Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Muyters heeft het woord.
Voorzitter, de vraag is daarnet al een beetje aangekondigd, maar de Federale Regering heeft effectief gezegd wat ze van plan is met de effectentaks. Oorspronkelijk was die aangekondigd als een rijkentaks, maar vandaag krijgt ze een heel ruime invulling. De gewesten en gemeenschappen, de steden en gemeenten, de provincies, de havens en universiteiten vallen allemaal onder het toepassingsgebied van deze taks. Een aantal van die publieke en semipublieke instellingen zullen ook fatsoenlijk in de buidel moeten tasten om deze belasting te betalen.
Het effect zal er ook zijn voor de Vlaamse Regering, misschien rechtstreeks, maar zeker ook onrechtstreeks. Als bijvoorbeeld onze Gewestelijke Investeringsmaatschappij voor Vlaanderen (Gimv) daaronder valt, dan heeft dat ook een effect op het resultaat van de Gimv, op de dotatie die de Gimv aan de Vlaamse Regering geeft en op de Vlaamse begroting.
Op federaal niveau wordt er gezegd dat dit een herverdeling is, een solidariteitsbijdrage. Als je kijkt waarnaar het geld gaat, dan is dat naar de lopende uitgaven van de Federale Regering. Vlaanderen zal dus een belasting betalen om een federale lopende uitgave te betalen.
Bizar wordt het helemaal, als je gaat kijken naar het Vlaams Zorgfonds, waaraan wij allemaal elk jaar een bijdrage betalen voor extra Vlaamse sociale zekerheid. Zij zullen deze taks moeten betalen. Je kunt dus alleen maar spreken van een transfer van de Vlaamse sociale zekerheid naar de federale sociale zekerheid. De logica van zo’n transfer zie ik helemaal niet.
Minister, ziet u nog mogelijkheden om die taks terug te schroeven en om een einde te maken aan de transfer van Vlaanderen naar het federale niveau?
Minister Diependaele heeft het woord.
Meneer Muyters, laat zeer duidelijk zijn dat ik geen uitspraak doe over de vraag of deze taks al dan niet goed en opportuun is in economisch barre tijden. Dat is niet aan mij. Waarover ik mij natuurlijk wel uitspreek – dat lijkt mij ook mijn taak te zijn –is het effect dat die taks zal hebben op onze Vlaamse rekeningen. Als ik het heb over die Vlaamse rekeningen, dan is dat in het algemeen. Het gaat wel degelijk over een taks die ook andere overheden zal belasten, wat volgens mij ongehoord is. Het is dan voornamelijk ook nog op investeringsmiddelen die die overheden aan de kant houden.
U hebt al voorbeelden gegeven in uw vraagstelling, maar ik zal nog eens duiden over welke overheden en welke rekeningen het zou gaan. Verschillende steden en gemeenten bijvoorbeeld houden er een effectenrekening op na om infrastructuurinvesteringen te doen in de komende jaren. Dat is geld dat zij aan de kant houden in afwachting van de uitvoering van die investeringen. Volgens de berichten die we krijgen, gaat het over behoorlijke sommen. Intercommunales – bijvoorbeeld havenbedrijven, of intercommunales die investeringen plannen met betrekking tot windenergie – houden dikwijls die middelen aan op effectenrekeningen. Heel wat universiteiten hebben grote reserves die dienen voor investeringen in hun patrimonium, in onderzoek en ontwikkeling enzovoort. Er zijn ook rectoren die er in die zin op sociale media al op hebben gereageerd.
Dan zijn er ook de eigen instellingen. Ook de Vlaamse overheid houdt er enkele effectenrekeningen op na voor investeringen. Het mooiste voorbeeld is inderdaad de Vlaamse sociale bescherming. Het Vlaams Zorgfonds beheert meer dan 1 miljard euro. Dat zijn de bijdrages die elke Vlaming jaarlijks betaalt, namelijk de 50 euro. Daarop zullen dus ook belastingen moeten worden geheven. Dat staat op een effectenrekening omdat er op een spaarboekje negatieve rente betaald moet worden. Vanaf een bepaald bedrag rekent de bank geld aan om dat geld bij te houden.
Kunt u afronden?
We hebben daar dus wel degelijk opmerkingen over. Wat is onze oplossing? We hebben een overleg gevraagd. Ik denk dat dat de beste manier is om die regeling bij te sturen. We hebben daar echter nog geen antwoord op gekregen.
De heer Muyters heeft het woord.
Minister, in het overleg dat u hebt gevraagd aan het federale niveau, kunt u hopelijk met de argumentatie die u naar voren brengt, namelijk dat dit investeringen in onderzoek en ontwikkeling en infrastructuur in onze Vlaamse instellingen en semipublieke instellingen zou kunnen fnuiken, de collega’s op het federale niveau overtuigen.
