Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media Vergadering van 03/02/2009
Vraag om uitleg van de heer Patrick Lachaert tot de heer Bert Anciaux, Vlaams minister van Cultuur, Jeugd, Sport en Brussel, over de invoering van een dubbele ondersteuningsmaatregel voor de kwaliteitsboekhandel
De voorzitter: De heer Lachaert heeft het woord.
De heer Patrick Lachaert: Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, waarde collega's, als vreemde eend in de bijt zal ik een korte vraag stellen.
Mijnheer de minister, eind oktober 2008 lanceerde u een dubbele ondersteuningsmaatregel voor de kwaliteitsboekhandel. De betrokken boekhandelaars konden daardoor aanspraak maken op gratis exemplaren van titels die vanuit de Vlaamse Gemeenschap productiesteun ontvingen. Daarnaast kunnen ook literaire activiteiten in de boekhandel worden betoelaagd. De regeling is intussen operationeel.
Boekhandelaars konden een aanvraag indienen om een A-label te verkrijgen. Daarmee kunnen ze een beroep doen op de steunmaatregelen.
Criteria voor de toekenning van het A-label zijn onder andere: het aandeel van literaire en culturele werken in het globale titelaanbod; het aandeel van de boekenverkoop in de totale omzet van de winkel; de autonomie die de boekenhandelaar heeft om het assortiment in zijn winkel zelf te bepalen.
De uitwerking en uitvoering van de nieuwe maatregelen werden toevertrouwd aan het Vlaams Fonds voor de Letteren in overleg met de Vlaamse Boekverkopersbond (VBB). VBB is lid van Boek.be, de confederatie van de belangenverenigingen van het Vlaamse boekenvak.
50 boekhandels dienden een aanvraag in, aan 41 werd een A-label toegekend. Deze boekhandels hebben inmiddels al een eerste lading gratis titels ontvangen. Deze boeken zijn herkenbaar aan een blauw 'boekwijzerlabel'. De ondersteunde boeken overspannen een brede waaier aan genres: poëzie, kunstboeken, proza, literaire non-fictie, kinder- en jeugdliteratuur, strips en andere.
In de loop van januari 2009 maakten het VFL, het Vlaams Fonds voor de Letteren, en de VBB een eerste evaluatie van de regeling. Daarna zou een nieuwe aanvraagronde naar de boekhandels worden gelanceerd om in de regeling te stappen. Naar ik verneem, zouden boekhandelaars die geen lid zijn van Boek.be geen A-label kunnen krijgen en daardoor ook geen gratis boeken kunnen ontvangen.
Mijnheer de minister, wat was de reden van het niet toekennen van het A-label aan de negen boekhandels die een aanvraag indienden, maar geen A-label kregen? Klopt het dat het lidmaatschap van Boek.be mee in overweging wordt genomen om een boekhandel al dan niet een A-label toe te kennen? Boekhandels die een A-label toegekend krijgen, ontvangen gratis boeken. De handelaars die geen A-label toegekend krijgen, kunnen niet van dit voordeel genieten. Kan deze werkwijze niet aanzien worden als een vorm van corporatisme en/of concurrentievervalsing? Zo ja, plant u uw dubbele ondersteuningsmaatregel om de kwaliteitshandel bij te sturen?
De aanleiding voor mijn vraag is de onvrede bij bepaalde boekhandels over bepaalde toewijzingen. Men vond dat men als niet-erkende boekhandel in een minder gunstige situatie terechtkwam.
De voorzitter: De heer Arckens heeft het woord.
De heer Erik Arckens: Mijnheer de minister, ik ben blij met wat hier voorligt, in die zin dat ik sinds 2004 voor de eerste keer echt iets concreets zie gebeuren. Het is een van de speerpunten van uw beleidsplan van 2004 op cultureel vlak, namelijk een volwaardig boekenbeleid.
Ik denk dat we de discussie over de vaste boekenprijs stilaan mogen vergeten. Ik weet zelfs niet meer of het nog op de agenda staat in de Kamer en zo ja, in welke commissie. Het heeft al in verschillende eigenaardige commissies gezeten.
