Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over kinderarbeid en duurzame overheidsaanbestedingen
Verslag
Minister-president Bourgeois verblijft in het buitenland. Het antwoord wordt gegeven door minister Homans.
Mevrouw Soens heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, minister, enkele weken geleden hebben we in de plenaire vergadering een discussie gevoerd over de schoneklerencampagne, naar aanleiding van een ingestorte fabriek in Bangladesh. Afgelopen weekend hebben we opnieuw een schrijnend verhaal gelezen in de pers, ditmaal over kinderkopjes gemaakt door kinderhandjes in India.
Het gaat hier niet om een alleenstaand geval. In India werken ongeveer 4,35 miljoen kinderen tussen de 5 en de 14 jaar. Wereldwijd gaat het om 217 miljoen kinderen. Dat zijn hallucinante cijfers. Om de zoveel tijd zijn we verontwaardigd en vragen we aan de sector om alstublieft iets te doen, waarna we overgaan tot de orde van de dag, tot wanneer de media opnieuw een schrijnend verhaal naar voren brengen.
In India is kinderarbeid bij de grondwet verboden. Er is ook vervolging mogelijk. Ook hier is het verboden. En toch staan we toe dat kinderen daar werken, en dat wij telefoons, kasseien en kleren kopen die door kinderen worden gemaakt. Het is trouwens hallucinant dat de sector zegt wel weet te hebben van kinderarbeid, maar daar niets aan kan of wil doen.
Als we kinderarbeid echt uit de wereld en uit India willen helpen, moeten we het hele systeem structureel aanpakken. Dan gaat het over waardig werk, over loon, over een sterke sociale bescherming voor iedereen, en ook over onderwijs. En laat ons alstublieft de fouten die in het verleden zijn gemaakt, rechtzetten.
Minister, welke structurele en afdwingbare maatregelen wil de regering nemen, zodat wij hier volgend jaar niet opnieuw moeten staan?
De heer Vanbesien heeft het woord.
Ik stel mijn vraag ook naar aanleiding van de reeks in De Standaard over de kasseien die door kinderhanden zijn gekapt. Dat maakte in Vlaanderen terecht heel wat verontwaardiging los. Nu goed, spijtig genoeg is dit niet iets wat de Vlaamse Regering rechtstreeks zal kunnen oplossen. Maar ik wil wel een concreet aspect naar voren brengen dat de Vlaamse Regering wel kan doen: het eigen aankoopbeleid. In hoeverre kan de Vlaamse Regering zeggen dat zij in haar aankopen – en dan gaat het niet alleen over kasseien maar over alle producten – niet alleen de prijs als criterium neemt maar ook dat de mensenrechten en de arbeidsrechten en het milieu worden gerespecteerd?
Ik weet dat de Vlaamse Regering dienaangaande de ambitie heeft om tegen 2020 100 procent duurzame aankopen te doen. Maar als je ziet waar dat op dit moment staat, kan ik niet anders dan concluderen dat dit toch wat in het slop zit. Er was een actieplan beloofd voor 2015-2017. 2015 is al een tijdje bezig, maar dat actieplan is er nog niet. Een van de punten in het vorige actieplan was dat we het duurzame aankoopbeleid zouden monitoren. Dat moest er in 2013 zijn, zodat we dat zouden kunnen meten en op die manier weten of we onszelf aan het verbeteren zijn of niet. Maar dat monitoringsysteem is er ook nog niet.
Minister, heeft de Vlaamse Regering nog steeds de bedoeling om tot 100 procent duurzame aankopen te komen? Op welke manier gaan we dat proces uit het slop trekken?
Minister Homans heeft het woord.
Mevrouw Soens en mijnheer Vanbesien, uw vragen zijn zeer terecht. Ik vind het zeer jammer – en ik denk dat u mijn mening deelt – dat we op dit moment over deze problematiek moeten debatteren, want het is eigenlijk schandelijk. Daar zijn we het allemaal over eens. Naar aanleiding van de artikels die in de media zijn verschenen, hebben wij onmiddellijk actie ondernomen. Wij hebben met de betrokken sector, de Federatie voor Belgische Natuursteengroothandels (Febenat), overleg gehad. Zij hebben ons verzekerd dat zij hun schouders willen zetten onder onze engagementen.
