Verslag plenaire vergadering
Verslag
Algemene bespreking
Dames en heren, aan de orde is het ontwerp van decreet houdende een verbod op het houden van pelsdieren en op het houden van dieren voor de productie van foie gras door middel van dwangvoedering, waarvan het opschrift door de commissie werd gewijzigd als volgt: “ontwerp van decreet houdende wijziging van de wet van 14 augustus 1986 betreffende de bescherming en het welzijn der dieren, wat betreft het instellen van een verbod op het houden van pelsdieren en op het houden van dieren voor de productie van foie gras door middel van dwangvoedering”.
De algemene bespreking is geopend.
De heer Dochy heeft het woord.
Dit ontwerp van decreet is natuurlijk heel ingrijpend voor de mensen die de jongste jaren actief waren in de nertshouderij, en ook voor de ene Vlaamse producent van foie gras. Er is een afweging gemaakt tussen het economische belang en het dierenwelzijn. We hebben daarin denk ik een modus vivendi gevonden waarbij we kunnen instemmen met de stopzetting volgens de periode die beschreven is in het decreet, namelijk op 1 december 2023. We zorgen daarnaast voor een behoorlijke uittreding voor de mensen die tot vandaag op een eerlijke, correcte manier die activiteiten hebben uitgevoerd.
Het ontwerp van decreet geeft een basis voor die regeling van uittreding, maar natuurlijk moeten de details nog worden opgenomen in een uitvoeringsbesluit. Ik roep de minister dan ook op om heel snel werk te maken van de goedkeuring van dit uitvoeringsbesluit in de Vlaamse Regering en om er voor 2024 voor te zorgen dat er goede afspraken met de exploitanten zijn gemaakt en dat er werk wordt gemaakt van de vergoeding zoals die in het besluit wordt voorzien.
Ik denk dat we met deze manier van werken een evenwicht vinden tussen dierenwelzijn en de economische kant van deze exploitatie.
Mevrouw Robeyns heeft het woord.
Ik wil graag mijn appreciatie uitdrukken voor het ontwerp dat hier vandaag voorligt. Ik denk dat we op het vlak van dierenwelzijn, zowel voor de nertsenkwekerijen als het dwangvoederen, een enorme stap vooruitzetten. Uiteraard is er nog een overgangsperiode voorzien. Ik denk dat dat ook belangrijk is. Er zijn inderdaad nog een aantal details die nog niet volledig zijn uitgewerkt. Ik deel de mening van de heer Dochy dat daarover snel duidelijkheid moet komen.
Verder wil ik u feliciteren dat u in dit toch ook economisch moeilijke dossier in Vlaanderen een voortrekkersrol op het vlak van dierenwelzijn neemt. Ik ga ervan uit dat u dat ook in de toekomst blijft doen en dat u in Europa blijft ijveren voor verdere aanpassingen, zeker als het over dwangvoederen en foie gras gaat.
Mevrouw De Vroe heeft het woord.
We hebben het er ook al in de commissie over gehad dat het maatschappelijke draagvlak tegen het kweken van dieren voor hun pels zienderogen is gegroeid. Wij steunen volledig de beslissing om die sector te laten uitdoven. Het is uiteraard geen economische afrekening met de betrokken sector, daarom hebben we vanuit onze fractie ook heel erg aangestuurd op een correcte schadeloosstelling voor deze ondernemers. Het is een goede zaak dat er ondertussen 10 miljoen euro beschikbaar is om de betrokkenen schadeloos te stellen.
We zetten met dit ontwerp van decreet een stap vooruit, maar hiermee komt in de wereld uiteraard nog geen einde aan de pelsdierhouderij, noch aan de vraag naar bont. Op Belgisch niveau is het niet mogelijk om een importverbod in te voeren. Daarom vraag ik u, minister, wat u zult ondernemen om de Vlaamse consument aan te sporen om voor alternatieven voor bont te kiezen. Hoe tracht u het bontdebat op Europees, en zelfs op mondiaal vlak verder te beïnvloeden?
