Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over het aangekondigde jobverlies bij Bombardier Brugge en de toekomst van het bedrijf
Actuele vraag over de begeleiding van ontslagen werknemers van Bombardier Brugge door de VDAB
Actuele vraag over de herstructurering bij Bombardier Brugge
Actuele vraag over de toekomst van Bombardier in Brugge
Verslag
De heer Sintobin heeft het woord.
Voorzitter, ik stel vast dat ik de afgelopen maanden in de commissie en tijdens plenaire vergaderingen diverse vragen om uitleg en actuele vragen heb gesteld over het dossier Bombardier. Ik stond hier toen alleen. Ik merk nu dat we hier met vijf staan. Dat is een goede evolutie, hoewel dit met betrekking tot dit dossier eigenlijk niet het geval is.
Minister-president, dit is een mokerslag voor 160 arbeiders en bedienden, voor 40 tijdelijke werkkrachten, voor 200 gezinnen en hun toekomst, welvaart en welzijn. Het is een zoveelste mokerslag voor de tewerkstelling in Vlaanderen. Het is een zoveelste bewijs van de manier waarop multinationals en grote bedrijven met hun personeel omgaan. Ze zetten mensen in als pionnen op een schaakbord. Dit is een zoveelste bewijs dat de hoge loonkosten bedrijven uit Vlaanderen wegjagen. Het is een zoveelste bewijs dat onze regeringen buiten wat gerommel in de marge met betrekking tot dergelijke dossiers geen enkele slagkracht hebben. Het is een schande dat de mega-orders van subsidieslurpende bedrijven als de NMBS en De Lijn geen werkgelegenheid of arbeidsplaatsen in eigen land kunnen garanderen.
Wanneer het kalf verdronken is, komt de Vlaamse Regering op de proppen. Ze wil met de directie en de vakbonden samenzitten en ze zal met een plan B komen. Ik ben uiteraard benieuwd wat plan B inhoudt, maar de voltallige top van de Vlaamse Regering heeft met de Europese directie van Bombardier vergaderd. Toen ik minister Weyts een paar weken geleden over die onderhandelingen ondervroeg, had ik liever gehoord wat toen plan A was. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer Landuyt heeft het woord.
Voorzitter, het lijkt me nu niet het moment om te stellen wie politiek het beste is. Het is een goede zaak dat we hier met velen staan. Het is een goede zaak dat de Vlaamse Regering en de Federale Regering samen de werknemersvertegenwoordigers hebben ontvangen. We moeten meer doen dan onze bezorgdheid tonen. De politiek moet nagaan wat we binnen onze reglementering en binnen de spelregels voor het bedrijf kunnen doen.
Ik was vrijdag aan de poort toen de werknemers de mededeling kregen. We spreken van 160 contracten die worden opgezegd plus 40 tijdelijken die stoppen, maar eigenlijk speelt er zich in veel meer gezinnen een drama af op heden. Ik heb die mensen zien buitengaan met een onzekerheid, zelfs in die mate dat ze geen verklaringen wensten af te leggen. De wet-Renault is goed. We kunnen proberen te redden wat er te redden is, maar met deze manier van werken, is men mensen bang aan het maken, is men 450 gezinnen ongerust aan het maken. Het is dan ook belangrijk – ik juich dit samen met de werknemersvertegenwoordigers toe – dat de regeringen een blok vormen om te kijken wat ze kunnen doen.
In eerste instantie moeten we er samen voor zorgen dat de Europese directie de argumenten op tafel kan leggen waarom ze een bedrijf dat via die werknemers heeft geïnvesteerd in knowhow, in kennis, in kwaliteit, omwille van een paar procenten meer winst, wil schrappen. Het is heel belangrijk dat u in eenheid probeert die mensen te overtuigen om zorgvuldiger om te gaan met een belangrijk Vlaams bedrijf, meer zelfs met mensen die zich jarenlang hebben ingezet voor dit bedrijf. Ik kijk dus uit naar uw techniek, naar uw strategie in dezen. (Applaus bij sp.a)
De heer Ronse heeft het woord.
