Commissie voor Binnenlandse Aangelegenheden, Huisvesting en Stedelijk Beleid Vergadering van 10/12/2002
Vraag om uitleg van mevrouw Veerle Heeren tot de heer Jaak Gabriels, Vlaams minister van Economie, Buitenlands Beleid, Buitenlandse Handel en Huisvesting, over de toepassing van het huidige socialehuurbesluit en het nieuw aangekondigde socialehuurbesluit
De voorzitter : Aan de orde is de vraag om uitleg van mevrouw Heeren tot de heer Gabriels, Vlaams minister van Economie, Buitenlands Beleid, Buitenlandse Handel en Huisvesting, over de toepassing van het huidige socialehuurbesluit en het nieuw aangekondigde socialehuurbesluit.
Mevrouw Heeren heeft het woord.
Mevrouw Veerle Heeren : Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, na het debat vorige week in de plenaire vergadering zat ik met meer nieuwe vragen dan ik antwoorden had gekregen. Dat was ook de reden voor deze vraag om uitleg. We kennen allemaal de doelstellingen van het bestaande socialehuurbesluit. U bent vorige week niet ingegaan op een aantal vragen erover. Wel hebt u aangekondigd dat er een nieuw besluit komt. Uit de persberichten heb ik afgeleid dat dit vorige week op de agenda van de Vlaamse regering stond. Ik vraag me af of dat klopt.
We hebben het heel vaak over de wachtlijsten. U hebt ondertussen aan alle maatschappijen gevraagd hoeveel mensen zijn ingeschreven op die lijsten. Het resultaat benieuwt me. Ik vermoed dat de resultaten voor u wat tegengevallen zijn en dat u liever lagere cijfers had bekomen. Die zouden zich immers makkelijker hebben vertaald in bijkomende woningen. Kunt u me zeggen hoeveel mensen in Vlaanderen op een wachtlijst staan?
In de praktijk is er niet veel veranderd sinds vorige week. In Vlaanderen bestaat nog steeds grote onduidelijkheid. De bouwmaatschappijen weten niet wat ze concreet moeten doen. De signalen komen van verschillende kanten en zijn dikwijls tegenstrijdig. Vorige week heb ik al opgemerkt dat het niet gaat over instellingen, maar over mensen. Het is moeilijk om de theorie in de praktijk om te zetten. U bent minister in Brussel, maar in de bouwmaatschappijen werken mensen. Het zijn de leden van de raad van bestuur, de voorzitters en de lokale mandatarissen die het gesprek moeten aangaan met de huurders.
Bent u ervan overtuigd dat de huisvestingsmaatschappijen tegen het einde van het jaar echt zullen overgaan tot een aanmaning tot opzeg van huurders met een inkomenscoëfficient van meer dan twee? Wat zal er gebeuren als de maatschappijen beslissen om geen opzeg te betekenen aan die groep? Zult u in dat geval een schadeclaim instellen tegenover de maatschappijen? We mogen bij dit alles niet vergeten dat het Vlaams Gewest in elk van de bouwmaatschappijen regeringscommissarissen heeft zitten. Het benieuwt me dan ook wat u een paar weken geleden aan die commissarissen hebt gevraagd om te doen als ze worden geconfronteerd met een raad van bestuur die beslist om de mensen geen opzeg te geven en het nieuw socialehuurbesluit af te wachten, want daarin zullen, volgens de pers, de inkomensgrenzen toch worden opgetrokken.
Acht u het opportuun om de huisvestingsmaatschappijen aan te manen om het contract van bepaalde huurders op te zeggen op het ogenblik dat een nieuw huurbesluit wordt uitgewerkt? Of is het nieuwe huurbesluit er al? Zou het niet beter zijn om de huisvestingsmaatschappijen te vragen om de aanmaningen tot opzeg in te trekken? Als u per brief kunt meedelen dat de opzegtermijn met één jaar kan worden verlengd, dan kunt u ook per brief meedelen dat het bewuste artikel uit het besluit wordt ingetrokken in functie van het nieuwe socialehuurbesluit?
Tijdens de plenaire zitting van 6 december kondigde u aan dat een nieuw socialehuurbesluit zal worden voorgelegd. Is dat zo? Wat zijn de krachtlijnen ervan? Kunt u ons meer informatie geven? Het gaat immers over een besluit, niet over een decreet en u bepaalt dus wat er in staat. Is er in het nieuwe besluit nog sprake van opzeg van huurders met een te hoge inkomenscoëfficient?
