Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de regionale bevoegdheid inzake bedrijfsherstructureringen, naar aanleiding van het sociaal akkoord bij Carrefour
Actuele vraag over de royale SWT-regelingen in het sociaal voorakkoord bij Carrefour
Verslag
De heer Ronse heeft het woord.
Minister, ik ben eigenlijk vrij teleurgesteld. Ik ben teleurgesteld omdat ik gisteren vernam dat ongeveer zeshonderd mensen die competent zijn, die ervaring hebben en die hun job met passie uitgevoerd hebben, al vanaf de leeftijd van 56 jaar ‘afgeserveerd worden’. Vanaf de leeftijd van 56 worden ze in een stelsel gestoken dat ik ‘brugpensioen’ zal blijven noemen. Daarin houden ze ongeveer 95 procent van hun nettowedde over, via een combinatie van werkloosheidsuitkering en een premie van Carrefour.
Dat zijn mensen waarvan wordt verwacht dat VDAB hen kan activeren, ondanks het feit dat ze slechts een fractie meer zouden verdienen door te werken dan door in hun statuut te blijven zitten. Bovendien moeten ze slechts ‘aangepast beschikbaar’ zijn. Ze moeten dus niet actief zoeken naar jobs en VDAB kan hun niet gelijk welk soort job voorstellen.
Dat is een akkoord dat heden ten dage wordt gesloten, in tijden waarin, enkel bij VDAB dan nog, ongeveer zesduizend jobs open staan voor de functie van winkelbediende, in tijden waarin heel onze arbeidsmarkt schreeuwt om talent, om mensen. Dan wordt zo’n akkoord gesloten door de vakbonden en Carrefour.
Minister, ik heb eigenlijk maar één vraag voor u. Kunt u als Vlaams minister van Werk al uw gewicht in de schaal leggen om zo’n stommiteit, zo’n crimineel feit alstublieft te vermijden?
De heer Bothuyne heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, laten we niet vergeten dat de herstructurering die plaatsvindt bij Carrefour, in de eerste plaats een drama is voor iedereen die erdoor getroffen wordt. We horen hier woorden als “criminele feiten”. Ik denk dat niemand die getroffen wordt door deze herstructurering, daarom gevraagd heeft. Integendeel, dit is een van de grootste herstructureringen van de laatste jaren en we moeten daar met zorg mee omgaan: zorg voor de betrokkenen en zorg voor het bedrijf. Een van de positieve elementen van het sociaal plan dat voorligt, is toch de werkzekerheid voor de komende 4,5 jaar voor diegenen die wel nog aan de slag kunnen blijven bij Carrefour.
Ik ben het eens met collega Ronse dat we talent niet zomaar mogen verspillen. Dat is bijzonder belangrijk. We hebben talent nodig. Er is op dit moment arbeidskrapte in Vlaanderen. Het talent van de medewerkers van Carrefour die nu getroffen worden door deze herstructurering, mogen we niet zomaar overboord gooien.
Collega’s, ik heb nieuws: het brugpensioen is al een tijdje afgeschaft, ook al lijkt dat misschien niet zo als u uw krant openslaat. We hebben het op dit moment niet meer over brugpensioen maar over SWT, het stelsel voor werkloosheid met bedrijfstoeslag. De aanpassing van het brugpensioen naar SWT is veel betekenisvoller dan u in uw krant kunt lezen. Het geeft meer bevoegdheid aan Vlaanderen om op dat vlak stappen te zetten, zowel bij de beoordeling van het herstructureringsplan als uiteindelijk bij de begeleiding en activering van de getroffen mensen.
Minister, ik heb dan ook een zeer eenvoudige vraag. Hoe bent u betrokken bij de opmaak van het herstructureringsplan van Carrefour? Wat zult u doen om het talent van deze mensen maximaal inzetbaar te houden op onze Vlaamse arbeidsmarkt?
Mevrouw Vanwesenbeeck heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, ik was evenzeer verbaasd en verontwaardigd. De arbeidsmarkt is oververhit. De vacatures raken niet meer ingevuld. Plots lees je dan dat Carrefour zeshonderd werknemers ouder dan 56 jaar op non-actief zet met behoud van 95 procent van hun loon. Dat krijg je niet meer uitgelegd aan de bevolking.