Minister-president, door ons uitgesproken kmo-weefsel wordt de provincie West-Vlaanderen doorgaans meer dan andere provincies gespaard van grote ontslagrondes bij multinationals. Dat was deze week even anders. Mijn gedachten gaan dan ook uit naar de vele werknemers en een aantal ex-klasgenoten van mezelf die bij Bombardier werken. Het is ook heel cynisch dat Bombardier er nu voor kiest om naar Crespin te gaan, want het zijn vele generaties Bruggelingen die het bedrijf hebben grootgemaakt. Minister-president, ik reken erop dat federaal minister Bellot woord houdt en ervoor zal zorgen dat het addendum in het contract met de NMBS effectief wordt nageleefd.
Het is ook een geluk bij een ongeluk – misschien cynisch – dat er in West-Vlaanderen zoveel openstaande vacatures zijn, dat we met zo’n zware krapte op de arbeidsmarkt zitten. Ik ben er dan ook redelijk van overtuigd dat nogal wat kmo’s en bedrijven in West-Vlaanderen er vrij gretig voor openstaan om de talenten die bij Bombardier zullen vrijkomen, uit te nodigen om bij hen aan de slag te gaan.
Ik had mijn vraag oorspronkelijk aan minister Muyters gesteld, maar ik heb begrepen dat het om een integraal plan gaat. Wat zijn de mogelijke acties die de Vlaamse Regering en in het bijzonder VDAB kan ondernemen om het talent dat ter beschikking komt, toe te leiden en om te scholen naar andere openstaande vacatures?
De heer Caron heeft het woord.
Minister-president, Bombardier is een bedrijf dat openbaar vervoer produceert, een thema dat ons meer dan na aan het hart ligt. Het is een belangrijk dossier, niet alleen wegens de werkgelegenheid maar ook vanwege het product dat er wordt geproduceerd. We moeten daar in Vlaanderen ook technologisch blijven op inzetten.
Het is natuurlijk wel zo dat een bedrijf als Bombardier voor 100 procent afhangt van overheden, indirect. Het zijn immers overheden die trams en treinen bestellen, meestal geen private ondernemingen. Dat is eerder zeldzaam. Dus is er ook een rechtstreeks oorzakelijk verband tussen bestellingen die overheden plaatsen en de productie van die tram- en treinstellen. Een overheid die gelooft in het belang van openbaar vervoer gaat ook meer tramstellen, bussen en treinen bestellen. Dat komt zowel ten goede van een bedrijf als Bombardier als de werkgelegenheid in dat bedrijf.
Ik sluit me aan bij de bekommernissen van de andere leden. Vindt u niet dat een grotere investering in openbaar vervoer voor Vlaanderen, ook voor die bedrijven die dat produceren, een heel goede zaak zou zijn?
De heer Dochy heeft het woord.
Minister-president, Bombardier draagt over de partijgrenzen heen een belangrijke bezorgdheid weg. Bewijs daarvan is dat we hier met vijf leden aanwezig zijn om een vraag te stellen.
Het is bijna een soap aan het worden. In februari hoorden we dat er 200 mensen dreigden ontslagen te worden. In maart verklaarde de Europese topman van Bombardier dat er niets aan de hand was en dat die 200 ontslagen niet aan de orde waren. Vorige week hoorden we dat er dan toch 200 ontslagen zouden komen.
In het overleg van gisteren tussen de vakbonden en u, minister-president, en de vicepremier, hebben de vakbonden duidelijk aangegeven dat er nog een piste is om eventueel te gaan specialiseren waardoor Bombardier Brugge een specifieke opdracht zou krijgen, maar daar is misschien omscholing voor nodig van werknemers. Minister-president, hoe ziet u de zaak? Wat kan en zal Vlaanderen doen om ervoor te zorgen dat er een maximumbehoud is van de tewerkstelling bij Bombardier?
Minister-president Bourgeois heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, er is vorige vrijdag inderdaad een bijzondere ondernemingsraad geweest bij Bombardier. Het bedrijf heeft daar zijn zeer ingrijpende transformatieplan voorgelegd. Voor Brugge komt het erop neer dat het een satelliet wordt, een bijhuis van Crespin. Crespin wordt de lead factory en Brugge de lean factory. Erger, dat impliceert volgens Bombardier het ontslag van 160 medewerkers, en daarbovenop nog eens het stopzetten van 40 tijdelijke contracten.
