Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de federale beslissing om het btw-tarief voor scholenbouw te verlagen van 21% naar 6%
Actuele vraag over een verlaagd btw-tarief voor scholenbouw
Verslag
De heer Daniëls heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, eindelijk, eindelijk zal de btw voor de scholenbouw worden verlaagd. Sinds 2004 pleit de N-VA al voor 6 procent btw op schoolgebouwen. Een collega zei me daarnet: je hebt je werkbottines al aan om morgen al te beginnen bouwen. Helaas, neen, dat komt omdat ik mijn ligamenten heb gescheurd.
Door die 6 procent btw zouden we zo maar eventjes 11.750 plaatsen bij kunnen creëren, of 470 leslokalen extra. Het is moedig van deze Federale Regering dat ze die beslissing neemt. In het verleden is dat niet gelukt, omdat het bouwvolume aan Vlaamse zijde uiteraard veel hoger is dan aan Waalse zijde, en de btw-inkomsten die door Vlaanderen worden gegenereerd, dus veel hoger liggen dan de door Wallonië gegenereerde. Door deze maatregel van het verlagen van de btw van 21 naar 6 procent zal ook de federale overheid ongeveer 40 miljoen euro minder btw-inkomsten hebben. Het is bijgevolg een belangrijke stimulans voor de scholenbouw, maar ook een belangrijke stimulans voor de bouwsector in Vlaanderen.
Alleen moeten we er wel goed over nadenken of alles oké is. Er is immers uiteraard een Europese richtlijn uit 2006. Minister, uw partijgenoot Ivo Belet heeft daar in 2014 een vraag over gesteld. De bevoegde commissaris heeft daarop geantwoord dat scholenbouw geen huisvesting is en dat verlaagde tarief bijgevolg eigenlijk niet kan worden toegekend. De vraag is dus: op welke termijn zal dat verlaagde tarief worden toegepast, weliswaar zonder dat we worden teruggefloten door Europa? Mocht dat gebeuren, zou u dan ook een recuperatiefonds overwegen?
De heer De Meyer heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, de verlaging van de btw voor scholenbouw van 21 naar 6 procent is ongetwijfeld een belangrijk onderwerp, dat bovendien reeds een lange geschiedenis kent. In een resolutie van 18 december 2003 die unaniem werd goedgekeurd, vroeg ik reeds via een amendement dat de btw van 21 naar 6 procent zou worden verlaagd.
Recent, op 12 december 2014, stelde ik hierover een vraag aan ministers Crevits en Turtelboom. Uit het antwoord bleek dat voor dit dossier de samenwerking met de Federale Regering en Europa uiteraard zeer belangrijk is. De Federale Regering heeft de belangrijke beslissing genomen in het kader van de taxshift om de btw te verlagen van 21 naar 6 procent voor scholenbouw. Dit betekent, collega’s, dat er ruim 10 procent meer scholen zouden kunnen worden gebouwd, jaarlijks 29.000 vierkante meter vloeroppervlakte in surplus.
Minister, samen met uw masterplan moet dit ongetwijfeld voor een boost zorgen. Kunt u bevestigen dat op 1 januari 2016 de btw voor scholenbouw effectief zal worden verlaagd van 21 naar 6 procent?
Mevrouw Gennez heeft het woord.
Minister, ook van onze kant een dikke proficiat voor het realiseren van de verlaging van het btw-tarief voor scholenbouw. Dat is inderdaad al sinds lang een terechte vraag van alle onderwijsstakeholders en ik denk ook van veel politieke partijen. Vandaag lopen wij – en u ook, dat weet ik – het vuur uit onze sloffen om extra investeringen voor scholenbouw te realiseren. Dan is het natuurlijk onzinnig om als ene overheid, de Vlaamse, de andere overheid, de federale, te subsidiëren.
We zijn blij dat die verlaging in die federale taxshift is beslist. We hebben begrepen dat die zou ingaan op 1 januari 2016. We hebben ook snel berekend dat een verlaging van die btw voor Vlaanderen met bestaande middelen 11 procent extra investeringen mogelijk maakt, dus om en bij de 12.000 stoeltjes en 470 klassen die in Vlaanderen zeer erg nodig zijn.
U weet dat er vragen worden gesteld bij sommige stakeholders: mag het van de Europese Unie? Ook de heer Daniëls heeft dat gedaan. Voor ons is het eigenlijk zeer duidelijk, minister: scholen zijn geen luxegoederen, net zoals btw ook geen luxegoed is. De vorige Federale Regering had de btw op elektriciteit verlaagd en heeft ook een aanmeldingsprocedure bij Europa ingeleid. Er is nooit een inbreuk gekomen. Wij gaan ervan uit dat voor scholenbouw, dat veel dichter bij bestaande uitzonderingscategorieën staat, namelijk social policy in housing – als generieke term –, ook Europa die sociale investeringen in Vlaanderen zal toejuichen.
