Verslag plenaire vergadering
Verslag
Voorstel tot spoedbehandeling
Dames en heren, vanmiddag heeft de heer Peter Van Rompuy bij motie van orde een voorstel tot spoedbehandeling gedaan van het voorstel van decreet van Katrien Schryvers, Lorin Parys, Freya Saeys, Katja Verheyen, Maaike De Rudder en Tine van der Vloet tot wijziging van het decreet van 15 juli 1997 houdende oprichting van een Kinderrechtencommissariaat en instelling van het ambt van Kinderrechtencommissaris en houdende oprichting van een Commissie van toezicht met betrekking tot voorzieningen voor vrijheidsbenemende opvang van kinderen en jongeren, wat het beveiligend verblijf en de benaming van de Commissie van toezicht betreft.
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, in 2017 hebben we bij het Kinderrechtencommissariaat de Commissie van toezicht opgericht die toezicht houdt in jeugdinstellingen met besloten opvang. In het decreet zijn die instellingen nominatief opgesomd. Ingevolge het nieuwe decreet Jeugddelinquentierecht zal er in het landschap veel veranderen. Zo zijn er twintig voorzieningen die hetzij vanuit het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap of vanuit het Agentschap Opgroeien een erkenning kregen om de module beveiligend verblijf op te starten. Daardoor zullen ze plaats bieden aan 132 jongeren. We vinden het aangewezen dat het werkingsgebied van de Commissie van toezicht uitgebreid kan worden zodat ze op al die voorzieningen toezicht kan houden en kan toezien op de rechtsbescherming van die jongeren. Voor de meeste van die voorzieningen gaat het beveiligend verblijf in op 1 september, vandaar dat de datum van inwerkingtreding van dit voorstel van decreet en de uitbreiding van het toepassingsgebied valt op 1 september. Dat is de reden om dit bij hoogdringendheid toe te voegen.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
Dan stemmen we nu bij zitten en opstaan over het voorstel tot spoedbehandeling.
De volksvertegenwoordigers die het voorstel tot spoedbehandeling wensen aan te nemen, drukken op ‘Ik sta op’.
De volksvertegenwoordigers die het voorstel tot spoedbehandeling niet wensen aan te nemen, drukken op ‘Ik blijf zitten’.
Het voorstel tot spoedbehandeling is aangenomen. Dan stel ik voor dat het voorstel van decreet van Katrien Schryvers, Lorin Parys, Freya Saeys, Katja Verheyen, Maaike De Rudder en Tine van der Vloet tot wijziging van het decreet van 15 juli 1997 houdende oprichting van een Kinderrechtencommissariaat en instelling van het ambt van Kinderrechtencommissaris en houdende oprichting van een Commissie van toezicht met betrekking tot voorzieningen voor vrijheidsbenemende opvang van kinderen en jongeren, wat het beveiligend verblijf en de benaming van de Commissie van toezicht betreft, onmiddellijk wordt behandeld.
Is het parlement het daarmee eens? (Instemming)
Het incident is gesloten.
Algemene bespreking
Dames en heren, aan de orde is het voorstel van decreet van Katrien Schryvers, Lorin Parys, Freya Saeys, Katja Verheyen, Maaike De Rudder en Tine van der Vloet tot wijziging van het decreet van 15 juli 1997 houdende oprichting van een Kinderrechtencommissariaat en instelling van het ambt van Kinderrechtencommissaris en houdende oprichting van een Commissie van toezicht met betrekking tot voorzieningen voor vrijheidsbenemende opvang van kinderen en jongeren, wat het beveiligend verblijf en de benaming van de Commissie van toezicht betreft.
De algemene bespreking is geopend.