Daarbovenop komt nog – naar mijn aanvoelen en dat van de vakbonden, het is niet voor het eerst dat ik die vaststelling maak – dat er grote onduidelijkheid is over de plannen van Bombardier met betrekking tot de site in Brugge. Brugge zou alleen nog instaan voor eindassemblage, testing en indienststelling, maar wat dit betekent voor een duurzame toekomst, dat is tot op het ogenblik helemaal niet duidelijk.
Mijnheer Sintobin, we hebben helemaal niet gewacht op uw actuele vraag. Het moment is dramatisch genoeg voor al die gezinnen en al die medewerkers, waarvan een aantal weten dat ze zullen worden ontslagen, maar waarvan een groot aantal niet weet of er een duurzame toekomst is. Het is niet het moment om daar politieke spelletjes rond te spelen. We hebben niet gewacht op die bijzondere ondernemingsraad om onze verantwoordelijkheid op te nemen. Dat weet u heel goed. We hebben vanaf 2015 samengezeten, met Bombardier Brugge, met de Europese directie van het bedrijf en met de vakbonden. Telkens opnieuw hebben wij daar de zaak heel grondig besproken en gekeken welke aanpak mogelijk was.
Bombardier heeft nu die stap gezet. Voor de goede orde, ik kom daar straks op terug, in het licht van de vraag van de heer Caron, dat heeft helemaal niets te maken met de hangende bestelling van De Lijn, wel integendeel, helaas, zou ik bijna zeggen.
We hebben gisteren dus samengezeten met de vakbonden, wat in eerste instantie onze plicht en verantwoordelijkheid is, gelet op het feit dat al die gezinnen getroffen zijn, en de weerslag op onze economie. Bombardier is een van de grote werkgevers in West-Vlaanderen. Ten gevolge van de procedure inzake de wet-Renault komt het de vakbonden toe om te reageren op dat collectief ontslag. De vakbonden kunnen dat ook doen door een alternatief te formuleren, door – wat we dan zijn gaan noemen – een plan B te formuleren. Gisteren hebben we gezegd: ‘Laat ons kijken of we daar gezamenlijk ook werk van kunnen maken.’ In eerste instantie natuurlijk zijn het de vakbonden die dat moeten doen. Die zeggen: ‘Oké, als dat de plannen zijn, en hier komt een specialisatie voor Bombardier Brugge, wat zijn dan de vooruitzichten, de engagementen van de directie? Is dat een sterfhuisprocedureconstructie? Of biedt dit een duurzame toekomst voor de groep om die specialistische werken uit te voeren?’
Dat kan impliceren dat een aantal mensen moeten worden omgeschoold, dat ze een opleiding moeten krijgen, dat de mensen die nu aan de bouw van wagons werken of schilders een andere taak en functie krijgen. In het kader daarvan heb ik de vakbonden gewezen op de mogelijkheid om tussen te komen vanwege de Vlaamse overheid inzake transformatiesteun, opleiding en omscholing van mensen. Ik heb hun gezegd dat ze dat binnen de contouren van de regelgeving – en u weet dat dat gaat over 20 procent van de kosten oplopend tot 1 miljoen euro, en bij strategische investeringen tot 2 miljoen euro – kunnen meenemen in de besprekingen.
Uiteraard heb ik ook gewezen op de mogelijkheid om samen te werken op velerlei vlakken met onze onderzoeksinstellingen, inzake O&O. Helaas kregen we het bericht dat engineering vertrekt naar Crespin, wat ik bijzonder jammer vind. Mijn beperkte ervaring met multinationals is dat, als we erin slagen hen in Vlaanderen O&O te laten doen, en te laten samenwerken met een of meer van onze strategische onderzoekscentra, of met een van de nieuwe clusters die we nu oprichten, dat dit leidt tot een vorm van verankering.
Ik kan u voorbeelden geven van multinationals die in een minder concurrentiële omgeving als de onze de competitie moeten aangaan. Neem ArcelorMittal, dat in de groep een concurrent op 50 kilometer, in Duinkerken, heeft. Niettemin zegt men dat Gent excelleert, dankzij de goede samenwerking met de UGent, wat zorgt voor innovaties. Helaas heeft Bombardier voor Brugge een productieplant voor ogen, zonder engineering. Engineering zou worden overgeplaatst naar Crespin. Dat is bijzonder jammer. Er moet werk worden gemaakt van een plan B. Het komt de vakbonden toe om dat uit te werken. Zij moeten het sociaal overleg voeren. Wij zijn bereid om daar alle medewerking aan te verlenen.
