Verslag plenaire vergadering
Verslag
Voorstel tot spoedbehandeling
Dames en heren, vanmiddag heeft de heer Matthias Diependaele bij motie van orde een voorstel tot spoedbehandeling gedaan van het voorstel van resolutie van Axel Ronse, Robrecht Bothuyne, Emmily Talpe, Miranda Van Eetvelde, Peter Van Rompuy en Karl Vanlouwe betreffende de beslissingen van de commissie Werkgelegenheid en de plenaire vergadering van het Europees Parlement over de coördinatie van de sociale zekerheid.
De heer Ronse heeft het woord.
Het Europees Parlement heeft een onderhandelingstekst bij meerderheid goedgekeurd. We hebben zonet een aantal actuele vragen gehad daaromtrent. Ik denk dat elke fractie hier aanwezig de problematiek als bijzonder acuut beschouwt, temeer omdat de onderhandelingen opgestart worden met de ministers van Werk. En dit Vlaams Parlement, dat zichzelf respecteert, is toch verplicht om daar een deftig, onderbouwd standpunt over in te nemen.
Is het parlement het eens met dat voorstel tot spoedbehandeling? (Neen)
Dan stemmen wij bij zitten en opstaan over het voorstel tot spoedbehandeling.
De volksvertegenwoordigers die het voorstel wensen aan te nemen, wordt verzocht op te staan.
De tegenproef.
Het voorstel tot spoedbehandeling is aangenomen. Dan stel ik voor dat het voorstel van resolutie van Axel Ronse, Robrecht Bothuyne, Emmily Talpe, Miranda Van Eetvelde, Peter Van Rompuy en Karl Vanlouwe betreffende de beslissingen van de commissie Werkgelegenheid en de plenaire vergadering van het Europees Parlement over de coördinatie van de sociale zekerheid onmiddellijk wordt behandeld.
Is het parlement het daarmee eens? (Instemming)
Het incident is gesloten.
Bespreking
Dames en heren, aan de orde is het voorstel van resolutie van Axel Ronse, Robrecht Bothuyne, Emmily Talpe, Miranda Van Eetvelde, Peter Van Rompuy en Karl Vanlouwe betreffende de beslissingen van de commissie Werkgelegenheid en de plenaire vergadering van het Europees Parlement over de coördinatie van de sociale zekerheid.
De bespreking is geopend.
De heer Ronse heeft het woord.
Collega’s, ik was eigenlijk eerst van plan om mijn tussenkomst gewoon vanop de banken te doen. Maar groot was mijn verbazing toen zonet bleek dat de oppositie de spoedbehandeling niet zag zitten, door letterlijk te blijven zitten. En ik zou het woord toch ook aan de oppositie willen richten.
Ik denk dat iedereen in dit halfrond, elke fractie, al heeft aangegeven dat de regeling om na één dag hier in België te werken, en 311 dagen voordien in het thuisland, tot waanzinnig zotte toestanden kan leiden wat betreft onze sociale zekerheid. Onze sociale zekerheid dreigt daardoor niet meer houdbaar te zijn. Tegelijk heeft elke fractie zich uitgesproken tegen sociale dumping. Niet enkel vandaag, maar ook de voorbije jaren zie ik toch een grote politieke consensus om op Europees niveau sociale dumping aan te pakken. De onderhandelingstekst die Europa heeft voorgelegd, heeft ook een aantal goede uitgangspunten inzake de aanpak van sociale dumping, niet het minst wanneer we spreken over de bouwsector, de transportsector, en noem maar op.
We hebben met de meerderheidsfracties een bijzonder evenwicht bewaard in deze resolutie. We hebben er echt over gewaakt dat de klemtoon ook wordt gelegd op die goede uitgangspunten rond sociale dumping. En we hebben heel bewust gefocust op die ééndagsregel als punt dat dit Vlaams Parlement niet kan aanvaarden.
