Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Landuyt heeft het woord.
In Vlaanderen hebben we een heel belangrijk bedrijf voor de productie van treinen en trams, dat verbonden is met onze geschiedenis en met het openbaar vervoer in Vlaanderen.
Ondertussen is dit een onderdeel geworden van een multinational, van een wereldbedrijf. De verdienste van de vakbond is dat hij de afgelopen dagen van de Europese directie duidelijkheid heeft gekregen over het feit dat er plannen bestaan om het bedrijf te reorganiseren, eigenlijk te minimaliseren, binnen Europa. Het perverse is dat men een bestelling van De Lijn aangrijpt om dit beleid te verantwoorden. Nadat de vakbonden aan de alarmbel hebben geduwd ... (Opmerkingen van Annick De Ridder)
Of getrokken. Nadat de vakbonden ons gewezen hebben op dit probleem, moet ik toch wel in herinnering brengen dat de Raad van State al heeft gezegd dat De Lijn, in haar besparingsdrang, de wet niet heeft nageleefd. Een schorsing van een bestelling spreekt men niet zomaar uit. De redenering van de Raad van State is: ‘Je moet het kaf van het koren scheiden. Je mag niet enkel bestellen op grond van de prijs, in je besparingsdrang, maar je moet ook bekijken of er in voldoende onderhoudskosten is voorzien om trams meer dan twintig jaar te laten rijden.’ Het is dus niet evident om die bestelling zomaar in die richting te sturen, en het is zeker niet aangewezen om als voogdijminister van De Lijn te zeggen: ‘Ik kan hier niets aan doen.’
De Raad van State zegt ons dat de wet niet werd nageleefd. De Raad van State vraagt ons om op een behoorlijkere wijze een degelijk bedrijf als Bombardier Brugge kansen te geven.
Minister, bent u, als voogdijminister van De Lijn, bereid om ervoor te zorgen dat ons bedrijf een eerlijkere kans krijgt dan voordien om er effectief voor te zorgen dat er de komende twintig jaar trams van dezelfde kwaliteit blijven rijden in Vlaanderen?
Minister Weyts heeft het woord.
Ik vertrek van twee uitgangspunten. Er is ten eerste een gedeelde bezorgdheid over de tewerkstelling in Brugge. Het is niet zo dat ik daar tegen zou zijn en u ervoor.
Ten tweede moeten we op dit moment wel uitgaan van een realistische toekomstschets. We moeten ons niet bezondigen aan onszelf op de borst kloppen en zeggen dat we dit en dat gaan doen, waarmee we uiteindelijk verwachtingen creëren waarvan we weten dat er niet aan voldaan zal worden.
Wat betreft de Europese aanbesteding: het gaat om een bestelling van 146 trams. Er werden twee best and final offers (BAFO’s) geformuleerd: door Bombardier en door Construcciones y Auxiliar de Ferrocarriles (CAF). CAF is daar als goedkoopste uitgekomen, zowel op het vlak van de bouwkosten als inzake onderhoud. En dat met een gelijke kwaliteit. Dat was de beoordeling. Vandaar dat De Lijn, conform de Europese regelgeving inzake overheidsopdrachten, node tot het besluit moest komen dat CAF de bestelling binnenhaalde.
Als u zegt dat er een schorsing is door de Raad van State, laat u uitschijnen dat op dit moment De Lijn of ik als minister zou kunnen zeggen dat we de volledige bestelling kunnen intrekken en dat we een nieuwe aanbesteding in de markt zullen plaatsen. U weet dat dat in theorie misschien zou kunnen, maar niet in de realiteit. Je zou dan immers gegarandeerd een procedure krijgen in hoofde van CAF, met een grote mate van waarschijnlijkheid dat zij dat zouden halen. En dan gaat uiteindelijk die aanbesteding twee jaar in de tijd verschoven worden. Ik weet ook niet wie daar überhaupt iets bij zou winnen.
Wij zullen bekijken wat de Raad van State ten gronde zal oordelen. Belangrijker is dat ik met De Lijn aan het bekijken ben in welke mate we de bestelling van de 146 trams kunnen opsplitsen in een eerste geheel van twee schijven, goed voor 48 trams, en een tweede bestelling van 98 trams, die we opnieuw in de markt kunnen plaatsen op basis van andere desiderata die nu naar voren komen, bijvoorbeeld de vraag naar niet alleen enkelerichtingtrams, maar ook naar tweerichtingtrams. Die desiderata bestaan niet voor de eerste schijven, samen 48 trams.
Voor alle duidelijkheid: we respecteren ten volle de Europese regelgeving met betrekking tot overheidsopdrachten. De Vlaamse bedrijven hebben van die regelgeving altijd geprofiteerd. Dat speelt in ons voordeel. We blijven dat volgen.
Bombardier heeft altijd geweigerd om welke garantie dan ook te geven met betrekking tot de tewerkstelling in Brugge aangaande deze bestelling.
