Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Vergadering van 29/04/2008
Vraag om uitleg van mevrouw Anne Marie Hoebeke tot de heer Steven Vanackere, Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, over de rechten van kinderen en jongeren die in pediatrische of psychiatrische diensten van ziekenhuizen (K-diensten) verblijven
De voorzitter: Mevrouw Hoebeke heeft het woord.
Mevrouw Anne Marie Hoebeke: Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, naar aanleiding van een wedstrijd die was uitgeschreven door UNICEF (United Nations International Children Emergency Fund), is men tot een aantal bevindingen gekomen. UNICEF België is daar op doorgegaan en heeft een gedachtewisseling over kinderrechten in een K-dienst georganiseerd. De kinderen hadden een aantal opmerkingen over privacy, de omgeving, de mogelijkheid om te spelen en te leren. De discussie met de begeleiders resulteerde in een aantal pertinente vragen, onder andere over de communicatie, die stroef verloopt.
Mijnheer de minister, bent u op de hoogte van de ideeën, voorstellen en bekommernissen van de jongeren in die K-diensten? Worden er in Vlaanderen al inspanningen geleverd om de rechten van jongeren beter te laten respecteren?
Heel wat kinderen en jongeren doen hun beklag over het gebrek aan communicatie. Ze voelen zich bij heel wat beslissingen buitengesloten. Dat gebeurt ook in gezinnen. Deze kinderen wensen dan ook bij de zaak betrokken te worden, zodat ze meer inzicht krijgen in hun eigen situatie. Ze willen erkend worden als persoon en weten wat men met hen van plan is. Kan Vlaanderen voor deze kinderen en jongeren een inspanning leveren?
De voorzitter: Mevrouw Dillen heeft het woord.
Mevrouw Marijke Dillen: Mijnheer de voorzitter, mevrouw Hoebeke vraagt terecht aandacht voor deze jongeren in de K-diensten. We weten allemaal wat de knelpunten zijn: de privacy, het gebrek aan speelruimte, het probleem inzake de communicatie. Vooral bij de begrotingsbesprekingen zijn die zaken aan bod gekomen. Mijnheer de minister, ik durf er op aandringen dat u daar werk van maakt. Dat is vooral van belang voor de toekomst van deze jongeren. Anders blijft hun situatie uitzichtloos.
De voorzitter: Minister Vanackere heeft het woord.
Minister Steven Vanackere: Mijnheer de voorzitter, collega´s, ik heb deze rapporten van UNICEF België verleden week ontvangen en ben dus op de hoogte van de ideeën, wensen, voorstellen en bekommernissen van jongeren in de K-diensten. De kracht van het rapport is dat het de stem van de kinderen en jongeren weergeeft. Het lijkt me belangrijk om dit met de sector op te nemen. Hetzelfde geldt trouwens voor een rapport van augustus 2007 van UNICEF België over de rechten van het gehospitaliseerde kind in België. Op deze manier wordt aan de betrokkenen een stem gegeven.
Een van de grote zorgen bij de jongeren is de stigmatisering ten aanzien van de buitenwereld. Dat is ook de reden waarom ik ziekenhuizen en andere voorzieningen binnen de geestelijke gezondheidszorg aanmoedig initiatieven te ontwikkelen die een brug slaan tussen de samenleving en geestelijke gezondheidszorg. Dat gebeurt inmiddels ook. Ik denk aan het Anders Gewoon-event, dat afgelopen vrijdag in Gent doorging, de reeks van Te Gek!?-concerten, de publiekscampagne ´Fit in je hoofd, goed in je vel´ of de projecten die er bestaan rond KOPP (kinderen van ouders met psychiatrische problemen).
De vraag roept een beetje het idee op dat de rechten van de jongeren in de K-diensten nu niet gerespecteerd zijn. Ik denk niet dat dit klopt. Wél leeft de vraag hoe de K-diensten en het beleid meer en beter rekening kunnen houden met de wensen en bezorgheden van de jonge mensen. Ik ga het rapport, dat ik vorige week heb ontvangen, doorgeven aan de bevoegde inspectiediensten die de K-diensten inspecteren, met de vraag om met deze bekommernissen rekening te houden. De inspectiediensten waken er in hun huidige opdracht over dat de dienst voldoende privacy biedt aan kinderen en jongeren, en dat er aandacht wordt besteed aan de uitbouw van goede multifunctionele therapieruimtes - gesprekstherapie, ergotherapie, muziektherapie - en aan voldoende buitenspeelruimte. Die elementen komen daar vandaag al aan bod. Ze zijn heel belangrijk in het rapport van UNICEF. We gaan na of we aan de hand van dit rapport nog extra aandachtspunten naar voren moeten schuiven.
Bij het respecteren van de rechten van het kinderen en jongeren, en het mee in rekening brengen van hun bekommernissen, is het belangrijk dat het verplegend en behandelend personeel duidelijk en voldoende communiceert over de behandeling en het verloop van de behandeling, waaronder het nemen van medicatie en de neveneffecten ervan, en de ontslagdatum.
Ik wil er hier toch op wijzen dat kinderen en jongeren ook een beroep kunnen doen op de werking van de ombudsdienst. In alle ziekenhuizen staan, op een duidelijk zichtbare plaats, bussen van de ombudsdienst waarin kinderen of hun ouders klachten of suggesties kunnen deponeren. Daarnaast staat de ombudsdienst klaar om te helpen en te bemiddelen indien de jongeren daar nood aan hebben. De werking van de ombudsdienst, en daarbij horend de inhoud van klachten en verbeteracties, indien relevant, wordt jaarlijks geauditeerd door de inspectiedienst.
De voorzitter: Mevrouw Hoebeke heeft het woord.
Mevrouw Anne Marie Hoebeke: Mijnheer de minister, ik durf de suggestie doen om huisdieren in K-diensten op te nemen. Huisdieren zijn een belangrijk onderdeel van een aangename speelomgeving voor kinderen met psychische problemen.
Ik heb zelf elf huisdieren en ik voel me daar heel goed bij. Ik heb vandaag een bevraging gekregen van een organisatie over het welbevinden van kinderen als er een huisdier op bijvoorbeeld een palliatieve afdeling aanwezig is. Daardoor leg ik de link naar de K-diensten. Misschien is het mogelijk om een soort kinderboerderij in te richten in ziekenhuizen met K-diensten.
De voorzitter: Het incident is gesloten.