Ik had vandaag een groep van dertig mensen en het ging alleen maar daarover. ‘Hoe is het mogelijk dat je die mensen niet aan het werk krijgt?’
Ik denk dat wij een belangrijk signaal moeten geven. 56 jaar is niet oud. Ik ben stout geweest. Ik heb uw leeftijd opgezocht en ook die van andere leden van de regering. Ik denk dat bijna de helft 56 of ouder is. Het is een belangrijk signaal. Het wil helemaal niet zeggen dat u oud bent of wat dan ook. (Opmerkingen)
Ik denk dat Vlaanderen het signaal moet geven dat 56 jaar niet oud is. Het dossier van Carrefour geeft aan dat er een probleem is, dat we die mensen meer en meer moet heractiveren. U hebt misschien mijn voorstel in de krant gelezen: misschien moeten we met substantiële doelgroepkortingen werken voor oudere werknemers om ze toch meer en meer aan het werk te krijgen. Minister, bent u bereid om daar werk van te maken?
Minister Muyters heeft het woord.
Collega Vanwesenbeeck, ik denk niet dat een grotere doelgroepkorting SWT zou vermijden. Die wetgeving is er, die wetgeving zal worden gebruikt zolang ze er is. Het is een onderdeel van het sociaal overleg en het blijft dat.
Ik volg dat het een drama is voor wie in die situatie zit. Het is nooit fijn om daar waar je jaren een job hebt gehad, waar je een vriendenkring hebt opgebouwd, je ontslag te krijgen. We moeten er alles aan doen om die mensen te helpen, zeker en vast.
Collega Bothuyne, u vraagt eigenlijk om het proces even te schetsen. Er is eerst de aankondiging maar gevolgd door een informatieproces waar VDAB via de sociale-interventie-adviseur mee informatie geeft die wordt gevraagd langs vakbondskant, werknemerskant of werkgeverskant. Dat is het informatieproces. Na het informatieproces komt het sociaal overleg. Voor alle duidelijkheid, daar zijn we niet bij betrokken, totaal niet bij betrokken. Ook de sociale-interventie-adviseur is er niet bij betrokken. Dan komt er een moment waarop de sociale partners, de werkgever en de vakbonden, een sociaal akkoord hebben. Als ik artikel 22 van de bijzondere wet van de zesde staatshervorming lees en ik lees het KB van maart 2006 en van mei 2007, hervormd in 2017 en pas van toepassing op 1 januari 2018, dan is het voor mij heel duidelijk dat ik bevoegd ben om te beslissen of het outplacement dat zal worden aangeboden aan die mensen, voldoende is. Dat is volgens mij heel duidelijk de wetgeving.
Ik begrijp dat mijn federale collega van Werk aan de gewestelijke ministers een advies vraagt en, meer nog, dat advies volgt. Ik denk niet dat het conform de wet is, maar als hij mij een advies vraagt, zal ik het hem geven en ik hoop dat hij het volgt. Ik ga eigenlijk in op wat jullie alle drie hebben gezegd. Collega Ronse, u vraagt om iets te doen zodat die 56-plussers niet afgeschreven zijn. Collega Bothuyne en collega Vanwesenbeeck, u hebt in andere bewoordingen hetzelfde gezegd. Ik ga dat ook doen. Hij krijgt van mij een advies, namelijk dat ik niet akkoord ga met het SWT. Ik wil en ik kan geen signaal geven dat we iedereen die 56 of ouder is, kunnen missen op de arbeidsmarkt. Ik zal er alles aan doen om die mensen te begeleiden naar een nieuwe job. (Applaus bij de meerderheid)
Minister, dat is zoals u zelf zegt, een bindend advies. Ik ga ervan uit dat men op federaal niveau dat bindend advies ook zal volgen. Dat betekent dat het zeer groot nieuws is voor de arbeidsmarkt: Zeshonderd mensen die meteen kunnen worden begeleid en door VDAB kunnen worden toegeleid naar jobs. Er zijn, zoals ik net zei, vandaag zesduizend vacatures voor winkelbediende. Het is fantastisch nieuws dat u uw verantwoordelijkheid neemt en een zeer duidelijke positie inneemt.
