Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid en Gelijke Kansen Vergadering van 31/05/2001
Vraag om uitleg van mevrouw Gisèle Gardeyn-Debever tot mevrouw Mieke Vogels, Vlaams minister van Welzijn, Gezondheid en Gelijke Kansen, over de vertraging van de subsidiëring vanwege Kind en Gezin aan de diensten voor opvanggezinnen
De voorzitter : Aan de orde is de vraag om uitleg van mevrouw Gardeyn-Debever tot mevrouw Vogels, Vlaams minister van Welzijn, Gezondheid en Gelijke Kansen, over de vertraging van de subsidiëring vanwege Kind en Gezin aan de diensten voor opvanggezinnen.
Mevrouw Gardeyn heeft het woord.
Mevrouw Gisèle Gardeyn-Debever : Mevrouw de voorzitter, mevrouw de minister, de subsidiëring van Kind & Gezin aan de diensten voor opvanggezinnen is drieledig. Een tegemoetkoming per plaatsingsdag, een personeelssubsidie en een administratietoelage. Voor een goed bestuur is het noodzakelijk dat deze diensten tijdig over deze subsidies beschikken. Medio mei 2001 moeten we echter vaststellen dat de subsidies voor de werking van 2000 nog niet volledig zijn ontvangen. Voor de diensten betekent dit ettelijke miljoenen die verschillende maanden moeten worden voorgeschoten. Dit kan niet de bedoeling zijn.
Financieel betekent dit voor deze diensten een zware aderlating daar zij over weinig of geen financiële reserve beschikken. Er wordt bovendien vastgesteld dat de enveloppe voor 2001 tot op heden nog niet is gekend. Het werd moeilijk, zo niet onmogelijk, om een valabele begroting en een daarop gebaseerde werking uit te bouwen. Graag had ik van de minister vernomen waarvan deze laattijdige betaling te wijten is, op welke termijn deze subsidies aan de opvanggezinnen worden uitbetaald en wanneer de enveloppen 2001 voor deze diensten definitief worden bekend gemaakt. Bestaat de mogelijkheid dat de administratieve toelage die reeds verschillende jaren wordt bevroren, wordt aangepast aan de intussen sterk toegenomen activiteiten van de diensten terzake?
De voorzitter : Minister Vogels heeft het woord.
Minister Mieke Vogels : Kinderopvang is een zeer populaire topic in deze commissie. U wordt uitgenodigd een keertje meer te komen. Er is inderdaad een zekere vertraging bij de vereffening van subsidies voor de diensten voor opvanggezinnen voor het jaar 2000. Dit heeft een aantal redenen.
Ten eerste is er in de kinderopvang zoveel in beweging, ik denk aan besluiten van de Vlaamse regering, ministeriële besluiten, dat er ontzettend veel werk is. De reorganisatie binnen Kind & Gezin, waarbij de werking tussen de centrale afdelingen en de provincies werd herzien, speelt eveneens een rol. Daarnaast werden een aantal documenten voor het afrekenen van het saldo van het jaar 2000 blijkbaar slecht ingevuld. Bijkomende opzoekingen waren noodzakelijk. Vandaag hebben 185 van de 200 diensten voor opvanggezinnen hun volledige subsidie voor het jaar 2000 getrokken. Voor 93 percent van de diensten is alles in orde. Nog 15 diensten wachten op de laatste gelden, maar dat zal op korte termijn worden geregeld.
De diensten voor opvanggezinnen hebben intussen inderdaad kennis genomen van de basisbedragen die binnen de enveloppe worden aangewend om tot het vastleggen van de subsidie voor het jaar 2001 te komen. Deze basisbedragen stellen de voorzieningen in staat om, geënt op hun individuele situatie, een hanteerbare raming van de budgetten te maken waarover ze dit jaar kunnen beschikken. We hebben het hier reeds enkele malen gehad over de vertraging van het bekendmaken van de grootte van deze enveloppen. Dit heeft te maken met de turbulentie in de kinderopvang in het jaar 2000, zoals een nieuw Vlaams interprofessioneel akkoord, de regularisatie van DAC-ers, het kwaliteitsdecreet dat werd uitgevoerd en nog veel meer.
De diensten voor opvanggezinnen hebben moeilijkheden met betrekking tot hun administratievergoeding, en signaleren dat die te laag zouden zijn. Onder de noemer administratievergoeding hebben heel wat kosten binnen de werking van de diensten een plaats. Dit is geen verwijt. Ze moeten met die kosten heel wat organiseren dat niet strikt onder de term administratievergoeding valt. Ik heb aan de Inspectie van Financiën gevraagd om in overleg met de diensten zelf een audit te maken. De inspecteur van Financiën die daarmee belast is, zal er de komende maanden werk van maken. De administratievergoeding binnen de enveloppe moet in de toekomst inhoudelijk verder worden verfijnd. Een onderscheid tussen administratiekosten en vormingskosten is meer dan wenselijk, gezien het belang dat we hechten aan de vorming en de bewaking van kwaliteit in de kinderopvang. Ook de omvang van de vergoeding in functie van de noden van de diensten zal in de audit worden opgenomen. Op grond van de resultaten van die audit is een herziening van de administratievergoeding binnen de diensten mogelijk. Dit is met de diensten zelf af- gesproken en zit in een proces dat dit jaar moet worden afgerond.
De voorzitter : Mevrouw Gardeyn heeft het woord.
Mevrouw Gisèle Gardeyn-Debever : Mevrouw de voorzitter, mevrouw de minister, ik stel vast dat er binnenkort voor het uitbetalen van de subsidie een oplossing komt. Binnen welke termijn zal de audit waarover u spreekt klaar zijn? Ik betreur dat andere diensten in de kou blijven staan omdat er zoveel werk is en er zoveel over opvanggezinnen wordt gepraat.
De voorzitter : Het incident is gesloten.