Ik wil dit debat wat breder opentrekken. Dit gaat jammer genoeg natuurlijk over meer dan alleen maar kasseien. Dit gaat over allerlei risicovolle sectoren. Er zijn er veel meer: de kledingsector en nog allerlei andere sectoren. Maatschappelijk verantwoord ondernemen valt onder mijn bevoegdheid. Ik zit hier wat dubbel in mijn rol, zowel als vervanger van de minister-president als in mijn eigen bevoegdheden. Binnen mijn bevoegdheid van Bestuurszaken hebben wij ervoor gezorgd dat in alle bestekken een ethische clausule wordt opgenomen dat dit niet kan worden getolereerd.
We hebben ook al vaak in de commissie Bestuurszaken besproken dat we bepaalde raamcontracten ter beschikking zullen stellen aan lokale besturen. Dat betekent dat lokale besturen voordeel kunnen halen uit contracten die wij openstellen. In elk van die contracten zal een ethische clausule worden opgenomen.
Zal dat alles oplossen? Neen. We moeten verder gaan. Ik ben het absoluut met u eens: het is schandelijk dat we anno 2015 over deze problematiek in het Vlaams Parlement moeten debatteren, met dien verstande dat ik uw vraag zeer terecht vind.
Ik heb zeer veel bevoegdheden. Ik ben ook minister van Binnenlands Bestuur. Ik heb mij voorgenomen – en ik zal dat ook doen, onverwijld – om alle lokale besturen aan te schrijven met de vraag om als ze bestekken uitschrijven, zo’n ethische clausule op te nemen. We hebben de problematiek van Gent gehad, maar het gebeurt in veel andere steden en gemeenten ook. Kan ik dat als minister van Binnenlands Bestuur afdwingen? Neen. Ik kan alleen maar doen wat ik kan doen. Het zou een goed signaal zijn om vanuit de Vlaamse overheid, vanuit Bestuurszaken en het Facilitair Bedrijf het goede voorbeeld te geven om zo’n ethische clausule op te nemen, en tegelijk om vanuit mijn bevoegdheid voor Binnenlands Bestuur aan alle lokale besturen een schrijven te richten met de vraag om een ethische clausule op te nemen in de bestekken. Kan ik dat afdwingen? Neen, je kan dan een heel debat voeren over hoe je dat gaat controleren, maar dan zitten we al snel in het debat over de autonomie van de lokale besturen. Maar ik denk dat het goed is dat te doen.
Kan ik dat afdwingen? Neen, je kan dan een heel debat voeren over hoe je dat gaat controleren, maar dan zitten we al snel in het debat over de autonomie van de lokale besturen. Maar ik denk dat het goed is dat te doen.
Hebben wij overleg gehad? Onmiddellijk. De betrokken sector is bereid om ons engagement te steunen. Wil ik mij als minister van Bestuurszaken en als minister van Binnenlands Bestuur nog meer engageren? Ja. Ik hoop dat we in dit parlement kamerbreed onze schouders onder dit engagement kunnen zetten zodat we in 2016 dit debat niet opnieuw moeten voeren. (Applaus bij de N-VA)
Minister, ik dank u voor uw antwoord.
Ik las in de krant dat de sector wordt aangemaand om iets te doen. Ik las ook dat de voorzitter van de sectorfederatie hoopt dat hij iedereen kan overtuigen. Minister, ervaring leert ons dat vrijwilligheid hier niet werkt. Hoe vaak moeten de media nog zo’n schrijnend verhaal naar buiten brengen? Hoe vaak moeten wij die vraag hier opnieuw stellen? Hoe vaak moeten we nog met de neus op de feiten worden gedrukt? Kinderen maken voor ons dingen in slechte arbeidsomstandigheden. In de aanbesteding van Gent stond ook een ethische clausule, maar als er geen controle is over het hele productieproces, dan heeft een ethische clausule ook geen zin. (Applaus bij sp.a en Groen)
Minister, ik ben op zich positief over uw antwoord. U zegt dat u bij elke aanbesteding – ik neem aan voor alle sectoren – een ethische clausule zult opnemen. Dat is positief, maar de vraag blijft – en dan sluit ik aan bij mevrouw Soens – wat er in die ethische clausule staat. Men kan vragen dat de mensen bij wie de overheid aankoopt, zich aansluiten bij een betrouwbare ketencontroleur. Er zijn veel mogelijkheden, maar veel hangt af van de invulling.
Minister, ik vind het ook heel goed dat u met de gemeenten gaat samenwerken. Als de Vlaamse overheid en de gemeenten hun investeringskracht samenleggen, kan men op die markt al een verschil maken.
