Verslag plenaire vergadering
Verslag
Voor de volgende actuele vraag zal de heer Vandaele uitleggen waar de afkorting ‘SUV’ voor staat.
De heer Vandaele heeft het woord.
Voorzitter, dat staat voor ‘sports utility vehicles’. De Vlaamse Automobilistenbond (VAB) signaleert dat het aantal SUV’s, zeg maar de lichte terreinwagens, is gestegen van 8 procent van de auto’s tien jaar geleden tot 37 procent vandaag.
SUV’s zijn minder aerodynamisch, hebben bredere banden met meer wrijving en hebben meestal ook een zwaardere motor en hoger gewicht. Doorgaans hebben ze dieselmotoren. We weten dat de verkoop van personenauto’s op diesel flink terugloopt. Nu rijdt nog slechts een op de drie verkochte auto’s op diesel, wat een gunstige trend in de richting van benzinemotoren is. Die gunstige trend wordt echter tenietgedaan door de toename van het aantal SUV’s op diesel. Precies die diesel is een belangrijke bron van stoffen die schadelijk zijn voor het milieu en voor de volksgezondheid, bijvoorbeeld de stikstofoxiden.
Ik ga ervan uit dat u die trend die de VAB signaleert, onderschrijft. Ik neem aan dat u over even accurate gegevens en bronnen beschikt als de VAB. Ik wil u dan ook de volgende vraag stellen: welke concrete maatregelen kan Vlaanderen nemen om deze trend om te buigen?
Minister Schauvliege heeft het woord.
Collega Vandaele, bedankt dat u mij een vraag over Mobiliteit stelt.
Nee, over luchtververvuiling.
Ik zal daar met veel enthousiasme op antwoorden.
U weet dat we binnen de Vlaamse Regering, maar ook samen met het Vlaams Parlement, hebben beslist om de autofiscaliteit te vergroenen. We hebben daar eigenlijk een trendbreuk gerealiseerd. Kijk naar 2011 – en u zegt het ook zelf tijdens uw inleiding. Toen was 70 procent van de nieuwe personenwagens een dieselwagen. Ik heb de cijfers van 2018 – van elf maanden, want de cijfers voor de laatste maand hebben we nog niet – en daaruit blijkt dat 36 procent van de nieuwe personenwagens op de markt dieselwagens zijn. Het is dus gelukt om aan de hand van de vergroening van de autofiscaliteit de omslag te maken naar minder dieselwagens op de weg.
Het klopt echter dat mensen vaak emotioneel beslissen, wanneer ze een wagen kopen. Dat stond ook in het artikel van de VAB. Er worden inderdaad meer SUV’s verkocht. Eind december heb ik het initiatief genomen om de bevoegde ministers voor Mobiliteit en Financiën samen te brengen – destijds is de vergroening van de autofiscaliteit ook daar ontstaan – om na te gaan hoe we de vergroening van de autofiscaliteit kunnen bijsturen en om dat ook te gaan aanpakken.
De Vlaamse Regering heeft er altijd voor gepleit om daar een budgetneutrale operatie van te maken, omdat we niet wilden dat het iets werd dat de begroting beter zou maken, maar iets wat mensen echt richting een milieuvriendelijke wagen te brengen. Met de daling van de dieselwagens zijn we daarin geslaagd, maar we zien inderdaad nog een aantal verschuivingen. We hebben ook niet alle elementen in de hand, zoals u weet. We zitten nog met de leasingwagens waarrond collega Tommelein net voor zijn terugkeer naar het parlement nog een aantal pogingen heeft ondernomen om een samenwerkingsakkoord te krijgen over heel België. Bedrijfswagens zijn natuurlijk ook een federale bevoegdheid.
Eind december zijn we dus al samengekomen met Mobiliteit, Fiscaliteit en Omgeving om na te gaan hoe we de vergroening van de autofiscaliteit kunnen bijsturen om daar oplossingen voor te bieden. Daarnaast voeren wij vanuit het Departement Omgeving volop promotie – u hebt het misschien al gezien op sociale media – om ook de elektrische wagen te promoten. We hebben ook de premie. Dat zijn allemaal initiatieven die de Vlaming moeten overtuigen om een andere wagen te kopen. Nogmaals, vaak is het blijkbaar een emotionele keuze en moeten we proberen om zoveel mogelijk te sturen op een maatschappelijk verantwoorde manier.
Het klopt, minister, dat wij in de vorige en in deze legislatuur de verkeersfiscaliteit hebben vergroend, eerst met de belasting op de inverkeersstelling (BIV) en dan de verkeersbelasting. Ik denk dat dat een goede zaak is, maar hier concreet zien we – en dat is ook de aanleiding voor mijn vraag – dat er toch nog eens extra naar gekeken moet worden.
Zoals u zegt, rust de vergroening van de autofiscaliteit natuurlijk vooral op rationele elementen. Als we de factuur sturen, hopen we ook het gedrag te sturen, maar blijkbaar hebben we hier toch vooral te maken met emotionele of gevoelsmatige beslissingen, zoals de meeste beslissingen die we nemen in ons leven. Dat geldt blijkbaar ook voor de aankoop van een auto.
U zegt dat u op sociale media een campagne voert voor de elektrische auto en dat u nog andere plannen hebt. Misschien kan een campagne met betrekking tot SUV's, gebruikmakend van gevoelsmatige elementen, ook nuttig zijn.
Mevrouw De Vroe heeft het woord.
De regering heeft de fiscaliteit reeds vergroend. Minister Turtelboom heeft daar destijds het initiatief toe genomen en ik denk inderdaad dat we daar verder stappen vooruit moeten zetten. Het is zeer belangrijk om op die manier te blijven sturen en aan het roer te blijven zitten.
