Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over het geweld op het Antwerpse openbaar vervoer
Verslag
De heer Van de Wauwer heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, vorige week vrijdag, op 29 maart, hebben verschillende chauffeurs van De Lijn in Antwerpen het werk neergelegd. De aanleiding daarvoor waren twee gevallen van agressie tegen chauffeurs. Ook gisteren, dinsdag 2 april, werd ’s ochtends spontaan het werk neergelegd door 60 procent van de bus- en tramchauffeurs in Antwerpen, in aanloop naar een infovergadering die plaatsvond in navolging van de incidenten van vorige week vrijdag.
Minister, die 2 feiten van agressie staan niet op zich. Mochten het louter die 2 feiten zijn, zou ik er geen vraag over stellen. De acties die er het gevolg van zijn, staan ook niet op zich. In 2017 waren er 1494 feiten van verbale agressie tegen chauffeurs en controleurs van De Lijn en 404 feiten van fysieke agressie tegen het personeel van De Lijn. Dat is gemiddeld meer dan 1 persoon per dag die te maken krijgt met fysieke agressie tijdens de uitoefening van zijn of haar job. Naar aanleiding van die 2 meest recente voorvallen, werd er zelfs een stakingsaanvraag ingediend voor 2 weken, wat de Antwerpse dienstverlening betreft.
De chauffeurs van De Lijn stellen dat ze zich in de steek gelaten voelen door het beleid. Feiten van agressie worden telkens wel door ons allemaal met de sterkste woorden veroordeeld, maar het beleid, het antwoord daarop, volgt maar zelden. Een paar weken geleden heb ik u hier ook ondervraagd over de werkomstandigheden van de chauffeurs bij De Lijn. U vond toen dat ik een te apocalyptisch beeld schetste. Die werkomstandigheden van het personeel bij De Lijn zijn een heel belangrijke factor in het creëren van een performante dienstverlening. Daar moet dringend meer aandacht naar gaan, te beginnen bij het beschermen van de fysieke integriteit van het personeel.
Minister, welke stappen zult u hieromtrent nemen?
Mevrouw Van dermeersch heeft het woord.
Minister, vorige vrijdag waren er inderdaad ernstige gewelddelicten op het openbaar vervoer in Antwerpen. Dat komt wel meer voor, want in 2017 – dat zijn de recentste cijfers die ik van u gekregen heb – waren er meer dan 2000 uren werkonbekwaamheid bij de chauffeurs van De Lijn, waarvan 839 uren bij chauffeurs van De Lijn in Antwerpen. Het is dus zeer onveilig om chauffeur te zijn in Antwerpen.
De twee buschauffeurs die vrijdag gewond raakten, hebben terecht het werk neergelegd. Er is dan helaas een hele dag hinder geweest. Men heeft met de agressiecomités van De Lijn geprobeerd om een oplossing te zoeken en te bemiddelen, maar dat is niet gelukt. De voorstellen die werden gedaan, volstonden blijkbaar niet. Men heeft, zoals mijn collega zei, een stakingsaanzegging gedaan. Maar ook op dinsdag heeft men spontaan het werk neergelegd en is er dus weer hinder geweest, omdat de veiligheid niet kan worden gegarandeerd.
De personeelsleden van De Lijn vragen via vakbonden meer controleurs, eventueel een tweede persoon als opzichter op risicolijnen – wat ik een terechte vraag vind – en ook dat de camera’s zouden werken. Volgens uw antwoord op mijn vraag zijn twee op de drie bussen uitgerust met camera’s, maar bij de twee gewelddelicten van afgelopen vrijdag was er één bus waar er geen camera was – hoe toevallig – en bij de tweede bus was er – nog toevalliger – enkele dagen daarvoor een draadje van de camera losgekomen, volgens wat ik in de kranten las. Er zijn dus geen beelden van, en dat stemt natuurlijk tot nadenken.
Minister, hoe reageert u op die twee geweldincidenten, die volgen in een lange rij? Dit is een groot probleem dat wij, als politici, al langer bij u aankaarten.