Ik hoop toch op een zekere proactiviteit. U zegt dat u niets kunt verplichten en de autonomie van gemeenten is inderdaad zeer belangrijk, maar de werkomstandigheden van kinderen in India zijn ook zeer belangrijk. Een zekere vorm van dwang moet toch kunnen worden overwogen.
Mevrouw Remen heeft het woord.
Minister, ik ben zeer tevreden met uw antwoord. We moeten echt nadenken over de concrete maatregelen die het Vlaams Parlement kan nemen. Het heeft geen zin om telkens die schandaalberichten in de media op te rakelen, onze verontwaardiging te uiten en er vervolgens niets mee te doen.
Het probleem in onze maatschappij is ook dat wij alles zo goedkoop mogelijk willen: het moet altijd maar goedkoper, goedkoper, goedkoper. Daar draait het om.
Iedereen beseft dat er iets mis is met een steen die driemaal minder kost dan een andere. Hetzelfde geldt voor een T-shirt van 2 euro, dat is hallucinant weinig. Arbeiders hebben recht op een eerlijke prijs, waar ook ter wereld. Betaal dan ook een eerlijke prijs!
Hetzelfde geldt voor de schending van de mensenrechten. De sector vermoedt al lang misbruik maar onderneemt weinig maatregelen, en dat kan niet. Ook steden en gemeenten moeten hun verantwoordelijkheid nemen zoals de minister heeft gezegd. Er is dringend nood aan transparantie in heel de productieketen. De consument heeft ook recht om te weten waar zijn eindproduct gemaakt is, ongeacht of het dan gaat over kasseien, T-shirts of chocolade. Transparantie is een absolute voorwaarde om ethisch verantwoord ondernemen te stimuleren, en daar pleit ik voor.
We delen kamerbreed dezelfde bezorgdheid. We hoeven daar geen politiek spelletje van te maken. Ik ga niet citeren uit het beleid van de stad Gent, want in Antwerpen is het net hetzelfde. Daar komen we geen stap mee verder. Het lijkt me wel belangrijk dat de Vlaamse overheid het goede voorbeeld geeft en in haar bestekken een ethische clausule opneemt. Tegelijkertijd zal ik als minister van Binnenlands Bestuur de vraag stellen, zonder dat ik dat kan afdwingen, om in elk bestek een ethische clausule op te nemen. Maar het is natuurlijk de verantwoordelijkheid van elk lokaal bestuur om dat al dan niet te doen.
Het gaat hier over de heel schrijnende situatie waarbij kasseien worden gemaakt door kinderen, maar we kunnen dit eigenlijk veralgemenen naar alle risicovolle sectoren waaronder ook de textielsector. Ik hoop dat we hier kamerbreed onze schouders kunnen onder zetten. Ik zal mijn verantwoordelijkheid nemen vanuit de Vlaamse overheid, vanuit het Facilitair Bedrijf en vanuit mijn functie als minister van Binnenlandse Aangelegenheden. Hier zitten heel wat vertegenwoordigers van de lokale besturen, ik hoop dat zij binnen hun lokaal bestuur rekening zullen houden met die bezorgdheid en dat er in elk bestek zo’n ethische clausule kan worden ingeschreven, want dergelijke situaties zijn anno 2015 niet toelaatbaar.
Een sector die zich echt au sérieux neemt, stelt alles in het werk om bij zijn aannemers en onderaannemers de minimumnormen van die internationale arbeidsorganisatie te respecteren. Dat is perfect mogelijk op korte termijn via controles en in samenwerking met de lokale organisaties, vakbonden en niet-gouvernementele organisaties. Laten we ook de fouten uit het verleden rechtzetten, dat kan op nog kortere termijn. Laten we de winsten die zijn gemaakt op de kap van die kinderen terugstorten naar hen voor hun onderwijs en hun welzijn.
Minister, ik roep u op om naast de engagementen die u aangaat, ook het aangekondigde actieplan duurzaam aankoopbeleid door te voeren en dat monitoringsysteem op poten te zetten. De sterren staan gunstig. Er is een nieuwe Europese richtlijn voor het duurzaam aankoopbeleid en er zijn heel wat systemen beschikbaar, onder andere in Nederland, waar we verder kunnen op bouwen. Verder is er ook een maatschappelijke gevoeligheid die nu weer duidelijk naar boven is gekomen. Het is dan ook het moment om eraan te beginnen.
De actuele vragen zijn afgehandeld.