat het oordeel van de experten was dat de verplichte sluiting een week voor de paasvakantie geen tot eigenlijk een negatief effect heeft gehad in het kader van de strijd tegen het virus. Anderzijds is er het pleidooi van de pediaters. En even terzijde: de pediaters zijn ook altijd vertegenwoordigd in ons onderwijsoverleg. We zijn daar met meer dan vijftig. De pediaters zijn daar ook bij. We zijn dus ook gesterkt door het pleidooi van de pediaters, van Child Focus, van de kinderrechtencommissaris, die wijzen op de problematiek omtrent het welzijn en die er eigenlijk ook op wijzen – misschien niet expliciet, maar het komt er wel op neer, en ze hebben gelijk ook – dat er vanzelfsprekend een bezorgdheid is om de bezetting en de capaciteit in de ICU-bedden (Intensive Care Unit), de bedden voor de behandeling in ziekenhuizen van kinderen en jongeren met psychosociale, psychiatrische en psychologische aandoeningen. Die capaciteit is al maanden overschreden. Dat is al maanden een probleem.
Daarom zal ik dit weekend weer aan de slag gaan, vanzelfsprekend in dialoog, want ik beslis daar niet alleen over. Ik zal weer in dialoog gaan met de virologen, vervolgens ook met de collega's van de Franse Gemeenschap en de Duitstalige Gemeenschap, en ook opnieuw met het onderwijsveld, waarbij we ook de kinderrechtencommissaris hebben uitgenodigd, net zoals de pediaters, die altijd al uitgenodigd zijn. Ik hoop dat we daar opnieuw wat meer perspectief gaan kunnen creëren, ook voor het hoger onderwijs, waar we nu wel 20 procent benutting van de campuscapaciteit mogelijk hebben gemaakt, uitgaande van de doelstelling dat studenten minstens kunnen genieten van een dag of twee halve dagen ‘on campus’ contactonderwijs. Maar het zou nog gemakkelijker zijn, mochten we ook in bepaalde boostweken kunnen voorzien, bijvoorbeeld voor de examens toch nog herhalingsmogelijkheden, maar ook gewoon de mogelijkheid creëren voor elke student om concrete vragen te kunnen stellen aan professoren. Maar goed, ik kan niet voor mijn beurt spreken. Maar u weet dat het mijn vaste ambitie is om de scholen maximaal open te houden.
Mevrouw Beckers heeft het woord.
Minister, in de marge van deze open brief werden er ook oproepen gelanceerd om te kijken naar welke vakken cruciaal zijn of net niet om de leerachterstand te beperken. Zo werd er bijvoorbeeld geopperd om het vak lichamelijke opvoeding tijdelijk te schrappen. Gezien het mentale welzijn van onze leerlingen, ben ik daar geen voorstander van. LO, maar ook andere, kleinere één-uur- en twee-uurvakken zijn wel belangrijk. Dat zal ook belangrijk zijn voor de motivatie van de leerlingen en van de leerkrachten die de vakken geven.
Minister, hoe denkt u over dit pleidooi?
De heer Daniëls heeft het woord.
Minister, het is goed dat u nog eens zegt dat de pediaters in uw onderwijsclub een belangrijke rol opnemen en dat we dat vooral meenemen. Dat is het pleidooi dat ik wil brengen. De bedden op intensive care zijn belangrijk, maar ook de bedden op de kinderpsychiatrie, alsook de jongeren die erdoor zitten, de ouders, de gezinnen. Ik heb vandaag nog een bericht gekregen van een thuissituatie die onhoudbaar is, met de permanente discussie en de strijd om de les nu online te volgen, maar met jongeren die op dat moment iets anders aan het doen zijn. De strijd, de ruzie thuis, het is niet meer fijn bij ons thuis, zeggen die ouders en zegt die jongere.
Minister, ik wil nog even inzoomen op de epidemiologische situatie en op de stappen die u daar reeds hebt gezet. Hoe ver staat u met de testen die u de vorige keer hier hebt aangekondigd?
De heer Brouns heeft het woord.
Minister, we hebben in de voorbije maanden al met heel velen heel vaak gepleit om de scholen in tijden van corona, ondanks de pandemie, zo lang mogelijk open te houden. Dat was ook een van de voornaamste conclusies van de coronacommissie en het wordt vandaag nogmaals kamerbreed herhaald.
De redenen zijn genoegzaam bekend: leerachterstand en nu opnieuw de noodkreet van de pediaters en psychologen. We moeten daar maximaal gehoor aan geven. Ook de CLB's geven aan dat het absoluut noodzakelijk is dat de scholen zo snel en zo volledig mogelijk opengaan.
Ik kom uit een regio waar de situatie vandaag zeer slecht is. Verschillende gemeenten in het Maasland zitten in de top tien van de epidemiologische situatie. Het is dus goed dat we daarnaar kijken en dat we desondanks de scholen openhouden. Het geeft vaak een spanningsveld tussen populatieniveau en schoolniveau. Dat stellen we ook vast in onze regio. De CLB's vragen op dit ogenblik om de scholen open te doen, maar om een duidelijk kader te geven, bijvoorbeeld een incidentiegraad van boven de 1000, voor wanneer welke strenge maatregelen op het niveau van hun school kunnen worden genomen, zodat de scholen allemaal open kunnen gaan. Als er maatregelen zijn genomen op het schoolniveau, kunnen de gepaste, juiste, strenge maatregelen wel worden genomen.