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
Als je van je vrijheid beroofd bent, dan ben je afhankelijk van het functioneren van anderen, en dat gewoonlijk in een strak institutioneel georganiseerd gezagskader. Dat heeft natuurlijk een heel grote impact, zeker als het gaat over kinderen en jongeren. Daarom is er vanuit mensenrechtenperspectief en overeenkomstig internationaal vigerende regelgeving een bijzondere rechtsbescherming nodig die misbruik en willekeur moet tegengaan, en die humane en constructieve behandeling garandeert.
Tot enkele jaren geleden gebeurde het toezicht op de gemeenschapsinstellingen door de administratie zelf. Die was als het ware rechter en partij op dat moment. Vlaanderen kreeg hierop vanuit diverse hoeken meermaals opmerkingen. Ik heb dan ook in 2013 samen met een aantal collega’s een conceptnota ingediend die ging over de thematiek en waarover in 2014 een hoorzitting is doorgegaan.
Met het decreet van 3 februari 2017 dat daaruit is voortgevloeid, maakten we vanuit dit parlement dan echt werk van een extern en onafhankelijk toezicht met de oprichting van een externe Commissie van toezicht op de vrijheidsberoving van kinderen en jongeren in de Vlaamse Gemeenschap.
De Commissie van toezicht wordt voorgezeten door de kinderrechtencommissaris, die verder uit een aantal maandcommissarissen bestaat die minstens een keer per maand een bezoek brengen aan de instellingen. De maandcommissarissen zijn bereikbaar voor jongeren; die kunnen bij hen terecht voor vragen en opmerkingen. Wanneer het over een echte klacht gaat, wordt die overgemaakt aan het Kinderrechtencommissariaat.
De commissie rapporteert jaarlijks over haar werking. We hebben ondertussen twee keer een jaarverslag gekregen en ook kunnen bespreken in de commissie. Daaruit blijkt toch wel dat het systeem zijn effect niet mist. Die jaarverslagen geven zicht op problemen maar ook op positieve ontwikkelingen op het vlak van de behandeling van minderjarigen in de voorzieningen en op de opvolging. We volgen dat vanuit het parlement alleszins op.
Met de uitrol van het Vlaams jeugddelinquentierecht verandert een en ander voor de opvang van minderjarigen. Zo komen er twee gescheiden sporen, enerzijds een spoor voor jongeren die in een verontruste opvoedings- of leefsituatie verkeren, en anderzijds een spoor voor minderjarige delictplegers, of vermoedelijke delictplegers. Enkel voor die laatste groep zal gesloten plaatsing als maatregel kunnen. Voor de eerste groep kan er nog wel een indicatie zijn voor een beveiligend opvangkader. Zoals ik daarstraks heb gezegd zijn er 20 voorzieningen die, hetzij vanuit het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap, hetzij vanuit het agentschap Opgroeien, een erkenning kregen om de module beveiligend verblijf op te starten. Samen zullen die plaats bieden aan 132 jongeren.
De opstart van die modules gebeurt volgens verschillende snelheden. Er zijn al twee voorzieningen met hun afdeling gestart op 1 april laatstleden, terwijl andere starten in september dit jaar of begin volgend jaar. De laatste plaatsen zullen uiterlijk in september 2021 operationeel zijn.
Die vernieuwing impliceert dat het toepassingsgebied voor het mandaat van de Commissie van toezicht, zoals vermeld in het decreet van 3 februari 2017, niet langer accuraat is. Met voorliggend voorstel van decreet breiden we het toepassingsgebied van de voorzieningen voor vrijheidsbenemende opvang van kinderen en jongeren uit, zodat de afdelingen van alle private voorzieningen die de module beveiligend verblijf aanbieden, daarin worden opgenomen.
Door ze dit keer niet meer bij naam te noemen, zoals dat in het vorige decreet wel het geval was, vermijden we dat het decreet telkens moet worden aangepast bij wijzigingen in de voorzieningen die dat aanbod hebben, zoals we dat al eerder hebben moeten doen met het decreet van 1 december 2017. Toen hebben we De Leemwinning toegevoegd.
