Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Sintobin heeft het woord.
Minister, de afgelopen dagen was er in de media, en zeker ook op de sociale media, veel te doen over uw uitspraken over de kilometerheffing. U zei namelijk dat u de kilometerheffing genegen was. Ik begrijp de commotie niet goed omdat u dat al meermaals in de commissie en in de plenaire vergadering had aangekondigd. Het is dus geen nieuw gegeven. Wat misschien wel nieuw is, is dat u duidelijk maakte dat u dit wil koppelen aan een belastingverlaging voor de Vlamingen. Hoe u dat wilt doen, is me nog niet zo duidelijk. Gaat het om de afschaffing van de verkeersbelasting, of om de afschaffing van de vergroende belasting op de inverkeerstelling (BIV)? U zult dit ongetwijfeld straks ophelderen.
Daarnaast hebt u ook een proefproject aangekondigd dat binnenkort van start zal gaan om een theoretische onderbouw te geven aan de kilometerheffing. We hebben echter al een proefproject gehad van minister Crevits, waaruit gebleken is dat er in Vlaanderen absoluut geen draagvlak is voor de kilometerheffing voor personenwagens.
Ondertussen trekken ook een aantal actoren aan de alarmbel: ze klagen de rampzalige staat van onze wegeninfrastructuur aan en zeggen dat we beter eerst zouden investeren in wegeninfrastructuur, vooraleer te spreken over een kilometerheffing.
Mijn vraag is dan ook heel duidelijk. Minister, wat bedoelt u concreet met de koppeling die u wenst te maken tussen de kilometerheffing voor personenwagens en een algemene belastingverlaging voor de Vlamingen?
Minister Weyts heeft het woord.
U kent allemaal de fileproblematiek waarmee we dag in dag uit kampen, en zeker vanochtend. De boodschap is eigenlijk heel realistisch: het dreigt nog erger te worden. Volgens de prognoses van het Planbureau zal er tegen 2030 een toename van het vrachtverkeer zijn met 44 procent, en een toename van het aantal kilometers van personenwagens met 11 procent. En 2030 is niet zo ver meer af. We moeten daarop dus antwoorden formuleren en creatief zijn in het verzinnen van antwoorden.
Het eerste antwoord is investeren. En we investeren voluit. Het budget voor wegeninfrastructuur verhoogt volgend jaar met 30 procent. We plannen grote werken op de ring rond Antwerpen, de ring rond Brussel. Daarnaast investeren we ook in openbaar vervoer, in andere alternatieven, zoals fietsinfrastructuur, de waterweg. Zal dat volstaan? Ik vrees van niet. Ik vind dus dat we tenminste het alternatief van de slimme kilometerheffing onder ogen moeten zien. Die kan leiden tot een belastingverlaging, door het afschaffen van alle verkeersbelastingen dankzij de inkomsten die gegenereerd worden, niet alleen in het binnenland, maar vooral uit het buitenland. De buitenlandse chauffeurs van personenwagens betalen vandaag immers totaal niets. We laten hen bijdragen voor het gebruik van de weg en kunnen die inkomsten gebruiken om de verkeersbelasting totaal af te schaffen en extra te investeren in de weginfrastructuur en in alternatieven. Het geeft ons ook eindelijk een element op het vlak van mobiliteitssturing. We kunnen bijvoorbeeld mensen belonen wanneer ze ’s nachts rijden, of wanneer ze buiten de spitsuren rijden. Vandaag stellen we immers vast dat nog veel mensen tijdens de spitsuren rijden, terwijl dat eigenlijk niet nodig is op dat moment.
Dat levert mij wel wat kritiek op, mijn mailbox loopt vol. Daar probeert u wat op te kapitaliseren, maar gelet op de cijfers van het Planbureau moeten we alle alternatieven onder ogen zien, en zeker de alternatieven die kunnen leiden tot een belastingverlaging. Daarom willen we effectief die weg opgaan, en willen we dat minstens bestuderen met een gedegen onderbouwde studie. Deze week wordt de eerste fase, namelijk de theoretische onderbouw, de studie naar het draagvlak bij de Vlamingen, in de markt gezet, met een looptijd van zeven maanden. Als de offerte wordt goedgekeurd, kunnen we ermee verder gaan.
Ik geloof echt niet dat een slimme kilometerheffing mobiliteitssturend zal zijn. Zolang de wegeninfrastructuur in ons land en in Vlaanderen niet verbetert, zolang er geen betere uitbouw is van het openbaar vervoer, kunt u zoveel kilometerheffingen invoeren als u wilt, de mensen zullen het niet laten om met de auto te rijden.