Mevrouw Meuleman heeft het woord.
In die brief staat inderdaad een duidelijke boodschap met een bezorgdheid die we zeker delen. Het voltijds opengaan van scholen, ja, het liefst zo snel mogelijk. De pediaters zeggen echter ook dat dat alleen niet voldoende zal zijn. Ze zeggen: zorg er toch voor dat er bij die heropening aandacht is voor de leerstof, dat alles kan worden verwerkt, dat er genoeg verbindende en verrijkende activiteiten zijn. Ze vragen dus het herdenken van het laatste trimester in functie van het mentaal welzijn. Minister, hoe kijkt u daarnaar?
Natuurlijk moet dat in veilige omstandigheden kunnen gebeuren. We weten dat niet elke infrastructuur dat op dit moment toelaat. Er zijn scholen die niet heropenen omdat hun ruimte te beperkt is, omdat ze klassen hebben waar de ramen niet open kunnen, omdat er onvoldoende ventilatie en geen CO2-meters zijn.
Minister, wat zult u doen? En wat hebt u al gedaan in de voorbije weken om de situatie veiliger te maken om de snelle en voltijdse heropening mogelijk te maken?
De heer Anaf heeft het woord.
Voorzitter, ik denk dat we het er allemaal over eens zijn dat onze scholen zo maximaal mogelijk open moeten blijven, zowel voor het mentaal welzijn van de kinderen en jongen als om de leerachterstand zo minimaal mogelijk te houden, maar ook voor de ouders. Dat is voor iedereen belangrijk.
Mevrouw Meuleman, u hebt terecht aangehaald dat de Vlaamse Regering een aantal zaken kan doen om de scholen veiliger te maken. Ik wil er nog eentje aan toevoegen. We hebben vorige week de cijfers in verband met het clusteronderzoek gezien. Daaruit blijkt dat de schoolclusters de talrijkste of de grootste waren, maar in slechts een op de tien schoolclusters wordt minstens een hoog- of laagrisicocontact doorgegeven.
Minister, ik weet niet of u die cijfers ook hebt gezien, maar ik denk dat u dit, samen met de centra voor leerlingenbegeleiding (CLB’s), het best ernstig bekijkt.
Mijnheer Daniëls, daarnaast zijn er de testen. U spreekt daar vaak over. Ik heb begrepen dat de testen pas vanaf 3 mei 2021 inzetbaar zullen zijn.
Minister, kan dat niet sneller? Ik denk dat het echt belangrijk is die testen snel in te zetten. Het federale kader is er. Laten we daarmee starten.
Minister Weyts heeft het woord.
Wat de pedagogische richtlijnen betreft, hebben we ons deze week natuurlijk op de organisatorische heropstart van de scholen gefocust. Ik hoop op het einde van deze week of in het begin van volgende week met pedagogische richtlijnen of handvatten te kunnen komen. Hoe zit het met de evaluatie? Hoe worden de examens binnenkort het best georganiseerd? Waaraan geven we prioriteit? Waar moeten we tijdens de volgende periode tot aan het einde van het schooljaar op focussen? Volgende week of misschien nog deze week zullen we op grond van het advies van de pedagogische begeleidingsdiensten en van andere pedagogen trachten hierover te communiceren.
Er zijn ook enkele lichtpuntjes. Er is terecht gewezen op de vraag ook in wat leuke activiteiten te voorzien. Toevallig hebben we net vandaag gecommuniceerd over een richtlijn om in plaats van de ‘laatste honderd dagen’ de ‘laatste vijftig dagen’ te organiseren. Zo kan voor de laatstejaarsleerlingen in het secundair onderwijs toch nog een leuk moment worden georganiseerd, maar dan ook op een veilige manier.
Mijnheer Daniëls, volgens u wordt de strijd met betrekking tot het afstandsonderwijs die thuis wordt gevoerd, enkel gevoerd door ouders die effectief thuis zijn. Het gaat om de grootste en meest kwetsbare groep, namelijk de 14- en 15-jarigen. Wie zichzelf kent, kent de halve wereld. Ik weet niet hoe gedisciplineerd u op de leeftijd van 14 of 15 jaar was, maar ik heb mijn bedenkingen bij jongeren die een week alleen thuiszitten en op afstandsonderwijs zijn aangewezen.
Mijnheer Brouns, u hebt net het succes van de gerichte aanpak beschreven. De draaiboeken die de CLB’s hanteren, zijn duidelijk en geven natuurlijk enige interpretatievrijheid, want elke situatie is natuurlijk verschillend. Ik vind het perfect te verantwoorden dat de beslissing om de scholen in Maasmechelen te sluiten niet betekent dat de scholen in Beersel moeten sluiten. Die ratio moeten we blijven hanteren, zodat we gecibleerd kunnen optreden waar de problemen zich stellen. Soms moeten we ingrijpen, en de meest drastische ingreep is de sluiting van de scholen, maar dan enkel in Maasmechelen en niet in Beersel of in alle andere gemeenten.