Ten tweede hadden de sociale partners op het federale niveau beloofd om de instapleeftijd voor SWT gestaag van 56 naar 60 jaar op te trekken. Ze zouden dat zeker doen, maar we zijn al in 2018, volgend jaar is het laatste jaar van de legislatuur en die instapleeftijd is ongewijzigd. Daar moet men echt werk van beginnen te maken. In een conjunctuur zoals we die nu beleven is het niet gepermitteerd om op die manier met onze sociale zekerheid te spelen en talent weg te gooien en te verspillen.
Minister, u hebt maar een half antwoord gegeven. U zei hoe u staat tegenover het herstructureringsplan en dat u daarover een negatief advies zult geven. Ik verwacht nog iets meer van u: dat u effectief mensen gaat begeleiden richting werk en dat u die mensen de weg zult wijzen naar een nieuwe job, waar liefst ook een hoger inkomen tegenover staat. We spreken hier over mensen die aan de kassa werken bij Carrefour, met andere woorden over een inkomen dat lager is dan 1.000 euro. Als je daar 95 procent van overhoudt, is dat niet het vakantiegevoel dat sommigen hier verbinden aan SWT. We hopen dat u aan tafel gaat zitten met Carrefour en met uw federale collega, die u al uitgenodigd heeft, om het plan activerend te maken en dat u uw eigen bevoegdheden daar maximaal in zult gebruiken. In het verleden hebt u nog geen werk gemaakt van het activeren van SWT’ers, die beschikbaar moeten blijven op de arbeidsmarkt. Ik hoop dat u op dat vlak een tandje bij zult steken, geen talenten zult verspillen en die mensen een voldoende hoog inkomen kunt bezorgen. (Applaus bij CD&V)
Minister, u was mij voor, maar ik ben blij met uw antwoord in verband met outplacement. Het grootste probleem met die 56-plussers is toch nog altijd de loonkost. Voor u gaat wijzen naar het federale niveau, moeten we alles uit de kast halen om die mensen vanuit het Vlaamse niveau aan het werk te krijgen. We moeten voor eigen deur vegen.
Ik hoor dat u er niet voor gewonnen bent om de doelgroepkortingen te vergroten. Wat gaat u dan wel doen, want dat is toch nodig?
Mevrouw Kherbache heeft het woord.
Ik vind het misplaatst, op het moment dat veel werknemers van Carrefour het bericht hebben gekregen dat ze hun job gaan verliezen, om die groep te stigmatiseren of de indruk te wekken dat ze met een cadeau naar huis gaan. Kom buiten, luister naar die werknemers en u zult horen dat ze zeer verontwaardigd zijn over de sfeerschepping rond dit dossier.
Het wordt hoog tijd dat we verontwaardigd worden over het schandalig laag aanbod aan vacatures voor 55-plussers. Minister, ik hoor u graag zeggen dat we ze moeten activeren. Ik heb de cijfers via een schriftelijke vraag opgevraagd: vanaf 55 jaar stort het aanbod neer. U geeft ze dus geen perspectief. Daarover moeten we verontwaardigd zijn.
De heer Annouri heeft het woord.
