Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Steenwegen heeft het woord.
Voorzitter, in het licht van het klimaatbeleid heeft Vlaanderen voor de periode tussen 2013 en 2020 een samenwerkingsakkoord met de andere gewesten en met de federale overheid afgesloten. Dat akkoord bevat onder meer afspraken over hernieuwbare energie en over het voor Vlaanderen vastgesteld aandeel.
Minister, u hebt eerder al aangekondigd dat Vlaanderen dat aandeel niet zal halen. U verwacht in 2020 een tekort van ongeveer 1800 gigawattuur. U hebt al aangekondigd dat u in Denemarken voor 22,5 miljoen euro een gelijkaardige hoeveelheid hernieuwbare energie hebt aangekocht. U weet dat wij dat geld liever in hernieuwbare energie of andere maatregelen in Vlaanderen hadden geïnvesteerd.
Uit de cijfers die de federale minister van Energie deze week bekendmaakte, blijkt niet alleen dat Vlaanderen zijn doelstelling niet haalt, maar ook dat Wallonië een groot overschot heeft en dat Brussel een klein tekort heeft. Federaal is er een groot tekort en tot onze grote spijt moeten we vaststellen dat het grootste tekort bij Vlaanderen zit. Dat is toch wel een blamage voor onze sterke, innovatieve economische regio die Vlaanderen is. Dit bewijst nogmaals dat het Vlaamse energie- en klimaatbeleid tot nu toe zwaar tekortschiet en veel geld kost. Het zal daarmee niet ophouden, want ook het energieverbruik zal in 2020 hoger liggen dan in het samenwerkingsakkoord was aangenomen en zo aan Europa werd meegedeeld. Inzake energie-efficiëntie doen we het niet goed. Op dat vlak zal Vlaanderen naar alle verwachtingen binnen België koploper zijn. We zijn graag koploper, maar hier is dat dan in negatieve zin.
Wat zult u doen om dat tekort zo snel mogelijk weg te werken en dus ook toekomstige onnodige kosten te vermijden?
Minister Demir heeft het woord.
Bedankt voor uw vraag. Zoals ik bij mijn aantreden al heb gezegd, ging er een Vlaams tekort zijn wat ook het Belgisch tekort verklaart. Ik heb goed geluisterd naar mijn federale collega. Ik ben het er wel niet mee eens dat er niets is gebeurd. De afgelopen tien jaar is er in Vlaanderen 29 miljard euro geïnvesteerd in hernieuwbare energie en dat is heel veel geld. Toch is het resultaat dat men had moeten behalen nog niet behaald. Door de engagementen die men in het verleden is aangegaan en die men niet heeft gehaald, heb ik de doelstelling rond hernieuwbare energie opgevangen door deze in Denemarken aan te kopen. Voor alle duidelijkheid: ik had ook veel liever die middelen in Vlaanderen uitgegeven, want onze economie en investeerders zijn daar klaar voor. Ik ben er dan ook van overtuigd dat we de ambitieuze doelstellingen in ons klimaatplan voor 2030 – met een verdubbeling van zonne-energie, windenergie en warmte – moeten halen. Als ik voor deze legislatuur naar 2024 kijk, dan is het mijn ambitie om in Vlaanderen 1200 megawatt extra zon, minstens 400 megawatt extra wind en daarnaast ook nog extra biogas te realiseren. We moeten dat ook doen. Ik wil dit ook even in perspectief tegenover de federale bijdrage zetten, want daar ambieert men in het nationaal klimaat- en energieplan tegen 2024 0 megawatt voor offshore wind. Dat is niks, dat is niet veel. Ik nodig ook de Federale Regering uit om die ambitie te herbekijken en tijdens deze legislatuur extra hernieuwbare-energiecapaciteit te plaatsen. Wat wij nu zullen doen om de tekorten aan te vullen en de engagementen die mijn voorgangers in het verleden zijn aangegaan te realiseren, is samenzitten met alle regio’s en het federale niveau om te kijken hoe we dit kunnen oplossen.
Bedankt, minister. Het is zeker dat Europa de klimaatdoelen zal aanscherpen. We weten nog niet hoe ver men zal gaan, maar het zal over 55 of 60 procent reductie tegen 2030 gaan. Dat is dan gemiddeld over heel Europa. Voor België zal het op basis van een raming van de federale diensten waarschijnlijk betekenen dat we van 35 procent reductie naar ongeveer 45 procent reductie tegen 2030 moeten gaan. Daar hoort dus ook een verhoogde doelstelling bij voor hernieuwbare energie en energie-efficiëntie.
Hebt u, zoals verschillende van uw collega’s in de omringende landen, reeds initiatieven genomen om Vlaanderen op die verhoogde doelstellingen voor te bereiden? Dit natuurlijk vanuit dezelfde bekommernis om in de toekomst te vermijden dat we ons Vlaams belastinggeld opnieuw moeten uitgeven aan boetes of de aankoop van overschotten in het buitenland.
De heer Janssens heeft het woord.