Mijnheer de minister, tijdens de hoorzitting over de sociale mix vorige week heb ik toch wel heel merkwaardige zaken vernomen. De voorbije jaren is er heel wat gebeurd in de sector : er werd een chaos gecreëerd, mensen die zogezegd niet deugden werden weggestuurd, een nieuw management werd aangesteld, er kwam een reorganisatie, enzovoort. Alles zou beter worden gedaan dan vroeger. Vorige week kwam de voorzitter van de VHM echter vertellen dat over de sociale mix eigenlijk geen overleg wordt gepleegd tussen het kabinet en de administratie. Ook de mensen die dagelijks met de praktijk bezig zijn, klaagden aan dat niet naar hen wordt geluisterd, en dat hen niets wordt gevraagd. Ze weten niet wat hun boven het hoofd hangt. Op welke manier verloopt het overleg tussen uw kabinet en de betrokkenen? Op welke manier is er inspraak? Hoe is men in het verleden tot een socialehuurbesluit gekomen?
De voorzitter : Mevrouw Guns heeft het woord.
Mevrouw Dominique Guns : Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, ik wil vooraf duidelijk maken dat ik enkel mijn eigen mening vertolk. Het klopt dat we praten over mensen. Mensen met een IC groter dan 2 verdienen per jaar 1,2 miljoen frank. Dat is in mijn ogen niet de laagste inkomensklasse.
Ik geef een voorbeeld van een vrouw die na het overlijden van haar man alleen overblijft met twee kinderen. Ze valt daardoor terug op haar inkomen. Doordat mensen met een IC groter dan 2 in een sociale huurwoning wonen, kan deze vrouw er geen aanspraak op maken en wordt ze op de lange wachtlijst gezet. Ik vind het dan wel een probleem dat mensen met een IC groter dan 2 in die sociale woning blijven wonen. De realiteit vandaag is dat het aanbod veel te klein is. Dat is historisch gegroeid. Mensen op de wachtlijst die echt sociaal achtergesteld zijn, hebben in de eerste plaats hulp nodig. De anderen hebben het minder moeilijk om op de privé-markt een woning te vinden.
De voorzitter : Mevrouw De Martelaer heeft het woord.
Mevrouw Ann De Martelaer : Ik kan het betoog van mevrouw Guns bijtreden, maar ik wil wel een bedenking maken. Hoe kunt u de verhoging van de inkomensgrenzen om een betere mix te krijgen, verantwoorden?
Mevrouw Dominique Guns : Daar ben ik ook tegen. Voor een keer zijn we het eens.
De voorzitter : Minister Gabriels heeft het woord.
Minister Jaak Gabriels : Mijnheer de voorzitter, dames en heren, we hebben door de VHM een inventaris laten maken van de socialehuisvestingsmaatschappijen en de behoefte die er bestaat. Op dit moment is er ongeveer behoefte aan 65.000 sociale woningen. We hebben gevraagd om nu te differentiëren en te bepalen welk profiel de personen op de wachtlijst hebben. Op die manier proberen we een antwoord à la carte te vinden. Het gezinspatroon is sinds twintig jaar sterk veranderd. Ik wacht deze elementen af om dan te bepalen welke opvang er noodzakelijk is.
Ondertussen zitten we niet stil. Er gebeurt momenteel inspectie. De samenwerking met de politie en het gerecht verloopt uitstekend, zodat de huisjesmelkers worden aangepakt. Er zijn al heel wat mensen voor het gerecht gebracht.
Mevrouw Heeren, in mijn brief heb ik de socialehuisvestingsmaatschappijen laten weten dat ik het initiatief heb genomen om de periode van vooropzeg te verlengen van een tot twee jaar in functie van de inkomensoverschrijding. We hebben objectieve redenenen om dat te doen. Ten eerste staan we voor een wijziging van het socialehuurbesluit. Ten tweede staan we voor het promoten van kopen in plaats van huren. De periode van twee jaar is noodzakelijk.
Mevrouw Guns, we kunnen erover discussiëren of mensen met een dergelijk inkomen in dit soort woning thuishoren. Vandaag wil ik het hebben over de procedure die we aanhouden. Vrijdag zal op de ministerraad worden goedgekeurd dat de periode van vooropzeg wordt verlengd tot twee jaar. Dit houdt geen enkel waardeoordeel in, maar geeft de bewoners de kans om zich aan een nieuwe uitdaging aan te passen. Ik heb onlangs een bezoek gebracht aan de Silvertoptorens. De bewoners hadden er buitengewone interesse om de woning te kunnen kopen. Die mensen moeten die kans krijgen.
Het socialehuurbesluit van 2000 moet uitvoering krijgen. De socialehuisvestingsmaatschappijen moeten dat aan de betrokkenen betekenen. Er staan drie alternatieven in : de huur wordt aangepast, de huurder wordt eruit gezet of de bewoner kan de woning kopen. Ik laat dat tweede element eruit omdat dat een afgeleide is van het eerste en derde element. Wie niet akkoord gaat met de aanpassing van de huur of niet wil kopen, zal sowieso vertrekken. Bovendien klinkt het nogal brutaal.
