Commissie voor Leefmilieu, Natuurbehoud en Ruimtelijke Ordening Vergadering van 10/10/2002
Vraag om uitleg van de heer Erik Matthijs tot mevrouw Vera Dua, Vlaams minister van Leefmilieu en Landbouw, over het systeem van ophalen en verwerken van afgedankte elektrische en elektronische apparaten
De voorzitter : Aan de orde is de vraag om uitleg van de heer Matthijs tot mevrouw Dua, Vlaams minister van Leefmilieu en Landbouw, over het systeem van ophalen en verwerken van afgedankte elektrische en elektronische apparaten.
De heer Matthijs heeft het woord.
De heer Erik Matthijs : Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, collega's, vorige week hebben we de milieubeleidsovereenkomst afgedankte elektrische en elektronische apparaten besproken. Het nationaal verbond voor zelfstandige elektriciens en handelaars in elektrische toestellen VZW Nelectra heeft de MBO in Vlaanderen, Wallonië en Brussel goedgekeurd en ondertekend. Het systeem wordt beheerd door Recupel en gefinancierd door de bijdragen van de consument bij de aankoop van een nieuw elektrisch of elektronisch apparaat.
Nu blijken er voor die zelfstandige handelaars problemen te zijn. Volgens hen wordt de overeenkomst door Recupel niet nageleefd. Zo bepaalt Recupel eenzijdig hoe de prijs moet worden aangeduid, terwijl de MBO de zelfstandigen de keuze laat. Recupel eist dat bij de prijsaanduiding in de winkelrekken wordt vermeld hoeveel de recyclagebijdrage is voor een toestel, terwijl volgens de MBO een duidelijke affichering in de winkel en een totaalbedrag in het winkelrek volstaan. Deze laatste manier van prijsaanduiding wordt door Recupel slechts tijdelijk toegestaan. De zelfstandigen gaan niet akkoord met die eis van Recupel omdat het splitsen van de prijsaanduiding in het winkelrek problemen geeft voor de etikettering. Wettelijk is de handelaar trouwens verplicht de totaalprijs te afficheren.
Een ander heikel punt is het ophalen bij de zelfstandige elektriciens. Recupel haalt pas op als er ten minste 8 eenheden zijn, of een compleet palet. Dit levert, zeker voor kleinere winkels, problemen op bij het stockeren, vooral dan van groot witgoed. Het vereist een investering in ruimte zodat er minder ruimte is voor nieuwe toestellen, en in opslagstellages en tilsystemen voor de afgedankte apparaten.
Bovendien laat niet elk lokaal containerpark toe dat zelfstandige handelaars er toestellen afzetten. Als dat echter wel het geval is, komen er onvermijdelijk bijkomende transportkosten en werkuren aan te pas. De handelaar moet trouwens ook kunnen bewijzen dat de afgedankte toestellen afkomstig zijn van particulieren, terwijl hij zelf ook toestellen van niet-particulieren moet aanvaarden.
De ophaling zal volgens Recupel gebeuren binnen de 72 uur. Dat is te lang. Op 72 uur kunnen er nog meer toestellen binnenkomen, en de prijs van stockageruimte is hoog. De sector vraagt een maximale tijd van 48 uur.
Om wachttijden te vermijden eist Recupel vrije toegang tot de magazijnen van de zelfstandige elektriciens. Dit is voor de meesten moeilijk haalbaar. Een leverancier heeft ook geen vrije toegang tot de winkel of het magazijn. De sector wil dezelfde regeling met de ophaler als met de leverancier, waarbij aanmelding gewenst is.
De kostprijs voor de zelfstandige elektricien voor de uitvoering van deze MBO is niet min. Niet alleen het tijdverlies bij thuislevering van een nieuw toestel en het meenemen van het oude toestel, maar ook de uitleg aan de klanten over de bijdrage en het waarom ervan, de registratie van de afgedankte apparatuur, het transport en de stockage hebben een prijs.
De beroepsvereniging meent dat in de MBO was overeengekomen dat er een vergoeding zou worden betaald voor de reële gemaakte kosten. Tot nu toe worden ze echter niet vergoed, terwijl Recupel zelf zeer winstgevend is. Op 6 maanden tijd is er zowat 2 miljoen euro winst gemaakt, en zou er een reserve van 11 miljoen euro zijn opgebouwd. Enkel de kosten van de fabrikanten worden nu deels vergoed door Recupel. De zelfstandige elektriciens blijven in de kou staan. Deze MB0 is gemaakt op maat van de VZW Recupel. De zelfstandige elektriciens blijven met de kosten zitten.
