Verslag plenaire vergadering
Verslag
Mevrouw Rombouts heeft het woord.
Voorzitter, een zomerkamp is voor een jeugdvereniging het hoogtepunt van een werkjaar. Een zomerkamp geeft energie om er het hele volgende werkjaar weer tegenaan te gaan. Als een zomerkamp niet kan doorgaan, heeft dat grote gevolgen voor de werking van en het enthousiasme in een jeugdvereniging.
Gisteren hebben we van Waals minister Tellier vernomen dat de sanitaire maatregelen in de Gaumestreek naar aanleiding van de varkenspest dit jaar opnieuw worden aangehouden en dat zomerkampen in die streek waarschijnlijk niet zullen kunnen plaatsvinden, tenzij individueel door middel van een bepaalde procedure een uitzondering wordt verkregen.
Het is in normale omstandigheden al niet evident een kampplaats te vinden. We weten dat een aantal groepen een, twee of zelfs drie jaar op voorhand al een kampplaats hebben vastliggen. Het is, met andere woorden, helemaal geen evidentie om vier maanden voor het kampseizoen een nieuwe kampplaats te zoeken.
We zijn daar vorig jaar ook mee geconfronteerd. Toen is onder meer de website www.soszomerkamp.be gestart. We moeten vaststellen dat die website, met de nodige ondersteuning door het jeugdwerk en met de nodige ruchtbaarheid die hier door middel van communicatiecampagnes aan is gegeven, goed heeft gewerkt om op dergelijke momenten heel snel te kunnen ingrijpen.
Bij dezen wil ik u vragen, minister, wat u zult ondernemen om de lokale afdelingen van onze jeugdverenigingen te ondersteunen om ofwel een aanvraag tot uitzondering te verkrijgen ofwel een nieuwe kampplaats te kunnen vinden.
Minister Dalle heeft het woord.
Dank u wel, mevrouw Rombouts, want ik denk dat dit de eerste actuele vraag is over jeugdbeleid deze legislatuur. Ik hoop dat dat nog vaak het geval kan zijn of dat er misschien eens een actualiteitsdebat komt over het jeugdbeleid, want dat is wat mij betreft toch een van de speerpunten van deze regering.
U verwijst er terecht naar dat we deze problematiek ook vorig jaar hebben gehad. Toen waren er 150 groepen die geen kampplaats vonden. Er zijn toen een aantal maatregelen genomen en ik heb daaromtrent bij mijn aantreden als minister quasi onmiddellijk contact opgenomen met mijn Franstalige collega’s. Minister Tellier heb ik midden januari gezien en ik heb met haar heel wat dossiers besproken die relevant zijn voor Vlaanderen en Wallonië, waaronder dit dossier. Zij heeft toen gezegd dat we dit jaar met eenzelfde problematiek geconfronteerd zouden worden en dat we de nodige stappen zouden moeten zetten om daar met de Vlaamse jeugdsector over in dialoog te gaan.
Er is een taskforce die daarover communiceert met een vertegenwoordiger van mevrouw Tellier, met een vertegenwoordiger van de gouverneur van Luxemburg en ook met iemand van de Ambrassade die dat opvolgt. Wij hebben trouwens een ‘single point of contact’ bij de gouverneur van Luxemburg om dat op te volgen. De nodige stappen ten aanzien van het Waalse Gewest zijn dus gezet.
Een andere problematiek is de wijze waarop men met die jeugdgroepen omgaat in andere gebieden. Het gaat hier over een klein stukje Wallonië, maar wel een stuk waar bijzonder veel groepen naartoe trekken. Als men daar niet meer naartoe kan, dan zoekt men naar andere plaatsen. We hebben ook met minister Valérie Glatigny en haar Duitstalige collega Isabelle Weykmans gesproken om ervoor te zorgen dat men dat op lokaal vlak op een goede manier aanpakt, via het Kampcharter en niet via de lokale politiereglementen.
De Ambrassade heeft deze morgen een mail gestuurd naar jeugdorganisaties om dat allemaal kenbaar te maken en ook om te verwijzen naar het Kampcharter en naar SOS Zomerkamp, zodat men daar toegang toe heeft en men uitzonderingen kan aanvragen.
Ik ben blij om te horen dat u bij uw aantreden al aandacht hebt gehad voor deze problematiek en dat u ze al besproken hebt met uw Franstalige collega’s, minister. In die zin ben ik ook bezorgd dat dit een problematiek is die waarschijnlijk niet dadelijk voorbij zal gaan, wetende dat er vandaag nog gevallen van varkenspest worden vastgesteld en dat er nadien waarschijnlijk ook een rustperiode zal worden ingebouwd. Ik stel mij de vraag of dit misschien van langere duur zal zijn en of we ons niet duurzaam moeten voorbereiden op een langere periode waarin deze plaatsen niet benut kunnen worden voor zomerkampen.
Aangezien we bovendien weten dat het sowieso al moeilijk is om plaatsen voor zomerkampen te vinden, stel ik mij de vraag of er bij SOS Zomerkamp geen nieuwe initiatieven zijn aangemeld die een duurzamer karakter kunnen krijgen in de toekomst. Kunt u dat onderzoeken?
De heer Vaneeckhout heeft het woord.
Minister, ik deel uw vreugde dat we met jeugdthema’s bezig zijn hier in de plenaire, dus laat ons er een goed voornemen van maken om dat af en toe te doen.