Volgende week zal op federaal niveau worden overlegd met mevrouw Dutortoir van de NMBS. Er zijn aanwijzingen dat Bombardier zijn engagementen niet respecteert. Op federaal niveau zal dat worden bekeken. Men zal daarover samenzitten en niet tolereren dat Bombardier verbintenissen inzake de kwaliteit, het tijdsbestek en dergelijke niet nakomt. Men moet nagaan of dat al dan niet contractuele gevolgen heeft. De Federale Regering en ook de Vlaamse Regering willen snel met de top van Bombardier vergaderen. We willen ook de wereldwijde verantwoordelijken voor de productie ontmoeten, en niet alleen de heer Per Allmer. Ik erger me immers aan het feit dat er geen duidelijke visie op de toekomst is. Er is dus een dubbele onzekerheid: onzekerheid over het lot van de mensen, want dat hangt aan een zijden draadje, maar ook onzekerheid over de toekomst voor wie er zal blijven werken.
De vakbonden zullen met hun achterban praten om te zien in welke omstandigheden hun mensen opnieuw aan het werk willen gaan. We zullen met de vakbonden samenzitten nadat zij met hun achterban hebben gesproken, wij Bombardier hebben ontmoet en de federale overheid met de NMBS heeft gesproken. Namens minister Muyters heb ik meegedeeld dat in het kader van de wet-Renault uiteraard de tewerkstellingscel zal doen wat van haar wordt verwacht. Maar dat zal in een volgende fase gebeuren, als er ontslagen te betreuren vallen. Er zal dan worden toegekeken op de uitvoering van de begeleidingsmaatregelen. Elke ontslagen werknemer zal dan een outplacement worden aangeboden, wat ertoe moet leiden dat de mensen in West-Vlaanderen opnieuw aan de slag kunnen gaan.
Wat de investeringen betreft, mag u, mijnheer Caron, niet de illusie creëren dat de bestelling van de trams ertoe zal leiden dat die grote transformatie niet zal gebeuren of dat de tewerkstelling gegarandeerd zal zijn. We hebben 88 trams bij Bombardier besteld: 48 door de vorige regering en 40 door de huidige. De vakbonden hebben het ons gezegd: dat zorgt voor een minimale tewerkstelling. Alleen in de eindassemblage zorgt dat voor tewerkstelling. Slechts een klein gedeelte van het werk gebeurt dus in Brugge. Wat De Lijn betreft, moet de gunning nog gebeuren. De grote transformatieplannen van Bombardier hebben niets te maken met de beslissingen in dat verband. Overigens: als de bestelling volledig zou worden gegund, zou dat werk opleveren voor 30 mensen. Maar nogmaals: Bombardier wil niet langer dat in Brugge alle taken worden uitgevoerd.
Minister Weyts zei het al: op dit ogenblik wordt in Bombardier Brugge een prototype ontwikkeld voor de koppeling van de Hermelijntrammen. Als het prototype voldoet aan de normen, is Bombardier Brugge de enige plant die het werk kan uitvoeren. Dat zou een bestelling van 17 miljoen euro impliceren. Dat is al eerder in het Vlaams Parlement meegedeeld. De wet op de overheidsopdrachten is wat ze is. Als de NMBS een bestelling in de markt zet, dan weet u welke competitie dat op gang brengt. Voor De Lijn geldt hetzelfde. En zelfs als Bombardier de bestelling binnenhaalt, dan zal slechts een gedeelte ervan in Brugge worden gerealiseerd.
Voor mij is het belangrijk dat we zekerheid krijgen over het feit of er een duurzame toekomst is. We zullen daaraan meewerken. Dat plan B moet nu worden uitgewerkt, zonder dat we valse hoop geven. Maar ik wil dat Bombardier ons ook recht in de ogen kijkt en zegt wat de plannen zijn en niet vaag doet daarover. Het gaat over mensen, het gaat over het lot van de mensen, over een bron van welvaart, van tewerkstelling in Brugge en omgeving.