Minister, de federale overheid begroot al vanaf 2017 10 miljoen euro en vanaf 2019 zelfs 30 miljoen euro extra fiscale inkomsten als gevolg van deze btw-verlaging. Hoeveel extra middelen moet Vlaanderen uittrekken om die federale inkomsten te kunnen genereren?
Minister Crevits heeft het woord.
Collega’s, als minister van Onderwijs ben ik zeer blij dat jullie van de beslissingen van de Federale Regering om de btw op scholenbouw te verlagen van 21 naar 6 procent een rekeningoefening hebben gemaakt om na te gaan wat daarvan de winsten zullen zijn. Het is zeer goed dat dat is gebeurd. Jullie rekening komt redelijk overeen. Dat is al goed. Ik moet dus niet zelf aan de slag met mijn rekenmachine.
Ik zal een aantal dingen verduidelijken. De Federale Regering heeft in het kader van de taxshift waarover ze een aantal beslissingen heeft genomen, inderdaad de afspraak gemaakt om de btw op scholenbouw te verlagen van 21 naar 6 procent. Het is al zo opgenomen in de federale Programmawet en moet natuurlijk nog worden goedgekeurd in het federale parlement.
Ik geef wat details. De verlaging geldt zowel voor universiteiten, hogescholen als voor het leerplichtonderwijs. De verlaging gaat van 21 naar 6 procent, geldt voor nieuwbouw, maar ook voor renovaties en onroerende leasing en huur.
Het is dus heel breed opgevat en goed gemotiveerd, en het gaat in vanaf 1 januari 2016.
Er moeten geen ingewikkelde toestemmingen of toelatingen voor worden gevraagd. Het wordt in een programmawet ingeschreven, waarna de normale procedure wordt gevolgd. Als er nog dit jaar over gestemd wordt, kan het op 1 januari 2016 in werking treden.
De winsten situeren zich op drie fronten. In de eerste plaats is er winst voor de Vlaamse overheid. Uiteraard: als wij minder uitgaven hebben, kunnen we met onze budgetten meer klaslokalen, meer schoolgebouwen en meer stoeltjes in de klas realiseren. Er is ook een belangrijke winst voor alle gesubsidieerde netten en koepels. Voor de steden en gemeenten heeft dit een heel belangrijke impact op het eigen aandeel dat ze moeten betalen. Ook daar zakt de btw van 21 procent naar 6 procent. Ook voor het vrij onderwijs is dit een cruciale maatregel, want vanaf 1 januari 2016 is er onmiddellijk voor alle facturen een verlaging naar 6 procent.
Er is dus op drie fronten winst. Ik ga ervan uit, dames en heren, dat al wie minder moet uitgeven aan de bouw van schoolgebouwen, waaraan een grote nood is, van de middelen gebruik zal maken om extra investeringen te doen.
Mevrouw Gennez, ik denk dat ik duidelijk ben over de manier waarop we hiermee zullen omgaan. Als er budgetten zijn, als men minder moet betalen om iets te realiseren, dan is er meer ademruimte om nieuwe dingen te doen. U weet dat er in de begroting 2016 in 50 miljoen euro extra is voorzien, we zullen het daar in de toekomst nog over hebben.
De manier waarop en de daadkracht die de Federale Regering aan de dag legt om de knoop door te hakken en om deze beslissing te nemen, kunnen we alleen maar kamerbreed ondersteunen. Ik heb het eens in de annalen opgezocht: alle politieke partijen hebben die vraag al gesteld. Ik ga er dus van uit dat we kunnen rekenen op een heel breed draagvlak.
En inderdaad, mijnheer Daniëls, u vroeg hoe het zit met Europa. De motivatie zal inderdaad cruciaal zijn. U vertelde daarnet dat u uw ligamenten hebt gescheurd. Ik weet dat u ook pas getrouwd bent. De gescheurde ligamenten hebben u dus niet tegengehouden om te trouwen: wie niet waagt, dames en heren, die blijft uiteraard maagd! Ik kan in dezen alleen maar de daadkracht van de regering ondersteunen. (Rumoer. Gelach. Applaus)
Minister, over de vraag of ik voor mijn trouwpartij al dan niet maagd was, zal ik hier in het parlement niet verder in detail treden.