Tot slot zijn we natuurlijk nog altijd bezig met het optrekken van verdedigingsmuren die ervoor moeten zorgen dat de scholen zo maximaal mogelijk veilig zijn. Het gaat dan om de gevraagde testen, maar wat de contactopsporing door de CLB’s betreft, heb ik besloten ervoor te zorgen dat de CLB’s ook tijdens de volgende periode op meer dan driehonderd voltijdequivalenten kunnen rekenen. We zullen dat absoluut voortzetten. We hebben de mobiele testteams die we kunnen laten uitrukken met grote bussen, met een testcapaciteit van meer dan duizend personen per dag.
Die mobiele testteams kunnen blijven uitrukken, maar daarnaast hebben we natuurlijk de zelftesten. Minister Beke is verantwoordelijk voor het in de markt plaatsen van een bestelling van 600.000 zelftesten. We hebben natuurlijk op de wijziging van de federale regelgeving moeten wachten. Ik heb daar ook nog maar zes maanden om gevraagd. Het is goed dat die versoepeling er uiteindelijk is gekomen. Er is een beslissing en dit is in de markt gezet voor 600.000 zelftesten, waarvan we er 400.000 voorzien voor het leerplichtonderwijs en 200.000 voorzien voor het hoger onderwijs, de centra voor volwassenenonderwijs en de centra voor basiseducatie.
In de tussentijd, om die periode te overbruggen, hebben we ervoor gezorgd dat de rol van de Rode Kruisvrijwilligers ook wat gewijzigd werd. Aanvankelijk zouden zij enkel sneltesten organiseren en verzorgen voor het onderwijzend personeel wanneer er een hoogrisicocontact geweest was. Nu verruimen we die mogelijkheid op vraag van de scholen en bieden we aan de scholen aan om ook een beroep te doen op sneltesten, afgenomen door het Rode Kruis, van preventieve aard. We hebben daarvoor een procedure uitgewerkt. Een school kan daarbij bij het departement een logincode aanvragen waarmee ze personeelsleden kan inschrijven voor een testcentrum, om daar preventieve sneltesten te ondergaan, afgenomen door Rode Kruisvrijwilligers. We doen dus ons uiterste best om het zelf allemaal op poten te zetten, het zelf te organiseren, om die verdedigingsmuren rond de scholen maximaal op te trekken.
Mevrouw Beckers heeft het woord.
Dank u wel, minister. Ik wil de Vivaldicollega’s die pleiten voor open scholen aanraden om toch eens in de spiegel te kijken of ten minste toch eens te bellen met de collega’s aan de overkant – maar dat terzijde.
Minister, Onderwijs is een exclusief Vlaamse bevoegdheid. We hebben een Vlaams-nationalistische minister-president. We hebben een Vlaams-nationalistische minister van Onderwijs. Ik zou u toch wel willen vragen, nogmaals, om het heft in eigen handen te nemen, niet wegens allerlei nostalgische ideeën maar omwille van het welzijn van onze kinderen, het mentale welzijn van onze kinderen. Als er iets waarvoor we moeten vechten, zal het dat toch zijn, neem ik aan. Ik denk dat we het daarover eens zijn. Neem het heft dus in eigen handen.
Minister-president Jambon sprak zonet over de beslissing die op 3 mei zal worden genomen over het al dan niet overgaan tot voltijds contactonderwijs. Dat is nog anderhalve week, minister. Wacht daar niet op. Doe het gewoon, open het gewoon. Ik denk dat heel Vlaanderen u dankbaar zal zijn.
De heer Daniëls heeft het woord.
Minister, de oproep van de N-VA-fractie is heel duidelijk: doe zo verder, met uw overleg met de onderwijspartners, waarbij ook virologen en pediaters aanwezig zijn. Blijf verder inzetten op soms heel kleine zaken, zoals die laatste 50 dagen, die we toch nog aan die jongeren kunnen geven. Blijf verder inzetten op die 600.000 testen per week – 400.000 voor het leerplichtonderwijs en 200.000 voor de andere onderwijsniveaus. Ik wil bij dezen echt nog eens herhalen en benadrukken: neem niet de epidemiologische situatie – met andere woorden: het aantal coronabesmettingen en het aantal mensen in de ziekenhuizen – als enige leidraad voor versoepelingen en/of beslissingen, maar neem naar dat Overlegcomité ook de cijfers mee over het mentaal welbevinden van onze leerlingen in het leerplichtonderwijs, die slechts parttime naar school kunnen gaan, maar ook van onze studenten in het hoger onderwijs. Want de beste remedie voor een goede mentale gezondheid is naar school kunnen gaan met leeftijdsgenoten, met leerkrachten, met docenten en niet door het achteraf inzetten op psychologen of bedden in de kinderpsychiatrie, want dan zijn we eigenlijk te laat. Dank u wel en succes!
De actuele vragen zijn afgehandeld.