Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Janssens heeft het woord.
Voorzitter, premier Michel is op rondreis in onze buurlanden. Eerder deze week was hij in Frankrijk en vandaag spreekt hij in Duitsland met bondskanselier Merkel. Later deze maand is er dan de Europese top in Brussel.
Als ik denk aan wat premier Michel vorige maand, overigens eentalig in het Frans, in het Europees Parlement heeft verkondigd, houd ik mijn hart vast. Hij had het over meer integratie in de EU en meer bevoegdheden voor de EU. De EU is de oplossing voor haast alle problemen.
En hij kreeg daar weliswaar applaus voor van Juncker en co, maar minister-president, hij spreekt daar ook namens de Vlamingen en, voor zover ik dat kan inschatten, ook namens de ministers van uw partij in de Federale Regering. De thema’s die nu zullen worden besproken, zijn onder andere de eurozone, de handelsrelaties met de Verenigde Staten, maar vooral hot topic van het moment, namelijk migratie. En net wat dat betreft, is de Europese Unie het spoor volledig bijster. Heel wat lidstaten zijn intern verdeeld, andere lidstaten die geen massa-immigratie willen, zoals Italië, Hongarije, Polen en andere, worden veroordeeld, en nog andere lidstaten, zoals België, lopen slaafs aan het handje van de Europese Unie. Maar het spreekt voor zich, minister-president, dat de standpunten die premier Michel op het Europese forum inneemt, ook standpunten zijn namens de Vlamingen. En de vraag is in welke mate de Vlaamse Regering überhaupt een inbreng heeft in de stellingnames die de federale premier op het Europese forum inneemt.
U hebt in uw regeerakkoord gezegd dat u een assertief beleid wilt en dat u Vlaanderen in het buitenland wilt promoten, maar dan moet dat ook gebeuren wanneer de federale premier namens België spreekt. Minister-president, neemt u, neemt de Vlaamse Regering initiatief om invloed uit te oefenen op de standpunten die de premier ook namens Vlaanderen op het Europese forum inneemt?
Minister-president Bourgeois heeft het woord.
Mijnheer Janssens, ik vraag me in alle oprechtheid af van welke planeet u komt. Ik zie u wel en uw fractiegenoten niet meer in de commissie Buitenlands Beleid, al een hele tijd niet meer. Volgt u daar ook de debatten niet? Weet u ook niet wat we daar bespreken? We hebben het daar precies over al die belangrijke dossiers zoals CETA, de brexit, de Europese visie, de handelsverdragen, het protectionisme, de migratie, de asielproblematiek. We behandelen dat daar allemaal.
U krijgt net als alle andere parlementsleden elke maand het rapport van de Vlaamse Regering met de stand van zaken van alle Europese dossiers en met de standpunten die worden ingenomen. En u zou dus moeten weten dat alle standpunten op de Europese raden – of dat dan de vakraden zijn of de raden van de staats- en regeringsleiders – intra-Belgisch op de Directie-Generaal Europese Zaken en Coördinatie (DGE) worden voorbereid. Wie daar ook aan deelneemt – een deelstaatminister of een federaal minister –, vertolkt de mening die intrafederaal is afgestemd binnen de DGE.
Zo zal dat ook zijn voor de raad eind juni en zo wordt dat ook voorbereid. Wij zijn heel actief bezig met het meerjarig financieel programma, met asiel en migratie, met de toekomst van de Europese Unie. U kent onze Europese visie, die is voorgesteld en besproken in het parlement. Als u dan zegt dat de premier geen gedachtewisselingen meer mag hebben met Macron of Merkel, dan getuigt u van een wereldvreemdheid die ik niet snap.
Ik doe hetzelfde. Als u kijkt naar mijn berichten op sociale media, dan zult u zien hoeveel ministers ik ontmoet van binnen en buiten de Europese Unie, hoeveel ambassadeurs ik ontmoet, hoeveel contacten ik heb met Europese commissarissen. Het is toch doodnormaal dat je die gedachtewisselingen hebt.