Minister, ik wil een oproep doen. U hebt nog elf en een halve maand te gaan in de legislatuur. Dat is langer dan een schooljaar en langer dan een zwangerschap. Kortom, u kunt nog zeer productief zijn. Voor de tweede keer in drie weken tijd zitten we hier, maar hebt u alweer met uw federale collega een soort van kibbelgevecht uitgevochten op Twitter. Iedereen heeft het gisteren kunnen zien. Het heeft een zekere amusementswaarde, maar meer is het niet. Drie weken geleden zei ik dat het erop lijkt dat u een acteur bent in FC De Kibbelkampioenen. Blijkbaar vond u dat een leuke rol en bent u meteen begonnen met aflevering 2. Ik wil u vragen om de resterende maanden uw verantwoordelijkheid op te nemen en te doen wat de Vlaming, wat de mensen van Carrefour van u verwachten en te doen wat u daarnet hebt gezegd: een duidelijk politiek standpunt innemen, hier in dit parlement, dat rechtstreeks gericht is aan uw collega, en geen show op te voeren op Twitter. Dan kunnen we met elkaar in debat gaan in plaats van een zeer slecht spektakel te moeten aanschouwen. (Applaus bij Groen)
Mijnheer Annouri, 34 maanden, daling van de werkloosheid in bijna alle groepen, dat zijn de dingen die ik mee realiseer in Vlaanderen. Als dat geen dingen zijn die we doen. (Applaus bij de N-VA)
Collega Kherbache, weet u wat ik misplaatst vind? Dat je tegen mensen van 56 zegt: 'Jij hoort niet meer thuis op de arbeidsmarkt.' U zegt dat niet, ik zeg dat niet, dat zeggen de sociale partners, want zij zeggen tegen die mensen: 'Ga gerust in SWT, je krijgt zonder te werken een groot deel van je wedde.' Dat is wat de sociale partners zeggen. (Applaus bij de N-VA)
'Aangepast beschikbaar zijn' wil zeggen dat je niet moet zoeken naar werk, dat is de wetgeving van de federale overheid. Gepast werk vinden, zegt de federale wetgeving, is meer verdienen dan je met het sociaal akkoord zou krijgen. Dit zijn elementen waarmee je mensen niet motiveert om in de arbeidsmarkt te stappen. Ik doe daar niet aan mee. (Applaus bij de N-VA en Open Vld)
Collega Kherbache, als we het hebben over de werkzaamheidsgraad, wees dan zo eerlijk en bekijk de werkzaamheid van de 55-plussers. Die is enorm gestegen, met 15 tot 20 procent. Schitterend, hé. Dat is andere koek, hé.
Collega Bothuyne, uiteraard gaan we die mensen begeleiden naar werk. Collega Ronse, u hebt gezegd dat het akkoord wordt gesloten nadat het uiteindelijk wordt goedgekeurd door de federale minister. Dan kunnen we starten met outplacement, met de tewerkstellingscel en daarna gaan we voor wie geen job heeft gevonden, voor een warme overdracht naar VDAB.
Onmiddellijk na de bekendmaking zijn we al aan tafel gaan zitten met de collega's van de andere regio's, met de collega van Brussel en de collega van Wallonië. We hebben afspraken gemaakt om zo snel mogelijk in gang te schieten na het sociaal overleg. Ja, ik ga aan tafel zitten. Federaal minister Kris Peeters heeft me uitgenodigd en ik heb ook geantwoord. Ik ben iemand die altijd open staat voor overleg en dus ook hier, in het belang van die mensen van Carrefour, en voor de begeleiding naar werk.
U zegt: 'Ga voor de SWT’ers.' Neen, er komen er geen, mijnheer Bothuyne, want ik heb een bindend advies volgens Kris Peeters. Dus neen, die SWT’ers komen er niet. Dus neen, ik moet die niet begeleiden. Ik zal die mensen begeleiden, maar niet de SWT’ers. Dat gaat niet. Je kunt mensen niet motiveren als ze 95 procent van hun wedde krijgen. Ik zal er alles aan doen om al die mensen die nu worden ontslagen bij Carrefour, na hun outplacement optimaal te begeleiden naar werk. Dat is mijn job en daar ga ik alles voor inzetten.
Collega Vanwesenbeeck, u vraagt mij of ik effectief wat ga doen aan het doelgroepenbeleid. Twee weken geleden heb ik aan collega Bothuyne gezegd dat we het oude doelgroepenbeleid waarin we nog verplichtingen hadden, hebben verminderd en dat er een nieuw doelgroepenbeleid is gestart. Dat maakt dat ik op een bepaald moment opnieuw extra middelen heb. Ik heb gezegd dat ik naar de regering zal stappen om die extra middelen voor een verdere doelgroepenkorting, binnen wat is afgesproken in het regeerakkoord, in te zetten. Dus ja, ik wil alles doen om iedereen meer kansen te bieden op de arbeidsmarkt. Dat gaan we verder doen.