Verder gaat het ontwerp van decreet ook over het verbieden van dwangvoederen. In Vlaanderen gaat het dan concreet over één bedrijf. Ook hier merken we een spijtige paradox. We verbieden dwangvoederen, maar de Belg blijft – en dat moeten we toch ook durven zeggen – op een na de grootste consument van foie gras. Ook daarover vraag ik u wat we daarmee verder zullen doen. We zetten op het vlak van dierenwelzijn in Vlaanderen stappen vooruit, maar we moeten toch nog wel wat meer doen.
Het motto van Open Vld luidt ‘Gewoon doen’. Volgens datzelfde motto moeten we de genomen beslissing nu zo goed mogelijk uitvoeren, sereen en te goeder trouw. Wij zullen straks na deze stemming naar huis gaan, maar de betrokken ondernemers beginnen aan de ontmanteling van hun bedrijven.
Daarom wil ik er bij de minister op aandringen om de uitvoeringsbesluiten heel snel te publiceren, en zelf de stap naar de bedrijven te zetten. Zo kunnen we hen op een goede manier informeren over wat er van hen wordt verwacht, en waar ze terechtkunnen voor advies en ondersteuning.
Minister, u was zelf pleitbezorger voor een degressieve schadeloosstelling, om de uitdoving van de pelsdierhouderijen en het verbod op dwangvoedering sneller te laten verlopen. Wat geldt voor de beslissing tot stopzetting, moet uiteraard ook gelden voor de vergoeding ervan. We rekenen uiteraard op u voor een snelle, correcte en rationele afhandeling van het dossier, en een snelle uitbetaling van de schadeloosstellingen.
Op basis van deze ingesteldheid zal onze fractie dit ontwerp van decreet uiteraard met heel veel plezier steunen.
De heer Caron heeft het woord.
Minister, collega’s, proficiat met dit ontwerp van decreet. Het is een belangrijke stap voor dierenwelzijn, en het is een van de vele stappen die we in deze legislatuur al hebben genomen. Het is inderdaad een mooi voorbeeld van het evenwicht dat je kunt bereiken tussen de beleidsterreinen Dierenwelzijn en Economie. In dit geval doe je dat met degressieve schadevergoedingen.
Als het gaat over Europese normen en regels, dan heeft de Vlaamse Regering meestal de neiging om niet aan ‘gold plating’ te doen. Dat doen we nu wel met pelsdieren en met foie gras. En daarom wil ik u dubbel proficiat wensen, minister.
De heer Engelbosch heeft het woord.
Collega’s, dit is alweer een mijlpaal op het vlak van dierenwelzijn in deze legislatuur en in dit parlement. Ik ben zeer blij met het ontwerp van decreet dat hier vandaag voorligt. Ik ga de noodzaak van dit ontwerp van decreet niet uit de doeken doen, er zijn genoeg studies gebeurd. Er werd, ook in de commissie, uitvoerig besproken waarom die twee sectoren zouden moeten uitdoven. Iedereen is het daarover eens.
Minister, het is belangrijk dat u de sector ook ziet als een economische sector, en dat we naar een uitdoofbeleid gaan, waar vergoedingen tegenover staan. De mensen die daar hun brood mee verdienen, moeten inderdaad schadeloos worden gesteld. In de commissie is de vraag naar de uitvoeringsbesluiten ook al aan bod gekomen, en u hebt daar ook al gezegd hoe u dat precies zag. We rekenen erop dat dat er snel zal komen.
Collega De Vroe zei het al: het is een utopie te denken dat morgen niemand nog bont zal dragen of zieke levers wil eten in Vlaanderen. Dat zal wellicht nog een tijd blijven duren, en bij sommigen duurt dat nog heel lang, vrees ik.
Maar men moet als regio ook een voortrekkersrol spelen. We zien dat er in Europa hier en daar beslissingen worden genomen die het dierenwelzijn ten goede komen, en zo versterken we elkaar. Zo gaat het dierenwelzijn erop vooruit. Ik ben blij dat we in Vlaanderen, sinds het begin van deze legislatuur, een van de voortrekkers zijn geweest.
Er zijn twee dingen die me wel verontrusten, minister. De minister van Landbouw was hier daarnet ook aanwezig, en misschien kunt u dit met hem bespreken. Binnen Europa zie ik twee problemen, en het eerste is foie gras. Men weigert om een dikke lever, die bekomen wordt zonder dwangvoedering, te erkennen als foie gras. Zolang die regelgeving op Europees niveau niet wordt aangepast, blijft dat een probleem binnen de rest van Europa.
