Verslag plenaire vergadering
Verslag
Algemene bespreking
Dames en heren, aan de orde is het voorstel van decreet van Wilfried Vandaele, Peter Van Rompuy en Willem-Frederik Schiltz over maatregelen in het hoger onderwijs voor het academiejaar 2019-2020 als gevolg van de coronacrisis.
De algemene bespreking is geopend.
De heer Daniëls heeft het woord.
Collega’s, vandaag ligt er een voorstel van decreet op tafel dat we met de meerderheidspartijen hebben ingediend. Ik dank daarbij de collega’s Jean-Jacques De Gucht en Loes Vandromme om daaraan mee te werken. Met dit voorstel regelen we een flexibiliteit in het hoger onderwijs. Die flexibiliteit is nodig, vanwege de overheidsmaatregelen, die worden verlengd tot 3 mei. Dat hebben we net gehoord. Die overheidsmaatregelen hebben een impact op alle vormen van onderwijs en evaluatie in ons hoger onderwijs.
In de eerste plaats zijn er heel veel zaken die gewijzigd zijn of die anders verlopen in het kader van hoorcolleges, praktijkvakken, werkcolleges, stages en dergelijke meer, maar ook in het licht van permanente evaluaties die niet zijn kunnen doorgaan in de afgelopen periode. Collega’s, voor gewone hoorcolleges zijn er ondertussen ook gewijzigde vormen van aanbieden gebeurd, en zouden er allicht ook andere vormen van examineren gebeuren.
Waarom is dit decreet nu belangrijk? Wel, in het examenreglement van de instellingen hoger onderwijs staat voor een student heel duidelijk opgenomen welk examen en welke stage op welke manier voor welk vak zal gebeuren. Voor vak X gebeurt de evaluatie bijvoorbeeld aan de hand van een mondeling examen. Als instelling kun je daar niet zomaar van afwijken, en gelukkig maar. Het zou al te gek zijn mocht dat zomaar kunnen worden gewijzigd. Maar de procedure om dat te wijzigen is eigenlijk veel te lang om dat in deze periode rond te krijgen.
Om die reden voorzien we in dit voorstel van decreet dat die aanpassing vrij flexibel kan gebeuren in het examenreglement van de instellingen, weliswaar – en dat wil ik toch wel benadrukken – uiteraard altijd in overleg met studentenvertegenwoordiging. Dat kunnen de geëigende organen zijn, dat kan iets zijn dat ad hoc samengeroepen is, dat kan in sommige studierichtingen zeer individueel met de student zelf zijn, als het over bepaalde stages gaat.
Ten tweede breiden we het academiejaar uit. U weet, collega’s, dat het academiejaar 2019-2020 stopt op 30 september, maar we willen er toch maximaal voor zorgen dat studenten twee zittijden voor elk vak hebben. Om dat te doen, kan het zijn dat examens en deliberaties na 30 september 2020 moeten gebeuren. En dat voorzien we hier. Voor alle duidelijkheid, collega's: dat is uitzonderlijk. Dat zal niet de norm worden. Hogeronderwijsinstellingen zullen zeker niet zomaar voorbij die 30 september gaan. Waarom is het cruciaal om dat hier ook decretaal mee te nemen? Zo moeten studenten niet opnieuw inschrijven in een nieuw academiejaar, want dan zouden ze opnieuw studiegeld moeten betalen en leerkrediet moeten inzetten. Het feit dat dit gebeurt door overmacht, is natuurlijk iets wat we kunnen verantwoorden, maar we moeten het wel opnemen in het voorstel van decreet.
Wat hier ook nog in zit, en wat u wellicht gelezen zult hebben in de memorie, is het volgende. Bepaalde stages, zoals in de verpleegkunde, zijn geregeld door Europese richtlijnen en federale koninklijke besluiten. Dat kunnen we hier dus niet eenzijdig wijzigen met dit voorstel van decreet. Daar zal dus nog overleg over moeten worden gepleegd.