Dan geef ik nu de antwoorden op de concrete vragen. Zoals reeds eerder gesteld, betreft het hier de toepassing van het socialehuurbesluit van 20 oktober 2000 en meerbepaald artikel 24 paragraaf 3. Dit socialehuurbesluit is van toepassing sinds 1 januari 2001. Ik zie niet in waarom de socialehuisvestingsmaatschappijen deze reglementering niet zouden toepassen. De regeringscommissarissen hebben gevraagd naar uniformiteit. Dat ligt aan de basis van de omzendbrief.
Voor uw tweede vraag, verwijs ik naar de reglementering terzake. De VHM-commissarissen moeten erop toezien dat de reglementering wordt gerespecteerd.
Aan de Vlaamse regering werd voorgesteld om in het artikel 24, paragraaf 3, lid 1 van het besluit van de Vlaamse regering van 20 oktober 2000 tot reglementering van het socialehuurstelsel voor sociale huurwoningen die worden verhuurd of onderverhuurd door de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij of een socialehuisvestingsmaatschappij met toepassing van titel VII van de Vlaamse Wooncode, het woord 'één' te vervangen door 'twee'. Dit voorstel staat geagendeerd op de Vlaamse regering van aanstaande vrijdag. Ook hier wil ik nogmaals benadrukken dat dit in feite een versoepeling is van de bestaande regeling in afwachting van een uniform socialehuurbesluit en concrete uitvoeringsbesluiten wat de overgang van huur naar koop betreft.
Er moet een onderscheid worden gemaakt tussen het voorliggende voorstel tot wijziging van artikel 24, paragraaf 3, lid 1 van het socialehuurbesluit en het uniform socialehuurbesluit. Voor het eerste voorstel werd aan de socialehuisvestingsmaatschappijen rechtstreeks een mededeling gezonden. Inzake het tweede voorstel wordt het gebruikelijke overlegparcours gevolgd. We wachten dat af om definitieve besluiten voor te leggen.
De voorzitter : Mevrouw Heeren heeft het woord.
Mevrouw Veerle Heeren : Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, ik ga niet in op de problematiek van de verkoop van de woningen. Daar kunnen we in het nieuwe jaar nog over discussiëren.
Mijnheer de minister, het is me niet duidelijk wat de regeringscommissaris zal doen als de bouwmaatschappijen wettelijk ongehoorzaam zijn. Wat is de procedure?
U zegt dat er overleg wordt gepleegd in het kader van het nieuwe socialehuurbesluit. Met wie en waarover? Tijdens de hoorzitting over de sociale mix vorige week kregen we te horen dat er helemaal geen overleg is. Ik had graag ook een duidelijk antwoord op de vraag over de schadeclaim.
Minister Jaak Gabriels : Mevrouw Heeren, de VHM is bezig haar voelhorens uit te steken en te onderhandelen met de SHM's. Dat is wat ik met overleg bedoel.
Wanneer het reglement niet wordt uitgevoerd, zal ik mijn verantwoordelijkheid nemen. Als de Vlaamse overheid een besluit goedkeurt, dan kan het niet dat daarvan wordt afgeweken.
De voorzitter : Mevrouw Heeren heeft het woord.
Mevrouw Veerle Heeren : Ik wil nog even zeggen dat het overleg dan wellicht tijdens de afgelopen zeven dagen is gebeurd. Als mijn informatie juist is, is er niet overlegd met de twee koepelorganisaties die vandaag de 118 bouwmaatschappijen van de sector vertegenwoordigen. De minister zegt ook dat hij zijn verantwoordelijkheid opneemt. Wat houdt de procedure eigenlijk in? Het gaat niet over individuen die de regelgeving niet willen respecteren. Het gaat over raden van bestuur van bouwmaatschappijen. Die zijn politiek samengesteld, en alle partijen zijn daarin vertegenwoordigd. Worden ze niet erkend en krijgen ze geen middelen?
Minister Jaak Gabriels : Ik heb het over individuen gehad. Zodra men het algemeen belang niet meer respecteert, worden er maatregelen genomen. De definitie van het 'algemeen belang' is door het Vlaams Parlement en de Vlaamse regering bepaald. We zullen op dat ogenblik oordelen over passende maatregelen. Iedereen zal de regels moeten respecteren.
De heer Mark Van der Poorten : Het besluit dat vrijdag wordt besproken, wijzigt dus enkel het woord 'één' in 'twee'?
Minister Jaak Gabriels : Dat is juist.
De voorzitter : Het incident is gesloten.