Commissie voor Economie, Landbouw, Werkgelegenheid en Toerisme Vergadering van 30/01/2003
Vraag om uitleg van de heer Jan Verfaillie tot de heer Renaat Landuyt, Vlaams minister van Werkgelegenheid en Toerisme, over de economische toestand van de provincie West-Vlaanderen
De voorzitter : Aan de orde is de vraag om uitleg van de heer Verfaillie tot de heer Landuyt, Vlaams minister van Werkgelegenheid en Toerisme, over de economische toestand van de provincie West-Vlaanderen.
De heer Verfaillie heeft het woord.
De heer Jan Verfaillie : Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, geachte collega's, ik wil niet terugkeren op het debat van gisteren. Zoals jullie weten, worden we geconfronteerd met een economische groeivertraging in Vlaanderen. In West-Vlaanderen gaan er op dit ogenblik elke dag jobs verloren. Ook de provincie West Vlaanderen wordt dus hard getroffen.
Enkele jaren geleden was alle West-Vlaamse hoop gevestigd op Lernout & Hauspie en Flanders Language Valley. Deze hoop werd jammer genoeg een nachtmerrie. De spraaktechnologiesector kon niet zorgen voor de verhoopte economische stimulansen.
De tewerkstelling in de landbouwsector daalt jaar na jaar. De sector wordt geconfronteerd met strenge milieunormen en dalende prijzen. Een versnelde achteruitgang dreigt in de komende jaren.
De textielsector, die nog altijd de trots is van Zuid-West-Vlaanderen, gaat gebukt onder de concurrentie van de lageloonlanden. Blijkbaar zijn er de laatste weken en maanden reeds 2.000 arbeidsplaatsen in de West-Vlaamse textielsector verloren gegaan.
De doortrekking van de E40 tot Calais en de aanleg van de Kanaaltunnel leidden tot een veranderd economisch gedrag aan de kust. Het transport van goederen en personen per boot werd minder aantrekkelijk. Dit had onder meer belangrijke gevolgen voor de scheepvaart in Oostende en Zeebrugge.
In januari 2003 gingen bijna 1.000 arbeidsplaatsen verloren. Ik denk aan Sofitex of nog dichter bij mijn deur Vanwijnsberghe uit Veurne. Een West-Vlaams economisch herstelprogramma met impulsen van de overheid is nodig. Diverse ministers doen inspanningen om impulsen te geven aan West-Vlaanderen maar jammer genoeg is er weinig sprake van enige coördinatie. Daarom roep ik op tot een gecoördineerde aanpak van de problemen om diverse oplossingen te zoeken.
In eerste instantie kan er een rondetafelconferentie worden georganiseerd met alle maatschappelijke actoren in de provincie. Dit zijn de federale overheid, de Vlaamse overheid, de provincie, de GOM, WES, Leiedal, WVI en nog vele anderen. Als resultaat van deze rondetafelconferentie kan er dan een West-Vlaams economisch herstelprogramma worden opgemaakt.
Tot slot wil ik nog een oproep doen aan de minister, die ook bevoegd is voor Toerisme, opdat hij al zijn invloed zou aanwenden voor een zo spoedig mogelijke lichting van de Tricolor. De Kamer van Handel en Nijverheid alsook vele andere instanties dringen hierop aan. Het is de bedoeling dat de Tricolor pas in mei of juni wordt gelicht, maar hoe langer die daar ligt, hoe slechter dat is voor het toerisme en de economische ontwikkeling van onze provincie.
Mijnheer de minister, ziet u een mogelijkheid om alle economische actoren rond de tafel te brengen en samen met hen te werken aan een economisch herstelplan voor West-Vlaanderen?
De voorzitter : De heer Boutsen heeft het woord.
De heer Mathieu Boutsen : Mijnheer de minister, als u de tewerkstelling activeert in West-Vlaanderen, dan nodig ik u voor de volgende stap uit in Limburg.
De voorzitter : Op 14 januari hebben we een interpellatie aan minister Stevaert behandeld over de algemene mobiliteitsproblemen in de kustregio als gevolg van de economische crisis en de infrastructuurwerken. Daarin werd onder andere de weerslag van de problemen in verband met Terneuzen en Calais behandeld. Ik heb voorgesteld om daarover een rondetafel te organiseren. Minister Stevaert heeft gezegd dat hij dat niet nodig vindt, waarvan akte. Ik hoop dat de vraagsteller vandaag meer succes oogst bij de minister van Werkgelegenheid.
De heer Ramoudt heeft het woord.