Collega’s, ik vind het toch stuitend dat er een vraag wordt gesteld over het niet halen van de klimaatdoelstellingen door een partij die een federaal wanbeleid aan het uittekenen is dat ons naar de top van de meest vervuilende stroomproducenten in Europa zal katapulteren. Er heerst meer en meer wetenschappelijke consensus dat de overstap naar een koolstofarm energiesysteem onmogelijk is zonder kernenergie. Dat zeggen wij niet, dat zegt de kernenergielobby niet, dat zegt het Internationaal Energieagentschap. Een systeem dat gebaseerd is op 100 procent hernieuwbare energie is gewoon onmogelijk.
Dan hoor ik uw groene minister gisterenavond in Terzake nog zeggen dat ze geen kerncentrales meer wil. Ze wil wel de lucht in eigen land vervuilen met allerlei gascentrales, zodat de lucht in het buitenland zuiverder zou kunnen worden. Wat een farce! Wat een drama! Groen zorgt niet alleen voor meer vervuiling maar ook voor hogere facturen. Groen wil niet alleen uw poen, Groen zorgt er zelfs voor dat zuivere lucht een klucht wordt. Dus wil ik u oproepen, minister: verlos Vlaanderen van deze dictatuur van de groene dogma’s en teken een eigen volwaardig Vlaams energiebeleid uit.
De heer Bothuyne heeft het woord.
Collega Janssens, ik ben blij dat u doorhebt dat wij hier in Vlaanderen een Vlaams energiebeleid kunnen en moeten voeren. We hebben het grootste deel van de bevoegdheden in eigen handen. Laten we dus geen tijd verspillen aan andere bevoegdheidsniveaus maar focussen op wat we hier zelf kunnen doen. Dat is namelijk heel wat. We hebben een Vlaams Energie- en Klimaatplan. Minister, ondertussen is daar kritiek op gekomen van de Europese Commissie en ook van het Vlaams netwerk van ondernemingen (Voka), dat zich zorgen maakt over de betaalbaarheid. Er is een nieuwe Energyville-studie die zegt dat we eigenlijk die ambitie qua hernieuwbare energie fors omhoog moeten bijstellen als we willen komen tot het meest kostenoptimale energiesysteem. We weten allemaal dat zowel zonne- als windenergie ondertussen mature technologieën zijn die zeer goedkoop stroom kunnen leveren aan onze Vlaamse gezinnen en bedrijven.
Vandaar mijn vraag, minister. Zult u die ambitie richting 2030 herzien in het kader van een op te maken energie- en klimaatplan? Zult u dus meer gaan voor meer hernieuwbare energie dan vandaag?
De heer Veys heeft het woord.
Collega’s, als deze cijfers ons iets leren, is het dat we er met een halfslachtig beleid of met vingerwijzen niet zullen geraken. Ik heb daar daarnet een mooi staaltje van gehoord. Zoals de collega al aanhaalde, zal Europa de ambities bijstellen. Wat we hier in Vlaanderen nodig hebben, is een ambitieus en sociaal klimaatbeleid dat iedereen meetrekt. ‘Iedereen’ is niet voor alle fracties een gemakkelijk concept, dat besef ik. Maar alle overheden in dit land moeten samen aan die kar trekken. Dus laten we stoppen met op de rem te staan of zelfs ambitieniveaus terug te schroeven.
Wat we zelf doen, moeten we beter doen. Ik denk dat alle fracties in dit huis zich hier graag aan houden. Laten we daar dan ook mee beginnen. De klimaatinspanning is groot. Laten we bijvoorbeeld massaal inzetten op de renovaties – niet met premies en subsidies, wat collega Tobback hier wekelijks aanhaalt – maar door een eigen investeringsplan, waaraan we concrete doelstellingen koppelen.
Minister, bent u bereid om inzake renovatie concrete doelstellingen te formuleren voor deze legislatuur? Op die manier kunnen we goed meten of wat u doet, effectieve verschillen maakt.
De heer Gryffoy heeft het woord.
Ik vind het wat verkeerd van collega Steenwegen om zomaar wat getallen door elkaar te smijten. Het is inderdaad zo dat Vlaanderen 1800 gigawattuur te kort komt. Dat is meer dan de 1550 op federaal niveau. Procentueel uitgedrukt is die 1800 7,2 procent van de totale doelstelling, en is die federale 1550 17,7 procent. Dat is dus tweeëneenhalve keer slechter dan Vlaanderen.
Wat mij vooral interesseert, is het volgende. Als alle gebouwen van justitie, gevangenis, het leger, de NMBS enzoverder die op Vlaamse grond staan, energie-efficiënter worden, dan telt dat mee voor onze Vlaamse doelstelling.
Mijn vraag aan de minister is dan ook heel duidelijk. Hebt u het in uw overleg met minister Van der Straeten ook gehad over deze gebouwen? Wat zal zij doen om deze gebouwen nu eindelijk ook eens energie-efficiënter te maken?