Eén zaak is voor mij heel duidelijk: geen 56-plussers in SWT. Laten we die activeren, laten we zoeken naar een job voor die mensen. (Applaus bij de N-VA)
Collega's, ik kan er echt niet bij dat er in dit halfrond mensen zijn die zich sociaal noemen en tegelijk ervoor pleiten om mensen van 56 jaar op de schop te zetten en thuis te laten zitten met een brugpensioen. Dat kan er bij mij echt niet in. (Applaus bij de N-VA)
Premier Michel heeft een arbeidsdeal voorgesteld. U gaat met hem aan tafel gaan zitten. U kent ons standpunt. Het brugpensioen is zeker in tijden van hoogconjunctuur totaal niet meer van tel. Dat moet op de schop, maar we moeten ook pragmatisch kijken naar wat mogelijk is in die arbeidsdeal. Het zou al zeer goed zijn, mocht via die arbeidsdeal de instapleeftijd in het SWT kunnen worden opgetrokken naar minstens 60 jaar, zoals ook is gepland in het federaal regeerakkoord, en zoals ook de sociale partners zich zouden moeten engageren. Het zou goed zijn als dat daar mee op tafel wordt gelegd.
Want aan de collega’s die geloven in fabeltjes, namelijk dat je mensen die vandaag een SWT-statuut hebben naar werk kunt begeleiden, zal ik de cijfers geven. Sinds 2014 zijn er 4000 ingestroomd. Nog maar 91 van die mensen hebben werk. Je kunt het hen verdorie niet kwalijk nemen dat ze nog geen werk hebben, want die mensen verdienen 95 procent van wat ze zouden hebben als ze mochten werken. Dus dat kan gewoon niet.
Minister, collega Ronse geeft de perfecte voorzet van wat ik als slot nog wil meegeven. Er zijn op dit moment iets meer dan 5000 SWT’ers in Vlaanderen die actief beschikbaar moeten zijn op de arbeidsmarkt. Inderdaad, er stromen er heel weinig door naar een job, maar dat is ook niet verwonderlijk: VDAB doet hun geen enkel aanbod. 18 procent van hen kreeg vorig jaar een vacature. 18 procent, mijnheer Diependaele! VDAB heeft deze mensen aan de kant geschoven vanuit de idee dat ze niet meer nuttig zijn voor de arbeidsmarkt! Dat kan en mag niet meer gebeuren, minister Muyters! (Applaus bij CD&V, sp.a en Groen)
Wij rekenen erop dat u effectief iedereen een volwaardig aanbod doet van begeleiding en vacatures. U hebt een wortel: u kunt deze mensen de bedrijfstoeslag die ze krijgen van de werkgevers die hen ontslagen hebben, laten behouden op een fiscaalvriendelijke manier. Dat is een aanzienlijke wortel. Maar evengoed hebt u de stok in handen, want u bepaalt of zij nog in aanmerking komen voor een uitkering. U hebt dus alle bevoegdheden in handen om deze mensen kansen te geven op de arbeidsmarkt. Ik reken erop dat u dat veel meer dan vandaag effectief gaat doen. (Applaus bij CD&V, sp.a en Groen)
Minister, ik heb dat gisteren ook gezien op Twitter, en ik was eerlijk gezegd ook niet blij met dat gehakketak tussen die verschillende niveaus. De mensen hebben daar geen boodschap aan. Maar ik hoor dat u rond de tafel gaat zitten. Ik denk dat het belangrijk is dat we samenwerken, een oplossing zoeken en resultaatgericht werken. Dat is wat de mensen willen.
Mevrouw Kherbache, u moet weten dat de werkgevers zelfs geen leeftijden mogen vermelden in vacatures. Ik weet eigenlijk niet goed waar u die gegevens vandaan hebt, want dat bestaat gewoon niet. (Opmerkingen van Yasmine Kherbache)
Een werkgever mag dat sowieso niet. Maar goed, dat is misschien een ander debat.
Minister, uw taak blijft vooral het heractiveren van die 56-plussers. We gaan dat blijven opvolgen. Het is niet gemakkelijk, maar, alstublieft, doe uw werk en neem daarin uw verantwoordelijkheid.
De actuele vragen zijn afgehandeld.