Collega’s, ik denk dat het bijzonder verstandig zou zijn om deze resolutie unaniem mee goed te keuren, want enkel op die manier geven we aan Europa, aan de ministers van Werk binnen de Europese Raad die over die tekst moeten onderhandelen, het signaal dat het parlement – over meerderheid en oppositie, over links tot rechts tot centrum – het unaniem eens is dat onze sociale zekerheid ons kostbaarste goed is, en dat er een vuist moet worden gemaakt tegen sociale dumping. Collega’s, ik hoop op uw unanieme goedkeuring. (Applaus bij de N-VA)
De heer Bothuyne heeft het woord.
Voorzitter, daarnet tijdens de actuele vraag hebben we allemaal de gelegenheid gehad om onze positie kenbaar te maken en die is duidelijk. Elke partij in dit halfrond hecht bijzonder veel belang aan een Europese aanpak van fenomenen zoals sociale dumping, oneerlijke concurrentie in bijvoorbeeld de bouwsector en wil onze sterke sociale zekerheid behoeden voor zaken die daar een bedreiging voor kunnen zijn. Het al te snel meenemen van opgebouwde rechten uit andere EU-lidstaten, kan daar inderdaad nefast voor zijn.
Ik wil toch een punt van nuance inbrengen. Weet u dat het enkel deze Federale Regering – en u weet dat dit een en dezelfde regering is als die van 2016 (Gelach) – en deze minister van Werk is die ervoor hebben gezorgd dat er een verstrenging in België tot stand is gebracht voor het meenemen van rechten opgebouwd in andere Europese landen? Het was tot en met 2016 zo dat deze vanaf dag één mee konden worden genomen. De situatie waar we nu voor vrezen en waarschuwen ten aanzien van Europa, bestond tot en met 2016 in ons land. Ik stel samen met u vast dat dit geen waanzinnig groot uitkeringstoerisme met zich mee heeft gebracht. Er bestaat een risico op en dat willen we tenietdoen door het Belgische systeem, ingevoerd door minister Peeters, over Europa te veralgemenen, namelijk een periode van drie maanden bijdrage als een minimum te beschouwen om rechten te openen in het land waar men werkt en men een uitkering wil aanvragen. Ik wil dus toch enige nuance brengen in de lichte paniekzaaierij die daarnet door sommige fracties is gezaaid.
We steunen dit voorstel van resolutie, dat belangrijk is. Ik hoop dat elke partij in dit halfrond effectief dit voorstel van resolutie zal steunen omdat het op een evenwichtige manier de strijd tegen sociale dumping aangaat en onze sociale zekerheid maximaal wil vrijwaren van misbruik. (Applaus bij CD&V)
Mevrouw Talpe heeft het woord.
De beslissing om mensen uit het buitenland die één dag bij ons komen werken, recht op werkloosheidsuitkering te geven en dat tot zes maanden na het vertrek uit de lidstaat, is een brug te ver. Meer nog, het is ongehoord omdat we met onze specifieke werkloosheidsverzekering die onbeperkt is in de tijd en weldra zal werken met het principe van degressiviteit waarbij de uitkering in het begin hoger zal zijn, dreigen malafide figuren aan te trekken.
We mogen echter ook geen misverstanden laten bestaan. Het is niet zo dat iemand die nooit heeft gewerkt na één dag werken in België, opeens een werkloosheidsuitkering kan krijgen. Men moet dus wel degelijk een voldoende aantal dagen hebben gewerkt vooraleer men die uitkering kan krijgen. Dat is een heel belangrijke nuance. Het volstaat echter niet om het Europees voorstel te steunen.
We hebben in 2016 in ons land bepaald dat mensen hier minimaal drie maanden moeten werken vooraleer ze in aanmerking komen voor een uitkering. Voordien hadden we de regel van één dag, waarvan iedereen toch aanvoelde dat die veel te royaal was en de deur openzette voor misbruiken.
We zijn heel tevreden met het voorstel van resolutie en de tekst is ook niet louter negatief. We erkennen ook de goede elementen uit het akkoord dat door het Europees Parlement is goedgekeurd. We vragen de regering toch om een aantal zaken af te blokken, waaronder één dag werken om een uitkering te bekomen en zeker ook de termijn van zes maanden.