Minister Weyts heeft het woord.
Laat mij eerst even de incidenten van afgelopen vrijdag schetsen. Eén incident betrof een incident met een man die geen alcohol mocht drinken op de bus en een ander ging over een laatkomer die de chauffeur aanviel. Dat is de correcte context. Ik las in het kader van bepaalde reacties dat een en ander te maken zou hebben met personeelstekort of wat dan ook, maar dat heeft daar absoluut niets mee te maken.
Dan kom ik tot het aantal incidenten. Ik veronderstel dat uw scope zich verruimt tot incidenten in heel Vlaanderen en niet enkel in Antwerpen. Die cijfers fluctueren nogal sterk. Er zijn incidenten van allerhande aard, verbaal of andere. Elk klein incident wordt geregistreerd en die cijfers fluctueren. In 2013 werden 4400 incidenten geregistreerd. In 2016 waren er dat plots 7500 en in 2018 was er opnieuw een daling tot 6600 incidenten op jaarbasis. Voor alle duidelijkheid: 6600 klinkt als een serieus getal, maar het gaat om 11 miljoen gereden ritten. Daarmee wil ik alles toch enigszins in perspectief plaatsen. Het gaat dus om 0,06 procent.
Vanzelfsprekend is veiligheid een absolute bezorgdheid. Daarom hebben we dat nadrukkelijk naar voren geschoven in het kader van de beheersovereenkomst. Het heeft ook geleid tot het uitwerken van een veiligheidsplan, dat op driemaandelijkse basis ook met de syndicale partners wordt bekeken.
Welke maatregelen zitten daar onder andere in? Het gaat om maatregelen van organisatorische aard. We zetten lijncontroleurs in. We hebben ongeveer 260 lijncontroleurs die, zeker in de steden, aangevuld worden met de gemeenschapswachten, wiens bevoegdheid zich ook uitstrekt tot de veiligheid vis-à-vis het openbaar vervoer. Daarnaast is er ook de opleiding van controleurs, waarbij we sterk inzetten op het anticiperen, in hoofde van de chauffeurs, op eventuele incidenten. Hoe moeten ze daarmee omgaan? Hoe kunnen ze verhinderen dat het escaleert?
Daarnaast is er vanzelfsprekend ook de uitrusting van de voertuigen. Op dat vlak maken we ook een kwantumsprong. Alle trams en twee derde van de bussen zijn uitgerust met camera's. We maken ook een heel grote inhaalbeweging op het vlak van nieuw rollend materieel. Tijdens deze regeerperiode hebben we ongeveer achthonderd nieuwe bussen besteld. Daarvan rijden er nu al veel. Er zijn 110 nieuwe trams en we bestellen ook nog eens 925 nieuwe elektrische bussen. Al die bussen worden uitgerust met camera, met alarmsysteem en met een flexibele afsluitbare stuurpost. Waarom geen vaste afsluitbare stuurpost? De chauffeurs willen dat eenvoudigweg niet. Zij zijn geen vragende partij. Zij willen – dat pleit voor hen – nog altijd sociaal contact.
Daarbovenop hebben we sinds vorig jaar op recurrente basis in 1,5 miljoen euro voorzien, dus extra middelen uitgetrokken in het kader van de veiligheid. Dat geld is onder andere besteed aan vijfhonderd camera's, die toevallig in Antwerpen zijn geïnstalleerd in de beveiliging van de premetrostations. Ook daar hebben we extra inspanningen geleverd.
Het blijft een permanente bekommernis. We zien dat de cijfers fluctueren, met het voorbije jaar gelukkig in dalende zin. We blijven wel extra inzetten op veiligheid.
Minister, ik dank u voor uw toelichting. Er is inderdaad al heel wat gebeurd. De investeringsdotatie voor De Lijn ligt enorm hoog sinds deze legislatuur. Ook op het vlak van veiligheid zijn er maatregelen genomen.