Ik volg u in uw aanpak. Het is belangrijk om zeer proactief en zeer dicht bij de betrokken jeugdwerkorganisaties te gaan ageren. Vandaar heb ik een aanvullende vraag: wat was de evaluatie van het beleid van afgelopen zomer? Het is niet de eerste keer dat we dit meemaken. Zijn er bijsturingen ten opzichte van dat beleid?
Wat is ook de financiële impact voor betrokken jeugdverenigingen? Ik kan mij inbeelden dat niet elke bivakplaats even goedkoop is en dat sommigen noodgedwongen op een duurdere locatie terechtkomen. Hoe wordt daarmee omgegaan en is een omkaderend beleid mogelijk?
De heer Anaf heeft het woord.
Het is inderdaad zeer vervelend voor jeugdbewegingen. Collega Rombouts heeft gezegd dat die vaak ver op voorhand hun kampen plannen en des te beter.
Het is nog niet gegaan over de landbouwers die hun gronden ter beschikking stellen. Zij rekenen vaak op de extra inkomsten die de verhuur aan jeugdkampen met zich meebrengen.
En in deze regio is het nu al het tweede jaar op rij. Er zijn niet veel kampeergronden. Er zijn zeker geen gigantisch overdreven hoeveelheden kampgronden. Vorig jaar werden de jeugdbewegingen gecompenseerd, onder meer door toedoen van minister Gatz, zodat ze geen dubbele prijs moesten betalen. Het is goed dat u daarover contact hebt met uw Waalse collega's. Maar kunt u ook dat aspect aankaarten bij uw collega-ministers? Want we willen natuurlijk vermijden dat op termijn een aantal landbouwers de keuze zullen maken om, wanneer ze een aantal jaren na elkaar niet kunnen verhuren, iets anders te doen met die grond. Want dan zitten we op lange termijn met een probleem.
Mevrouw Perdaens heeft het woord.
SOS Zomerkamp is een handig instrument. Daarover zijn we het allemaal eens. Het werd opgestart door minister Gatz en door De Ambrassade. Het bewees vorig jaar zijn nut, enerzijds voor de jeugdbewegingen op zoek naar een locatie en anderzijds – en dat zien we nu op de website – voor de aanbieders van die kampgronden, om zichzelf in de markt te zetten.
Maar naast de varkenspest kan een kampgroep natuurlijk ook te maken krijgen met andere redenen waarom er op het laatste moment een nieuwe locatie moet worden gezocht. En steeds vaker moeten kamplocaties of jeugdterreinen erg vroeg worden vastgelegd. Dat werd al een aantal keren aangehaald. De LARP-organisatie (Live Action Role Play) waarbinnen ikzelf actief ben, legt twee jaar op voorhand een locatie vast.
Maar plotse incidenten als wateroverlast of elektriciteitsuitval maken het dan ook heel erg moeilijk om op het laatste moment nog een nieuwe kamplocatie te vinden. Minister, is het mogelijk om ook voor deze noodsituaties de website in de toekomst in te zetten?
Om te beginnen, wil ik benadrukken dat die aanpak vanuit Landbouw ook voor Vlaanderen zeer belangrijk is. Minister Tellier heeft maatregelen genomen die zeer proportioneel lijken te zijn ten aanzien van wat er nodig is. Op sanitair vlak is dat een belangrijke maatregel, die ook voor de Vlaamse landbouw belangrijk is.
We moeten inderdaad ook bekijken wat de impact is op de Vlaamse jeugdorganisaties in Vlaanderen en de betrokken eigenaars in Wallonië. Zowel minister Tellier van het Waalse Gewest als minister Glatigny van de Franse Gemeenschap, bevoegd voor de jeugd, hebben mij verzekerd dat ze daarvoor de nodige aandacht hebben. Dat is belangrijk.
Wat de concrete verankering op structureel vlak betreft: De Ambrassade neemt dit effectief op met de website van SOS Zomerkamp. We zullen dit ook in de toekomst kunnen gebruiken. In die zin kan het structureel worden verankerd. Daarbij moet er aandacht zijn voor urgente vragen. Ook De Ambrassade kan daarbij helpen.
Wat de evaluatie ten aanzien van vorig jaar betreft, is het natuurlijk zo dat er dit jaar een pak minder jeugdorganisaties mee zullen worden geconfronteerd. Want De Ambrassade heeft al proactief een communicatie gedaan, waardoor men al een tijdje wist – of toch degenen die zich hebben laten informeren en via De Ambrassade correcte inlichtingen hebben gekregen – dat er in die regio problemen zouden zijn. In die zin denk ik dat er echt geleerd is uit wat er vorig jaar is gebeurd.
Minister, ik dank u voor uw antwoord en voor het engagement dat u heel duidelijk neemt voor de jeugdsector, om hen, indien het bij uitzondering niet mogelijk is om hun kamp op de kampplaats te laten plaatsvinden, via de website van SOS Zomerkamp snel naar een andere kampplaats te leiden.
Ik hoop dat u daaraan de nodige ruchtbaarheid geeft, zodat eventuele nieuwe kampplaatsen zich kunnen aanmelden. Hopelijk kunnen alle jeugdverenigingen ook deze zomer hun groot feest, een tof zomerkamp, laten plaatsvinden.
De actuele vraag is afgehandeld.