Het is natuurlijk gemakkelijk om aan te kondigen dat u een kilometerheffing zult invoeren. Maar wat doet u bijvoorbeeld met de bedrijfswagens? U weet toch perfect, net als ik, dat voor vele mensen, zo niet voor duizenden mensen, een bedrijfswagen deel uitmaakt van hun loon.
Bovendien hebben we reeds een kilometerheffing. We betalen de kilometerheffing aan de pomp. Hoe meer men rijdt, hoe meer men zal moeten betalen. U spreekt over een belastingverlaging en het afschaffen van de verkeersbelasting, maar aan de andere kant zult u mensen die hun wagen nodig hebben voor hun beroep extra belasten.
Dus mijn vraag is: wat gaat u daarmee doen? Hoe gaat u om met de bedrijfswagens. Hoe gaat u om met het gebruik van de auto door zelfstandigen en dergelijke?
De heer Rzoska heeft het woord.
Het is een weerkerend debat. Ik blijf het zeggen: ik vind dat u terecht probeert om een stap te zetten. Ik moet eerlijk zeggen dat ik het zeer goed vind dat bijvoorbeeld ook Voka duidelijk communiceert dat dit de enige weg is die we kunnen opgaan.
Alleen, ik was wat verbaasd. Ik dacht dat heel de Vlaamse Regering dat steunde, maar blijkbaar is er zelfs binnen uw coalitie wat twijfel. Ik was toch wel zeer verrast over de communicatie van jullie liberale collega’s. Mijn vraag is dus: is dit een regeringsstandpunt dat dit er op termijn moet komen, of is dit enkel een idee of een overtuiging van uzelf, die ik, voor alle duidelijkheid, steun?
De heer Van Miert heeft het woord.
Het is duidelijk dat we met Vlaanderen op het pionierspad gaan. Een verkeerssturend systeem naar tijd-, plaats-, en milieuaspecten kent binnen Europa nog geen voorganger; misschien volgt Oostenrijk. Als we echt willen werken aan de congestie- en filevermindering, gaan we er ook gewone wagens bij moeten betrekken voor bepaalde delen van ons wegennet, in samengaan met het systeem dat we nu al voor de vrachtwagens hebben, onder het systeem ‘de gebruiker betaalt’. Dat dat niet fijn zal zijn voor de mensen die bijvoorbeeld alle dagen vanuit de Kempen Antwerpen voorbij moeten, lijkt me logisch, maar is het rechtvaardig dat mensen die op spitswegen en spitstijden de wagen niet gebruiken, nu wel de volle pot voor verkeersbelasting betalen? Die vraag kan men zich ook stellen.
Onze fractie steunt de minister in ieder geval als hij op zoek gaat naar een faire oplossing voor belastingen, eventueel in een ruil tussen verkeersbelasting en kilometerheffing. Ik heb nog een kleine bijkomende vraag: gaan we alleen in Vlaanderen een proefproject opstarten of hebt u weet van collega’s in de deelstaten die met iets gelijkaardigs bezig zijn?
De heer de Kort heeft het woord.
Dat we anders gaan moeten betalen voor mobiliteit, dat hebben we effectief afgesproken in het regeerakkoord. In het regeerakkoord hebben we vermeld dat er voor die wegbeprijzing voor personenwagens twee mogelijkheden zouden zijn: het wegenvignet of de kilometerheffing. Als u zegt dat het bestek voor de kilometerheffing klaar is en we het in de markt gaan zetten, betekent dat dan dat het wegenvignet is afgesloten? Ik denk van wel, omdat er ook kritiek van Europa is. Ik wil ook weten wat uw verdere traject is naar het bouwen van een draagvlak voor de slimme kilometerheffing. Daar moeten nog een aantal stappen worden gezet zodoende dat we – zo staat het ook in het regeerakkoord – tijdens de volgende legislatuur voluit verder kunnen gaan met het implementeren. Er moet nog verder overleg worden gepleegd, met heel wat actoren en ook met de andere gewesten.
De heer Keulen heeft het woord.
Ik heb me een koele minnaar genoemd van de kilometerheffing voertuigen. Collega de Kort geeft het aan: het is eigenlijk iets voor de volgende legislatuur. Ik vind het heel belangrijk dat het budgetneutraal is, en vooral dat er alternatieven voorhanden zijn en dat ze plaats- en tijdsgebonden is, want anders gaan we inderdaad naar een platte belastingverhoging. We moeten de komende maanden en jaren gebruiken om op al die bekommernissen, die oorbaar zijn, gepaste antwoorden en gepaste methodieken te bedenken.