Toch wil ik het gevoel dat heerst bij chauffeurs en controleurs duidelijk vertolken. Mevrouw Van dermeersch heeft ook al aangehaald dat er inderdaad camera's zijn geplaatst en dat er is voorzien in extra controleurs, maar dat de voorbije weken – dat is anekdotisch maar wel typerend voor het probleem – bij incidenten de camera's niet blijken te werken of dat als er controleurs worden opgeroepen, ze niet beschikbaar blijken te zijn.
Het ongenoegen bij de chauffeurs is er nog altijd. Het is heel belangrijk om daar oog voor en oren naar te hebben. Een performante en veilige werkomgeving voor chauffeurs is noodzakelijk als we een goeie dienstverlening willen bereiken.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. U geeft cijfers van zoveel miljoenen ritten met dan het aantal incidenten.
Als er incidenten worden vastgesteld, dan stel ik vast dat er ongeveer 3,8 boetes per dag worden uitgeschreven tot 500 euro. Ongeveer 40 procent daarvan wordt niet geïnd en staat dus nog altijd open. 12 procent wordt geseponeerd. Dat is dus meer dan 50 procent waar geen gevolg aan wordt gegeven. Er moeten een veel harder lik-op-stukbeleid worden gevoerd wat betreft het vaststellen van het aantal incidenten op die miljoenen ritten.
Men vraagt – terecht, denk ik – een tweede personeelslid. Men heeft in Antwerpen tien personeelsleden gekregen, van wie er nu nog acht actief zijn. Als er twee uitvallen, moet men zorgen dat men extra mensen kan inzetten op die risicolijnen en dat men het personeelsbestand op peil houdt.
Die camera’s moeten uiteraard werken, niet alleen voor de chauffeurs, maar ook voor de mensen die het openbaar vervoer moeten nemen. Die veiligheid moet gegarandeerd zijn, en dan wil ik het nog niet hebben over het feit dat de passagiers ook een propere bus willen die stipt rijdt.
Als u wilt dat we in Antwerpen de auto laten staan, dan moeten we wel kunnen rekenen op een veilig openbaar vervoer, niet alleen voor de chauffeurs, maar ook voor de passagiers.
Mevrouw De Ridder heeft het woord.
Niemand betwist dat een veilige werkomgeving belangrijk is, mijnheer Van de Wauwer. Ik denk ook niet dat daarover in dit halfrond enige andere inzichten bestaan. Er wordt enorm geïnvesteerd in de veiligheid, niet alleen in het algemeen voor het openbaar vervoer, maar ook zeker in de veiligheid en in een veilige werkomgeving voor de chauffeurs.
We hebben de investeringen in de camera’s in de premetrostations toegejuicht. Die investeringen worden nu uitgerold. We denken dat het heel belangrijk is om ook daarbij in overleg te treden met de politie en om uw diensten goed met elkaar te laten samenwerken. Dit moet gebeuren met het oog op het uitlezen van de gegevens achteraf, zodat men daadwerkelijk met deze gegevens aan de slag kan gaan en men deze kan vertalen in een vervolgingsbeleid.
De heer Keulen heeft het woord.
Geweld mag nooit het nieuwe normaal worden. Dat lijkt me evident. Alle maatregelen die u al hebt genomen, zijn belangrijk. Het is niet weinig wat u al hebt gedaan.
Ik wil nog een punt toevoegen. Vroeger hadden we de Veiligheidsmonitor. We hebben die nog altijd op papier, maar brengen hem niet meer in praktijk. Alle incidenten werden daarbij geïnventariseerd om zo een beeld te krijgen van waar en wanneer bepaalde geweldsdelicten zich op bepaalde verbindingen voordeden. Dan kon men met stewards van De Lijn of met politiemensen in burger maatregelen nemen. Maak daar opnieuw werk van, want dan kunt u letterlijk kort op de bal spelen.
Chauffeurs vormen vandaag bovendien een knelpuntberoep. Dit soort incidenten maakt het probleem van de massale vacatures alleen maar nijpender.
De heer Vandenbroucke heeft het woord.