Minister-president, ik wil helemaal geen politieke spelletjes spelen. Ik stel u vandaag die vraag uit bezorgdheid voor die 160 arbeiders en bedienden, voor de meer dan 200 gezinnen wier toekomst op het spel staat. Het is trouwens niet mijn eerste vraag over dit dossier. Ik heb daarover al verschillende malen minister Weyts ondervraagd. Het verbaast mij natuurlijk een beetje dat nu plots het order van De Lijn en het order van de NMBS niet meer belangrijk zijn voor Bombardier, terwijl de federale minister van Werk verleden week verschillende malen heeft herhaald: ‘Ik zal de Vlaamse Regering aanspreken voor wat betreft het order van De Lijn bij Bombardier.’
Ik ben het over één ding met u eens – en ik weet dat ook van werknemers van Bombardier zelf – : Bombardier heeft geen enkele visie op een duurzame toekomst van de vestiging in Brugge. Ik ben blij dat er een aantal maatregelen worden genomen ter begeleiding van de werknemers die ontslagen worden. Maar wat doet u om een toekomst te garanderen van Bombardier in Brugge? Dat is mij nog altijd niet duidelijk.
Voorzitter, collega’s, minister, ik sluit mij aan bij de houding om hier inderdaad geen spelletjes te spelen. De Brugeoise is altijd een belangrijk bedrijf geweest voor de overheden in dit land, omdat het meer dan symbool stond voor onze betrokkenheid inzake openbaar vervoer en inzake de kennisopbouw. Ik volg dus volledig de redenering. Het zou erg zijn dat een multinational het zich permitteert om de onwaarheid te zeggen aan de Federale Regering en aan de Vlaamse Regering. Je moet je autoriteit gebruiken om te weten: ‘Wat is nu deze visie? Wat is nu waar je naartoe wilt?’ Maar evenzeer moet je benadrukken dat wij in Vlaanderen het belangrijk vinden dat we onze kennis inzake openbaar vervoer kunnen behouden en verder ontwikkelen.
Op dat vlak wil ik een kleine parenthese plaatsen. Ik zou toch nog even juridisch goed nakijken waar uw wapens liggen inzake de bestellingen van De Lijn, omdat je ook op die manier kunt tonen dat we ook iets te bieden hebben.
Ja, het is spijtig dat Bombardier op zijn minst de indruk wekt een unieke kans te laten liggen. West-Vlaanderen is de headquarterzone voor nogal wat toonaangevende maakbedrijven op mondiaal vlak. In de buurt van Bombardier is er Watteeuw. In mijn regio is er Picanol, Van de Wiele, noem maar op. Er is zeer veel ondersteuning vanuit de Vlaamse overheid die zeer aantrekkelijk is. We hebben ook de brains. Het is dus spijtig dat ze de indruk wekken dat ze die kans laten liggen.
Ik heb u wél goed begrepen, in tegenstelling tot collega Sintobin. De Vlaamse Regering doet er alles aan om dat plan B te laten slagen. Er wordt zelfs transformatiesteun vrijgegeven. Ik heb alle vertrouwen in de Vlaamse Regering en in de vakbonden, die in dezen een zeer constructieve rol spelen, om een degelijk plan B op tafel te leggen en alsnog te proberen Bombardier te overtuigen om hier een unieke kans in deze marktregio in te vullen.
Minister-president, ik moet zeggen dat mijn betoog niet meteen sloeg op die bestelling hic et nunc van De Lijn aan Bombardier, maar eerder op het vernieuwen op lange termijn van tramstellen, treinen enzovoort in dit land. Hadden De Lijn en de NMBS dat de voorbije vijftien jaar meer gedaan, dan was er misschien wél een perspectief binnen de hoofden van de Europese zetel van Bombardier om van Brugge wél een centrum van productie te maken en dat niet naar Crespin te verleggen. Maar we weten het niet, het is in een glazen bol kijken.
Ik ben wel uw idee genegen – en dat sluit aan bij wat de heer Ronse zegt en wat de ambitie in West-Vlaanderen is – om innovatief aan de top te staan, om het samenwerken met onderzoeksinstellingen te bevorderen en de knowhow daarvoor in Brugge te ontwikkelen en te behouden wat er al is. Ik denk dat daar onze roeping ligt. Ik wil heel graag met u dat innovatieve element ondersteunen. Ik roep dan ook op om daar volop op in te zetten.
