Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Vergadering van 01/07/2010
Vraag om uitleg van de heer Bart Van Malderen tot mevrouw Hilde Crevits, Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken, over de overheidscommunicatie met betrekking tot duurzame mobiliteit en verkeersveiligheid
De voorzitter : De heer Van Malderen heeft het woord.
De heer Bart Van Malderen : Minister, collegas, we hebben gisteren tijdens de plenaire vergadering uitgebreid van gedachten kunnen wisselen over de begroting. We doen dat in een context waarin Vlaanderen terecht heeft beslist om zeker de eerste jaren van de legislatuur de tering naar de nering te zetten. Zo kan de basis worden gelegd voor nieuwe initiatieven in het tweede deel van de legislatuur.
Elke vakminister heeft de opdracht gekregen om besparingen in zijn of haar beleidsdomein door te voeren. Zo werd duidelijk dat binnen het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) en Mobiliteit en Openbare Werken (MOW) onder andere het mobiliteitsmagazine Uitweg tijdelijk werd stopgezet. Zon 114.000 abonnees kregen een brief waarin stond dat het magazine tijdelijk werd stopgezet zoals blijkbaar ook MOW tijdelijk geen sensibiliseringsaffiches meer hangt langs de Vlaamse wegen.
In dit land is er zelden iets zo definitief als een tijdelijke oplossing. Er is ooit naar aanleiding van Expo 58 een brug gebouwd in Brussel die er 30 jaar na datum nog stond. Intussen staat ze in Bangkok. Ik hoop dat de sensibilisering en de informatie van de overheid niet hetzelfde lot beschoren is.
Minister, zijn er behalve de beslissing die we kennen via de vraag van de heer Watteeuw over Uitweg, nog andere communicatiekanalen die in het kader van de besparingsoperatie niet meer worden gebruikt om met de burger te communiceren over mobiliteit en verkeersveiligheid? Is het daarmee nu afgelopen, of overweegt u binnen een redelijke termijn opnieuw een communicatie op te zetten, zowel over duurzame mobiliteit als over alternatieven voor autogebruik en verkeersveiligheid, terreinen waarop de Vlaamse overheid in het verleden wel degelijk sensibiliserend werk heeft geleverd? Indien u dat stopzet, wat is daarvoor dan de motivatie? Ik wil vooral peilen naar nieuwe initiatieven die u ter zake neemt.
De voorzitter : De heer Keulen heeft het woord.
De heer Marino Keulen : Begin juni heb ik een soortgelijke vraag gesteld. De moraal van het verhaal moet zijn dat die sensibilisering bijdraagt tot een verhoogde verkeersveiligheid. Samen met de heer Van Malderen ben ik dan ook vragende partij om daar niet zomaar bot in te snijden.
De voorzitter : Minister Crevits heeft het woord.
Minister Hilde Crevits : Dit thema laat heel wat mensen niet onberoerd. Naast de heren Keulen en Watteeuw heeft ook de voorzitter van deze commissie een schriftelijke vraag gesteld.
Het klopt inderdaad dat er net zoals bij andere entiteiten van de Vlaamse overheid, 20 percent moet worden bespaard op de communicatiebudgetten. Ik heb een aantal tijdelijke maatregelen genomen omdat AWV momenteel bezig is met een oefening over communicatie tout court. Wat de verschillende communicatie-instrumenten betreft, wordt bekeken hoe mensen het best gesensibiliseerd kunnen worden inzake verkeersveiligheid. Vandaar dat de uitvoering van de mobiliteitscampagnes van AWV tijdelijk on hold is gezet. Ook de publicatie van Uitweg werd tijdelijk stopgezet. Daarnaast is ook de sensibiliseringscampagne op de borden langs de snelwegen niet ingevuld. Dat betekent echter niet dat deze borden ongebruikt bleven. Aan het Belgisch Instituut voor Verkeersveiligheid (BIVV) is de kans geboden om de borden gedurende een langere periode te gebruiken. Er is ook een samenwerking gesloten met FOST Plus, waardoor zij de borden tijdelijk kunnen gebruiken.
Een doeltreffende communicatie is een elementair onderdeel van een beleid inzake duurzame mobiliteit. Daarbij is het belangrijk dat er af en toe wordt geëvalueerd. Ik heb in het verleden ook vragen gekregen over de effecten van de campagnes. Het is de bedoeling om een duurzame gedragsverandering te bereiken.