Ten tweede zijn er de pelsdieren. Europa wil een referentiecentrum, een observatorium voor de pelsdierkweek in het leven roepen. Dat zou een legitimatie zijn voor de kweek van pelsdieren, en dat is in Europa eigenlijk een stap terug. Ik hoop dat Vlaanderen daar een fel standpunt in inneemt, en dat we pleiten tegen de pelsdierhouderijen en de foie gras. Vlaanderen speelt een voortrekkersrol, en het is onze taak om ons standpunt ook binnen Europa te verdedigen. Want ik zie het daar op sommige vlakken de verkeerde kant uitgaan, eerlijk gezegd.
De heer Janssens heeft het woord.
Minister, ik wil ook mijn woorden van lof uitspreken voor de stappen die men heeft gezet inzake dierenwelzijn. Dit ontwerp van decreet is daarvan een voorbeeld. Het gaat dan wel over twee heel verschillende dieren – de problematiek rond de pelsdieren en de foie gras – maar de argumentatie voor de goedkeuring van dit ontwerp van decreet heeft eigenlijk hetzelfde uitgangspunt: het feit dat we vanuit ethisch oogpunt niet aanvaarden dat dieren voor de productie van een luxeproduct ofwel worden gedood – in het geval van pelsdieren – ofwel worden gedwangvoederd.
Ik denk dat het goed is dat hier na de goedkeuring van dit ontwerp van decreet een eind aan wordt gemaakt en dat we daarmee alweer een stap in de richting van meer dierenwelzijn zetten.
De heer Sanctorum heeft het woord.
Minister, zoals al is aangehaald, betreft het hier een goed en belangrijk ontwerp van decreet waarin een aantal principes inzake dierenwelzijn worden verankerd. We hebben in de commissie een debat gevoerd. Over bepaalde belangrijke details moeten nog door middel van uitvoeringsbesluiten beslissingen worden genomen. Ik ben tevreden dat u toen al het een en het ander hebt verduidelijkt over wat in die uitvoeringsbesluiten zal staan. Dit maakt natuurlijk deel uit van een grote politieke deal. Het is dan ook belangrijk dat die uitvoeringsbesluiten er nu snel komen. Misschien kunt u nog even vermelden wanneer dit punt op de agenda van de ministerraad zal staan.
Enkele jaren geleden heb ik zelf met betrekking tot zowel de pelsdierhouderijen als het dwangvoederen voorstellen van decreet ingediend. Dat waren toen heel felle debatten en de tijd bleek politiek nog niet rijp. Wat ik toen als argumenten heb gehoord, is dat foie gras eigenlijk een simulatie van een natuurlijk proces is en dat er in pelsdierhouderijen eigenlijk geen dierenwelzijnsproblemen zijn.
Nu horen we die argumenten niet meer tijdens politieke debatten. Nu is het aanvaard dat de uitzondering op het verbod op dwangvoederen voor die kwekerijen niet meer verenigbaar wordt geacht met dierenwelzijn. Ook pelsdierhouderijen staan haaks op de noden van nertsen en andere dieren die voor hun pels worden gekweekt. Daar is geen discussie meer over.
Dit toont aan dat vooruitgang op het vlak van dierenwelzijn effectief mogelijk is. Ik heb uit de verschillende toespraken afgeleid dat dit ontwerp van decreet nog maar eens unaniem zal worden goedgekeurd. De vorige beslissing, met betrekking tot het verbod op het onverdoofd slachten, is met een enkele onthouding zo goed als unaniem goedgekeurd, maar in dit geval lijkt het erop dat 124 Vlaamse volksvertegenwoordigers dit ontwerp van decreet zullen steunen. Ik denk dat dit kan tellen als democratisch signaal.
We moeten eerlijk zijn. Het gaat niet enkel om het dierenwelzijn. Ik denk dat steeds meer het besef groeit dat deze praktijken en deze sectoren in Vlaanderen weinig toekomst hebben. Deze maatschappelijke evolutie betekent niet enkel dat politieke vooruitgang mogelijk is, maar ook dat maatschappelijke druk werkt en tot een positieve evolutie kan leiden.
