Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over het (on)voorwaardelijke karakter van de vernieuwde kinderbijslag
Verslag
Mevrouw Van den Bossche heeft het woord.
De kinderbijslag is voor mijn fractie een universeel en onvoorwaardelijk recht van het kind. Het is een manier van deze samenleving om bij te dragen in de kosten die gepaard gaan met het grootbrengen van een kind. Een kind alle kansen geven, betekent ook dat we ervoor zorgen dat kinderen niet in armoede moeten opgroeien, dat hun ouders zich op zijn minst op dat vlak geen zorgen moeten maken. Dat neemt niet weg dat ik de bezorgdheid die mevrouw Rutten heeft geuit om kinderen zo vroeg mogelijk naar school te krijgen, deel. Ik denk dat het inderdaad belangrijk is dat kleuters naar school gaan. Ik wil u ook gerust meegeven dat mijn partij bereid is de voorstellen die federaal ter stemming liggen, mee goed te keuren, omdat wij geloven dat participatie van kleuters belangrijk is om kansen te verhogen, zeker als je dat koppelt aan een soort van outreachingbeleid, waarbij je zorgen van ouders wegneemt – dat gaat soms over angst dat kinderen zullen worden geplaagd omdat ze uit een ander milieu komen, sociaal-economisch of cultureel – en die ouders met begrip benadert.
U hebt op dat vlak een medestander in ons. We geloven alleen niet dat het koppelen van het recht op kinderbijslag aan de aanwezigheid op school een goede reden is. Twee regeringen geleden is het goedbedoelde idee uitgevoerd – met mijn partij mee op kop – om de schooltoelage te koppelen aan de aanwezigheid van kinderen op school. Wat blijkt? Er is sindsdien meer gespijbeld. Het is namelijk een maatregel gebleken die niet effectief is in het bereiken van dat doel. Kinderen gaan niet meer naar school omdat de schooltoelage wordt teruggevorderd bij de ouders. Ze dreigen gewoon meer in armoede te belanden. De ombudsman heeft vorig jaar die cijfers voorgesteld en aangeraden om ook die maatregel in vraag te stellen.
U vindt een partner in sp.a om kinderen zo vroeg mogelijk naar school te krijgen en alle kansen te bieden, maar tegelijk vinden we het erg belangrijk dat elk kind een universeel onvoorwaardelijk recht behoudt op kinderbijslag. Minister, wilt u mij garanderen dat zolang u op die stoel zit, dat recht onvoorwaardelijk blijft?
Mevrouw Van den Brandt heeft het woord.
Dames en heren van Open Vld, ik vind het moeilijk te begrijpen hoe u als liberalen een voorstel kunt doen waarbij u voorwaarden koppelt aan het recht op kinderbijslag, waarbij u kinderen straft voor het gedrag van hun ouders. U doet dat om er onder meer voor te zorgen dat kinderen van jongs af aan naar school gaan. Dat wil Groen absoluut ook. Kinderen van 3 jaar naar school krijgen, is heel belangrijk.
Tegelijkertijd zitten we in een regering die net bespaart op de projecten die daarop inzetten, de zogenaamde flob-projecten. Deze regering laat ook weten dat er geen verlaging zal komen van de leerplicht, wat ook dat doel zou bewerkstelligen. En vooral, deze regering geeft geen antwoord op het enorme scholentekort, op de vele kleutertjes die niet naar school kunnen omdat er simpelweg geen plaats is. In die context vind ik het voorstel van mevrouw Rutten cynisch.
Maandag zijn er armoedecijfers gepubliceerd: 15 procent van de kinderen groeit op in armoede. Dat zijn bijna 190.000 kinderen. Als we onze kinderbijslag aan iets willen koppelen, laat het dan het inkomen van de ouders zijn. Laat ons dan kinderen die in armoede opgroeien, een extra financieel steuntje geven omdat ze het meer nodig hebben dan kinderen van rijke ouders. Als we willen dat kinderen gelijke kansen hebben van bij de start, dan moeten we het probleem van de armoede aanpakken. Laat de kinderbijslag net een instrument zijn om dat te doen.