Als je moet besparen, is het meer dan ooit noodzakelijk om te bekijken hoe je de meer beperkte middelen zo efficiënt mogelijk kunt inzetten. De evaluatie is nog niet afgelopen.
Ik steek niet onder stoelen of banken dat de afficheborden langs gewest- en autosnelwegen een uniek communicatiekanaal vormen, maar ik heb ook, zeker het voorbije jaar, gezien dat er bijzonder veel kritiek kwam op een aantal communicatie-initiatieven. Je moet op de juiste manier communiceren. Zo was er een bepaalde campagne ik weet niet of ze van mij was of van BIVV waarbij je allemaal kleine bromfietsjes zag, met daar dan iets tussenin. De mensen klaagden dan dat ze zich focusten om te zien wat daar stond, en dat hun aandacht zo werd afgeleid van het verkeer. Je moet dus ook kijken wat de ideale boodschappen zijn.
Ik verwijs ook naar iets wat andere collegas in het verleden al hebben gezegd. De heer Roegiers heeft bijvoorbeeld gevraagd of we langs de snelwegen het openbaar vervoer niet kunnen promoten, op digitale borden. Dat lijkt mij niet onverstandig. Dat zijn allemaal zaken die ik niet vergeet en die we moeten meenemen. Als je praat over duurzaam vervoer, moet je ook zien dat je de juiste boodschap geeft via het juiste middel.
Als je wilt sensibiliseren rond een thema, is het nuttig dat je niet één communicatiekanaal gebruikt, maar dat je alle middelen samen voor dezelfde communicatie gebruikt. Je moet op de borden langs de weg niet over de motorrijders spreken en in de boekjes dan over iets anders. Je moet op bepaalde tijdstippen echt alle communicatiemiddelen voor hetzelfde thema gebruiken.
De Koepel Milieu en Mobiliteit (Komimo) voert in 2010 in opdracht van de Vlaamse overheid een actie, gericht op het brede publiek, rond duurzame mobiliteit. Zij organiseren de Heen-en-weer-week en de Aardig-op-weg-week. Dat moet de duurzame mobiliteit ook weer overbrengen naar de burger. Men werkt daar ook kostprijsbesparend en probeert zo goed mogelijk in te zetten op free publicity, ook via de kanalen van partners in mobiliteit.
Over het verdere bestaan van Uitweg is er nog geen beslissing gevallen, omdat ik de resultaten van de evaluatie wil afwachten. Het is wel de bedoeling dat we die duidelijkheid hebben tegen het einde van het zomerreces. Dan kunnen we in de begroting ook de keuzes maken voor de volgende jaren: wat blijft, wat blijft niet, en op welke manier gaan we ervoor zorgen dat onze communicatieacties zo gestroomlijnd mogelijk gebeuren?
Uw derde vraag ging over bijkomende communicatie-initiatieven. U hebt daar absoluut een punt. Ik heb al een aantal hefbomen gegeven. Ook in het kader van de ViA-doelstellingen en ‑uitdagingen met betrekking tot de slimme draaischijf van Europa wordt het bredere kader van de mobiliteitsproblematiek aangepakt. Verkeersdoorstroming is belangrijk, en zeker ook het gebruik van de andere vervoersmiddelen, vandaar ook het idee om langs de weg, zeker op filegevoelige plaatsen en waar er een goede openbaarvervoersaansluiting is, dat te gaan promoten. Dat lijkt mij ook een vorm van duurzame promotie. We moeten dat dan wel consequent kunnen doen. Het kost wat tijd om alle neuzen in dezelfde richting te krijgen.
De evaluatie is dus gepland kort na het zomerreces. De opdracht is gegeven om de evaluatie niet te beperken tot wat we nu al hebben, maar om ook wat breder te gaan kijken wat er nog allemaal loopt. In het kader van het verkeersveiligheidsplan lopen ook bijzonder veel projecten en acties met een enorm gamma aan communicatie en sensibilisatie voor heel verschillende doelgroepen. Ik denk aan de initiatieven van de Vlaamse Stichting Verkeerskunde, die alle weggebruikers, van kleuter tot senior, willen bereiken. Ik denk ook aan de ondersteuning van Levenslijn, de vzw Zebra, het project Verkeersgetuigen en het uitbrengen van educatief materiaal. We hebben dus een heel pakket aan maatregelen dat verder blijft lopen, ook dit jaar, maar waar ook nieuwe initiatieven in worden genomen. Denk maar aan het pakket dat nu wordt uitgewerkt voor het secundair onderwijs.