Met dit decreet zorgen we er dus voor dat de Commissie van toezicht voor jeugdinstellingen in alle voorzieningen voor vrijheidsbenemende opvang van kinderen en jongeren haar werk kan blijven doen, en dat we op die manier blijven inzetten op de individuele rechtsbescherming van die jongeren wiens vrijheid sterk wordt ingeperkt. En dat is absoluut nodig. Het is noodzakelijk om dat over alle voorzieningen heen te blijven volgen, en toezicht te blijven houden op de manier waarop er aan de rechten van jongeren in die voorzieningen vorm wordt gegeven.
De heer Parys heeft het woord.
Ik dank collega Schryvers om dat zo duidelijk te duiden. Ik wil misschien nog even toevoegen dat het bij het jaarverslag van het Kinderrechtencommissariaat en de Commissie van toezicht was dat deze vraag expliciet naar voren kwam. Het zijn de maandcommissarissen zelf, die vrijwilligers zijn, die sterk overtuigd zijn van het feit dat we iedereen moeten behandelen. En nu we naar private beveiligde opvang gaan moeten de jongeren die daarin terechtkomen hetzelfde recht hebben om op dezelfde manier een maandcommissaris te ontvangen, en op die manier te kunnen samenwerken met het Kinderrechtencommissariaat.
Het lijkt mij dus verstandig om de nominatimnamen eruit te halen, en inderdaad te spreken over beveiligde opvang. Er komen trouwens 132 extra plaatsen bij. We zorgen er zo voor dat er geen onuitlegbare verschillen tussen verschillende voorzieningen ontstaan. Ik denk dat dit tegemoetkomt aan de eenduidigheid en de eenvoudigheid, en dat het vooral die blik van buitenaf naar binnenin garandeert, in een inrichting waar jongeren toch voor een stuk van hun vrijheid worden beroofd. En dat is de reden waarom wij straks met overtuiging op de groene knop zullen duwen.
De heer Brusselmans heeft het woord.
Voorzitter, wij zouden hier graag nog een amendement op indienen.
Dat is net officieel toegekomen en het wordt nu rondgedeeld. Als u wilt, mag u het amendement ook toelichten.
Collega’s, uiteraard gaan wij inhoudelijk volledig akkoord, maar er is misschien nog een kleine aanpassing nodig. Met name in de artikelen 3 en 5 wordt bepaald dat in het decreet van 15 juli 1997 houdende de oprichting van een Kinderrechtencommissariaat en instelling van het ambt van Kinderrechtencommissaris en houdende oprichting van een Commissie van toezicht met betrekking tot voorzieningen voor vrijheidsbenemende opvang van kinderen en jongeren, de tot op heden gehanteerde benaming ‘Commissie van toezicht’ zal worden vervangen door ‘Commissie van Toezicht voor jeugdinstellingen’. Het lijkt me dan ook gepast om een bepaling in te lassen waarmee de benaming ‘Commissie van toezicht’ wordt gewijzigd in ‘Commissie van Toezicht voor jeugdinstellingen’ in het decreet van 7 mei 2004 betreffende de rechtspositie van de minderjarigen in de integrale jeugdhulp en binnen het kader van het decreet betreffende het jeugddelinquentierecht, zodat de benaming in beide met elkaar gerelateerde decreten – parallelwetgeving – toch gelijkluidend is.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De algemene bespreking is gesloten.
Artikelsgewijze bespreking
Dames en heren, aan de orde is de artikelsgewijze bespreking van het voorstel van decreet. (Zie Parl.St. Vl.Parl. 2019-20, nr. 407/1)
– Er zijn geen opmerkingen bij de artikelen 1 tot en met 5.
Er is een amendement tot invoeging van een artikel 5/1. (Zie Parl.St. Vl.Parl. 2019-20, nr. 407/2)
– Er zijn geen opmerkingen bij artikel 6.
De artikelsgewijze bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemmingen over het amendement, de artikelen en het voorstel van decreet houden.