Daarnaast is het inderdaad belangrijk om elektrische wagens en andere milieuvriendelijke vervoersmodi te stimuleren en promoten, zoals minister Tommelein heeft gedaan.
Het is ook belangrijk, minister, om de consument verder te sensibiliseren. Ik wil u dan ook graag vragen welke acties u wat dat betreft zelf zult ondernemen.
De heer Vandenbroucke heeft het woord.
Minister, we zien dat de premie voor elektrische wagens in Vlaanderen minder dan een druppel op een hete plaat is. Vorig jaar en het jaar daarvoor hebben amper 726 mensen zo'n premie aangevraagd. 726 elektrische wagens op een wagenpark in Vlaanderen van 3,5 miljoen auto's, dat is peanuts.
Een veel groter probleem dan de nieuwe wagens die mensen kopen, collega's, zijn de oude wagens die nog rondrijden. 20 procent of 700.000 wagens die in Vlaanderen rondrijden, zijn ouder dan 13 jaar. Dat zijn wagens met euronorm 3 of lager. Die hebben geen roetfilter of niets. Die vervuilen 20 tot 30 keer meer dan moderne wagens. En die blijven hier circuleren, omdat we een tweedehandsmarkt hebben die groter is dan de markt voor nieuwe wagens.
Ik stel voor, minister, om de vele miljoenen die de Vlaamse Regering elk jaar over heeft doordat te weinig mensen zich een nieuwe elektrische wagen kunnen permitteren, in de vorm van een slooppremie te geven aan die mensen die vandaag met een oude roetbak rondrijden, zodat zij gestimuleerd worden om die wagen definitief weg te halen van onze wegen. Dat heeft een veel grotere impact op de uitstoot van het verkeer dan het geven van een cadeaubon van 3000 euro aan mensen die een auto van 50.000 euro kopen.
De heer Rzoska heeft het woord.
Minister, ik ben de eerste om te onderkennen dat er al stappen zijn gezet wat betreft de vergroening van de autofiscaliteit. We hebben daar al eens aan gesleuteld, als ik me niet vergis op voorstel van collega Diependaele. Ik ben blij dat u nu een opening laat. Vanuit mijn fractie vonden wij het van belang om die vergroening in te zetten. We zijn zeer ver meegegaan in het verhaal, maar ik heb vanuit de Groenfractie altijd een voorbehoud gemaakt bij de manier waarop we gepuzzeld hebben rond die plug-inhybrides en vooral de SUV’s. En ik moet eerlijk zeggen dat ik mij wat in het gelijk gesteld voel door de cijfers van VAB.
Ik denk dus dat we met de betrokken commissie toch eens zouden moeten bekijken – en u hebt daar al een opening voor gelaten – of we die anomalieën niet kunnen wegwerken, zodat we die vergroening echt kunnen inzetten op de manier zoals dit Vlaams Parlement het ook bedoeld heeft.
Collega's, bedankt voor de constructieve opmerkingen en voor het feit dat iedereen het denkwerk verder wil zetten. Het is ook geen eenvoudige oefening. We willen dat het budgetneutraal is, dat het niet iets is dat de schatkist verrijkt, maar dat het ervoor zorgt dat we ecologische winst hebben en geen financiële winst. Daarnaast heb je natuurlijk ook een verschil in fijnstof, NOx, en CO2. Een dieselwagen stoot meer fijn stof uit, een benzinewagen meer CO2. Dat is al een heel ingewikkelde puzzel.
Daarnaast is er natuurlijk ook de sociale component. Je moet er rekening mee houden dat niet iedereen het zich kan permitteren om een nieuwe wagen te kopen. Ik weet dat er vanuit de oppositie een aantal suggesties zijn rond een slooppremie. We hebben in het buitenland gezien dat dat ook niet de zaligmakende oplossing is. Of je nu een premie geeft om te slopen of een premie voor de aankoop van een elektrische wagen, het zijn allemaal premies waarbij je moet kijken wat het effect is en hoe we ten volle kunnen sturen.
Ik ben bereid om dat te bekijken, samen met de bevoegde collega’s Weyts en Peeters. We zullen dat zeker doen, ook samen met het parlement en de bevoegde commissie. Maar daarnaast moeten we ook werken op sensibilisering. Daarom zijn we vanuit Omgeving zopas met een grootschalige campagne begonnen – u hebt ze misschien nog niet gezien, ze loopt via de sociale media, Facebook, Instagram en dergelijke meer – om de elektrische wagen volop te gaan promoten. Het is vers van de pers. Het is iets nieuws dat de komende weken verder zal worden uitgerold, allemaal vanuit het besef dat je op verschillende componenten moet werken.
Ik wil nog eens herhalen, collega's, dat we niet alles zelf in de hand hebben. Een aantal aspecten behoren tot de federale bevoegdheid. Maar waar we dat kunnen, zullen we zeker kijken hoe we kunnen bijsturen. Ik vind het heel belangrijk – dat zijn ook de randvoorwaarden die deze Vlaamse Regering heeft afgesproken – dat het budgetneutraal blijft en dat het iets is dat sociaal verantwoord is, dat het dus niet zo is dat wie de middelen heeft, zich een milieuvriendelijke wagen kan permitteren, en wie dat niet heeft, heel veel betaalt en op die manier totaal onrechtvaardig wordt behandeld. Dat zijn belangrijke randvoorwaarden waar we met zijn allen verder aan kunnen werken.
Voorzitter, ik voel eigenlijk een duidelijke wil bij dit parlement en de verschillende partijen – misschien met een andere klemtoon – om dit thema vast te houden, en op de ingeslagen weg voort te gaan. Minister, u zegt dat we moeten bijsturen waar dat nodig is, en ik denk dat we dat inderdaad moeten doen.
De actuele vraag is afgehandeld.