Verslag plenaire vergadering
Verslag
Algemene bespreking
Dames en heren, aan de orde is het voorstel van decreet van Peter Van Rompuy, Wilfried Vandaele en Willem-Frederik Schiltz tot invoering van een uitzonderlijke gezinsbijslag in het kader van de COVID-19-maatregelen.
De algemene bespreking is geopend.
Zou iedereen alsjeblieft ofwel op zijn plaats willen gaan zitten ofwel ergens in een ander vertrek gaan praten?
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
De coronacrisis heeft een ongeziene invloed op de situatie van heel veel gezinnen in Vlaanderen. Velen worden geconfronteerd met inkomensverlies. Tijdens de maand april alleen al zaten bijna 731.000 werknemers in het Vlaamse Gewest minstens één dag in tijdelijke werkloosheid. Er zijn ook heel wat mensen die daar geen beroep op kunnen doen en dus moeten terugvallen op een leefloon of een inkomensvervangende uitkering.
Mensen met een laag inkomen beschikken vaak niet over een sterke buffer om dit inkomensverlies op te vangen. Het OCMW meldde dan ook een belangrijke toename van het aantal gezinnen dat bij hen aanklopt voor financiële hulp.
Dat we moeten vermijden dat mensen in structurele armoede terechtkomen, daar zijn we het over eens. Met het oog daarop keurden we op 20 mei laatstleden in deze vergadering dan ook unaniem een resolutie goed waarin we de Vlaamse Regering vroegen om een wijziging door te voeren aan de regeling in het groeipakket, de lokale besturen tijdelijk financieel te versterken en te voorzien in een consumptiebudget om zowel de kwetsbare mensen als de lokale economie te ondersteunen.
De Vlaamse Regering nam eerder al een initiatief om het inkomensverlies van mensen te temperen, meer bepaald de tussenkomst in de energiefactuur voor mensen in tijdelijke werkloosheid. Bijkomende maatregelen die nu worden genomen, moeten zo gericht mogelijk worden ingezet met bijzondere aandacht voor kinderen, want kinderen mogen niet de dupe worden.
Collega's, het voorstel van decreet dat nu voorligt, geeft uitvoering aan de resolutie die is goedgekeurd op 20 mei. Met dit voorstel van decreet wordt via het groeipakket voorzien in een tijdelijke en extra tegemoetkoming voor gezinnen die door de coronacrisis tijdens de maanden maart, april, mei of juni van dit jaar een inkomensdaling ervaren van minstens 10 procent in vergelijking met de maanden januari of februari van dit jaar, en van wie het inkomen minder is dan 2213,30 euro per maand.
Het betreft een extra toeslag, dus boven op het basisbedrag voor elk kind van 163,20 euro, en boven op de eventueel reeds toegekende sociale toeslag die, afhankelijk van het inkomen en het aantal kinderen, 51 of 81,60 euro per maand bedraagt. De COVID-19-toeslag die hier voorligt, bedraagt 120 euro per kind, uitbetaald in drie maandelijkse schrijven van 40 euro.
Het is belangrijk dat we snel handelen en daarom is opgenomen dat de toeslag al kan aangevraagd worden vanaf 15 juni aanstaande tot en met 31 oktober. Door deze toeslag te laten uitkeren via het groeipakket wordt heel wat administratieve overlast voor zowel de uitbetalingsactoren als voor de gezinnen vermeden. Naast de toeslag blijft vanzelfsprekend ook de alarmbelprocedure van toepassing. Als het inkomensverlies langer duurt, zullen gezinnen nog altijd recht hebben op de gewone sociale toeslag. Met deze covidtoeslag spelen we echter nog veel korter op de bal. We zetten er ook op in om bij de toekenning zo snel mogelijk over te gaan tot uitbetaling. Het kan daarbij niet de bedoeling zijn om, eens de financiële situatie van het betrokken gezin zich hersteld heeft, de toeslag terug te vorderen.
We willen ook inzetten op een heel actieve communicatie, wat zeker nodig is. Dat zullen we vragen aan de uitbetalingsactoren, de OCMW's maar ook andere organisaties. Zo hopen we dat alle rechthebbenden kunnen worden bereikt en gebruik zullen kunnen maken van deze covidtoeslag. Met deze covidtoeslag komen we tegemoet aan de acute financiële problemen die zich stellen voor gezinnen met kinderen met de laagste inkomens. Naar schatting 126.000 kinderen zullen deze toeslag kunnen krijgen, en voor hen kan dit echt wel mee het verschil maken.
