Verslag plenaire vergadering
Verslag
De actuele vragen stellen we wél vanop onze plaats.
Mevrouw Saeys heeft het woord.
Alle specialisten zijn het erover eens dat dit najaar toch een bijzonder gevaarlijke periode wordt. We weten dat de griep en de verkoudheden dan ontstaan en toenemen, en die hebben natuurlijk gelijkaardige symptomen met het coronavirus.
Vlaanderen heeft een goed griepvaccinatiebeleid. Wij vaccineren personen met een verhoogd risico op complicaties: 65-plussers, mensen met een chronische ziekte, bewoners van woonzorgcentra, zwangere vrouwen. En ook onze zorgverleners worden gestimuleerd om zich te laten vaccineren, in de eerste plaats uiteraard voor hun eigen gezondheid, maar ook voor de gezondheid van hun patiënten.
In het kader van corona heeft de Hoge Gezondheidsraad zijn advies aangepast. Hij raadt nu ook aan personen tussen 50 en 65 jaar te vaccineren en heeft daarmee de doelgroep dus uitgebreid. Tevens heeft hij zijn advies rond het pneumokokkenvaccin aangepast: ook chronisch zieken zullen worden gevaccineerd, volwassenen tussen 50 en 85 jaar met comorbiditeit en ook gezonde volwassenen tussen 65 en 85 jaar.
Het is dus extra belangrijk dat we sensibiliseren – nóg meer dan anders – rond de griep- en pneumokokkenvaccinatie, met het oog op een mogelijke tweede golf dit najaar.
Minister, zult u het advies van de Hoge Gezondheidsraad ter harte nemen en extra sensibiliseren rond de griep- en pneumokokkenvaccinatie en zeker voor die laatste een openbare aanbesteding doen, zodat we zeker voldoende pneumokokkenvaccins hebben?
Minister Beke heeft het woord.
U hebt de uitdaging voor het najaar goed geschetst. Er zijn veel uitdagingen, maar de mogelijke samenloop van het griepseizoen met de verdere strijd tegen corona is er een van. Daarnaast is er ook nog de pneumokokkenvaccinatie. Er is een sterke overlap in doelgroep, dat hebt u ook zelf aangegeven. Dat betekent dat we daar niet alleen alert voor moeten zijn, maar dat we ons ook goed moeten organiseren.
Het advies van de Hoge Gezondheidsraad vindt u terug op de website. Daar zegt men dat er twee belangrijke doelgroepen zijn: de risicopatiënten en het zorgpersoneel. Daarnaast zegt de Hoge Gezondheidsraad dat het ook zinvol is om alle mensen tussen de 50 en 65 jaar te vaccineren. Daarom stellen wij voor dat de arbeidsgeneeskundige diensten in de eerste periode alleen de 50-plussers zouden vaccineren en pas later zouden starten met de vaccinatie van werknemers die niet tot die risicogroepen behoren. Werknemers jonger dan 50 jaar, zonder een risicoprofiel, zouden we dan in de tweede fase vaccineren, en dat kan ook later in het najaar.
We hebben ook het overleg opgestart met de koepel van de arbeidsgeneeskundige diensten. Het Agentschap Zorg en Gezondheid bekijkt hoe die vaccinaties kunnen worden toegewezen aan bepaalde arbeidsgeneeskundige diensten en hoe die eventueel elders kunnen worden ingezet.
Voor alle duidelijkheid: de Vlaamse overheid voorziet al jaren gratis griepvaccinaties in alle woonzorgcentra in Vlaanderen.
Ook de pneumokokkeninfecties kunnen in het najaar voor extra bezetting van de ziekenhuisbedden zorgen. We zijn wel bezorgd dat die kunnen samenlopen met griep of COVID-19. Ook hier zien we dat er mogelijke complicaties, die vaak dezelfde zijn als bij griep, kunnen optreden bij risicogroepen en ouderen. Het is een mogelijke piste om alle bewoners van de woonzorgcentra te vaccineren. Dat is alleszins het voorstel dat ik vrijdag met de Vlaamse Regering wil bespreken.