Er zijn al verschillende keren vragen gesteld over het boekenbeleid en de ondersteuning van boekhandels, door de heer Vandenbossche en door mij. Het ging onder meer over de ondersteuning van individuele boekhandels. Er was één dossier, namelijk van boekhandel Bredero. CultuurInvest en tax shelter waren ook belangrijke elementen in de afhandeling van dat dossier. U kunt zich dat blijkbaar niet meer herinneren. Er is niet veel van terechtgekomen. (Opmerkingen van minister Bert Anciaux)
Ja, het kan verkeren, zoals Bredero ook zei. We bewandelen nu een geheel nieuwe piste. Ik wil de heer Luc Vander Velpen van CoLibro citeren, die met getrokken messen staat tegenover Standaard Boekhandel. Ik citeer: "Het is de eerste keer dat in het Vlaamse boekenvak de positieve rol van de boekhandel eindelijk erkend wordt. Het Vlaams Fonds voor de Letteren en het Productiefonds steunden al jaar en dag waardevolle boeken die moeilijk verkoopbaar zijn. Wat moeilijk is voor een uitgeverij, is ook moeilijk voor een boekhandel."
Mijnheer de minister, verlaten we nu de piste van individuele ondersteuning van boekhandels zoals Bredero en gaan we uitsluitend op het pad dat de heer Lachaert heeft geschetst? Of gaan we daarnaast toch ook CultuurInvest activeren voor individuele dossiers?
Een van de criteria waaraan een boekhandel moet voldoen om een kwaliteitslabel te krijgen, is dat hij een vast percentage literaire en culturele werken heeft. 'Cultureel' is een vaag woord. Wat verstaat u daaronder? Gaat het over boeken over cultuur en/of gedichten en/of non-fictie? We werken binnen een breed begrip 'cultuur'. Ik hoop dat u dit verder specificeert.
Als men het Nederlandstalige boek en de Nederlandstalige boekhandel ondersteunt, is het van belang kennis te hebben van andere Nederlandstalige boeken. Ik wil u of een volgende cultuurminister maar stimuleren. Ik spreek uit persoonlijke ervaring. Ik ga zo weinig mogelijk naar De Slegte in de ramsj, want mijn armen zijn dan veel te kort om met alle gekochte boeken naar buiten te komen. Er zijn boeken die voor mij essentieel zijn waarvan ik het bestaan niet kende voor ze in de ramsj verschenen. We moeten evolueren naar een systeem waarbij we op de hoogte zijn. Vanuit Noord-Nederland verschijnt er nogal wat interessants op cultureel vlak. Hoe ziet u dat?
De voorzitter: Minister Anciaux heeft het woord.
Minister Bert Anciaux: Mijnheer Lachaert, ons cultuurbeleid in het algemeen en ons leesbevorderingsbeleid in het bijzonder streeft naar een breed en divers aanbod van boeken dat voor een zo groot mogelijk publiek beschikbaar moet zijn, als lezer en als koper. Uitgevers en boekhandelaars werken als vanzelfsprekend binnen een marktsituatie waar economische wetmatigheden gelden, maar als leveranciers van culturele producten zijn ze ook cruciale partners binnen ons cultuurbeleid. Hier ontmoet cultuur de economie. Vandaar de werking van een Vlaams Fonds voor de Letteren en een Stichting Lezen, maar evenzeer de aandacht voor de boekenbranche binnen CultuurInvest. Mijnheer Arckens, CultuurInvest blijft dus mogelijk.
Vandaar ook de passus binnen de beleidsnota Cultuur 2004-2009 waarin staat - en ik citeer: "We zullen acties ondernemen ter ondersteuning en ter bevordering van de goede boekhandel en uitgever. Het letterenbeleid gaat immers uit van het aanleggen van de weg tussen auteur en lezer. Uitgevers en boekhandelaars, verenigd in Boek.be, zijn de wegenbouwers en het Vlaams Fonds voor de Letteren zal letten op de toepassing van de literaire wegcode. De adviesfunctie van de boekhandelaar en de aanwezigheid van een breed assortiment in de boekhandel moeten op steun van de overheid kunnen rekenen."
Om het aanbod op een kwaliteitsvolle manier bij de lezer of de koper te brengen, is naast een efficiënt bibliotheeknetwerk een divers landschap van boekhandels noodzakelijk. Bovendien moet de lezer of de koper ook nog altijd terecht kunnen bij een kwaliteitsboekhandel waar hem de juiste informatie gegeven wordt om zijn keuze in het enorme boekenaanbod te helpen maken. Enerzijds houdt dit in dat de boekenverkoper een weloverwogen keuze van titels kan maken en anderzijds dat hij voldoende kennis heeft van de beschikbare titels in zijn boekhandel. Ook nevenactiviteiten zoals lezingen, boekpresentaties, leeskringen en dergelijke kunnen een belangrijke dienstverlening vormen voor de lezer of de koper.
Naast de vaststelling dat de kwaliteitsboekhandels een kwetsbare economische groep blijven, vervullen ze onmiskenbaar een culturele functie en fungeren als ontmoetingsplaats binnen ons letterenbeleid. Ze zijn en blijven een essentiële schakel om een divers aanbod aan boeken voor te stellen aan een ruim publiek.