Ik denk dat het gepast is iedereen te bedanken die tot dit ontwerp van decreet heeft bijgedragen. Het voorliggend ontwerp van decreet is natuurlijk het eindpunt van een heel lang proces. Veel mensen hebben aan de kar getrokken. De mensen van GAIA kunnen hier in het bijzonder worden vermeld. Er zijn veel mensen betrokken geweest bij dit belangrijk ontwerp van decreet en ik zou hen hiervoor graag bedanken.
Minister Weyts heeft het woord.
Voorzitter, we hebben allemaal de groeten van Pamela Anderson. Dat is net binnengelopen. Ze heeft me een brief geschreven die eigenlijk tot ons allemaal is gericht om ons te bedanken voor onze inzet met betrekking tot deze problematiek. (Opmerkingen van de voorzitter)
Voorzitter, dat is misschien van na uw tijd, maar Pamela Anderson is geen voetballer, hoewel er enige referentie te maken valt. (Gelach)
Ik denk dat we allemaal fiere dierenvrienden en fiere Vlamingen kunnen zijn, want we zetten hier een serieuze stap. Ik sluit me aan bij de woorden van dank, want uiteindelijk was dit geen evident proces. Dit is het eindpunt van een lang diplomatiek en politiek proces. Aangezien dit noch met betrekking tot pelsdieren, noch met betrekking tot dwangvoeding in het Vlaams regeerakkoord stond, wil ik de meerderheid expliciet bedanken.
Toch zijn we nu op een moment van een bijna unanieme stemming. Dit was ook niet evident. Het is gemakkelijk om te zeggen dat we daar gewoonweg mee stoppen, maar dit is een economische sector die wel van belang is. Er worden in Vlaanderen nog altijd bij benadering 250.000 pelsdieren per jaar enkel en alleen voor hun pels gedood, in een 17-tal bedrijven, en dan wordt er ook nog eens 1 bedrijf gevat door het verbod dat we invoeren op dwangvoeding bij de productie van foie gras. Men kan dus niet zomaar met één vingerknip maken dat dit morgen gedaan is. Vandaar ook mijn uitdrukkelijk engagement om zo snel mogelijk te gaan naar een billijke uitdoofregeling en een billijke vergoeding voor die bedrijven die in dezen de deuren zullen moeten sluiten. We zorgen ervoor dat ze een vergoeding toegekend krijgen die inderdaad billijk is, die ook hoger is naarmate men sneller de deuren sluit. We hebben ter zake dus ook in een systeem voorzien. De uitvoeringsbesluiten liggen klaar. Die kunnen eigenlijk al worden goedgekeurd in de schoot van de Vlaamse Regering zodra we hier de decretale basis hebben. Wanneer dit wordt goedgekeurd, en vervolgens bekrachtigd en afgekondigd, dan kunnen wij de volgende stap in heel dit proces zetten. U hebt dus mijn garantie voor een billijke uitdoofregeling voor de betrokken bedrijven.
Ik zal vanzelfsprekend ook op Europees niveau het voortouw blijven nemen om te proberen zowel dwangvoeding als de pelsdierenkweek op Europees niveau een halt toe te roepen. Het is niet meer van deze tijd dat dieren nog enkel worden gekweekt voor hun pels. Het is zeker niet van deze tijd dat dieren worden gekweekt om ze uiteindelijk ziek te maken. In het geval van foie gras worden de dieren gekweekt om hen ziek te kunnen slachten. In de aanloop naar dat slachtproces wordt hun ook nog eens heel wat pijn toegebracht. Er bestaat vandaag inderdaad een Europese regeling die oplegt dat je enkel kunt spreken over foie gras, dat je enkel een lever kunt verkopen als foie gras, indien hij een minimaal gewicht heeft van 300 gram in het geval van eenden en 400 gram in het geval van ganzen. Dat maakt dat diegene die foie gras, met dat label, wil verkopen, wordt gedwongen om in de praktijk dwangvoeding toe te passen, wat compleet niet meer van deze tijd is, niet meer van deze wereld is.