Minister, zult u een kinderbijslagvoorstel op tafel leggen dat gekoppeld is aan voorwaarden? Zult u er rekening mee houden dat 17 procent van het inkomen van gezinnen in armoede net uit de kinderbijslag komt? Zult u rekening houden met de enorme hefboom die kinderbijslag is? Zult u het voorstel van Open Vld naar de prullenmand verwijzen?
Minister Vandeurzen heeft het woord.
Dames en heren, ministers worden geacht het regeerakkoord uit te voeren. Ik neem aan dat dat nog altijd de bedoeling is. In dat regeerakkoord is een passage opgenomen die beschrijft op welke manier het ontstaan van een Vlaams decreet Kinderbijslag moet worden begrepen en wat de basisprincipes zijn.
Ik citeer: “We behouden de geboorte- en adoptiepremie en zien kinderbijslag als een recht van het kind, ongeacht de socio-professionele status van de ouders. We maken werk van een vereenvoudiging van het huidige systeem waarbij we de rangorderegeling en leeftijdstoeslag afschaffen. Elk kind is gelijk, bijgevolg voorzien we in een gelijke basiskinderbijslag. We behouden een toeslag voor kinderen met bijzondere zorgnoden en de wezen. Om kinderarmoede te bestrijden, voorzien we voor kinderen die opgroeien in een gezin met een laag inkomen een sociale toeslag. De inkomensgrens van deze toeslag is gezinsgemoduleerd en houdt dus rekening met de gezinsgrootte.”
Dat, collega’s, zal ik als een trouwe soldaat uitvoeren. (Applaus bij CD&V)
Het is ongebruikelijk dat minister Vandeurzen maar zo weinig tijd nodig heeft om te antwoorden.
Dat komt omdat hij deze keer echt duidelijk is, voorzitter.
Minister, u zult niet tornen aan het principe van de universele onvoorwaardelijke kinderbijslag. Ik vind dat erg belangrijk omdat kansen geven aan kinderen uit vele delen bestaat. Een van die aspecten is ervoor zorgen dat geen enkel kind in armoede moet opgroeien. Helaas zijn er nog altijd kinderen die in armoede opgroeien. Dreigen met die armoedeval in de hoop daarmee meer kansen te creëren voor kinderen, betekent nog meer miserie creëren. Minister, uw antwoord stelt me zeer gerust: zolang u daar zit, zal daar niets aan veranderen. Ik kijk uit naar de voorstellen voor de nieuwe Vlaamse kinderbijslag. Dat zal niet eenvoudig zijn, want twee van uw partners hebben al duidelijk gemaakt dat zij daar wel voorwaarden aan willen koppelen. Ik veronderstel dat u uw mannetje zult staan en wij zetten onze kaarten dan ook helemaal in op u.
Minister, ik begrijp uit uw antwoord dat het voorstel van Open Vld enkel een ballonnetje is en dat daar geen concrete voorstellen in het parlement aan verbonden zullen worden. Het is niet de eerste keer dat er een ballonnetje wordt opgelaten over de kinderopvang. Zo was er het voorstel van de N-VA om uitsluitend kinderbijslag te geven aan mensen die langer dan 4 jaar in ons land verblijven maar dat heeft de Raad van State naar de prullenmand verwezen. Ook het huidige voorstel van Open Vld zal er niet komen.
Collega’s, ik vind die houding een beetje laf. U maakt deel uit van een meerderheid die verantwoordelijkheid heeft om een nieuwe kinderbijslag uit te werken. We hebben eindelijk een legislatuur van ettelijke jaren zonder verkiezingen. Berg dus die campagnemodus op en kom naar het parlement met een echt voorstel.
Minister, ik begrijp dat u weinig tijd hebt om echt aan dat voorstel te werken omdat u voortdurend oppositie moet voeren tegen uw eigen meerderheid. Maar wanneer komt u met een voorstel dat ervoor zorgt dat kinderbijslag kinderen kansen geeft en niet uitsluit?