Minister-president, het is heel belangrijk voor die gezinnen die vandaag in de onzekerheid terechtkomen, dat ze weten dat de regeringen samenwerken om alles te doen wat ze kunnen om te redden wat er te redden valt. We mogen inderdaad geen valse hoop geven. Ik ben ook blij dat u duidelijk hebt gezegd dat die transitiesteun beschikbaar is op het moment dat er gekozen wordt om omscholing te doen naar een andere specialisatie in Bombardier Brugge. Maar we weten natuurlijk ook dat het resultaat en het succes om die duurzame tewerkstelling te krijgen, zal afhangen van de extra orders en opdrachten die Bombardier in Brugge zal krijgen van de Europese of de wereldhoofdzetel van Bombardier.
Minister-president, zijn er mogelijkheden, zijn er tools om op het moment dat daar een akkoord over kan worden gemaakt, dat te verankeren om ervoor te zorgen dat Bombardier zijn engagementen in dezen ook nakomt?
Mevrouw Talpe heeft het woord.
Voorzitter, minister-president, collega’s, het feit dat er tot tweehonderd jobs onder druk staan in de vestiging te Brugge, dat komt hard aan, in de eerste plaats voor de werknemers, waarvan een op de drie zijn job dreigt te verliezen. Het gaat ook breder vanwege het potentieel verlies van maakindustrie op eigen bodem. Dat is bijzonder verontrustend.
Wat me wel een sprankeltje hoop gaf, is dat de regeringen en de vakbonden de handen in elkaar slaan om zo veel mogelijk jobs te behouden. Brugge ligt in West-Vlaanderen, waar we worstelen met een krapte op de arbeidsmarkt. Dat is natuurlijk een troostprijs voor wie zijn job kwijt is, maar het biedt wel perspectief. Daar moet VDAB optimaal op inspelen om die mensen zo efficiënt mogelijk te laten doorstromen naar een andere job.
Die werknemers beschikken over heel wat werkervaring en competenties. Moet er niet al proactief een screening gebeuren van de profielen van de werknemers en van, zeer belangrijk, de leeftijdspiramide? We weten immers dat oudere werknemers bijzonder kwetsbaar zijn in dit soort dossiers. Op die manier kunnen we dan ook snel van start gaan op het moment dat we onze activering op maat starten.
Voorzitter, collega’s, kennis verankeren, expertise, vaardigheden. Ik heb heel grote bewondering voor de mensen in Brugge die een jarenlange kennis hebben opgebouwd, die specialistisch zijn, die tot hun nadeel expertise hebben overgedragen aan Crespin. In Crespin gebeurt nu engineering en gebeuren zaken die tot voor kort exclusief behoorden tot de kennis van Bombardier, kennis die ze kwijt dreigen te geraken.
Ik ben het eens met die kennisverankering. Dat is niet eenvoudig. Ik heb geregeld contacten met multinationals. Ik zou u voorbeelden kunnen geven van grote plants hier van multinationals waar alleen maar productie gebeurt en waar ik herhaaldelijk heb aangeboden om samen te werken met onze O&O omdat ik weet hoe belangrijk dat is voor de toekomst van die plants. Een aantal onder hen neemt die uitgestoken hand niet aan, ook omdat de headquarters zeggen dat ze het bij hen in het thuisland blijven doen. Anderen zijn soms verbaasd over de mogelijkheden die hier zijn en nemen die hand wel aan.
We hebben dat ook bij Bombardier aangeboden. Je kunt dat natuurlijk niet verplichten. Je kunt alleen maar zeggen: ‘Jullie hebben knowhow, kennis en ingenieurs in huis.’ We hebben met Flanders Make, met onze nanotechnologie, die bijzonder belangrijk is in de nieuwe ontwikkeling van openbaar vervoer enzovoort, enorm veel aan te bieden. Maar je kunt dat alleen maar aanbieden.
