Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de inspanningen van de betrokken bedrijfssectoren om het zwerfvuil aan te pakken
Actuele vraag over het akkoord tussen de bedrijfssectoren en de Vlaamse overheid inzake de aanpak van zwerfvuil en de invoering van een systeem van statiegeld
Verslag
Minister Schauvliege is verontschuldigd omdat ze in het buitenland is.
Het antwoord wordt gegeven door minister Vandeurzen.
De heer Nevens heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, zoals de voorzitter zegt, is minister Schauvliege vandaag niet aanwezig omdat ze op missie is naar Davos, naar het World Economic Forum. Ze zal er een prijs voor de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM) in ontvangst nemen. Vlaanderen valt in de prijzen voor zijn beleid van circulaire economie dat internationaal wordt gehonoreerd.
Collega’s, ons afvalbeleid is inderdaad een voorbeeld voor de hele wereld. Wij stellen dus vast dat de Vlaamse autonomie tot positieve resultaten kan leiden. Hier geldt wel degelijk: wat we zelf doen, doen we beter. Maar, er is nog werk aan de winkel, en zeker voor zwerfvuil, dat jaarlijks ongeveer 60 miljoen euro kost aan de lokale besturen, aan de intercommunales, maar ook aan de Vlaamse overheid.
Maar gelukkig heeft minister Schauvliege maandag een overeenkomst met Fost Plus en de bedrijfswereld om een zwerfvuilplan uit te tekenen. Zij kan daarvoor rekenen op de steun van de sector die 7 miljoen euro extra op tafel legt om de strijd tegen zwerfvuil verder te zetten. Van die strijd wordt ongeveer 90 procent gefinancierd met middelen van de lokale besturen. Toch is die overeenkomst een goed signaal. Ze wijst erop dat de bedrijfswereld gevoelig is voor die strijd tegen zwerfvuil.
Minister, hoe kunnen wij de resultaatverbintenissen die zijn opgenomen in die overeenkomst afdwingen?
Mevrouw Taeldeman heeft het woord.
Zwerfvuil langs de autosnelweg, zwerfvuil aan bushokjes, zwerfvuil in de natuur, het zijn zaken waar u, ik en veel Vlamingen zich aan ergeren. De heer Nevens zei al dat jaarlijks ongeveer 17.5000 ton zwerfvuil wordt opgeruimd aan een kostprijs van 61,5 miljoen euro. Jarenlang goed opgezette campagnes over zwerfvuilbestrijding hebben tot op vandaag jammer genoeg weinig resultaten opgeleverd.
In het Vlaams regeerakkoord is een studie opgenomen over het invoeren van het statiegeld. Er werd een impactanalyse uitgevoerd en een juridische nota opgemaakt over het invoeren van statiegeld. Daaruit blijkt dat statiegeld pas na juni 2018 zou kunnen worden ingevoerd als gevolg van noodzakelijk overleg met de gewesten en de federale overheid. Intussen zal heel zwaar worden ingezet op handhaving en preventie.
Afgelopen maandag heeft minister Schauvliege een overeenkomst getekend met de verpakkingsindustrie die zich engageert om meer dan 9 miljoen euro te investeren in bijkomende acties op het vlak van zwerfvuil.
Minister, welke nieuwe extra inspanningen mogen we verwachten van de verpakkingsindustrie?
Mevrouw Peeters heeft het woord.
We hebben in 2015 al heel veel gehoord over het invoeren van statiegeld. Volgens de minister zou dat zeker gebeuren, de ene keer was dat tegen eind 2016, de andere keer was dat tegen eind 2018. In de beleidsbrief kondigde de minister recent aan dat het statiegeld er wel degelijk komt, maar dat ze de studie en de alternatieven van de sectororganisaties afwacht.
Intussen weten we dat die impactanalyse er is en dat de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM) een ongunstig advies heeft uitgebracht over het invoeren van statiegeld. We weten ook dat er een overeenkomst is gesloten met de sectororganisaties die begin 2018 zal worden geëvalueerd. Gelukkig zijn er ook partnerships mogelijk met de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) die zich enigszins uitgesloten voelde.
Minister, geldt deze overeenkomst met de sectororganisaties als volwaardig alternatief voor het statiegeld waarvan minister Schauvliege meermaals heeft gezegd dat ze het wilde invoeren?
Minister Vandeurzen heeft het woord.
Collega’s, ik geef graag het antwoord namens minister Schauvliege, die in Davos onder andere een prijs in ontvangst neemt. Blijkbaar wordt Vlaanderen gelauwerd voor ons materialenprogramma. Daarom is het dan ook terecht dat de bevoegde minister daar de honneurs waarneemt.
Ik begrijp dat een impactanalyse is uitgevoerd. Die heeft aangetoond dat het invoeren van statiegeld in de strijd tegen zwerfvuil tegen medio 2018 niet haalbaar is. Dat heeft als gevolg gehad dat naar andere mogelijkheden is gekeken. Minister Schauvliege heeft een akkoord bereikt met de industrie, die bereid is om 9,6 miljoen euro te mobiliseren om alternatieve methodes om het zwerfvuil uit het openbare domein te halen, te kunnen realiseren.