Wat de pure communicatie betreft, zal de toekomst erin bestaan dat we alle mogelijke kanalen gebruiken om thematische campagnes te voeren, die dan heel sterk tot bij de mobiliteitsgebruiker komen. Het zal inderdaad een beetje op een ander manier georganiseerd worden, maar dat betekent niet dat wat tijdelijk on hold is gezet, niet meer zal worden gebruikt. Integendeel.
De voorzitter : De heer Van Malderen heeft het woord.
De heer Bart Van Malderen : Minister, ik dank u voor het antwoord. Ik ben het met u eens dat de doelstelling van onze overheidscommunicatie moet zijn om structureel en duurzaam wijzigingen in ons mobiliteitslandschap te realiseren. In die zin moet het mij van het hart dat het stopzetten van het magazine Uitweg eigenlijk wel een spijtige zaak is, omdat het nu net als voorwerp had dat er alternatieven voor het autoverkeer naar voren werden geschoven en het bovendien een vrij ruim bereik had, waarbinnen toch ook belangrijke stakeholders en decision makers beoogd werden.
Het is belangrijk dat men de juiste doelen vooropstelt, en de juiste middelen en de juiste doelgroep afbakent. Ik ben het met u eens dat er mogelijkheden zijn om initiatieven beter op elkaar af te stemmen.
U zegt dat u nog aan het evalueren bent en dat die evaluatie rond het zomerreces wordt afgerond, om dan finaal bij de begroting 2011 misschien andere initiatieven te nemen en verschuivingen door te voeren. Dat betekent dan eigenlijk dat we een jaar want eind 2009 is dat deel van uw overheidscommunicatie stopgezet zonder sensibilisering op dat vlak zullen zitten en dat we dan bij de begroting zullen bekijken wat er eventueel uit de bus valt.
De voorzitter : Minister Crevits heeft het woord.
Minister Hilde Crevits : Mijnheer Van Malderen, ik begrijp uw spijt om het tijdelijk on hold zetten van Uitweg, maar ik ben het niet met u eens dat er door het on hold zetten van Uitweg geen enkele sensibilisering meer is rond educatie en dergelijke. Ik heb een aantal initiatieven gegeven waar ik enthousiast over ben en die doorlopen.
De uitgave van een magazine of de driemaandelijkse plaatsing van borden met een boodschap betekent niet dat het gewenste effect wordt bereikt. Toen ik zelf nog Vlaams volksvertegenwoordiger was, heb ik nog vragen om uitleg gesteld over mobiliteits- en sensibiliseringscampagnes. Het rendement is verschrikkelijk moeilijk te meten. Dat neemt echter niet weg dat we moeten proberen te evalueren. We voeren die campagnes al jaren. We moeten ons afvragen of we die aanpak niet meer moeten bundelen. Misschien moeten we de zaken meer thematisch aanpakken. We moeten tijdens de communicatie multitasken. We moeten al het mogelijke publiek of alle mogelijke sectoren of maatschappelijke segmenten bereiken. We moeten iedereen bereiken die we willen sensibiliseren. Op dat vlak kunnen we zeker nog aan efficiëntie winnen.
Ik heb niet gezegd dat Uitweg zal verdwijnen. Dit jaar zal het er niet zijn. Zodra we de evaluatie hebben ontvangen, zullen we dit bespreken en zullen we zien hoe we de sensibilisering inzake de duurzame mobiliteit op een efficiënte en goede wijze kunnen verzorgen.
De voorzitter : De heer Van Malderen heeft het woord.
De heer Bart Van Malderen : Met dit laatste punt ben ik het zeker eens. We moeten bepaalde zaken durven te evalueren en bundelen. In feite ben ik tevreden. De minister heeft immers bevestigd dat ze blijvend oog wil hebben voor de duurzame mobiliteit. Het is de bedoeling de mensen hiervoor op een structurele wijze te blijven sensibiliseren.
De voorzitter : Het incident is gesloten.