Het is ook zo dat onze regels bepalen dat wie hier een werkloosheidsuitkering ontvangt opnieuw naar werk hoort te zoeken. Ook hier botst het Europees voorstel op problematische situaties, want hoe moet VDAB, al dan niet in samenwerking met de Europese bemiddelingsdiensten, deze mensen activeren, controleren en desgevallend sanctioneren? Er zijn dus nogal wat praktische vragen bij de uitvoerbaarheid.
Precies daarom ondersteunen we dit voorstel van resolutie en vragen we aan de minister om er bij Europa op aan te dringen om eerst orde op zaken te stellen, zodat misbruiken vermeden kunnen worden en de Europese eenheidsmarkt volgens de regels van de kunst voor werknemers geoptimaliseerd kan worden.
De heer Janssens heeft het woord.
Voorzitter, er staan in de toelichting bij dit voorstel van resolutie een aantal elementen die wij mogelijk anders zouden hebben verwoord, indien wij de pen hadden vastgehouden. Anderzijds vind ik er een aantal elementen in terug die quasi gekopieerd hadden kunnen worden uit mijn actuele vraag van deze namiddag aan minister Muyters.
Ik verwijs naar het feit dat de nieuwe plannen van het Europees Parlement om EU-buitenlanders na één dag werken in ons land recht te geven op een werkloosheidsuitkering, een grote impact op ons sociaalzekerheidsstelsel zal hebben.
Er is vooral ook de zin in de toelichting die in feite een Vlaams Belangprincipe huldigt, met name het feit dat Europese nieuwkomers eerst gedurende enige tijd aan het systeem moeten bijdragen alvorens ze ervan kunnen genieten. Dat is inderdaad al sinds jaar en dag een pleidooi dat wij met het Vlaams Belang ook houden. Dat moet er onder meer voor zorgen dat het welvaartstoerisme wordt voorkomen, dat we de afbraak van de sociale zekerheid ten nadele van onze eigen mensen voorkomen. Ik vind dus in de tekst van het voorstel van resolutie de essentie van mijn betoog van deze namiddag terug, en daarom zullen we het ook goedkeuren.
De heer Bertels heeft het woord.
Voorzitter, ik wil toch even iets zeggen met betrekking tot de socialezekerheidscoördinatie binnen Europa. Ik ben het ermee eens, en ik hoop dat jullie het er ook mee eens zijn, dat er in het voorstel zoals dat nu voorligt, goede zaken staan. Er is de bestrijding van sociale dumping, de bestrijding van sociale fraude, zoals jullie ook hebben genoemd. Er is ook een streven naar evenwicht van sociale rechten van mobiele werknemers, ook mobiele werknemers vanuit ons land. We zijn het met jullie eens, en dat hebben we ook daarstraks in de discussie gezegd, dat wat jullie nu de ‘eendagregel’ noemen, die af en toe uit alle context wordt getrokken, maar bon, niet aanvaardbaar is voor Vlaanderen en voor ons land.
Met betrekking tot de eerste twee punten kunnen we jullie dus volgen, maar er is dan het derde punt dat jullie daarbij trekken, de zes maanden meeneembaarheid van de werkloosheidsuitkering. De motivering die daarbij onder meer wordt gegeven, is de aanleiding van de toekomstige versnelde degressiviteit van de werkloosheidsuitkeringen. Wat dat betreft, gaat u voor ons één pas te ver. Dat is iets erbij sleuren dat er niks mee te maken heeft. Wegens die derde maatregel en de motivering die daaraan wordt gegeven door de collega’s hier, kunnen wij voor dat derde puntje niet akkoord gaan. Volledig akkoord met de eerste twee punten, maar het derde, zoals het wordt gemotiveerd, gaat meer dan één pas te ver.
Wensen de indieners daarop te reageren? Neen?
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemming over het voorstel van resolutie houden.