Mevrouw de minister, zullen er maatregelen worden genomen om in de toekomst tegemoet te komen aan het terechte ongenoegen van de zelfstandige elektriciens en handelaars over de werkwijze van Recupel? Mogen de handelaars de richtlijnen van Recupel over de prijsaanduiding in de winkel in hun praktisch draaiboek distributie naast zich neerleggen zolang ze zich houden aan de bepalingen van de MBO?
Zal Recupel worden aangespoord om een billijke vergoeding uit te keren voor de inspanningen die de zelfstandige handelaars doen? Zal Recupel worden gevraagd de door hen voorgestelde regel van minimum 8 toestellen te verlaten, en op eenvoudig verzoek van de handelaar de afgedankte toestellen op te halen, na aanmelding, en binnen de 48 uur? Dat zijn toch redelijke vragen?
Hoever staat Recupel nu? Is er een akkoord met alle gemeenten? Hoe zijn de reacties van de andere ondertekenaars van de MBO? We hebben dit al gedeeltelijk besproken bij de behandeling van de MBO, maar misschien kunt u daar meer gegevens over verstrekken.
De voorzitter : De heer Bex heeft het woord.
De heer Jos Bex : Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, de heer Matthijs legt met zijn vraag het probleem bloot van de participanten aan een MBO. Nelectra moet in eerste instantie met Recupel praten. Het is toch niet de bedoeling dat de overheid de problemen oplost van de participanten aan MBO's. Recupel is trouwens in samenspraak met de diverse sectoren, bezig met het oprichten van regionale ophalingscentra waardoor de kleine detailhandelaars niet langer verplicht zullen zijn om toegang te verschaffen aan Recupel voor de ophaling en waardoor een andere oplossing kan worden geboden.
Mijnheer Matthijs, u maakte een bedenking over het maken van winst. Ik denk dat Recupel het geld nog broodnodig zal hebben eenmaal de MBO op volle toeren draait. Recupel ontvangt nu inderdaad geld voor de nieuwe producten die op de markt worden gebracht en worden verkocht, maar er bestaat ook nog een historische reserve aan toestellen die nog moeten worden ingezameld. Bij dit soort MBO's kan geen sprake zijn van winst maken.
U hebt het in uw vraag ook over de kosten van de elektricien. We moeten ons afvragen wie die kosten vroeger betaalde. In de meeste gevallen namen de gemeenten een gedeelte van de kosten op zich. De MBO is een vooruitgang omdat de kosten die de gemeenten maken, integraal worden vergoed. Het is billijk dat de sector zelf opdraait voor de gemaakte kosten.
De voorzitter : Minister Dua heeft het woord.
Minister Vera Dua : Mijnheer de voorzitter, dames en heren, de heer Bex heeft reeds op een vrij krachtdadige manier een aantal antwoorden geformuleerd. Zijn bedenkingen sluiten volledig aan bij de filosofie van een MBO.
Mijnheer Matthijs, de aanvaardingsplicht werd afgesproken in een MBO. Het was niet makkelijk om ieders handtekening te krijgen, maar de overeenkomst is het uiteindelijke resultaat van overleg tussen het Vlaams Gewest en de representatieve beroepsorganisaties. Ook Nelectra, het nationaal verbond voor zelfstandige elektriciens en handelaars in elektrische toestellen, heeft de MBO ondertekend. De MBO is bindend voor alle leden van de beroepsorganisaties die een mandaat hebben gekregen om aan de onderhandelingen deel te nemen. Als een organisatie tekent, gaan we er immers van uit dat alle aangesloten leden akkoord gaan met die ondertekening.
De leden of de eindverkopers van elektrische en elektronische apparaten zijn op 2 manieren betrokken partij. In de eerste plaats werden ze in het Vlarea aangeduid als eerste schakel in de keten en hebben ze de plicht om de apparaten te aanvaarden. In de tweede plaats blijkt uit de controles van de OVAM dat ze in veel gevallen ook rechtstreekse invoerder van die apparaten zijn. Het is de taak van de ondertekenende partijen om uitvoering te geven aan de MBO.
De heer Bex heeft gelijk dat de taak van de overheid zich beperkt tot het toezien op de resultaten. Waar nodig kan de overheid wel optreden bij geschillen of bij onevenwichten tussen partijen. Eventueel kan de overheid onderhandelingen voor een nieuwe MBO opstarten. Het uitgangspunt zijn de verplichtingen die het Vlarea oplegt en de bepalingen van de MBO zelf. Bij een dergelijk conflict zou ik adviseren dat de betrokken partijen contact opnemen met Recupel.
Er mag niet worden vergeten dat Recupel nog steeds in een opstartfase zit, ook al loopt het systeem al een tijdje. Recupel evalueert voortdurend het ophalings- en verwerkingssysteem en optimaliseert het waar nodig. Voor zover ons bekend, werden alle beslissingen van Recupel genomen na overleg met de distributiesector. De problemen die ontstaan tijdens de verdere optimalisering van het Recupel-systeem, moeten in overleg met de distributiesector worden opgelost.