Collega's, het groeipakket heeft de voorbije periode al bewezen een krachtig instrument te zijn tegen kinderarmoede. Dat bleek nog uit het jaarverslag dat vandaag publiek werd gemaakt. In totaal werd in 2019 voor 170,75 miljoen euro aan sociale toeslagen uitgekeerd, en dit aan bijna 179.000 kinderen meer dan in 2018. Dat is een verdubbeling van het aantal kinderen op één jaar tijd. Het is dan ook evident dat we dit systeem nu gebruiken ter ondersteuning van gezinnen met kinderen die getroffen worden door de coronacrisis om zo mogelijk structurele armoede af te wenden. Ook gezinnen die nooit verwacht hadden in financiële moeilijkheden te komen, krijgen zo meer ademruimte. Met de relancemaatregelen moeten we ervoor zorgen dat niemand achterblijft, in het bijzonder sociaal kwetsbaren en zeker ook kinderen. Hen ondersteunen is precies wat we met dit voorstel van decreet willen doen.
De heer Daniëls heeft het woord.
Wat vandaag voorligt, is een belangrijk voorstel van decreet. Het gaat over een tijdelijke extra gezinsbijslag en die is cruciaal want het gaat over kinderen. Het gaat om het groeipakket, beste collega's. Het is niet onbelangrijk om de financiële voorwaarde mee te geven. We stappen niet in de alarmbelprocedure met allerlei termijnen, maar zeggen direct dat er een extra toelage komt van 120 euro voor die gezinnen van wie in maart, april, mei of juni 2020 minstens de inkomsten minstens 10 procent lager liggen dan in januari of februari. Dat is heel duidelijk: het zijn gezinnen die dan worden getroffen.
Waarom doen we dat? We willen niet dat de kinderen in die gezinnen tekorten zouden hebben. Het gaat dus om het groeipakket. Het is echt wel de bedoeling dat die middelen worden ingezet voor de kinderen.
Ik voeg nog een tweede zaak toe, want ik kreeg ondertussen naar aanleiding van het voorstel vragen van mensen die zelfstandig zijn. Ik kan hen geruststellen, beste collega's, want in artikel 11 staat dat het niet enkel gaat om mensen die in loonverband werken, maar ook om mensen die als zelfstandige aan de slag zijn.
Met deze stimulus en de snelle uitbetaling willen we een belangrijk signaal geven aan de gezinnen, aan de ouders. Men kan dit aanvragen vanaf 15 juni – over vijf dagen dus – en de termijn loopt tot en met 31 oktober, wat vrij lang is. Ik hoop dat we al die gezinnen op die termijn op eender welke manier, hetzij via de pers, hetzij elders, kunnen informeren om die aanvraag effectief te doen en dat men de tijd heeft om die informatie aan te reiken en te verzamelen.
De N-VA-fractie zal dit voorstel van decreet goedkeuren en we hopen dat iedereen kan instemmen met de extra, uitzonderlijke, bijkomende toelage van 120 euro voor die gezinnen met kinderen die inkomensverlies hebben geleden door de coronacrisis.
De heer Anaf heeft het woord.
We hebben drie weken geleden inderdaad allemaal samen een resolutie goedgekeurd. Maar in die resolutie stond wel dat wij aan de regering de opdracht gaven om – en ik citeer – “een wijziging door te voeren aan de regeling van sociale toeslag en het groeipakket, in functie van het aanpakken van acute financiële problemen die zich stellen voor gezinnen met de laagste inkomens.” We hebben dit voorstel van decreet daarnet pas ontvangen. We zijn er snel doorgegaan. In het artikel dat aangeeft wie ervoor in aanmerking komt, blijkt dat er iets anders staat dan wat er op de persconferentie van de Vlaamse Regering door minister Beke werd aangekondigd. Minister Beke heeft daar namelijk aangekondigd dat iedereen die een inkomen heeft onder 2213,30 euro, in aanmerking zou komen, en ook diegenen die inkomensverlies lijden en daardoor onder die drempel terechtkwamen. Wat hier staat, is dat je én onder die grens moet zitten én moet kunnen aantonen dat je minstens 10 procent inkomensverlies geleden hebt. Dat is wel iets fundamenteel anders.