Men zegt dan nog ter verantwoording dat het enkel gaat over de laatste veertien dagen van het leven van de betrokken eend of gans. Ja, dat is meestal waar, maar in die laatste twee weken wordt dus dwangvoeding toegepast en wordt, ik zeg het even van buiten, die lever qua gewicht ongeveer zeven maal groter. Dan weet je automatisch dat er iets niet in de haak is. Dat is dus echt een praktijk waarmee we op Europees niveau komaf moeten maken.
Trouwens, we zijn nu ook bezig met de ondersteuning van productietechnieken die maken dat je zonder de toepassing van dwangvoeding dezelfde kwaliteit, dezelfde smaak hebt op het vlak van foie gras. Ik heb daarover ook de volgende maanden nog contacten. We zijn nu zo ver dat ook dat kan. Ik hoop dus dat men op Europees niveau ook die richting uitgaat.
Wat de pelsdieren betreft, heeft de Europese Commissie inderdaad een opdracht uitgeschreven voor de totstandkoming van een soort observatorium inzake pelsdierenkweek. Terwijl wij in Vlaanderen twee stappen vooruit zetten, wordt er op Europees niveau minstens een stap achteruit gezet. Dat is een legitimering van de bestaande praktijken: men zal dit laten voortbestaan want men heeft een observatorium om vanuit die entiteit toe te kijken op het respect voor het dierenwelzijn. Ik ga ervan uit dat Vlaanderen en België tijdens de Landbouwraad op 18 maart, waar dat ter sprake komt, een afwijzende houding zullen aannemen ten opzichte van dat initiatief.
Nogmaals, dank aan velen. We zetten een goede stap vooruit en dat we dat hier doen, hopelijk met een voltallig Vlaams Parlement, is niet van een kleine symbolische betekenis.
Minister, heb ik goed begrepen dat er momenteel een techniek is waarbij zonder dwangvoedering kan worden gekomen tot een lever die dezelfde smaak en structuur heeft als foie gras? Ik weet dat de Vlaamse overheid een studie heeft bekostigd. Er is daarvoor indertijd 120.000 euro uitgetrokken. Zegt u nu dat er resultaten zijn geboekt? Heb ik dat goed begrepen?
Er kunnen eigenlijk twee sporen worden bewandeld om komaf te maken met dwangvoedering en te voorzien in alternatieven.
Enerzijds kan er een kweektechniek worden toegepast waarbij eenden en ganzen worden gekweekt met bepaalde belichtingstechnieken. Dit is al aangetoond met een proefproject in Frankrijk. Ganzen kweken een vette lever van nature vooraleer ze de grote trek aanvangen. Met belichting- en warmtetechnieken kan men ervoor zorgen dat de betrokken beesten in de waan zijn dat ze voor de grote trek staan waardoor ze dus automatisch van nature een vette lever aanmaken zonder dwangvoedering.
Anderzijds probeert men een lever die men bereikt heeft zonder dwangvoedering te herwerken en op te waarderen om te komen tot een kwalitatief product dat de vergelijking kan doorstaan met de foie gras zoals die vandaag wordt verkocht. Op dat vlak is er nu een techniek waarbij een gewone lever achteraf ingespoten wordt met vet om uiteindelijk een gelijkaardig vetpercentage te krijgen zoals de foie gras. Die techniek staat nog in zijn kinderschoenen, maar staat op het punt om gecommercialiseerd te worden.
Ik volg dat van nabij op. Ik heb ter zake ook overleg. Als blijkt dat dit een degelijk alternatief is, probeer ik ervoor te zorgen dat dit wordt gestimuleerd en, als het even kan, wordt gepromoot.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De algemene bespreking is gesloten.
Artikelsgewijze bespreking
Dames en heren, aan de orde is de artikelsgewijze bespreking van het ontwerp van decreet.
De door de commissie aangenomen tekst wordt als basis voor de bespreking genomen. (Zie Parl.St. Vl.Parl. 2018-19, nr. 1804/2)
– De artikelen 1 tot en met 12 worden zonder opmerkingen aangenomen.
De artikelsgewijze bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemming over het ontwerp van decreet houden.