De heer Didier Ramoudt : Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, collega's, ik begrijp de vraag van de heer Verfaillie heel goed, maar de problemen van tewerkstelling en werkloosheid mogen toch niet worden verengd tot één provincie. Als we hefbomen willen hanteren om de tewerkstelling aan te zwengelen, dan moeten we die zoeken in een bredere context.We moeten nagaan welke actoren op het veld tekortschieten om de tewerkstelling te ondersteunen. Misschien is het goed om binnen de regering ernstig na te denken over een lucht- en zeehavenbeleid. Ondanks een aantal afspraken tussen de belangrijkste Vlaamse havens, heb ik de indruk dat er te weinig synergie, samenwerking en visie op korte en lange termijn bestaat. We zijn daarvoor vragende partij, maar ik hoop dat het initiatief van de regering komt.
De voorzitter : Dat past in mijn vraag naar een rondetafel over mobiliteit, havens, infrastructuurwerken en economie.
Minister Landuyt heeft het woord.
Minister Renaat Landuyt : Mijnheer de voorzitter, collega's, ik voel me door de vragen aangesproken in mijn drie bevoegdheden : Toerisme,Werkgelegenheid en West-Vlaanderen. De Vlaamse regering heeft drie Limburgse ministers, West-Vlaanderen heeft er één. Ik apprecieer de steun van het parlement in deze laatste bevoegdheid, die vooral een verantwoordelijkheid is.
Aan de vragen is een economisch aspect verbonden, namelijk een voor Vlaanderen belangrijk lucht- en zeehavenbeleid. Het is evident dat een en ander gecoördineerd moet worden bekeken. Het past niet om te zeggen dat West-Vlaanderen in crisis is. Dit uitgangspunt doet de andere provincies oneer aan, en West Vlaanderen eveneens.
De werkloosheidsgraad in West-Vlaanderen is nog steeds lager dan die in heel Vlaanderen. In Vlaanderen bedraagt die 7,35 percent, in West-Vlaanderen 6,29 percent. Spreken over een herstelplan voor West Vlaanderen is een West-Vlaming onwaardig. We kunnen beter spreken over een pro-actief sociaal-economisch beleid. Er is een beslissing van de Vlaamse regering die in die richting gaat, maar dan voor alle subregio's in Vlaanderen.
Vorige week heeft de Vlaamse regering beslist om over te stappen naar een fusie van de subregionale tewerkstellingscomités en de streekplatforms. Het is voor elke provincie een uitdaging om daar werk van te maken. Dat kan maar lukken als de sociaal-economische actoren van de subregio's daarin meegaan. Dit hoeft niet op een provinciale structuur gebaseerd te zijn. Het kan evengoed steunen op de vroegere subregio's. West Vlaanderen heeft een viertal regio's, waarin de STC's en de streekplatforms bijeen worden gebracht, om dan een koepelstructuur te installeren, de West-Vlaamse sociaal-economische raad.
We mogen evenmin vergeten dat op 23 oktober 2002 reeds een economisch forum over West-Vlaanderen werd georganiseerd door de GOM. Ik heb daar gepleit voor een grotere sociale reflex in de economische strategie. In elk geval bestaat het plan 'West-Vlaanderen 2010, een strategie voor economische ontwikkeling'. Die strategie gaat niet uit van de verkeerde stelling dat West-Vlaanderen een crisisgebied zou zijn.
De heer Jan Verfaillie : Mijnheer de minister, we vervallen opnieuw in het oude verhaal. Ik heb helemaal niet gezegd dat West-Vlaanderen een crisisgebied is. U trekt mijn vraag in het belachelijke. Ik heb er u op gewezen dat er een aantal problemen zijn en ik heb u gevraagd wat u zult doen om ze op te lossen. U bent er altijd als de kippen bij als er goed nieuws over West-Vlaanderen te vertellen valt. Nu is er minder goed nieuws en ik vraag u wat u terzake zult doen. U doet echter alsof ik beweer dat het heel slecht zou gaan met de provincie.We hebben elkaar wellicht verkeerd begrepen.
De voorzitter : Minister Landuyt heeft het woord.
Minister Renaat Landuyt : Mijnheer Verfaillie, ik heb de vraag beantwoord door te verwijzen naar de activiteiten van de STC's en de Streekplatforms die verder worden uitgewerkt. In sommige subregio's, bijvoorbeeld in het Brugse, zal nog een extra coördinatie gebeuren van alle actoren via het project Werkkracht 10. De nodige informatie daarover werd reeds verspreid.
De voorzitter : Het incident is gesloten.