Wij waren tevreden met de maatregel die vorige week werd aangekondigd, omdat dat nu eens een maatregel was die aan alle mensen in armoede een tegemoetkoming gaf. Mensen die in structurele armoede zitten en die soms al jaren moeten overleven met een overlevingsuitkering, met een leefloon, met een tegemoetkoming voor mensen met een handicap of met een ziekte-uitkering, al die mensen hebben het nu ook veel moeilijker. We weten allemaal dat het leven in deze coronatijden veel duurder is geworden, want de consumptiegoederen zijn duurder geworden. Wij waren dus blij met de aankondiging door minister Beke van een maatregel die ook voor die mensen een beetje soelaas zou brengen.
We hebben hier ook al een debat gehad over de toelagen voor energie, voor elektriciteit en water. We vonden dat ook een goede maatregel en hebben hem ook mee gesteund. Maar ook die maatregel gold alleen voor mensen die inkomensverlies lijden, die in technische werkloosheid terechtkwamen. Toen gaven wij ook al de kritiek dat er ook iets moest worden gedaan voor mensen die in structurele armoede zitten.
Ik vind het heel bijzonder dat de minister op de persconferentie een andere aankondiging doet dan wat hier nu voorligt. Daarom hebben wij een amendement ingediend voor de meerderheid, om dat recht te zetten en om dit voorstel van decreet in overeenstemming te brengen met wat de Vlaamse Regering heeft aangekondigd.
De heer Rzoska heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, het is wat het is, denk ik. We gaan dit steunen. Maar ik wil wel vooraf zeggen dat ik dit een vreemde manier van werken vind. Dit wordt vrijdag op een persconferentie aangekondigd. Alle ministers van alle partijen pakken daarmee uit. Kijk maar eens op de persoonlijke websites van zowel minister Beke als minister Diependaele en minister Somers. Pas tijdens de plenaire vergadering wordt deze complexe materie op tafel gegooid. Dit werd vrijdag aangekondigd. Wel, dan had ik graag gehad dat we dit iets vroeger hadden kunnen zien. Nu moeten we zeer snel door die teksten gaan. Voor iemand als ik, die dit minder opvolgt, is dit behoorlijk technische materie.
Ik heb een aantal vragen, die aansluiten bij wat collega Anaf naar voren schuift. Ik hoop dat er een antwoord op kan komen.
We kunnen ons vergissen, maar op dit moment ligt in het voorstel van decreet de grens van het maandelijkse inkomen op 2213 euro. Als je een sociale toeslag krijgt via de kinderbijslag ligt, volgens onze informatie, het brutojaarinkomen op dit moment op net geen 31.000 euro. Omgerekend is dat 2585 euro per maand. Hier is sprake van 2213 euro. Daar zit dus een heel groot gat tussen. Minister, kunt u toelichten waar dat bedrag vandaan komt? Als we de sociale toeslag, zoals hij vandaag bestaat, op jaarbasis bekijken, dan zit daar een verschil op.
Onze tweede vraag gaat over de toekenning. Ik denk dat de Vlaamse overheid altijd – en dat wordt breed gedragen in dit parlement – probeert te gaan naar automatische toekenningen. Nu worden van degenen die recht hebben of zouden hebben op deze covid-toeslag nog altijd bewijsstukken gevraagd, terwijl sociale toeslagen bijvoorbeeld op inkomensfiches en zo meer worden berekend. Nu vragen we extra bewijsstukken. Waarom kan dit niet wanneer men dit heel gericht doet richting die kwetsbare gezinnen? Waarom kan niet worden gewerkt met een automatische toekenning? Dat zou het ook administratief veel minder zwaar maken.
En dan misschien een laatste vraag, omdat het ons niet helemaal duidelijk is: er is de alarmbelprocedure waarbij mensen kunnen zeggen dat ze recht hebben op een sociale toeslag, maar die alarmbel kan pas na zes maanden worden aangevraagd. Op dit moment geldt dit voor drie maanden. Is dat op een of andere manier cumuleerbaar? En wat doet men in de tussentijd, tussen de drie en de zes maanden? Wat geldt daar? Dat was ons niet helemaal duidelijk bij het lezen van dit voorstel van decreet.