De datum van proclamatie, en dus de datum op het diploma, zal de datum zijn van de zittijd waarin de student normaliter geslaagd zou zijn. Als een student bijvoorbeeld nog examens zou afleggen op 10 juli, terwijl die eigenlijk al in juni afgerond zouden zijn, dan zal zijn diploma nog altijd de datum van juni dragen. Dat is belangrijk voor bijvoorbeeld degenen die in de advocatuur willen stappen. De plaats op het tableau is ook het moment waarop je mag pleiten. De oudste gaat voor op de jongste. Dat is blijkbaar zo geregeld. Maar dat is ook belangrijk voor de opleidingen specialistische geneeskunde.
Niet onbelangrijk om mee te geven, is dat de instelling ook kan differentiëren tussen bepaalde groepen, indien er objectieve verschillen zijn. Dat moet ze dan uiteraard ook aantonen.
Ik wil nog twee punten aanhalen, collega's. Ik denk dat het voor ons allemaal belangrijk is dat een hogeronderwijsinstelling eenduidig en tijdig communiceert naar alle instellingen, op een platform dat permanent raadpleegbaar is, en dat de hogeronderwijsinstelling er ook over waakt dat die communicatie eenduidig en transparant is. Dus niet: prof X die op één manier communiceert, het departement anders, en dan nog eens anders. Dat kan echt niet, want dat zou voor de studenten geen goede zaak zijn.
En een laatste punt is de vermelding dat in de master-na-masteropleiding in het studiegebied geneeskunde de wegings- en selectiecriteria ook kunnen worden aangepast.
De inwerkingtreding, collega’s, is anders dan anders. Die is opgenomen als de dag van de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad, om dit zo snel als mogelijk te laten gebeuren.
De heer D’Haese heeft het woord.
Ik wil drie zaken opmerken. Wij zullen voor het voorstel van decreet stemmen, maak jullie daar geen zorgen over, maar ten eerste snap ik echt niet hoe het komt dat wij dit pas vanochtend hebben gekregen. Er was afgesproken dat we die nieuwe voorstellen van decreet op tijd zouden krijgen. Op deze manier kunnen wij ons werk niet deftig organiseren en kunnen wij dit niet deftig bestuderen. Ik heb het niet vroeger dan vanochtend gekregen. Ik vind dat geen democratische manier van werken. Alle respect voor de urgentie, maar op deze manier kunnen wij ons werk niet op een goede manier doen.
We hebben ons best gedaan om ons werk toch op een goede manier te doen, en dus heb ik nog twee opmerkingen. Ten eerste zijn er een aantal goede zaken. Dat er geen nieuw inschrijvingsgeld moet worden betaald en dat de termijn van evaluatie wordt uitgesteld, dat is positief. Maar we missen toch ook wel een aantal zaken. Ik hoop dat we daar in het vervolg nog op kunnen terugkomen. Er zijn namelijk geen verdere concrete maatregelen om de sociale ongelijkheid, die door de coronacrisis zal toenemen, omwille van allerhande verschillen in hoe mensen ermee om kunnen gaan, aan te pakken.
Ik denk aan middelen en tijd voor studenten die het moeilijk hebben, die in de problemen komen door afstandsonderwijs. Wanneer komt er extra begeleiding? Komen er gratis onlinebijlessen en dat soort zaken? Daarop lees ik nog geen antwoorden, terwijl die ook urgent zijn. Ik zie ook niks over financiële steun aan studenten. De Vlaamse Vereniging van Studenten (VVS) is daar nochtans vragende partij voor. Ze hebben een noodfonds gevraagd voor studenten die nu inkomensverlies lijden. We hebben het daar al over gehad: dat is een belangrijke groep. Zij komen voor grote problemen te staan. Ik hoop dat daar in samenwerking met minister Crevits alsnog werk van kan worden gemaakt. Er zijn studenten die er nu al niet in slagen om hun huur te betalen omdat hun studentenjob niet doorloopt, en die bang zijn dat ze volgend jaar hun inschrijvingsgeld niet meer zullen kunnen ophoesten. Ik hoop dus dat men daar nog een prioriteit van kan maken.
Dat waren de bemerkingen. Wij zullen dus voor stemmen, maar ik zou toch echt willen vragen om er in het vervolg voor te zorgen dat die teksten er een beetje op tijd zijn.