Om de maatregelen doelgericht te kaderen heb ik, vertrekkende vanuit deze beleidspremissen, samen met mijn administratie gezocht naar een definitie van die 'culturele' boekhandel. Naast het gegeven dat bedrijven moeten voldoen aan de Europese normen van de kmo's, is het belangrijk in het kader van de dienstverlening dat de bedrijfsleider beschikt over autonomie waar het bijvoorbeeld de inkoop van boeken betreft of de aanwerving van kwaliteitsvolle medewerkers. Ook belangrijk is dat de kernactiviteit gefocust is op het culturele boek. Ten slotte vind ik het belangrijk dat er, in het kader van de spreiding, een onderscheid wordt gemaakt tussen boekhandels in een stedelijke omgeving en boekhandels in de periferie van de centrumsteden.
Op die manier kwamen we tot zes criteria en werd de term 'A-boekhandel' gedefinieerd. In aanmerking komen de boekhandels die voldoen aan elk van de volgende criteria. Een boekhandel moet een titelvoorraad hebben van 5000 boeken, waarvan 50 percent in het literaire en/of culturele segment volgens de overeenstemmende NUR-codes, of codes van de Nederlandstalige Uniforme Rubrieksindeling, die aan elk boek door de uitgeverij worden toegekend. De uitgeverijen kennen dus die NUR-codes toe, en op basis daarvan moet 50 percent van het aanbod in het literaire of culturele segment zitten. Voor boekhandels gespecialiseerd in kinder- en jeugdliteratuur of kunst en cultuur volstaat een aanbod van minimaal 1.500 titels binnen de specialisatie.
Het tweede criterium is dat de boekenverkoop 70 percent moet uitmaken voor boekhandels in de centrumsteden en 65 percent voor boekhandels in kleine steden. Ten derde moet de boekhandelaar beschikken over een bestel- en opzoekmogelijkheid en heeft hij daarvoor de nodige informatiebronnen ter beschikking. Ten vierde is er personeel aanwezig om de klanten op een kwaliteitsvolle manier te informeren over de aanwezige titels. Ten vijfde heeft de boekhandelaar oog voor samenwerking met plaatselijke culturele, literaire, educatieve organisaties. Tot slot beschikt de bedrijfsleider over de autonomie om te beslissen over aankoop en assortimentsbepaling.
Wie aan deze criteria beantwoordt, kan inschrijven voor twee ondersteuningsmaatregelen. Het eerste is: gratis boeken voor extra presentatie. De boekhandelaars krijgen gratis twee exemplaren toegestuurd van elk boek dat productiesteun heeft ontvangen van de overheid, hetzij door het VFL voor fictie en literaire non-fictie, hetzij door het Agentschap Kunsten en Erfgoed voor algemeen culturele en kunstkritische uitgaven. Deze titels zijn belangrijk voor de kwaliteit en diversiteit van het aanbod, maar economisch het meest kwetsbaar. In principe kunnen die boeken zonder productsubsidie niet worden uitgebracht. De gratis toegestuurde boeken moeten, vanaf het ogenblik van ontvangst, gedurende zes maanden fysiek in de winkel aanwezig zijn. Ze moeten tevens gedurende 24 maanden op bestelling te verkrijgen zijn.
Zoals reeds gezegd, krijgen alle gesubsidieerde boeken een herkenbare blauwe boekenwijzer. Op die manier wordt het publiek erop attent gemaakt dat het om cultureel-literair waardevolle boeken gaat. De boeken zullen, ongeacht van de plaats in de winkel waar ze worden gepresenteerd, steeds herkenbaar zijn.
De subsidies voor literaire activiteiten vormen een ondersteuning van de bijkomende dienstverlening die boekhandelaars de lezers aanbieden. De betrokken boekhandelaars kunnen voor een literaire lezing een subsidie van 350 euro aanvragen. Ze moeten hiervoor minimaal drie en maximaal tien literaire activiteiten per jaar organiseren.
Ik heb besloten vanaf 2008 jaarlijks minimaal 200.000 euro voor de ondersteuning van de kwaliteitsboekhandel vrij te maken. Het Vlaams Fonds voor de Letteren staat in voor de uitwerking van de nieuwe maatregelen. Dit verloopt in samenwerking met de Vlaamse Boekverkopersbond (VBB).
In december 2008 zijn vier, door drie verschillende boekhandels georganiseerde, manifestaties gesubsidieerd. In totaal zijn 41 literaire en culturele titels aan de boekhandels met een A-label bezorgd.
Ik kan besluiten met een verwijzing naar de drie vragen van de heer Lachaert.