Een ander punt is dat wij die standpunten intrafederaal voorbereiden. Uw vraag is dan ook totaal onbegrijpelijk. (Applaus bij de N-VA)
Minister-president, wanneer u zegt dat de federale premier inderdaad het standpunt vertolkt, ook namens Vlaanderen, dan vraag ik me af op welke planeet de regeringen van dit land leven. Wanneer ik hoor dat premier Michel op het Europese forum standpunten inneemt voor meer bevoegdheden voor de Europese Unie en dus minder voor Vlaanderen, voor meer integratie en immigratie en dergelijke meer, dan vraag ik me af namens wie hij daar spreekt. Hij spreekt daar in elk geval niet namens de Vlamingen, want ik ben ervan overtuigd, en dat blijkt ook uit heel wat enquêtes en peilingen, dat Vlamingen geen voorstander zijn van open grenzen, dat Vlamingen geen voorstander zijn van meer bevoegdheden voor de Europese Unie en dus minder voor de lidstaten, en dat Vlamingen geen voorstander zijn van een Europese superstaat die beslissingen neemt boven de hoofden van de mensen. Als u dus vraagt op welke planeet ik leef, dan vraag ik u namens wie de premier spreekt daar in Europa. In elk geval niet namens de meerderheid van de Vlamingen. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Welke mensen van deze planeet wensen zich aan te sluiten?
De heer Van Overmeire heeft het woord.
Ik neem het woord op deze planeet om toch even te onderstrepen hoe belangrijk het is dat ook het Vlaamse standpunt wordt gehoord in deze cruciale tijden van de Europese Unie, waar heel veel dingen op losse schroeven lijken te staan en ook op losse schroeven staan en allerlei mensen allerlei verklaringen afleggen. Dat is natuurlijk altijd je goed recht als politicus. Maar de vraag is met welk formeel standpunt je uiteindelijk als lidstaat – tot nader order is dat helaas België, maar goed, dat is een heel ander debat – aan tafel komt zitten, los van alle verklaringen in de pers.
Dan moet het toch wel duidelijk zijn dat het Europese beleid van de federatie ook het beleid is van de gefedereerde entiteiten, van de deelstaten. Het doet mij dan ook groot plezier dat, zeker in deze legislatuur, Vlaanderen ambitie toont, dat Vlaanderen bijvoorbeeld ook zijn eigen diplomatiek netwerk heeft uitgebreid, dat Vlaanderen, zoals de minister-president heeft opgelijst, in overleg met het parlement heel erg met Europa bezig is en als bewijs die visienota over de toekomst van de Europese Unie heeft opgesteld. Daar staan op zijn minst alle Vlaamse neuzen binnen de meerderheid in dezelfde richting. Dat is voor ons het handvest om naar Europa te kijken. De vraag is niet 'welke verklaring leggen x, y en z ergens af?', maar wel 'welk standpunt wordt op de Directie-Generaal Europese Zaken en Coördinatie (DGE) opgemaakt?'.
Minister-president, is er reden om ons zorgen te maken? Moeten we vaststellen dat Vlaanderen daarin te weinig doorweegt? Denkt u dat de standpunten, zoals die in de visienota over de toekomst van de Europese Unie geformuleerd zijn… (Opmerkingen van de voorzitter)
Dat is mijn vraag, voorzitter, zoals men die op onze planeet stelt. Komt de visie van die visienota voldoende in dat standpunt op de DGE naar voren? (Applaus bij de N-VA)
De heer De Croo heeft het woord.
Van de tijd die ik doorbreng in de commissie Buitenlands Beleid is mij bijgebleven dat we nog nooit zo actief zijn geweest in die commissie als tijdens de laatste jaren. Ik denk dat de commissie u dankbaar is, net als het Bureau van dit huis, om dat mogelijk te maken. Het zijn open debatten, belangrijke debatten. We hebben commissarissen ontvangen, en ook vele andere mensen. Ik stel vast dat de vraag die werd gesteld alleen ‘ad usum domesticum’, voor intern gebruik, is. Ik begrijp dat.
Ik meen te weten dat mevrouw Merkel een uitnodiging heeft gericht naar alle premiers of presidenten van de Europese landen in voorbereiding van een belangrijke Europese Raad, waar monetaire problemen, de bankorganisatie, op de agenda staan. Ik ben ervan overtuigd dat de standpunten die daar naar voren worden gebracht, in een positief federalisme dat ik belijd, daar afgesproken zijn waar ze moeten worden afgesproken.
De enige vraag is dus, voorzitter, dat dit ook in de loop van de communicatie van onze standpunten goed wordt bewaakt namens ons parlement en onze regering.
Collega Janssens, waar haalt u het dat er wordt gepleit voor een uitbreiding van de Europese Unie, dat er wordt gepleit voor open grenzen, voor een ongebreideld migratiebeleid? Dat is helemaal niet aan de orde. Premier Michel heeft dat ook niet verdedigd. Het EU-migratie- en asielbeleid is inderdaad een thema dat nu zal worden behandeld onder het Oostenrijkse voorzitterschap. Ik heb trouwens al een eerste contact gehad met de ambassadrice van Oostenrijk, dat dit heel intens aan het voorbereiden is.