Dus, collega’s, we zullen dit steunen, maar we hadden hier graag een iets fundamentelere bespreking over gehouden. We zeggen allemaal schouder aan schouder dat we kwetsbare gezinnen en vooral die kinderen daarin tegemoet willen komen, maar we hadden dat wel graag op een transparantere manier gehad.
De heer De Reuse heeft het woord.
Ook wij vinden het heel jammer dat die documenten hier te elfder ure op de banken verschijnen, terwijl de aankondiging vorige week vrijdag al is gebeurd. Het is duidelijk dat een aankondiging iets sneller gaat dan het indienen van een gedegen document hier op de banken. Misschien kan daar in de toekomst rekening mee worden gehouden, zodat ook wij ons goed kunnen voorbereiden op dergelijke documenten en voorstellen van decreet.
Het Vlaams Belang zal dit voorstel van decreet als sociale volkspartij ook goedkeuren. Gezinnen in moeilijkheden, gezinnen met kinderen moeten in deze moeilijke tijden ondersteund worden. Op 20 mei hebben we ook het voorstel de resolutie goedgekeurd.
Wij zullen ook het amendement steunen, want de heer Anaf heeft gelijk dat met de goedkeuring van het amendement veel meer wordt tegemoetgekomen aan de communicatie die de minister heeft gedaan. Als de minister graag eerst communiceert en dan documenten opstelt, dan moet men daar misschien ook maar de gevolgen van dragen.
Ik wil even reageren op de collega’s. De aankondiging van deze maatregelen is maandag gebeurd. Collega’s, ik denk dat jullie ook wel begrijpen dat de uitwerking daarvan niet zomaar op een-twee-drie kan. Ik begrijp dat jullie nu zeggen dat jullie het graag iets vroeger hadden gehad, maar wij hebben echt ons best gedaan na maandag om dat alsnog hier in de plenaire vergadering te krijgen zodat vanaf volgende maandag die aanvragen kunnen gebeuren en die gezinnen zo snel mogelijk ook de eerste keer dat bedrag kunnen krijgen. Ik wil er daarbij op wijzen dat het niet de bedoeling is dat wordt gewacht op volgende maand. Gezinnen die volgende maandag een aanvraag indienen, moeten de eerste uitbetaling krijgen voor het normale groeipakket wordt betaald, dus voor 8 juli.
Wat het bedrag van 2213,3 euro betreft, is het wel degelijk zo dat dezelfde grens wordt gebruikt als de sociale toeslag. Die 2213,3 euro moet worden vermenigvuldigd met 14 om het jaarbedrag te krijgen voor de sociale toeslag, het is dus wel degelijk diezelfde grens.
We zouden niets liever hebben dan een automatische toekenning, maar het inkomen in het groeipakket waarop de sociale toeslag wordt berekend, komt op basis van de fiscale gegevens. En als het inkomen in maart, april, mei of juni daalt tegenover januari of februari, dan is dat natuurlijk nog nergens opgenomen in de fiscale aanslagen of aangiftes. Mensen moeten het wel degelijk zelf aanvragen maar zoals ik daarnet zei, is het echt wel de bedoeling om via de pers, via campagnes, via de OCMW’s, via de uitbetalingsactoren en andere organisaties mensen daar op een heel goede manier naartoe te leiden, want natuurlijk moet iedereen die daar recht op heeft, daar ook een beroep op kunnen doen.
Met betrekking tot de inhoud, het gaat natuurlijk over een coronamaatregel. Dat betekent dat er een inkomensdaling moet zijn wegens corona. De maatregelen die de regering vrijdag heeft genomen en die maandag zijn aangekondigd op de persconferentie, hebben drie luiken. Dit is er één van.
Daarnaast is er nog twee keer een budget van 15 miljoen euro voorzien. Eén is voor de lokale besturen om in te zetten op armoedebestrijding. Zij kunnen dat heel gericht doen naar gezinnen waarvan ze weten dat ze kwetsbaar zijn, die in acute financiële nood komen door corona. Ze kunnen doelgericht en met heel veel kennis van zaken en knowhow op die kwetsbare gezinnen inzetten. Met het tweede budget van 15 miljoen euro kunnen de lokale besturen via een bestaand systeem, of een nieuw systeem als ze dat opzetten, een consumptiebudget geven aan diezelfde kwetsbare gezinnen.