De MBO heeft maanden op zich laten wachten omwille van de discussie over de prijsaanduiding. De prijsaanduiding is geregeld in de federale wet over de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument. Een Vlaams systeem kan natuurlijk niet afwijken van die wet. De reden waarom we in de MBO toch een standpunt hebben ingenomen over deze kwestie, is om de consument te confronteren met de kosten verbonden aan de inzameling en de correcte verwerking van het gekochte product, dat later afval zal worden. Er wordt ook ingespeeld op de preventie door het visualiseren van het idee dat de vervuiler betaalt, ook al is dit minder van toepassing op dergelijke apparaten. Het is daarbij van groot belang dat er een eenvormig systeem bestaat voor prijsaanduiding en dat de consument daarover in alle duidelijkheid wordt ingelicht. Het afzonderlijk doorrekenen in de distributieketen voorkomt dat er een marge wordt genomen op de milieubijdrage. Ook dat was een groot discussiepunt, want er moest worden voorkomen dat van de milieubijdrage misbruik zou worden gemaakt om prijsverhogingen in te voeren.
Om de gevoeligheid van de sector voor dit probleem te illustreren, citeer ik uit de toelichting bij de MBO : 'Minstens gebeurt daarbij een duidelijke en afzonderlijke vermelding van de milieubijdrage via affichering in de winkelrekken, aangevuld met het andere sensibiliseringsmateriaal, waaronder folders, reclamedrukwerk en publiciteit. Het wordt aanbevolen dat ook op de factuur of op het kasticket de milieubijdrage afzonderlijk wordt vermeld. In een eerste fase -namelijk 6 maanden na de inwerkingtreding van het systeem -is dit echter geen verplichting indien zich praktische problemen stellen. Het beheersorganisme zal tijdens deze 6 maanden onderzoeken in hoeverre de vermelde initiatieven voldoende duidelijkheid verschaffen aan de consument en in hoeverre oplossingen kunnen gevonden worden voor de praktische problemen'.
Eigenlijk is het steeds in de geest van de MBO geweest dat op de factuur vermeld wordt hoeveel bijvoorbeeld de ijskast kost, én hoeveel de milieubijdrage bedraagt.
Aangezien Nelectra blijft vastklampen aan deze bepalingen van de MBO, ga ik ervan uit dat de praktische problemen van een afzonderlijke vermelding op het kasticket nog niet zijn opgelost. Het belangrijkste in deze is dat de consument op de hoogte is van het bedrag van de milieubijdrage die hij betaalt op het ogenblik van de aankoop van een product. Recupel moet deze zaak verder onderzoeken. Mochten er onoverkomelijke problemen zijn, dan zal het wellicht niet doorgaan. Ik vermoed echter dat Recupel de nodige inspanningen levert om de geest van de MBO na te leven. Ik bedoel daarmee het apart vermelden in de rekken en op het prijsticket.
Wat uw derde vraag betreft, wil ik erop wijzen dat dit in eerste instantie een zaak is tussen de twee betrokken partijen die de MBO hebben ondertekend. De OVAM bekijkt zoals gezegd de vraag of er vergoed moet worden en hoe hoog deze vergoeding moet zijn vanuit de verplichtingen die het Vlarea oplegt, en de bepalingen van de MBO. Zoals reeds door de heer Bex vermeld, is er in dat verband een groot verschil met gelijkaardige discussies tussen de gemeenten en Recupel, aangezien de gemeenten geen verantwoordelijkheid dragen in de aanvaardingsplicht, en gevraagd worden voor het leveren van diensten. De detailhandel heeft in de aanvaardingsplicht, zoals beschreven in het Vlarea, wel een aantal plichten te vervullen. Vergoedingen zijn alleen te rechtvaardigen indien in het Recupel-systeem aan de distributie meer wordt gevraagd dan waartoe zij wettelijk verplicht is overeenkomstig het Vlarea en de MBO. Voor de ophaling bij de detailhandel bepaalt de MBO dat deze gratis zal gebeuren door het beheersorganisme. Dit staat er letterlijk in. Die ophaling is dus een service van Recupel.
De MBO voorziet in inzameling via de kringloopcentra, de containerparken en de distributie. Eind 2001 waren er 306 vergunde containerparken in Vlaanderen. Het potentieel aantal te controleren verkooppunten van dergelijke apparaten werd in een studie van PriceWaterhouseCoopers in opdracht van de OVAM geschat op 35.000.