Los van deze twee incidenten, hoor ik veel ongerustheid bij de chauffeurs over de reorganisatie van de controleurs bij De Lijn. Dit zal vanaf 1 juni gebeuren. De Lijn-controleurs zullen worden gegroepeerd in zes verschillende uitvalsbasissen, terwijl ze vandaag over heel Vlaanderen verspreid zijn. De chauffeurs vrezen dat de interventietijd die men nodig heeft om ter plaatse te komen langer zal worden indien er iets op een bus gebeurt ver van een van deze zes locaties. Ik begrijp dat u niet op elke bus een controleur kunt zetten, maar u moet er wel voor zorgen dat als er iets gebeurt, die controleur snel ter plaatse kan zijn. Door die groepering op zes locaties vreest men dat u daar niet meer zult in slagen.
Kunt u garanderen dat de interventietijden van de controleurs van De Lijn niet nog langer zullen worden dan ze vandaag al zijn?
De hervormingen die het management van De Lijn doorvoert, zijn natuurlijk altijd gericht op efficiëntie en een betere investering van de middelen, zonder in te boeten op de veiligheid.
Het is trouwens zo dat wij steeds meer controles uitoefenen op zwartrijden, want daar beginnen ook veel problemen mee. Er is in beide gevallen vaak sprake van een en dezelfde categorie.
Er werd opnieuw verwezen naar het personeelsbestand. Ik heb proberen te duiden dat de incidenten daar niets mee te maken hebben. We hebben met De Lijn op dat vlak trouwens een serieuze inspanning gedaan. Van januari tot maart waren er 1400 sollicitaties. In 2019 zijn al 120 nieuwe chauffeurs begonnen, er staan er 130 klaar om te beginnen, en er worden nog 200 sollicitanten gezien. Dat zijn toch aanzienlijke cijfers. We slagen erin om de nodige sollicitanten aan te trekken.
We hebben inderdaad die 1,5 miljoen euro extra middelen voorzien voor vijfhonderd camera’s in het Antwerpse premetronetwerk. Dat vergt op zich natuurlijk extra capaciteiten bij de politie. Zij hebben rechtstreeks toegang tot de beelden. Gelukkig kunnen we erop rekenen dat de stad met ons dezelfde ingesteldheid en bezorgdheid op het vlak van de veiligheid deelt.
Tot slot, wat betreft de veiligheidsmonitoring: we monitoren nog steeds het aantal incidenten. Ik heb u de – nogal sterk fluctuerende – cijfers gegeven. We werken op dat vlak ook met aandachtsbuurten – we hanteren misschien een andere typologie of benaming. Meer dan ooit volgen we alles nauwgezet op. We proberen de beschikbare mensen en middelen gefocust en geconcentreerd in te zetten.
Het is enorm belangrijk dat de huidige en ook de toekomstige chauffeurs in veilige omstandigheden kunnen werken. We moeten die openstaande vacatures ingevuld krijgen. Dat gaat natuurlijk niet als er constant zulke negatieve berichtgeving over de werkomstandigheden van de chauffeurs komt. Ik heb hier heel veel goede suggesties gehoord over hoe we voor nog veiligere en betere werkomstandigheden voor de chauffeurs kunnen zorgen. Minister, de legislatuur is bijna maar nog niet helemaal ten einde. Maak er nog verder werk van, in het belang van de chauffeurs en dus ook van de goede dienstverlening.
Minister, ik wil tot slot nog eens een toegangsverbod eisen voor recidivisten die overlast berokkenen op bussen en trams in Antwerpen en bij uitbreiding in heel Vlaanderen: een toegangsverbod voor hardleerse overlastveroorzakers. Er is in 2009 een decreet goedgekeurd dat die overlastveroorzakers moet aanpakken. De Raad van State heeft in 2014 een negatief advies gegeven over de uitvoeringsbesluiten. U moet als minister van Mobiliteit en als lid van deze regering zorgen voor uitvoeringsbesluiten voor het decreet van 2009. Ik wil graag een toegangsverbod voor hardleerse overlastveroorzakers. (Opmerkingen van minister Ben Weyts)
De actuele vragen zijn afgehandeld.