Met betrekking tot deze toeslag moet er een inkomensdaling zijn. Dat heb ik juist gezegd. Ik wil erop wijzen dat wij hiermee verder gaan, een heel pak verder gaan, dan het voorstel van resolutie van de oppositie dat hier op 20 mei voorlag. Dat voorstel van resolutie zegde enkel dat de alarmbelprocedure van zes maanden versneld zou worden naar drie maanden. De alarmbelprocedure blijft gelden. Als gezinnen zes maanden een inkomensdaling hebben, gaan ze een beroep kunnen doen op de sociale toeslag en dat is supplementair met deze covidtoeslag.
Mijnheer Anaf, deze beslissing gaat verder dan het voorstel van resolutie van de oppositie van 20 mei. Dit gaat over een bijkomende toeslag voor de gezinnen die een inkomensdaling kennen van 10 procent ten gevolge van corona. Dat is 120 euro, betaald in drie maandelijkse schijven van 40 euro. 120 euro per kind is niet terugvorderbaar en is supplementair met de alarmbelprocedure als gezinnen daarvoor in aanmerking komen. Supplementair is er 30 miljoen euro voorzien als bijkomende middelen voor de lokale besturen om die kwetsbare gezinnen in deze situatie bijkomend te ondersteunen.
Dank u, collega’s, voor de vragen. Er zijn terechte vragen bij die ook gelden voor de rechtszoekenden, voor de gezinnen. Ik wil nog even inzoomen op de cumuleerbaarheid. Dat is een terechte vraag. We hebben net dat vanuit onze fractie, vanuit de meerderheid mee uitgewerkt. Corona is iets extra’s dat er in onze levens is bijgekomen, ook in die gezinnen. Het is een extra druk. In het voorstel van decreet staat niet dat we de alarmbelprocedure uitschakelen, dat staat er niet in. Er staat ook niet in dat het niet-cumuleerbaar is. Met andere woorden, alles wat niet is uitgesloten, is toegelaten.
Dit is heel duidelijk. Die 120 euro die in drie keer wordt uitbetaald, is heel specifiek wegens de extra kosten en de extra druk, en dat is niet onbelangrijk, door de inkomensdaling op het gezin met kinderen. Daarom nemen we deze maatregel met die extra toelage. Als het gezin daarentegen ook voldoet aan de alarmprocedure die uiteraard ook een langere periode behelst, is de alarmprocedure van kracht. Het is heel duidelijk: wat dat genereert voor het gezin valt binnen het generieke stelsel. Dat kan blijven duren maand na maand na maand. Dit is beperkt tot de coronalockdownmaanden. Dat is het verschil, maar het ene sluit het andere niet uit.
Mijnheer Daniëls, u zegt het goed, er is een extra druk op gezinnen door corona, maar die is er niet alleen op gezinnen met een inkomensdaling. Die is er ook op gezinnen die al in structurele armoede zaten en geen inkomensdaling hebben. Die ervaren die druk evengoed omdat alles duurder geworden is. Zij moeten meer uitgaven doen, en ze hebben het al moeilijk.
Mevrouw Schryvers, het probleem is niet de maatregel op zich. Het probleem is dat uw minister maandag in de persconferentie heeft aangekondigd dat alle gezinnen onder de inkomensgrens in aanmerking zullen komen voor dit extra kindergeld.
Dat is wel heel vervelend, want dat is een boodschap die bij veel gezinnen is aangekomen. Ook de pers heeft dat immers op die manier overgenomen, uiteraard. U kunt het fragment van de persconferentie nog eens herbekijken. Hij heeft dat letterlijk zo aangekondigd. Dat is wel een vervelende boodschap die jullie zullen moeten brengen aan die gezinnen, tenzij jullie straks ons amendement mee goedkeuren.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De algemene bespreking is gesloten.
Artikelsgewijze bespreking
Dames en heren, aan de orde is de artikelsgewijze bespreking van het voorstel van decreet. (Zie Parl.St. Vl.Parl. 2019-20, nr. 351/1)
– Er zijn geen opmerkingen bij de artikelen 1 tot en met 7.
Er is een amendement tot vervanging van artikel 8. (Zie Parl.St. Vl.Parl. 2019-20, nr. 351/2)
– Er zijn geen opmerkingen bij de artikelen 9 tot en met 16.
De artikelsgewijze bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemmingen over het amendement, de artikelen en het voorstel van decreet houden.