De heer Vandenbroucke heeft het woord.
Onze fileproblematiek is dermate groot dat we ons inderdaad niet kunnen permitteren om eventuele oplossingen in de vorm van een kilometerheffing niet minstens te bekijken. We kunnen dat niet zomaar aan de kant schuiven. Het zou een veelbelovende oplossing kunnen zijn. Natuurlijk, als je de Vlamingen in de toekomst wil laten betalen voor het gebruik van de weg, dan zal dat maar een belastingverlaging zijn, zelfs zonder verkeersbelasting en belasting op de inverkeerstelling, als er dan ook voldoende alternatieven zijn. Ik heb het gevoel dat op dat punt het schoentje knelt. Van de opbrengst van de kilometerheffing voor vrachtwagens gaat er nul euro naar duurzame mobiliteit. U hebt vorige week tachtig fietssnelwegen komen aankondigen in de commissie Mobiliteit, maar een budgetverhoging voor fietsinfrastructuur, zoals beloofd in het regeerakkoord, komt er pas op het einde van de legislatuur. Vandaag zijn de onderhandelingen bezig met de NMBS over het vervoersplan 2017. De informatie die me daarover bereikt, is heel onrustwekkend.
Heel wat van de prioritaire investeringsprojecten van Vlaanderen zijn nu al van de tafel geveegd. Ik vraag u dan ook om voor een alternatief te zorgen zodat de Vlaming die wegbelasting kan ontwijken en zich op een andere manier kan verplaatsen.
We zullen effectief blijven investeren in die alternatieven. Wat de fietsinfrastructuur betreft, zullen we voor het eerst boven de magische grens van 100 miljoen euro gaan.
Verder zullen we tijdens deze legislatuur 698 nieuwe bussen bestellen, wat veel meer is dan ooit tevoren en veel meer dan tijdens de bestuursperiodes waarin uw partij deel uitmaakte van de regering.
Wat de kilometerheffing betreft, is het regeerakkoord duidelijk. We moeten op zijn minst onderzoeken wat het draagvlak kan zijn en hoe we kunnen zorgen voor een breder maatschappelijk draagvlak in alle breedte. We moeten dat verdomd doen want ik wil ervoor zorgen dat we in deze mobiliteitsdiscussie niet verzanden in kommer-en-kwelverhalen maar dat we ook perspectief kunnen bieden. We moeten kunnen vooruitgaan via alternatieven, zeker wanneer die dan ook nog eens leiden tot een belastingverlaging.
Dit is niet de gemakkelijkste weg. De gemakkelijkste weg zou zijn om niets te doen en mijn tijd uit te zitten. Wanneer ik kijk naar mijn mailbox, dan zie ik dat dit ons niet populair maakt. Ik vind echter dat we onze nek moeten uitsteken, onze verantwoordelijkheid moeten nemen en soms de moeilijkere weg moeten nemen wanneer we weten dat die op langere termijn de gemakkelijkere weg zou kunnen blijken.
Mijnheer Sintobin, u bent van het tegendeel overtuigd en we zijn met zijn allen getuige van de koerswending van het Vlaams Belang. Het Vlaams Belang wil eigenlijk dat de Vlamingen alles betalen en niet dat de buitenlanders meebetalen voor onze weginfrastructuur, wij wel. (Applaus bij de N-VA)
Minister, misschien moet ik onmiddellijk het verslag opvragen, want ik herinner me niet dat gezegd te hebben. Tijdens de vorige legislatuur was de heer Penris trouwens de enige in dit parlement die pleitte voor een kilometerheffing voor buitenlandse vrachtwagenchauffeurs, maar iedereen was ertegen omdat het niet kon of mocht van Europa. Nu zult u hetzelfde doen met een kilometerheffing voor personenwagens. Het is een feit dat u het fileprobleem en het mobiliteitsvraagstuk misbruikt om een nieuwe belasting in te voeren. Ik heb geen inzage in uw mailbox maar wel inzage op sociale media, en er is geen enkel draagvlak bij de Vlaming voor deze slimme kilometerheffing. Het is een zoveelste aanslag op de portefeuille van de hardwerkende Vlaming. We spreken al maanden over de ‘Turteltaks’ maar in de toekomst zullen we misschien ook kunnen spreken van een ‘Weytstaks’. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De actuele vraag is afgehandeld.