Eigenlijk vond ik uw vraag nogal merkwaardig. Als men de garantie geeft dat men binnen de 72 uur 8 toestellen wil komen ophalen op 35.000 verkooppunten, dan is dat toch een redelijke service te noemen. Deze ophaling gebeurt op afroep, via de telefoon. Trouwens, meestal slaagt men erin om het nog vroeger te doen. Ten aanzien van een systeem dat al zo sterk ontwikkeld is, denk ik toch 'proficiat' te mogen zeggen. Een afroepsysteem organiseren voor al de winkels met slechts 1 of 2 toestellen, lijkt me niet haalbaar. Ik doe dan ook een oproep tot de sector om er rekening mee te houden dat dit allemaal niet zo eenvoudig is en dat het praktisch haalbaar moet blijven. Ik meen dan ook te mogen zeggen dat er al redelijk goede resultaten voorgelegd kunnen worden.
De keuze van de logistiek van Recupel is het resultaat van grondig overleg met de betrokken sectoren enerzijds en van een logistieke studie naar kostenefficiëntie anderzijds, inclusief een vergelijking met de situatie in andere landen. Op dat vlak scoren wij reeds heel goed in vergelijking met andere landen.
Een en ander betekent uiteraard dat elke winkel in de nodige ruimte moet voorzien om een aantal van die afgedankte toestellen op te slaan, wat niet altijd eenvoudig is. Indien men pleit voor een ophaling vanaf 2 of 3 toestellen, moet men er ook rekening mee houden dat dit de transportkosten aanzienlijk zal verhogen. Iemand zal daar uiteindelijk voor moeten betalen.
De werkwijze van Recupel is door de drie gewestelijke overheden goedgekeurd naar aanleiding van de goedkeuring van het lastenboek voor de ophalers in het voorjaar van 2001. Momenteel is Recupel in onderhandeling met de lokale besturen, en wordt op tal van containerparken gratis toegang verleend.
Afhankelijk van de resultaten van de onderhandelingen met de gemeenten in functie van de dekkingsgraad van de alternatieven die aan de detailhandel worden geboden -containerparken, kringloopcentra, enzovoort -moet de inzameling bij de detailhandel blijvend geëvalueerd worden. In die optiek zullen wij er bij Recupel op aandringen om te blijven communiceren met de distributie en voortdurend te streven naar een optimalisering van de ophaling en verwerking van afgedankte elektrische en elektronische apparaten.
Uw laatste vraag is reeds uitgebreid aan bod gekomen naar aanleiding van de bespreking van de MBO. Toch wil ik het nog even hebben over de boekhoudkundige gegevens waarnaar u hebt verwezen. Recupel is een VZW en heeft dus niet de bedoeling om winst te maken. Wel hebben de verschillende sectorbeheersorganismen samen 11 miljoen euro voorzieningen aangelegd, die in geen geval mogen worden verward met reserves zoals u onterecht vermeldt. Voorzieningen moeten, volgens de regels van het bedrijfsrevisoraat, aangelegd worden om aan de door de aanvaardingsplicht opgelegde toekomstige verplichtingen te voldoen. Dit betekent dat niet alleen de kosten van vandaag worden gedekt -het zogenaamde historical waste - maar tevens in de nodige middelen moet worden voorzien voor de apparaten die nu op de markt worden gebracht en in de toekomst moeten worden verwerkt, de zogenaamde future waste. Het aanleggen van betreffende voorzieningen sluit dus volledig aan bij de aanvaardingsplicht.
Het positief saldo van alle sectoren samen bedraagt 2 miljoen euro, of amper 0,5 percent van het jaarlijks budget. Dat relatief lage bedrag dient voor de dekking van een hele reeks kosten waarin de beheersorganismen, omwille van hun jonge bestaan, niet kunnen voorzien. De opbouw van de voorzieningen wordt uiteraard opgevolgd. Als op een bepaald ogenblik zou blijken dat de huidige Recupel-bijdragen te hoog zijn, zullen deze overeenkomstig de MBO worden aangepast. Verder heb ik ook de bedoeling om deze bijdragen aan te passen aan de inspanningen die de producent doet om in de conceptfase van het product al rekening te houden met de latere afvalfase.
De voorzitter : De heer Matthijs heeft het woord.
De heer Erik Matthijs : Het antwoord was uitgebreid. Ik vind het een goede zaak dat de minister zegt dat we het gesprek met de distributiesector moeten voortzetten. De handelaars zijn een onmisbare schakel. Kleine handelaars die meewerken, moeten een vergoeding krijgen. Stockerings- en vervoerskosten moet men kunnen compenseren. Ik verontschuldig me voor het gebruik van het woord 'reserves', ik bedoelde inderdaad 'voorzieningen'. De problemen moeten alleszins worden opgelost, en de overheid kan daarbij als bemiddelaar optreden.
De voorzitter : Het incident is gesloten.