Verslag plenaire vergadering
Verslag
Aangehouden stemmingen
Dames en heren, aan de orde zijn de aangehouden stemmingen.
De heer Bertels heeft het woord.
Voorzitter, minister, we hebben amendementen ingediend na het verslag, omdat we in de commissie de besprekingen een week vroeger hebben afgesloten dan oorspronkelijk gepland, vanwege een buitenlandse reis van u. Een begrotingscontrole moet meer zijn dan technische correcties. Er moeten ook beleidskeuzes in zitten. Een minister van Begroting moet daarin actief optreden.
De amendementen nrs. 4 en 5 gaan over de middelen waarop Vlaanderen recht heeft, zowel voor de gemeenschap als het gewest, vandaar twee amendementen. Mijnheer Somers, ik wil u mijn deskundig advies niet onthouden. Zoals u hebt gezegd: “We moeten de economische cijfers omarmen.” Dat waren letterlijk uw woorden. “Het zijn de uitgangspunten waarmee een parlement moet werken.” Ik citeer maar even.
Wij hebben de cijfers genomen zoals ze zijn gegeven in het federale parlement, als schuld van de federale overheid aan de gemeenten en gewesten, berekend volgens de federale minister van Begroting en zo ook toegelicht door de minister in het parlement, naar aanleiding van opmerkingen en suggesties van het Rekenhof. U kunt heel de toelichting van het Rekenhof vinden via de toelichting van het amendement, we hebben de link erbij gezet.
Wat het technische aspect betreft, minister, want u verwijst naar het decreet en het feit dat u moet werken met een economisch planbudget, zou u even goed moeten weten als ik dat er technieken bestaan om die middelen in te schrijven in de Vlaamse begroting. U kunt de federale minister, die erkend heeft dat hij een schuld heeft, vragen dat hij de middelen doorstort. U moet actief en proactief optreden. Een andere techniek, die u ongetwijfeld kent, want u gebruikt hem zelf ook, zijn de provisies.
Het belangrijkste is, voorzitter, dat Vlaanderen krijgt waarop het recht heeft, de middelen die de federale overheid in haar parlement erkent als schuld ten aanzien van Vlaanderen.
Aan de orde is de stemming over amendement nr. 4, van de heren Bertels en Vandenbroucke, op de tabel bij artikel 2.
Stemming nr. 1
Ziehier het resultaat:
99 leden hebben aan de stemming deelgenomen;
26 leden hebben ja geantwoord;
73 leden hebben neen geantwoord.
Het amendement is niet aangenomen.
Aan de orde is de stemming over artikel 2.
Stemming nr. 2
Ziehier het resultaat:
99 leden hebben aan de stemming deelgenomen;
73 leden hebben ja geantwoord;
26 leden hebben neen geantwoord.
Artikel 2 is aangenomen.
Aan de orde is de stemming over amendement nr. 5, van de heren Bertels en Vandenbroucke, op de tabel bij artikel 3.
Stemming nr. 3
Ziehier het resultaat:
92 leden hebben aan de stemming deelgenomen;
24 leden hebben ja geantwoord;
68 leden hebben neen geantwoord.
Het amendement is niet aangenomen.
Aan de orde is de stemming over artikel 3.
Stemming nr. 4
Ziehier het resultaat:
93 leden hebben aan de stemming deelgenomen;
69 leden hebben ja geantwoord;
24 leden hebben neen geantwoord.
Artikel 3 is aangenomen.
Hoofdelijke stemming
Dames en heren, aan de orde is de hoofdelijke stemming over het ontwerp van decreet.
Stemming nr. 5
Het resultaat wat betreft de gemeenschapsaangelegenheden is als volgt:
99 leden hebben aan de stemming deelgenomen;
73 leden hebben ja geantwoord;
26 leden hebben neen geantwoord.
Het resultaat wat betreft de gewestaangelegenheden is als volgt:
93 leden hebben aan de stemming deelgenomen;
69 leden hebben ja geantwoord;
24 leden hebben neen geantwoord.
Dientengevolge neemt het Vlaams Parlement het ontwerp van decreet aan. Het zal aan de Vlaamse Regering ter bekrachtiging worden overgezonden.