De heer Ongena heeft het woord.
Collega Muyters, ik dank u voor de interessante vraag. Ik heb ook een vraag aan de minister.
Ik heb gelezen in uw reactie – en u hebt dat hier eigenlijk bevestigd – dat u vreest voor een serieus effect op de steden en gemeenten. U zei in de krant dat het zelfs effect zou hebben op hun goesting om te investeren. Ik moet zeggen dat ik daardoor onmiddellijk was beangstigd. Ik heb me dan wat geïnformeerd en volgens de info die ik heb, zou dat voor onze steden en gemeenten een zeer marginaal effect zijn. Van alle steden en gemeenten, OCMW's, autonome gemeentebedrijven en welzijnsverenigingen zou het over een dertigtal gaan en zou het over lage bedragen gaan die absoluut geen effect gaan hebben op hun goesting om te investeren. Ik vroeg me dus gewoon af op basis van welke cijfers u oordeelt dat het voor de steden en gemeenten dan toch een probleem zou kunnen zijn.
De heer Tobback heeft het woord.
Voorzitter, voor zover ik begrepen heb, was er een vraag of een voorstel of een denkpiste om rekeningen boven een miljoen euro een bijdrage van een paar duizend euro te laten betalen. Het lijkt me in deze barre tijden nuttiger om miljonairs te laten bijdragen dan houders van rekeningen die onder nul staan, om te beginnen. Als ik dat afweeg tegen de andere kosten die deze Vlaamse Regering al heeft doorgeschoven naar gemeentebesturen, gaande van het financieren van busvervoer, van kinderopvang, van de miljarden die ze zullen moeten ophoesten voor het uitvoeren van uw ruimtelijk beleid, dan denk ik dat die paar duizend euro eigenlijk vrij marginaal zijn en dat de plotselinge bezorgdheid van collega Muyters vrij hypocriet is.
Daarbij aansluitend, zou ik inderdaad ook graag weten over hoeveel instellingen en gemeenten het gaat, over welke bedragen en wat zij riskeren te moeten betalen. Ik wil wel eens graag op papier zien, met cijfers erbij, op wat uw bezorgdheid is gebaseerd en waarover u gaat overleggen. Eerlijk gezegd, ik denk dat u erger bent voor de gemeenten dan eender wat er vandaag op de federale tafel ligt.
De heer Van Rompuy heeft het woord.
Op dit ogenblik is in de Kamer ook een plenaire vergadering bezig. Ik heb het even nagekeken en daar is er geen vraag over de effectentaks. Ik vind het dus een beetje vreemd dat er daar geen is en hier wel. Ik heb het antwoord gevonden op de website van de N-VA. Ik heb er nog eens het akkoord tussen de PS en de N-VA bijgenomen over onder andere de fiscaliteit. Er is ingeschreven dat er de keuzemogelijkheid is tussen ofwel een meerwaardebelasting ofwel dat er ‘een effectentaks wordt ingevoerd in navolging van de taks op de effectenrekeningen, rekening houdend met het arrest van het Grondwettelijk Hof’, en dat is exact wat de federale regering heeft beslist. Ook over de zogenaamde compensatie die zogezegd zou bedongen zijn, zie ik niks in de tekst van het akkoord. Ik zie wel iets in de commentaar van de N-VA, maar niets in het akkoord zelf. Eigenlijk is mijn bottomline: laat de zaken die in de Kamer horen, in de Kamer. Dat is het beste voor iedereen. In het Vlaams Parlement hebben we werk genoeg. Laat ons ons concentreren op ons eigen werk. (Applaus)
De heer Janssens heeft het woord.
Collega's, ik ga nog geen opportuniteitsafweging maken over deze effectentaks. Ik laat het graag over aan de collega's in het federale parlement om zich daarover uit te spreken zodra er concrete teksten zijn.
Ik zou natuurlijk wel willen weten namens wie minister Diependaele spreekt. Minister, zoals u weet, zijn uw coalitiepartners aan de overkant van de straat vreemdgegaan en hebben CD&V en Open Vld deze effectentaks mee onderhandeld. Als ik uw verzet – terecht verzet in mijn ogen – tegen deze nieuwe Vlaamse transfer in de pers lees en hoor, dan wil ik wel weten namens wie u spreekt. Ik heb nog geen Open Vld-minister, nog geen CD&V-minister uit deze regering, zich hierover horen uitspreken. U zegt dat u in overleg gaat met het federale niveau. Hebt u al eens overleg gehad binnen uw eigen regering? Als ik de heer Van Rompuy hier hoor, dan denk ik niet dat uw coalitiepartners op dezelfde lijn zitten. Ik wil u oproepen: zorg dat u in eerste instantie steun hebt in uw eigen regering om zich te verzetten tegen deze nieuwe Vlaamse transfer. (Applaus)
Minister Diependaele heeft het woord.