De heer Janssens heeft het woord.
Minister, we hebben de afgelopen dagen een zoveelste voorstel van een meerderheidspartij gehoord over de hervorming van de kinderbijslag. Daarbij schieten vooral Open Vld en de N-VA met losse flodders. De N-VA dient een wetsvoorstel in in een parlement dat niet eens bevoegd is voor de hervorming van de kinderbijslag. De Raad van State heeft net als het Vlaams Belang gezegd dat dit effectief moet worden behandeld in het Vlaams Parlement.
Ook Open Vld schiet met losse flodders, want zij willen het kindergeld afhankelijk maken van het Nederlands spreken door de moeder, terwijl politieagenten zomaar aan een opleiding kunnen beginnen zonder dat zij Nederlands moeten kennen. Ook als zij onze taal niet kennen, mogen zij onze veiligheid bewaken in dit land. Ik roep op tot een beetje ernst in dit debat en ik roep de meerderheidspartijen Open Vld en de N-VA op om hun punt te maken in de regering en niet alleen met losse flodders te schieten in de pers die zelfs de minister niet ernstig neemt.
De heer Diependaele heeft het woord.
Wij hebben inderdaad gezegd dat dit een onderwerp is waarover wij wel rond de tafel gaan zitten en willen nadenken. Er zitten nog een aantal gebreken in en de zesde staatshervorming laat dat mogelijks nog niet toe. Maar inhoudelijk zijn wij bereid om daarover na te denken en wel om één goede reden. Mevrouw Van den Bossche, ik verzet me fundamenteel tegen de idee dat je met arme mensen heel behoedzaam moet omgaan en dat je hen zeker altijd beschermen en niet te vrij mag laten. Je moet er net voor zorgen dat die mensen versterkt worden en hen de mogelijkheid geven om zelf de zaken in handen te nemen. Wij hebben absoluut niet de intentie om hen iets af te nemen. Maar als praten en dergelijke meer niet helpt, dan is er niets mis met een stok achter de deur om hen effectief aan te zetten om dingen te doen die in hun eigenbelang zijn. Nederlands leren is een voorwaarde om deel te nemen aan onze maatschappij. Kinderen op tijd naar school sturen heeft tot doel die kinderen te versterken, zij komen daar beter uit. Als u zich daartegen verzet, verzet u zich tegen het belang van die mensen zelf.
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
De zesde staatshervorming biedt inderdaad heel wat kansen om een eigen Vlaams beleid uit te zetten voor de gezinsbijslag. Dat is een heel belangrijk thema. Niet minder dan 1,6 miljoen kinderen krijgen maandelijks een gezinsbijslag uitbetaald. Een omvorming van het systeem moet heel omzichtig en eenvoudig gebeuren zodat er zo weinig mogelijk risico’s op fouten zijn.
Voor ons staan er in de vernieuwde kinderbijslag twee doelstellingen voorop. Een: een tegemoetkoming in de kosten die verbonden zijn aan de opvoeding van een kind en die elke ouder heeft. Twee: we moeten het gebruiken als een hefboom tegen kinderarmoede. Het Vlaams regeerakkoord heeft een heel duidelijk kader gecreëerd dat door alle regeringspartners is onderschreven.
Daarnaast is er de doelstelling van inburgering: taallessen en zoveel mogelijk kleuters naar school krijgen. Ja, daar staan wij ook achter, maar het inhouden van de kinderbijslag is daar niet het juiste middel voor. Laat ons de komende periode gebruiken – ik roep de regering daartoe op – om in alle sereniteit overleg te voeren over de manier waarop we die gezinsbijslag gaan omvormen, zonder zomaar ballonnetjes op te laten. Dat doet daar geen goed aan. (Applaus bij CD&V, Groen en sp.a)
Mevrouw Rutten heeft het woord.