Mevrouw Goeman heeft het woord.
Collega’s, ik denk dat dit een noodzakelijk voorstel van decreet is. Collega Daniëls heeft dat net zeer uitgebreid toegelicht. We zullen dat zeker goedkeuren, maar het is een voorstel van decreet met mogelijk ook wel een grote impact voor het jeugdwerk, als die eerste zittijd inderdaad zou opschuiven. Collega Anaf heeft daar ook al aandacht voor gevraagd, want vergeet natuurlijk niet dat heel veel studenten onmisbaar zijn voor alle jeugdkampen, speelpleinwerkingen en ga zo maar door in de zomer. Vandaar onze vraag of er ook overleg plaatsvindt met de minister van Jeugd en de jeugdsector om dit goed op te volgen.
De heer Daniëls heeft het woord.
Collega’s, dank u wel. Collega’s van PVDA en sp.a, alvast bedankt om dit belangrijke voorstel van decreet mee te willen goedkeuren. Dat kan ik ten zeerste appreciëren. Wat uw opmerking betreft over het tijdig bezorgen: ik doe die vaststelling en ik wil me ook verontschuldigen voor het feit dat we dat niet vroeger hebben kunnen geven. Ik heb dan ook getracht om dat hier zo didactisch en uitgebreid mogelijk te brengen, voor het geval dat u bepaalde stukken niet had kunnen lezen. Ik denk dat u met de toelichting hier nagenoeg alle info hebt gekregen.
Of het is misschien net ingewikkelder geworden. Dat kan ook.
Voorzitter, we kunnen bijlessen organiseren voor u, of een tweede zittijd, geen probleem.
Grapje. Gaat u verder.
Mevrouw Goeman, dit zal inderdaad een impact hebben op het jeugdwerk, maar ik vrees dat we een afweging, een keuze moeten maken tussen studies goed kunnen laten beëindigen en de studieduur met een extra jaar moeten verlengen, met alle kosten die daarmee gepaard gaan voor studenten. Dit is echter niet in een achterkamertje tot stand gekomen. De Vlaamse Hogescholenraad (VLHORA), de Vlaamse Interuniversitaire Raad (VLIR) en de VVS hebben hieraan meegewerkt, er mee over nagedacht. Er is ook overleg met studenten. Er zal wel maximaal worden geprobeerd om het enigszins binnen de perken te houden, al was het ook maar omdat zeker in universiteiten onderzoekers meestal de zomerperiode gebruiken om aan onderzoek te doen. Hoe meer daarvan verdwijnt, hoe meer die onderzoeken ook in het gedrang komen. Ik denk echter dat uw opmerking absoluut terecht is.
Collega van de PVDA, u haalde aan dat er geen extra maatregelen zijn met betrekking tot ongelijkheid en dat noodfonds. Dat gaat veel verder dan het puur ingrijpen op de aanpassing van de reglementen. Wat we hier brengen, is echt een ‘noodnooddecreet’, om ervoor te zorgen dat er een rechtsgrond is om ervoor te zorgen dat de evaluatie en de deliberatie al in orde zijn. Uw andere vragen en de voorstellen die u doet, zijn niet onbelangrijk. Nu, de sociale voorzieningen bij de instelling hebben ook extra middelen gekregen om in te zetten voor bepaalde groepen. Ik neem aan dat zij het best weten welke studenten daar nood aan hebben. We zullen daar zeker en vast nog wel op inzetten, maar dit beperkt zich inderdaad tot wat op dit moment voorligt, om net te vermijden dat het nog veel later zou komen en de rechtszekerheid en de duidelijkheid dan misschien nog verder zouden opschuiven. Alvast dank aan allen voor hun instemming.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De algemene bespreking is gesloten.
Artikelsgewijze bespreking
Dames en heren, aan de orde is de artikelsgewijze bespreking van het voorstel van decreet. (Zie Parl.St. Vl.Parl. 2019-20, nr. 265/1)
– Er zijn geen opmerkingen bij de artikelen 1 tot en met 5.
De artikelsgewijze bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemmingen over de artikelen en over het geheel van het voorstel van decreet houden.