Ik wil eindigen met een positieve noot, een bijkomende positieve noot. Bombardier ontwerpt momenteel een prototype voor de koppeling voor HermeLijntrams voor Antwerpen. Het gaat over vijftig trams en een bestelling van 17 miljoen euro. Als dit prototype goed functioneert, kunnen we overgaan tot een aanbesteding, tot het in de markt plaatsen, binnen dit en enkele maanden. Gelet de oplevering van het prototype spreekt het voor zich dat Bombardier een zeer goede kans maakt met betrekking tot deze opdracht.
Tot slot nodigen we de vakbonden en het management van Bombardier uit om samen met de minister-president een en ander toe te lichten.
Ik kan alleen maar toejuichen dat de minister-president en uzelf de betrokkenen zullen uitnodigen. Ik wil u er alleen op wijzen dat ik me niet bezighoud met de weerlegging van wat ik niet heb gezegd. Ik zeg u dat de Raad van State gezegd heeft dat de Europese aanbestedingsregels niet werden nageleefd, want anders zou de Raad van State niet schorsen. De Raad van State heeft de procedure van de aanbesteding geschorst omdat er verder moet worden gekeken dan de prijs van de aankoop. Ook de prijs van het onderhoud moet grondig worden bekeken. Dat opent mogelijkheden voor het bedrijf. Het enige dat we aan de bevoegde voogdijminister vragen is erover te waken dat dit keer wel de Europese regels worden nageleefd.
De heer Sintobin heeft het woord.
Mijnheer Landuyt, ik begrijp dat u hier staat als burgemeester van Brugge en dat er verkiezingen op komst zijn. Ik raad u aan om het verslag van november 2016 te lezen waarin ik een identiek betoog, zoals u nu, heb gehouden. Ten gronde ga ik met u akkoord, maar uw fractieleider, de heer Vandenbroucke, heeft in november verklaard dat we absoluut niet mochten afwijken van de Europese aanbestedingsregels en de Europese wet op de overheidsopdracht. Ik heb vorig jaar gesteld dat de wet niet werd nageleefd en dat er geen rekening werd gehouden met de aanbesteding van het preventief onderhoud. Ik had in november gehoopt steun van u te krijgen in plaats van dat u nu hier hetzelfde komt vertellen.
Ik ben ervan overtuigd, minister, dat u als voogdijminister – u hebt twee beheerscommissarissen bij de raad van bestuur van De Lijn – alles maximaal moet inzetten om die bestelling bij Bombardier te krijgen.
Mevrouw Fournier heeft het woord.
Voorzitter, we zijn allemaal terecht bezorgd over de tewerkstelling bij Bombardier. Dat is een zeer gerespecteerd bedrijf, gekend in Brugge maar ook ver daarbuiten. De Lijn is ook altijd tevreden geweest over de leveringen van Bombardier. Ik weet dat we de markt moeten laten spelen. We zijn daartoe wettelijk verplicht. We moeten ook waakzaam zijn om met buitenlandse spelers in zee te gaan die we niet zo goed kennen. We kunnen nu wel vragen stellen over het onderhoud, zoals de heer Landuyt doet.
Kunt u in het kader van de hangende procedure onderzoeken wat de mogelijkheden en kansen zijn om de tewerkstelling bij Bombardier te garanderen?
Het is ook belangrijk dat er snel duidelijkheid wordt geschapen over de procedure en over de verder te volgen stappen. Het is heel belangrijk voor het bedrijf zelf, maar ook voor De Lijn.
Wat bij de Raad van State in het geding was, was vooral de verantwoording van een en ander. De Raad van State is overgegaan tot een schorsing op basis van een onvolkomen of gebrekkige verantwoording.
Het belangrijkste is dat we nagaan in welke mate we ervoor kunnen zorgen dat voor de bestelling van 98 trams een nieuwe aanbesteding in de markt kan worden gezet op basis van gewijzigde criteria en desiderata waardoor nieuwe kansen ontstaan. Wat de eerste twee schijven van 48 trams betreft, is het afwachten wat de Raad van State ten gronde oordeelt.
Dat biedt geen garanties op een nieuwe toewijzing aan Bombardier en al evenmin op kansen op het vlak van tewerkstelling bij Bombardier. Ik wil geen onrealistische verwachtingen creëren, maar het belangrijkste is wel dat we op korte termijn het perspectief kunnen bieden op een contract voor vijftig HermeLijntrams voor een bedrag van 17 miljoen euro.
Het belangrijkste is dat wij net als de werknemers ook op politiek vlak op dezelfde lijn staan. Ik stel vast dat u terecht bezorgd bent over de tewerkstelling.
Ik herhaal alleen in alle rust dat we deze keer de wet aan onze kant hebben omdat de Raad van State uitdrukkelijk zegt dat er sprake is van ongelijke behandeling en dat die te maken heeft met te strenge besparingen binnen De Lijn. Ik pleit voor politieke eenheid, en ik geef u het juridisch kader waarbinnen wij effectief goede zaken kunnen doen, zowel voor De Lijn als voor een belangrijk bedrijf in Vlaanderen.
De actuele vraag is afgehandeld.