Commissie voor Openbare Werken, Mobiliteit en Energie Vergadering van 02/12/2003
Vraag om uitleg van de heer Karlos Callens tot de heer Gilbert Bossuyt, Vlaams minister van Mobiliteit, Openbare Werken en Energie, over het overladen van vrachtwagens
De voorzitter : Aan de orde is de vraag om uitleg van de heer Callens tot de heer Bossuyt, Vlaams minister van Mobiliteit, Openbare Werken en Energie, over het overladen van vrachtwagens.
De heer Callens heeft het woord.
De heer Karlos Callens : Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister, ik wil het probleem van het overladen, het te zwaar laden van vrachtwagens, aankaarten.
De Vlaamse overheid voert, terecht, al een hele tijd strijd tegen het overladen van vrachtwagens. Omwille van het beschadigen van het wegdek en voor de verkeersveiligheid is dit noodzakelijk.
Er is een verfijning nodig aan het bestaande decretaal en regelgevend kader. Kan de verantwoordelijkheid van de verlader in rekening gebracht worden? Vaak worden transporteurs geconfronteerd met overlading, omdat de verladers hun orders inzake de belading niet naleven.
Chauffeurs hebben niet altijd de mogelijkheid om de vracht te wegen of om controle uit te voeren. Op het moment dat zij op de weg worden tegengehouden, lopen zij kans een zware boete te krijgen. Als, bijvoorbeeld, granen worden overgeladen, kan moeilijk gecontroleerd worden of de vrachtwagen of aanhangwagen correct is geladen.
Mijnheer de minister, u kent de boetes. Het gaat minimum om 100.000 Belgische frank, mogelijk te verhogen door de rechter.
Beschikt de bevoegde administratie over gegevens inzake de verantwoordelijkheid van de verlader bij de vastgestelde gevallen van overlading? Als transporteurs een boete krijgen, kloppen ze misschien wel bij u aan en zeggen dat het niet hun fout is.
Bent u bereid om het bestaande decreet aan te passen en een onderdeel in te schrijven over de verantwoordelijkheid van de verlader? Acht u dit juridisch en technisch mogelijk? Dit is belangrijk voor de vervoerders, die dikwijls kleine zelfstandigen zijn. Een boete van 100.000 of 150.000 frank is dodelijk voor die mensen. Kunt u iets doen aan deze problemen?
De voorzitter : De heer Cordeel heeft het woord.
De heer Marc Cordeel : Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister, de chauffeurs die de vrachten ophalen, zijn niet altijd verantwoordelijk voor de vracht die wordt geladen. Zij worden soms niet correct ingelicht over de vracht.
Aan de wetgeving moet misschien een kleine correctie gebeuren. Het accent moet meer gelegd worden op de verantwoordelijkheid voor het verladen van de vrachtwagens.
Voor stukgoed is de vracht perfect te controleren. Voor bulkgoed ligt dit iets moeilijker.
De voorzitter : Minister Bossuyt heeft het woord.
Minister Gilbert Bossuyt : Mevrouw de voorzitter, ik zal een genuanceerd antwoord geven en toelichting verschaffen bij de problematiek.
De administratie Wegen en Verkeer beschikt niet over gegevens, omdat dergelijke zaken niet geïnventariseerd kunnen worden. Om deze gegevens te verzamelen, moet eerst de verantwoordelijkheid bepaald zijn. Dit is de taak van de politierechter.
Een aanpassing van het decreet, om de verlader te beteugelen bij het overladen van vrachtwagens, stuit op juridische bezwaren. De bevoegheidsverdelende regels voor het materieel strafrecht, tussen de federale staat en de gewesten, zorgen ervoor dat we niet bevoegd zijn.
De toegewezen bevoegdheden laten het Vlaams Gewest toe om te controleren, maar dan gaat het enkel over de dader van het misdrijf. Wij controleren schade en oorzaak. We kunnen de dader van het misdrijf strafrechtelijk aansprakelijk stellen. Voor de Vlaamse wegeninspecteur is dit enkel de bestuurder van het voertuig dat het wegdek door overlading beschadigde, aangezien er een rechtstreeks oorzakelijk verband moet zijn. De mogelijkheid om derden burgerlijk aansprakelijk te stellen voor de betaling van de solidariteitsbijdrage of de administratieve geldboete, blijft beperkt tot personen die ten aanzien van de veroordeelde een bewakings- of toezichtplicht hebben. De verlader is een andere persoon, waarbij niet noodzakelijk een gezagsverband bestaat met de chauffeur.
Dit belet evenwel niet dat de chauffeur en zijn werkgever een burgerrechtelijk verhaal kunnen uitoefenen tegen de verlader die een fout beging tijdens het laden. Ik besef dat dit in de praktijk niet werkbaar zal zijn of niet toegepast zal worden.
Ik vestig ook de aandacht op de federale wetgeving van 3 mei 1999 betreffende het vervoer van zaken over de weg. In geval van bezoldigd zakenvervoer kan de verlader nu reeds mee verantwoordelijk worden gesteld. Dit is het enige geval waarin dit kan.
We treden op omdat er uiteraard ook een probleem is voor de veiligheid. We doen controles die in de eerste plaats ontradend moeten zijn. We kunnen de schade aan de wegen controleren en wie schade toebrengt een boete geven.
Mijnheer Callens, het probleem dat u stelt, moet via de federale wetgeving opgelost worden. We hebben dit al gesignaleerd aan het kabinet van de minister van Mobiliteit, als een van de zaken die we verwezenlijkt willen zien op federaal niveau.
Als we de verlader voor zijn verantwoordelijkheid kunnen stellen, zijn we op goede weg. Anders wordt de druk op de chauffeur, en de firma die de chauffeur in dienst heeft, in sommige gevallen te groot.
We hadden 5 inspecteurs. Dat moeten er 10 worden. We doen veel gerichte controles. Het gaat niet alleen om de schade, maar ook om de veiligheid op de weg. Een aantal ongevallen die aanleiding hebben gegeven tot files, hadden soms te maken met overlading.
Hopelijk kan de federale wetgeving soelaas brengen. We zijn vragende partij om te kunnen optreden tegen de verlader.
De voorzitter : De heer Callens heeft het woord
De heer Karlos Callens : Mijnheer de minister, ik kan alleen maar hopen dat u aandringt bij de federale regering om zo snel mogelijk een oplossing te vinden, zodat de kleine ondernemers gespaard blijven van die verantwoordelijkheid.
De voorzitter : Het incident is gesloten.