De lijn die we daarin nemen, net als België, is inderdaad dat de buitengrenzen moeten worden bewaakt en versterkt. Als je de binnengrenzen open wilt houden, dan moet je daar maatregelen nemen. Er zijn nog discussies binnen Europa, maar ik heb geen schrik dat we op Vlaams en federaal niveau op verschillende lijnen zullen komen te staan.
Zoals ik heb gezegd – ik beklemtoon dat en ben er ook trots op – wegen wij proactief op die Europese besluitvorming, intrafederaal. Wij werken daar inderdaad zeer intens op. We wachten niet tot op de dag van de vergadering. Wij bestuderen dossiers. We zitten met 25 mensen in de Permanente Vertegenwoordiging, zodat de antennes zeer vroeg alle signalen doorgeven. In het Departement Buitenlandse Zaken hebben we een heel goede ploeg mensen die daarop werkt. Bovendien zijn er in mijn kabinet mensen die uitsluitend op de Europese Unie werken.
U kent de Europese visie van de Vlaamse Regering. Wij zeggen inderdaad dat er enerzijds verdieping nodig is van de Unie: een transportunie, een digitale unie, een energie-unie. Dat zijn voorbeelden waarvan wij zeggen dat het een versterking is van de interne Europese markt.
Gaan wij daarom voor een Europese superstaat? Neen. Het subsidiariteitsbeginsel is daarvoor een heel prominent beginsel. Zo is dat goedgekeurd door de Vlaamse Regering. Wat wij kunnen beslissen, moet niet op Europees vlak beslist worden. Wat de steden kunnen beslissen, moet niet op Europees vlak beslist worden. Dat zijn de leidraden in dat beginsel. Eenheid in verscheidenheid. Die meerwaarde van Europa, zeker in deze tijden, in deze mondiale tijden, staat nu toch wel buiten kijf. Stel u even voor dat we geen eengemaakt Europees handelsbeleid zouden hebben. Hoe zouden we dan reageren op de troebele situaties die er nu zijn en op de protectionistische maatregelen die aangekondigd worden? We moeten onze levenslijnen openhouden, die Vlaanderen alleen niet zou kunnen openhouden. We leven van de export. We hebben die Europese Unie nodig als een hefboom. Het is dus een zeer evenwichtig verhaal: meer Europese Unie als die een bewezen meerwaarde levert, als er een toegevoegde waarde is. Dat is ook het standpunt op federaal vlak.
Waar dat niet het geval is, waar Vlaanderen, België, Frankrijk of andere lidstaten het best zelf verantwoordelijkheden en bevoegdheden uitoefenen en beslissingen nemen, daar gebeurt dat ook. Dat staat veel dichter bij de democratie. Dat is de manier waarop wij Europa bottom-up wensen op te bouwen.
Wij wegen dus op al die dossiers. Zeggen dat er geen gedachtewisselingen mogen zijn en dat de premier niet naar Merkel mag gaan als hij uitgenodigd wordt, dat is echt een brug te ver. (Opmerkingen)
Zoek daar niets achter. Het is heel normaal dat staats- en regeringsleiders – ik doe niets anders – van gedachten wisselen, afspraken maken met elkaar, aftasten hoe de ene en de andere tegen zaken aankijken. Dat hoort ook zo. Anders kun je niet tot voldragen standpunten komen, als je niet weet wat er leeft elders in de Europese Unie.
Minister-president, als zelfs uw partijgenoot en zeer actief lid in de commissie Buitenlands Beleid zich afvraagt of Vlaanderen misschien niet te weinig doorweegt, dan zult u toch wel willen begrijpen dat ook ik kritisch ben voor de mijns inziens te lakse houding van de Vlaamse Regering op het Europese forum. Wij zijn inderdaad kritisch. Wij zijn eurokritisch omdat wij in tegenstelling tot nagenoeg alle andere partijen in dit parlement geen vertrouwen hebben in een Europese Unie die de bevoegdheden van de naties wil uithollen, geen vertrouwen hebben in een Europese superstaat die inderdaad beslissingen neemt zonder de mensen daarin te willen kennen. Denk maar aan het catastrofale immigratiebeleid van de Europese Unie van de laatste jaren.
Om al die redenen vraag ik u om de stem van de Vlamingen luider te laten klinken op het Europese forum en vooral ook om aan de federale premier te vragen om met zijn regering niet slaafs aan het handje van de EU-bonzen te lopen.
De actuele vraag is afgehandeld.