Ten eerste, de redenen om het A-label niet toe te kennen, houden in dat niet aan de daarnet opgesomde criteria is voldaan. Naast het totaal aantal titels in voorraad, was het te kleine aandeel titels in de literaire en culturele segmenten het meest voorkomende afwijzingscriterium. In enkele gevallen was ook het aandeel van de boekenverkoop in de totale omzet problematisch.
Ten tweede, het lidmaatschap van boek.be was en is absoluut geen voorwarde om een A-label te ontvangen. Dit kan overigens niet. Boek.be is immers een koepel van organisaties en niet van individuele bedrijven uit de boekensector. De VBB is de beroepsorganisatie van boekenverkopers. Het lidmaatschap van de VBB was en is al evenmin een voorwaarde om het label al dan niet toe te kennen. Het Vlaams Fonds voor de Letteren heeft in een gerichte communicatie over de subsidieregeling ten aanzien van alle boekhandels voorzien. In de pers zijn hierover verschillende berichten verschenen. De regeling is tevens op de website vermeld. Daarnaast heeft de VBB zijn leden bijkomende informatie over de subsidieregeling verstrekt. Dit is het recht van deze vereniging.
Ten derde, er kan geen sprake van concurrentievervalsing zijn. De criteria zijn op een geëxpliciteerde doelstelling van het Vlaams cultuurbeleid gebaseerd. Ze vormen een cruciaal element van de beleidsketen rond lezen en boeken. Het betreft hier een concretisering van het kruispunt tussen het cultuurbeleid en de cultuureconomie. De criteria van het A-label zijn objectief, controleerbaar en doelgericht. Er is geen sprake van corporatisme. Geen enkele groep, organisatie of onderneming wordt bevoordeeld. Iedereen die aan de criteria voldoet, kan het A-label verwerven. Hierbij horen uiteraard een aantal uitvoeringsmodaliteiten.
Zoals ten tijde van de lancering van deze maatregelen al is meegedeeld, zal het Vlaams Fonds voor de Letteren mij halfweg februari 2009 een eerste evaluatie bezorgen. Op basis hiervan kunnen noodzakelijke verfijningen worden aangebracht. Ik beken dat ik steeds van een honderdtal boekhandels met een A-label in Vlaanderen ben uitgegaan. Een en ander moet overduidelijk worden bijgestuurd. De boekhandels van De Standaard hebben zich, ten gevolge van omstandigheden, niet tijdig kunnen aanmelden. Ze zullen zich tijdens de volgende ronde gedeeltelijk inschrijven. Ik kan uit deze vaststelling enkel afleiden dat de situatie binnenkort cruciaal en ten gronde zal veranderen.
Ik hoop dat ik de vragen van de heer Lachaert afdoend heb beantwoord. Ik denk dat ik tevens twee van de drie vragen van de heer Arckens heb beantwoord. Ik herinner me zijn laatste vraag niet.
De heer Erik Arckens: Mijn laatste vraag betrof de vergroting van de kennis over het bestaan van Nederlandstalige boeken in het algemeen. Ik weet dat mijn vraag zich enigszins buiten de context van deze vraag om uitleg situeert.
Minister Bert Anciaux: We nemen op dit vlak een aantal initiatieven. Zo zorgen we voor een digitaal platform. Alle boeken die de uitgeverijen verlaten, zullen daar worden geïnventariseerd. Dit platform wordt momenteel opgemaakt. Het zal voor iedereen toegankelijk zijn. Het grote publiek zal kunnen zien wat er in Vlaanderen en in Nederland zal verschijnen en zal alles, met inbegrip van het NUR-nummer, kunnen opzoeken.
De voorzitter: De heer Lachaert heeft het woord.
De heer Patrick Lachaert: Ik dank de minister voor zijn antwoord. Onder juristen is nog wat discussie over de vraag of de selectiecriteria een objectieve, gelijke en niet-discriminerende behandeling garanderen. Ik zal dat hier in het midden laten.
De door de minister geschetste benadering lijkt me correct. Het zal er nu op aankomen die benadering in de toekomst op een correcte manier door de realiteit bevestigd te zien.
Ik heb begrepen dat de woordvoerder van de minister hier ook bedenkingen bij heeft. Begin januari 2009 heeft hij in de krant verklaard dat de Vlaamse overheid geen bepaald type boekhandel mag bevoordelen. Hij zou echter ook niet gelukkig zijn met het ontstaan van een monopolie. Er moet aandachtig op worden toegezien dat de situatie niet in een bepaalde richting groeit.
Ik ben in elk geval tevreden met het antwoord dat de minister net heeft gegeven.
De voorzitter: Het incident is gesloten.