Uit de impactanalyse begrijp ik dat er nog heel wat juridische, wettelijke en praktische problemen zijn als je dat echt wilt invoeren. Bovendien blijkt uit de analyse, als je dat zou overwegen, dit het best op het Belgische niveau gebeurt. Dat betekent dat dit overleg vraagt met andere autoriteiten.
De Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM) heeft een nulmeting uitgevoerd. We kennen de status van Vlaanderen op het vlak van zwerfvuil. Het is de bedoeling om begin 2018 aan de hand van de nulmeting en de evaluatie te kijken of wat ondertussen met de sector en anderen aan acties is ontrold, resultaat oplevert, dan wel of andere mogelijkheden onder ogen moeten worden genomen. Het is dus goed dat er een duidelijk meetbare doelstelling is, en dat die evaluatie kan worden geobjectiveerd.
Eind februari komt er een actieplan openbare netheid. OVAM, de industrie en de openbare besturen zullen worden betrokken bij de opmaak ervan en bij de afspraken over de daarvoor uit te rollen acties. Op dat ogenblik kan er in de bevoegde commissie uitvoerig worden gediscussieerd over de vraag op welke manier bijvoorbeeld lokale besturen geïnvolveerd zijn in dit actieplan.
Mijnheer Vandeurzen, u als minister van Welzijn, zult zeker begrip hebben voor het welzijn van onze leefomgeving, van de natuur, onze dorpen en onze pleinen. Vandaag is zwerfvuil voor lokale besturen inderdaad een grote financiële uitdaging. Ik ben blij dat de overeenkomst inhoudt dat er vandaag een strijd zal worden geleverd tegen dat zwerfvuil.
Dat is belangrijk, want de burgers liggen er wakker van. Ik hoop dat andere sectoren kunnen toetreden tot die overeenkomst. Ik denk aan snoepfabrikanten en sigarettenproducenten. Vorige week stelde ik in de commissie een vraag om uitleg om de regeling voor plastic zakjes wat scherper te stellen, en om zoveel mogelijk partijen aan te zetten de handschoen op te nemen tegen zwerfvuil.
Voorzitter, vandaag lijkt u toch wat opgejaagd.
Ik vind dat ik tolerant ben, want normaal mag u geen papieren gebruiken. (Applaus)
Minister Vandeurzen, ik dank u voor het antwoord dat u hier gaf in plaats van minister Schauvliege, die in Davos is. We verwachten heel veel resultaat van die nieuwe acties en inspanningen die vorige maandag zijn bekendgemaakt door de verpakkingsindustrie en die ook zullen worden gekoppeld aan een nulmeting. Onze fractie verwacht daar veel van.
Ik heb toch nog een bezorgdheid. Heel veel steden en gemeenten zijn vragende partij om nauw te worden betrokken bij de verdere aanpak van de zwerfvuilproblematiek. Op welke manier zullen de lokale besturen hierin worden betrokken?
Minister, dank u wel voor uw antwoord. Als ik het goed begrijp, komt heel het dossier rond statiegeld op dit ogenblik in de koelkast tot die evaluatie in 2018 er is. Bijkomend heb ik ook begrepen dat men een plan openbare netheid gaat opmaken, een plan dat berust op vijf pijlers, hetgeen de sectororganisatie altijd heeft aangekaart. Nu, ik heb in de krant gelezen dat minister Schauvliege zich eigenlijk ietwat sceptisch uitliet over één van deze pijlers, met name de sensibilisering, iets waar in het verleden altijd heel fel op is ingezet. Mijn bijkomende vraag is of in de toekomst in dat plan zeker de nodige aandacht zal worden gegeven aan sensibilisering, iets wat toch nog altijd een belangrijk aspect inzake zwerfvuil blijft. (Applaus bij Open Vld)
De heer Tobback heeft het woord.
Minister, het is misschien niet uw schuld, maar ik vond het in hoge mate een circulair antwoord. Dat is een mooie term om te zeggen dat het rond de pot draait.
Als we voor circulaire economie prijzen krijgen, dan is dat omdat het beleid, zoals dat rond Fost Plus, een succes is. Dat is, net zoals alles, de verantwoordelijkheid van vele partijen hier in het parlement. We mogen ons dus hiervoor feliciteren.
Maar er zitten wel gaten in die cirkel. Zwerfvuil is het resultaat van dat gat, en we zien het elke dag liggen in alle gemeenten. Het is op zich een ernstig probleem. Het is een probleem dat bovendien massa’s geld kost aan de gemeentebesturen. Ik denk dat iemand zei dat het bedrag 61 miljoen euro is. Dit is een probleem dat we niet voor ons uit kunnen blijven schuiven of blijven rondborstelen.