Het is belangrijk dat u zegt dat het heel goed is dat deze beslissing is genomen. Dat is absoluut zo, daar is geen twijfel over mogelijk. Maar onze vraag is ook ingegeven door zekerheid voor de scholen. Voorafgaand aan het federaal stemmen over de programmawet, moeten we inderdaad niets vragen aan Europa. Het zou echter heel lastig zijn indien Europa ons nadien in gebreke zou stellen. Als we op 1 januari 2016 beginnen te bouwen en Europa komt daarna met een ingebrekestelling, wat gebeurt er dan met de scholen die ondertussen, al dan niet aan 6 procent, hebben gebouwd?
Ondertussen zijn er ook al een heel aantal adviezen, ook interne. Ik neem aan dat de adviezen van de IF en van de minister van Begroting ook positief zijn, dat ze meegaan met de richtlijn. Ik herhaal mijn vraag: stel dat het toch niet lukt met Europa of er komt een ingebrekestelling, is een btw-recuperatiefonds dan voor u bespreekbaar om het doel alsnog te realiseren?
Minister, mocht de heer Daniëls nog maagd zijn, dan zou hij zich als vader van twee kinderen toch vragen moeten stellen… (Gelach)
Ter zake, minister, er zijn ‘believers’ en ‘minder believers’. Ik zeg u duidelijk dat ik u, de Vlaamse Regering en de Federale Regering wil feliciteren met deze maatregel. Het is een goede en belangrijke maatregel voor de schoolbesturen en voor Vlaanderen, maar ook voor de bouwnijverheid, want de maatregel is ook belangrijk voor bijkomende werkgelegenheid.
Mijnheer De Meyer, staat u me toe mij enigszins te verwonderen over het feit dat u niet schijnt te geloven in de onbevlekte ontvangenis. (Gelach)
Minister, met hetzelfde budget dat u hebt ingeschreven, kunt u inderdaad 11 procent meer stoeltjes realiseren. Dat is zeker een goede zaak en een rechtstreeks gevolg van de btw-verlaging. Wij gaan ervan uit dat die verlaging er komt en dat Europa geen opmerkingen zal maken.
De Federale Regering voorziet in extra inkomsten. Mijn vraag blijft wel: in hoeveel extra middelen voorziet de Vlaamse Regering om te investeren in scholenbouw, bovenop het bestaande budget om die extra federale btw-inkomsten te kunnen genereren? Het gaat om 30 miljoen euro tegen 2019. Ik zou graag inzage krijgen in uw intenties en plannen voor de meerjarenbegroting om dat bedrag te realiseren.
De heer De Ro heeft het woord.
Minister, één aspect is nog niet belicht. In de winsten of voordelen zouden we ook kunnen kijken naar de vzw Scholen van Morgen. Dan moet u – u hebt het deze week nog gezegd, we leveren één school per week op, als dit van 1 januari ingaat – niet bij Scholen van Morgen bepleiten om de opleveringen uit te stellen tot 1 januari zodat ook de scholen die in die periode nog worden opgeleverd, ook van het nieuwe tarief kunnen genieten. Ik denk dat voor veel scholen de beschikbaarheidsvergoeding een flink stuk lager zou kunnen uitvallen.
Mevrouw Meuleman heeft het woord.
Minister, we hadden gisteren in de commissie een zeer interessante hoorzitting, en dat was niet de eerste, rond scholenbouw. Een architect zei gisteren: scholen van morgen zijn eigenlijk scholen van vandaag met het geld van gisteren.
Dat was een operatie met een pps-constructie die moest worden goedgekeurd door Europa. Dat heeft jaren geduurd, dat is uiteindelijk peperduur geworden. De Vlaamse Regering heeft dat moeten opnemen in haar begroting. Met die constructies kan het wel al eens mislopen. Ik maak me zorgen.
Ik deel de bezorgdheid van de heer Daniëls. Ik denk dat we alles moeten aanwenden voor scholenbouw. De toestand is dramatisch. We hebben dat vernomen via de capaciteitsmonitor. Er zullen ontzettend veel plaatsen nodig zijn. De scholen die er zijn, moeten worden gerenoveerd, we hebben dus centen nodig. Elke creatieve piste is een goede piste. Als het lukt, oké.
Maar hebt u zekerheid dat Europa dat zal goedkeuren? Zou u niet beter in reguliere middelen voorzien op uw begroting? Ik denk dat dat broodnodig is om het hoofd te bieden aan de huidige problemen.