Collega Sintobin, het verbaast me dat u zegt: wat doet de Vlaamse Regering? Dit is een dossier van een grote omvang, waar wij niet kunnen verplichten aan Bombardier om hier te blijven. Dat is één. Maar de impact van de bestellingen bestaat natuurlijk wel, zoals daarstraks is gezegd. Het NMBS-order is een zeer groot order, dat er wel toe leidt dat die wagons daar worden geassembleerd, wat wel werkzekerheid verschaft voor een hele periode. Maar ik heb u gezegd dat we van de vakbonden aanwijzingen gekregen hebben dat daar de engagementen die genomen zouden zijn, niet worden nageleefd. Welnu, dat is een punt dat volgende week wordt opgenomen door de Federale Regering met de NMBS. Dat moet worden nagekeken. Als ook die productie verhuist naar Crespin, dan is dat natuurlijk een heel slechte zaak.
Wat de toekomst betreft, gelet op het transformatieplan, moeten wij er met de vakbonden op inzetten dat dat plan B vorm kan krijgen. Als Bombardier zegt dat hier de eindassemblage, de testing en de indienststelling zal gebeuren, dan weten we of dat inderdaad de opdracht wordt van die plant in Brugge voor heel Bombardier voor Europa. Want of er nu nog 50 trams besteld worden, of 30 of 20 of 120, als alleen die handelingen voor die bestelling daar kunnen gebeuren, dan is daar geen toekomst.
Het grootste deel van die bewerkingen voor de vorige bestelling van De Lijn is in het voormalige Oost-Duitsland uitgevoerd. Wanneer men toch zegt in die specialisatie dat dit de taak is van Bombardier Brugge, dan moet er worden gepraat en moet er duidelijkheid worden verschaft. Dan is dat inderdaad het specialistisch onderdeel binnen die groep en zal men bestellingen die in andere landen worden geplaatst, ook in Brugge laten uitvoeren.
Dit is iets waar we uit moeten geraken. Ik hoop dat Bombardier daar open kaart in speelt. Dat is naar mijn aanvoelen en naar het aanvoelen van mijn collega’s nog niet gebeurd tot nu toe. Daarom is het zo belangrijk om werk te maken van dat plan B en dat mee te ondersteunen met de Vlaamse Regering en met het aanbod dat wij hebben voor opleidingssteun en omscholingssteun. We zullen alle genoemde stappen zetten in de hoop dat we komen tot een oplossing die enerzijds een einde maakt aan de onzekerheid voor de mensen die daar werken en anderzijds zorgt voor een structurele, duurzame tewerkstelling in Brugge.
Dat is nu de opgave. Wij hebben daar geen toverformule voor en wij hebben ook niemand valse hoop gegeven. De vakbonden weten dat ook. Dat zijn zeer verantwoordelijke mensen die verantwoordelijkheid opnemen voor de medewerkers maar ook voor de toekomst van dat bedrijf en die daar hard aan willen meewerken. We moeten dit nu allemaal samen aanpakken zonder dat we kunnen zeggen dat dit een garantie is op succes. Iedereen die gezond verstand heeft, weet dat hier zoveel factoren in meespelen, op een wereldmarkt met een overcapaciteit en met een multinational met een vestiging in Canada waar aan de touwtjes wordt getrokken, dat gebeurt niet hier. Het wordt een zware opgave om tot een goed resultaat te komen. Zowel de Federale Regering als de Vlaamse Regering zal er alles aan doen om tot een oplossing te komen die een duurzame toekomst kan verzekeren.
Minister-president, mijn vraag is er niet alleen gekomen uit bezorgdheid over de werknemers die worden ontslagen, maar zeker ook als een soort van aanklacht tegen de manier van werken van multinationals. U geeft zelf toe dat regeringen eigenlijk niets in de pap te brokken hebben wat die multinationals zoals Bombardier en hun personeel betreft. Zij doen wat ze willen.
Ik heb vandaag twee schriftelijke vragen ingediend en ook laten indienen in het federaal parlement over het aantal overheidsopdrachten en subsidies dat Bombardier in de afgelopen decennia heeft gekregen van de Vlaamse en van de Federale Regering. Wanneer ik die cijfers heb, kom ik terug en hoop ik dat de Vlaamse Regering die subsidies terug zal eisen.