De laatste spreker heeft verwezen naar het Belgische tekort, dat enorm is. Wij gaan verder voor de doelstellingen die haalbaar zijn, natuurlijk. Ik wil niet verder uitweiden over wat er in het verleden gebeurd is en over de engagementen die toen aangegaan zijn. Dat zal de komende jaren natuurlijk wel zorgen voor een aanhoudend tekort. Dat doen we ook wel, denk ik, als ik zie welke budgetten we vrijmaken voor hernieuwbare energie. Die zijn gigantisch. De economie is daar namelijk ook klaar voor. Daarom hebben we ook die oversubsidiëring aangepakt. Die was niet meer nodig, in vergelijking met wat er in het verleden is gebeurd.
Wat Europa zal doen met de doelstelling, is nog niet duidelijk. Welk Europees land zal meer moeten doen? Dat zal zorgen voor discussie de komende weken en maanden.
Maar vanuit Vlaanderen hebben wij natuurlijk verschillende contacten gelegd met de Europese Commissie en met het kabinet van de commissaris. Wij zijn dus volop bezig om meer duidelijkheid te krijgen over de impact van de maatregelen die men wil invoeren. Zal dat bottom-up gebeuren? Het lijkt me normaal dat we op al deze vragen een antwoord krijgen. Ik kan toch niet blindelings iets ondertekenen. Ik hoop dat daar heel snel duidelijkheid over komt.
Ik heb aan de federale collega gevraagd om samen te zitten en afspraken te maken over de burden sharing. Dat is heel belangrijk en ik hoop dat dat binnenkort ook zal gebeuren.
Er is ook gevraagd naar renovatie maar ik wil dat toch wel wat ontkrachten. De doelstelling staat in het klimaat- en energieplan en ook in ons renovatieplan waarvoor we samen met Finland de tweede prijs hebben gekregen van het Europees Studiecentrum. Dat krijg je niet zomaar, dat betekent dat een aantal zaken veel beter zijn dan wat andere landen doen. Het is nu zaak om dat ook uit te voeren. We zullen zowel ontzorgen als zorgen voor financiële ondersteuning. We zullen ook werken met renteloze leningen en met zo weinig mogelijk drempels. Ik heb ook al gezegd dat we in het Noodkoopfonds 40 miljoen euro extra zullen investeren. Ik heb met mijn federale collega besproken dat het veel meer bekend moet worden gemaakt bij de OCMW’s.
Er zal dus heel wat gebeuren op het vlak van renovatie. Op dit moment zitten we aan 60.000 woningen per jaar maar we willen evolueren naar 90.000 à 95.000 woningen per jaar. Zeer belangrijk is dat dat geld bij de gezinnen terecht komt. We hopen dat we op die manier de CO2-uitstoot daar kunnen beperken.
Wat de gebouwen in Vlaanderen betreft waar de federale overheid voor bevoegd is, zal worden bekeken wat men kan doen. Ik heb dat wel onder de aandacht gebracht. Ik denk dat we de volgende jaren vooral zullen moeten realiseren. In het verleden is men een aantal engagementen aangegaan die men niet is nagekomen waardoor moet worden aangekocht in het buitenland. Ik vind dat jammer, ik zou dat geld liever hier investeren omdat de investeerders hier in Vlaanderen klaarstaan.
Belangrijk is ook wel dat hernieuwbare energie maar een klein onderdeel is. We zullen de capaciteit nu wel verdubbelen maar we zullen altijd afhankelijk zijn van wat er op federaal niveau gebeurt. Mijn boodschap is altijd geweest dat er voldoende bevoorradingszekerheid moet zijn en dat de energiefactuur niet mag stijgen. Dat zijn voor mij twee zeer belangrijke componenten, ook voor de gezinnen, de kmo’s en de Vlaamse industrie.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. Wat we nodig hebben, is duidelijkheid over waar het beleid naartoe wil en de rechtszekerheid die daarmee gepaard gaat. Dat is essentieel, zowel voor particulieren als voor bedrijven om te investeren. Om de klimaat- en energieomslag te maken hebben we veel investeringsmiddelen nodig. Het spijt me dat te moeten zeggen maar de voorbije periode ontbrak het aan die zekerheid als gevolg van het ‘stop and go’-beleid van de laatste jaren.
Wat we ook nodig hebben, is een goede samenwerking tussen de beleidsniveaus. De collega's hebben dat hier ook al gezegd. Dat is belangrijk voor u als minister van Klimaat om uw doelstellingen te halen en voor deze Vlaamse Regering. En dan moet me toch van het hart dat ik uw communicatie buiten het parlement betreur. Terwijl uw federale collega met wie u, naar ik heb begrepen, een goed gesprek hebt gehad, u de hand reikte, tweette u hoe verschrikkelijk u haar beleid vindt. Ik zou u willen oproepen om dat niet te doen en u volop in te schrijven in een toekomstgericht beleid. Dat is het beste voor Vlaanderen, voor ons allemaal en voor onze portemonnee.
De actuele vraag is afgehandeld.