Communicatie is absoluut een belangrijk element en dat hebt u ook onder de aandacht gebracht. De voorbije jaren werden er vanuit de overheid campagnes gevoerd om het belang van vaccinatie bij het personeel in de zorg te benadrukken. De website https://www.laatjevaccineren.be is daarvan een voorbeeld. De pneumokokkenvaccinatie wordt in de jaarlijkse communicatie meegenomen bij de aankondiging van de beschikbaarheid van het griepvaccin. In het kader van de COVID-19-epidemie is het nogal duidelijk dat we de griepvaccinatie voor het zorgpersoneel verder zullen promoten en dat we die communicatie over de vaccinatie zullen voeren met de coördinerende en raadgevende artsen (CRA’s), huisartsen en woonzorgcentra.
Ik heb vandaag vernomen dat de Europese Commissie de lidstaten zou ondersteunen indien zij de vaccinaties zouden monitoren, de testcapaciteit zouden versterken en de toegang tot vaccins zouden faciliteren. De Europese Commissie raadt ook aan om de doelgroep te verbreden en de campagnes te vervroegen. Wanneer bent u van plan om met extra sensibilisering te starten?
U zegt dat we eventueel toch pneumokokkenvaccins ter beschikking kunnen stellen van de woonzorgcentra. Zult u daarvoor dan een openbare aanbesteding doen? Bent u er daarnaast van overtuigd dat, nu de doelgroep voor griepvaccinaties wordt verbreed, u over voldoende griepvaccins zult beschikken?
Mevrouw Groothedde heeft het woord.
Minister, wij moeten in deze crisis ook die prioriteiten herbekijken. De mensen die we in de eerste plaats moeten beschermen, zeker na een eerder zwak griepvirus tijdens de vorige jaren, zijn inderdaad toch de zorgverleners, de mensen die in de zorg- en welzijnssector werken en de risicogroepen. We moeten de kosten van een zware epidemie voor zijn en hierop inzetten.
Het lijkt mij ook belangrijk om te kijken hoeveel vaccins er via het arbeidsgeneeskundecircuit buiten de zorgsector worden gegeven, want dat bepaalt hoeveel dossiers we kunnen gaan heroriënteren en hoeveel vaccins wanneer beschikbaar zijn.
Verder sluit ik me aan bij de collega dat het initiatief moet worden genomen om naar een systeem van openbare aanbesteding te gaan, zodat we meer vaccins voor ons land kunnen reserveren. Er moet een initiatief genomen worden om vaccins uit de arbeidsgeneeskunde te heroriënteren richting die risicogroepen en zorg en welzijn. En het lijkt me inderdaad een heel goed idee om naar een vervroegde campagne te gaan, want in crisis zullen die nood en die boodschap veel moeilijker doorkomen. Wilt u daarop ingaan?
De heer Sintobin heeft het woord.
De collega heeft gelijk wanneer ze zegt dat we in Vlaanderen effectief een goed vaccinatiebeleid hebben, maar het is natuurlijk een feit – u haalt het ook zelf aan, minister – dat het een samenloop is van vaccinatie tegen griep en pneumokokken en dan natuurlijk ook het coronavirus. Het is vooral belangrijk dat we een goede communicatie voeren. Het is in de afgelopen maanden niet altijd zo goed gelopen met de communicatie. Ik denk dat hier toch wel een belangrijke rol voor u is weggelegd, niet alleen naar de woonzorgcentra, maar naar de huisartsen in het algemeen. Ik ken heel wat huisartsen die in deze covidperiode toch wat angstig zijn, als ik dat woord mag gebruiken. Het toedienen van het vaccin zal natuurlijk ook zorgen voor heel wat meer patiënten bij onder andere de huisartsen. En dus zullen we daar de prioriteiten moeten vastleggen wat betreft de vaccinatie. En we moeten ook, niet alleen naar de woonzorgcentra, maar zeker ook naar de huisartsen, zorgen voor tijdige en voldoende communicatie.