Mijnheer Janssens, het is mijn taak om zorg te dragen voor de Vlaamse financiën. Dat is de uitspraak die ik doe.
Mijnheer Van Rompuy, ik ben het er niet mee eens. Dit is niet zomaar een zaak die aan de overkant van de straat thuishoort. Dit heeft effect op onze rekeningen. Jullie relativeren het, alsof het maar een kleine bijdrage zou zijn. Dat is pas hypocrisie! (Peter Van Rompuy houdt het akkoord omhoog dat de N-VA en de PS sloten tijdens de federale regeringsvorming)
Het is ongepast dat de ene overheid zonder ruggenspraak een belasting oplegt aan de andere overheid. In het federale regeerakkoord staat uitdrukkelijk het nobele voornemen van de federale overheid om overleg te plegen met de deelstaatregeringen. In dezen is dat op voorhand zeker niet gebeurd. Ik heb zelf om dat overleg moeten vragen. De reacties hier doen mij aanvoelen – wat ik, in alle eerlijkheid, redelijk stuitend vind – dat jullie ermee akkoord gaan dat, ook al is het relatief beperkt, zo’n belasting door de ene overheid wordt opgelegd aan de andere overheid. (Opmerkingen van Bruno Tobback)
Mijnheer Tobback, van hypocrisie gesproken, u weet daar natuurlijk alles van. Er is in de laatste legislaturen geen enkele regering geweest die zoveel ondersteuning heeft gegeven aan de lokale besturen. En dan hadden we nog die responsabiliseringsbijdrage die wij voor een deel op ons nemen. Geen enkele regering, mijnheer Tobback! Wij steken daar, als ik mij niet vergis, 1,6 miljard euro in. Het is aangetoond dat zij – althans vóór corona – met 1 miljard euro hun investeringen zullen verhogen. Dat dient daarvoor. Kom dus niet zeggen dat wij de lokale besturen niet zouden ondersteunen.
Wat betreft het bedrag dat de steden en gemeenten zullen moeten betalen: ik denk inderdaad dat dat redelijk beperkt zal zijn. Maar voor de intercommunales is het dat niet. Bijvoorbeeld het Havenbedrijf van Antwerpen zal daar een serieuze slok van betalen. (Opmerkingen van Bruno Tobback)
Dat gaat ook over investeringen die nodig zijn. Over hoeveel miljoenen euro gaat het voor de investeringen in windenergie, mijnheer Schiltz? (Rumoer)
De universiteiten, mijnheer Tobback. U moet het maar eens vragen aan de rector van Leuven: hoeveel gaat de KU Leuven voor deze belasting betalen? (Opmerkingen van Bruno Tobback)
Vraag het eens na. Ik denk dat het in totaal, voor alle universiteiten in Vlaanderen, gaat om 2,6 miljoen euro. Dat is toch een behoorlijk bedrag, dat plotseling bij investeringen in gebouwen, onderwijsgebouwen, onderzoek en ontwikkeling zal worden afgeroomd. Ik vind dat ongepast. Wij vragen hierover overleg. En ik moet eerlijk zeggen: ik hoop dat ik het verkeerd begrepen heb, maar ik hoop dat in dit parlement geen ondersteuning wordt gegeven aan een systeem dat effectief de ene overheid toelaat om ons en andere overheden zonder ruggenspraak te belasten. (Applaus bij de N-VA)
De heer Muyters heeft het woord.
Minister, ik steun u daar natuurlijk helemaal in. Als de financiën van Vlaanderen, de financiën van de steden en gemeenten, de financiën van de havens, de financiën van de universiteiten – als die allemaal niet behoren tot de bevoegdheid van dit Vlaams Parlement, dan begrijp ik het niet meer, collega Van Rompuy.
Het gaat hier in elk geval over het feit dat die instellingen belastingen gaan betalen om lopende uitgaven te betalen op het federale niveau. Niet voor een taxshift, maar om lopende uitgaven te betalen op het federale niveau. Ik hoop, minister, dat het overleg dat u heeft… Dat het overleg nog niet heeft plaatsgevonden op vraag van het federale niveau is al een schande op zich. Dat is samenwerkingsfederalisme. Dat zie ik daar niet, als men zoiets doorvoert zonder enig overleg. Ik hoop dat uw overleg toch nog enige zoden aan de dijk brengt want dat is toch wel nodig. (Applaus bij de N-VA)
De actuele vraag is afgehandeld.