Statiegeld heeft al bewezen dat het een oplossing zou kunnen zijn, maar ik ben er niet overdreven enthousiast over. Want waar de verantwoordelijkheid nu bij de gemeenten ligt, betekent statiegeld dat de verantwoordelijkheid bij de consument ligt. Ik ben dus heel erg blij om te horen dat de minister overlegt met de sector, want een groot deel van de verantwoordelijkheid moet wat mij betreft worden opgenomen door de producenten en degenen die het afval op de markt brengen. Maar ik ben wel heel teleurgesteld in het ontbreken van concrete engagementen. Want 9 miljoen euro inbrengen is één zaak, maar ik heb niet gehoord wat dat nu precies gaat betekenen, wat daar nu precies aan gaat gebeuren en wat de minister veronderstelt ook echt op te leggen aan die producenten.
De heer Sanctorum heeft het woord.
Het laatste wat de heer Tobback zegt, klopt. Het is heel goed dat er inspanningen vanuit de industrie komen, maar wat zijn die exact? Wat staat er in die overeenkomst? Dat hebben we nog altijd niet gehoord.
Wat het debat ten gronde over statiegeld betreft: dat is niet alleen goed om het zwerfvuil in te dijken, maar ook om recyclage te stimuleren. Ik geef graag het voorbeeld van Duitsland, waar 95 procent van de verpakking waar statiegeld op betaald wordt, ook wordt ingezameld. Dat is een heel hoog percentage, een percentage dat wij in Vlaanderen niet kunnen halen. Statiegeld is zeker een waardevol systeem, maar nulmetingen, studies, impactanalyses, ze liggen allemaal op tafel, maar wat gaan we er nu eigenlijk mee doen? Daar horen we niets over. Wat is nu het standpunt van de Vlaamse Regering, van de meerderheidspartijen over statiegeld? Ik zou dat nu graag eens horen.
Wat dat laatste betreft, is het antwoord redelijk duidelijk. Uit de impactanalyse blijkt dat je dat heel moeilijk kunt realiseren tegen medio 2018 en dat dat wettelijk en praktisch een aantal heel belangrijke randvoorwaarden heeft. Mijn collega heeft getracht om met de sector een kader te creëren om te zien of alternatieven niet tot succes kunnen leiden. 9,6 miljoen euro jaarlijks op de tafel is een bedrag op basis waarvan je met de sector en de lokale besturen en met de OVAM kunt spreken over een zeer concreet plan.
Degenen die vragen hebben gesteld over een concreet plan, hebben natuurlijk gelijk in die zin dat het nu de bedoeling is om aan de hand van dit soort informatie en engagementen met de betrokkenen, en met nadruk op de gemeenten, te bekijken wat dat betekent voor implementatie en concrete acties. De timing die mijn collega mij meegeeft, is dat men tegen eind februari met een plan naar voren zou moeten komen. Dan zult u beoordelen in welke mate het beschikbare geld nuttig is ingezet en hoe concreet de acties en de engagementen van de een en de ander zijn.
Ik denk dat het voor mijn collega duidelijk is dat die vijf sporen in de strategie overeind moeten blijven. Sensibiliseren is daar hoe dan ook bij. Ook communicatie hoort daarbij. Ze is er zich volgens mij uitdrukkelijk van bewust dat de lokale overheden betrokken moeten worden bij de opmaak en de uitvoering. Het traject dat men wil volgen met alle betrokkenen om een geïntegreerd plan te maken, ligt nu voor. De timing is ongeveer eind februari.
Minister, het is duidelijk dat een goed, nieuw zwerfvuilplan een stap vooruit moet zijn in de strijd tegen zwerfvuil. En dat nieuwe plan moet er komen in samenspraak met de lokale besturen en met de distributiesector. We moeten oplossingen vinden om die strijd voort te zetten. De toekomst zal uitwijzen of het voldoende zal zijn of dat het te weinig weegt om de strijd tegen zwerfvuil eindelijk een halt toe te roepen.
Ik hoor van zowel de minister als van verschillende collega’s dat onze minister Schauvliege in Davos zit en dat ze er een internationale prijs ontvangt voor het Vlaamse materialen- en recyclagebeleid. Het kan niet genoeg benadrukt worden dat wij in Europa koploper zijn op het vlak van sorteren en recycleren. Nu is de tijd gekomen om allemaal, in alle sectoren een tandje bij te steken op het vlak van zwerfvuilbestrijding.
Zwerfvuil staat inderdaad in de top 3 van de ergernissen van de bevolking. Iedereen verwacht dat we er effectief iets aan doen. Ik heb er alle vertrouwen in dat straks in het operationele plan heel wat concrete acties zullen worden opgenomen die zwerfvuil zullen tegengaan.
Ik heb misschien nog een kleine suggestie. Het betreft een proefproject dat in Limburg op verschillende plaatsen wordt gebruikt: de mobiele camera’s om de sluikstorters op te pakken. Men kan ze immers heel goed identificeren. Klaarblijkelijk werkt het proefproject, het is wellicht iets om op te nemen in het plan dat straks zal voorliggen.
De actuele vragen zijn afgehandeld.