De heer D’Haese heeft het woord.
Dit is een heel terechte vraag van collega Saeys. Ik wil mij daar absoluut bij aansluiten. Het gaat niet alleen over de beschikbaarheid van de vaccins. Bij de huisartsen is er ook heel wat bezorgdheid over hoe ze dat coronaproof gaan organiseren, tussen midden oktober en midden december. Dan gaan veel meer mensen zich willen laten vaccineren. De Hoge Gezondheidsraad adviseert ook om heel breed in te zetten – risicogroepen, zorgberoepen, maar ook tussen 50 en 65 jaar – om een brede dekking te hebben, om minder nieuwe ziekenhuisopnames te hebben, voor het geval dat we naar een nieuwe coronagolf zouden gaan.
Minister, wat plant u van praktische ondersteuning op het terrein? Bijvoorbeeld, om te leren uit de coronacrisis, mobiele equipes die de mensen thuis gaan vaccineren, zodat die niet allemaal achter elkaar bij de huisartsen moeten komen: is dat een piste waarover wordt nagedacht?
De heer Vandenhove heeft het woord.
Minister, wij willen ons als fractie ook graag aansluiten bij de suggestie van de vraagstelster. Ik denk dat u daar al positief op geantwoord hebt. Er zijn ondertussen natuurlijk een aantal bijkomende technische elementen, maar ik neem aan – wat dat betreft, geven wij u vertrouwen – dat u het nodige doet tegen de winterperiode, die er nu relatief snel aankomt, zeker wat de injecties betreft. Want uiteindelijk is dat een groep van mensen die vaak een stille dood sterven, zonder dat we beseffen wat de oorzaak daarvan is. Ik zou zeggen: positieve vraag, positief antwoord. Wij gaan dat zeker ondersteunen. Maak er snel werk van.
Zoals ik gezegd heb, zullen we dat vrijdag op de ministerraad bespreken. Als daar goedkeuring voor gegeven wordt, is het natuurlijk de bedoeling om daar met een overheidsopdracht rond te werken. Dat spreekt nogal voor zich.
Het aantal vaccins, dat is een federale bevoegdheid. Zij zijn daar verantwoordelijk voor. Morgen is er ook een overleg met het Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten (FAGG). We zijn er dus allemaal mee bezig, ook de federale overheid, om daar verder over af te stemmen. En dan zullen we ook bekijken wat de beschikbaarheid daarvan is.
Zoals ik gezegd heb, hebben we overleg met de koepel van de arbeidsgeneeskundige diensten, net om in de beschikbaarheid van vaccins te kijken hoe we dat dan het best kunnen prioriteren. Ik heb daarstraks al gezegd hoe we denken dat die prioritering het best zou gebeuren, om ons voor te bereiden op die tweede golf.
Het is inderdaad een zaak waar we met grote zorg naar moeten kijken voor het najaar. De rol van de huisartsen is hier al naar voren gekomen. Dat zal inderdaad wel een drukke periode worden, waarbij een goede organisatie ook van belang is.
Dank u wel, minister. Ik denk dat we het kamerbreed eens zijn over een vroege campagne om extra bewust te maken en zeker ook over de doelgroep te gaan verbreden omdat we inderdaad zien dat griep, verkoudheden en het coronavirus enorm gelijkaardige symptomen hebben. Het zal al heel moeilijk zijn om het onderscheid te maken en we moeten echt voorkomen dat mensen griep of pneumokokkeninfecties ontwikkelen, niet alleen voor de eigen gezondheid van de mensen, maar ook voor hulpverleners, ook tegenover de patiënten die ze behandelen, en ook voor de bezetting binnen de ziekenhuizen. Ik kijk alleszins uit naar de beslissing van vrijdag. Ik hoop alvast dat het zo snel mogelijk kan opgestart worden.
De actuele vraag is afgehandeld.