Ik begin met een positieve noot. Mevrouw Van den Bossche, ik merk een draagvlak om te spreken over een verlaging van de inschrijvingsplicht. Dit kan Vlaanderen zelf. Indertijd hebben we dat samen met ex-minister Vandenbroucke op 5 jaar gelegd in Vlaanderen. Ons voorstel is om dat op 3 jaar te leggen. Waarom? Deze week heeft minister Hilde Crevits het nog onderstreept: kinderen die niet naar de kleuterschool gaan, hebben tot vijf keer meer kans om ofwel te blijven zitten in het secundair onderwijs, ofwel de school te verlaten zonder diploma. Wat hebben we nu aan grote discussies over de hervorming van het secundair onderwijs als we moeten beginnen in de kleuterklas.
Dit is mijn oproep: laten we van kindergeld een instrument maken om te emanciperen, om mensen sterker te maken, om ze kansen te geven in plaats van het gewoon een uitkering te laten zijn waarmee alleen je eigen geweten is gesust.
Minister, het is heel correct dat u het regeerakkoord aanhaalt. De discussie is volop bezig in de regering. We leggen het daar op de tafel. Aan iedereen die denkt dat dit een ballonnetje is: het ligt al langer dan vandaag op de regeringstafel. Ik ben blij dat het er komt en het is niet in tegenstrijd met het regeerakkoord.
De minister-president heeft naar aanleiding van de Septemberverklaring nog eens benadrukt dat het regeerakkoord duidelijk is. De timing is bekend voor de leden van de commissie Welzijn. In de beleidsbrief is effectief aangekondigd dat er in de loop van 2016 een ontwerp van decreet aan het parlement wordt voorgelegd. Het is niet zo belangrijk dat het in 2016 allemaal is afgerond, maar de regering moet in de loop van volgend jaar een concept voorleggen aan het parlement. Uiteraard wordt dat voorbereid.
Mijnheer Diependaele, u zegt zelf dat we behoedzaam moeten omspringen met mensen in armoede. Wij vinden dat je met alle mensen behoedzaam moet omspringen. U zegt dat de stok achter de deur dient voor als het niet helpt om te praten. Maar er wordt niet gepraat met hen. Dat zegt de Vlaamse Onderwijsraad (Vlor) al zo lang. De Vlor zegt: ga er eens naartoe, probeer de angst te begrijpen van een moeder die in armoede leeft, die bang is dat haar kind op school wordt gepest als het in lompen rondloopt. Probeer te begrijpen dat een moeder met negatieve schoolervaringen bang is dat haar kind hetzelfde overkomt. Dan gaat u inderdaad praten. Doe dat eens. Leer die mensen kennen en zorg dat u de drempel begrijpt.
Mevrouw Rutten, voor de verlaging van de inschrijvingsplicht wil mijn partij zeker een partner zijn. U moet wel opletten dat u niet te jong begint, dat nog niet schoolrijpe kinderen te vroeg uit hun crèche worden weggehaald. Daar verschillen kinderen al eens in. Maar op dit vlak hebt u in onze partij een partner, als het werkelijk gaat om sterker maken en kansen geven, niet als het alleen woorden zijn om de kinderbijslag weg te halen, want dan zijn we niet mee. Dan dekt uw vlag een heel andere lading. Inzake de participatie hebt u wel een punt.
Minister Vandeurzen, uw eerste antwoord dat u dit niet gaat doen, was heel duidelijk. Maar plots hangt er mist in de zaal. Ik hoor de meerderheid zeggen dat dit eigenlijk wel in het regeerakkoord past. En ik hoor u zeggen dat u het regeerakkoord gaat toepassen. Ik hoor dat de deur hiervoor openstaat. Ik kan u enkel oproepen om dat niet te doen.
Mevrouw Rutten en mijnheer Diependaele, u zegt dat u ouders wilt belonen voor hun daden, dat we mensen sterker moeten maken. Maar wat u hier doet, is mensen niet versterken. Wat u hier doet, is niet belonen, het is straffen. U creëert geen kansen voor kinderen, u sluit deuren voor kinderen. (Applaus bij Groen)
De actuele vragen zijn afgehandeld.