Voorzitter, ik wil eindigen met een citaat dat vandaag op de webstek van Bombardier staat, om aan te tonen hoe cynisch dergelijke bedrijven zijn. Er staat: “Met meer dan 150 jaar expertise is de Brugse site toonaangevend in de technologische ontwikkelingen binnen de spoorwegsector en is hij een onmisbare schakel in het productienetwerk van Bombardier Transportation. De geschiedenis van de Brugse vesting is nauw gekoppeld aan de evolutie van het spoorvervoer, het is een belevenis van gekwalificeerde vakmannen, van spoorwegingenieurs die gehecht zijn aan hun regio.” Dat staat vandaag op de webstek van Bombardier, een echte schande!
De heer Landuyt heeft het woord.
Minister-president, ik sluit me aan bij de woorden dat de werknemersvertegenwoordigers echt getuigen van moed en verantwoordelijkheidszin en dat zij alle procedures willen uitputten zoals het hoort. Ik denk dat we echt niet kunnen overschatten hoe belangrijk de houding van de Vlaamse en van de Federale Regering is in de steun van de werknemers. Nu krijgen we gesprekken tussen werknemers samen met hun regeringen ten opzichte van de multinationaldirectie, dat zijn betere verhoudingen en dat schept hoop om effectief een plan B uit te werken dat nog perspectieven biedt. Maar ze zullen, en ik hoop dat u daarin slaagt, vanuit de multinational duidelijkheid moeten geven. Wij zijn bereid, en de werknemers hebben al jarenlang getoond dat ze bereid zijn, om samen te werken aan een beter openbaar vervoer. Ik hoop dat u erin slaagt om ook de leiding van het bedrijf tot rede te brengen, net zoals de vakbondsleiders zeer redelijk zijn.
Minister-president, er zijn drie dingen die de politiek moet doen. Het eerste hebt u aangehaald: men moet investeren, uit respect voor 150 jaar werk, in een plan B en Bombardier overtuigen van het tegendeel. Ten tweede moet men de regels doen respecteren. Federaal moet men duidelijk maken dat dat addendum aan het NMBS-contract moet worden gehonoreerd. Het derde is heel belangrijk voor de regio Brugge, de enige regio in Vlaanderen die een grotere behoefte aan bedrijventerreinen kent dan er vandaag zijn ingekleurd: die site moet goed benut blijven. Die mag niet lang in onzekerheid verkeren, want die is veel te waardevol voor de tewerkstelling in de regio, en Brugge mag geen tweede verzanding tegemoet gaan. Mijn gedachten zijn bij de werknemers, de vakbonden en de regering, die alles in het werk stelt om dat op te lossen.
Minister-president, dank u wel. Het is eigenlijk cynisch als je bedenkt dat voor een bedrijf dat voor pakweg 95 procent van overheidsbestellingen leeft, waarvan een belangrijk deel ook van onze overheden komt, een bedrijf dat een fantastische geschiedenis heeft, nu plotseling de mondiale wereldtop beslist om de strategie te veranderen. Er is de machteloosheid die wij ervaren, ook als regering, deelstatelijk of federaal, om daarmee om te gaan. Dat is een bedrijf dat groot is geworden van onze middelen en dat diensten verleent. Ik betreur sterk dat een bedrijf als Bombardier zo weinig maatschappijzin heeft, fundamenteel zo weinig maatschappelijke betrokkenheid aan de dag legt in zijn ontwikkeling. Ik vind dat u dat ook eens moet zeggen als u met de Europese directie aan tafel zit. (Applaus bij Groen en sp.a)
Minister-president, laat dit debat hier een hart onder de riem zijn voor de vele werknemers die in onzekerheid verkeren, samen met hun families. Ik ben er echt van overtuigd dat het front tussen vakbonden en regeringen in dezen wel iets kan betekenen. Het is belangrijk dat dit wordt voortgezet. Hopelijk kan dit tot een goed einde leiden.
Ik had daarnet nog een bijkomende vraag gesteld. U hebt er niet op geantwoord, maar ik heb wel gezien dat u ze hebt opgeschreven, dus ik veronderstel dat u het wel zult controleren. Dat was de vraag welke garantie u kunt verkrijgen van Bombardier dat de engagementen die ze desgevallend nemen op het moment dat er een transitie zou plaatsvinden, eventueel qua bijkomende opdrachten, in de toekomst kunnen worden hardgemaakt. (Applaus bij CD&V)
De actuele vragen zijn afgehandeld.