Ik zal nog eens proberen duidelijkheid te geven. Het gaat hier niet over het realiseren van een pps-constructie. Het is een beslissing van de Federale Regering. Mevrouw Meuleman, het komt niet van de Vlaamse Regering. De Federale Regering moet daar geen toelating voor vragen, ze kan gewoon beslissen over het btw-tarief. Ik heb geen glazen bol, ik denk en vind – en Groen wellicht ook – het bijzonder moedig dat men op een goede manier motiveert waarom die btw naar 6 procent kan gaan. Ik heb mevrouw Gennez ook interessante zaken horen zeggen.
Wat de adviezen van de Inspectie van Financiën betreft, collega’s, die worden ook in Vlaamse dossiers gegeven. Ze zijn soms positief, soms negatief. Men moet motiveren op welke manier men daarmee omgaat. Dat hoeft de besluitvorming niet tegen te houden. Mijnheer Daniëls, het is trouwens een minister van uw partij die zorg draagt voor dit dossier. Hij was erbij toen de beslissing genomen werd en zal daarvoor zijn volle gewicht – ik spreek me niet uit over zijn gewicht – letterlijk en figuurlijk in de schaal werpen.
Er is inderdaad een grote achterstand en de budgettaire noden inzake scholenbouw zijn groot. Ik vind het des te belangrijker dat we alle mogelijke middelen om soelaas te bieden en een duwtje in de rug te geven, kunnen benutten. Mevrouw Gennez, ik zal alles doen wat ik kan om in scholenbouw te investeren in de komende jaren. Ook nu, vanaf 1 januari zijn er zeer positieve effecten. Mijnheer De Ro, ik noteer uw toespraak als een pleidooi om ook binnen het programma Scholen van Morgen de potentiële winsten volledig te herinvesteren. Ik ben het daar helemaal mee eens.
Mevrouw Gennez, het is ontroerend, ik zal dat overmaken aan de federale collega’s, hoe bezorgd u bent dat de federale begroting alles haalt wat ze ambieert. Ik denk dat het een serieuze boost kan geven aan de totale bouw in Vlaanderen. Dat is een schitterende zaak. Ik ga ervan uit dat consequent in het federaal parlement deze regeling goedgekeurd zal worden.
We hebben soms kritiek op beslissingen die andere beleidsniveaus nemen, maar soms moeten we ze gewoon ondersteunen.
Mijnheer Daniëls, het is evident van belang dat we scholen nooit in een onzekere situatie brengen. Ik ben momenteel geen fan van een compensatiefonds en zeker niet van een recuperatiefonds want dat geeft me de indruk dat mijn centen worden weggenomen. Dat is zeker niet de bedoeling. Alles is bespreekbaar, maar laat ons nu onze schouders zetten onder de gemaakte keuze. We moeten alle positieve effecten gebruiken om volop te investeren in scholenbouw.
Eindelijk is de beslissing genomen en daar zijn we erg blij mee. We mogen wel geen onzekerheid creëren. Ik vraag u om die zekerheid te geven. Scholen beginnen nu te rekenen. We moeten goed nagaan welke beslissing wanneer wordt genomen. Stel dat dit er doorkomt en overeind blijft, dan is het evident dat de uitgespaarde middelen in scholenbouw blijven. Het zou zeer raar zijn om die dan elders in te zetten.
Minister, ik behoor tot de believers. We moeten de Federale Regering niet alleen feliciteren, maar ook maximaal ondersteunen in deze belangrijke maatregel. Ik apprecieer bijzonder de houding van mevrouw Gennez die zegt bereid te zijn hier mee de schouders onder te zetten. Het is nu niet het moment om sceptische vragen te stellen. We geven deze maatregel onze volle steun.
Dank u, mijnheer De Meyer. Ik sluit me aan bij het pleidooi van de heer De Ro die zegt dat scholen die via DBFM nog moeten worden opgeleverd, ook vanaf 1 januari 2016 zouden moeten kunnen genieten van het verlaagde btw-tarief.
Ik ben natuurlijk bezorgd over alle begrotingen in het land, ook over die van de Federale Regering, maar meer nog ben ik bezorgd over de extra capaciteit die we met de extra middelen zouden kunnen realiseren in de scholenbouw. Anders moeten we vaststellen dat de Federale Regering zich dreigt rijk te rekenen op de kap van de Vlaamse schoolgaande jeugd. Men voorziet tegen 2019 wel degelijk in 30 miljoen euro extra inkomsten, zelfs als het btw-tarief wordt verlaagd. Daarom stel ik de heel simpele vraag naar extra investeringen in de Vlaamse scholenbouw, die wij zullen steunen.
De actuele vragen zijn afgehandeld.