Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer De Gucht heeft het woord.
Minister, om in regel te zijn met de Europese richtlijnen hebben wij de producenten en invoerders van batterijen, accu’s en elektronische apparaten opgelegd om oude apparaten in te zamelen en te recycleren. Om dat op een collectieve manier te doen hebben wij twee vzw’s opgericht, Bebat en Recupel. Nu blijkt dat Bebat intussen 85 miljoen euro aan kasbeleggingen en 25 miljoen euro aan liquide middelen heeft.
Recupel heeft 255 miljoen euro aan beschikbare middelen, waarvan 170 miljoen euro in een beleggingsfonds zit.
Uiteraard is het een goede zaak dat die bedrijven kerngezond zijn. De middelen komen natuurlijk van de consument, van de burger. Het is dan ook mijn vraag, minister, of u in navolging van wat het Rekenhof aanbeveelt en Test-Aankoop heeft gepubliceerd, ermee akkoord zou gaan om de bijdrage die de consument betaalt, naar beneden te halen en om in het verlengde daarvan na te denken over het gebruik van de middelen van de enorme pot waar die mannen op zitten, voor doeleinden die de consument en de burger ten goede komen.
Mijnheer De Gucht, het antwoord is ‘ja’. We zijn er zelfs al mee bezig.
Dit kan dus een heel kort antwoord zijn, maar ik zal toch even de voorgeschiedenis schetsen. Recupel werd opgericht in 2001. De aanvaardingsplicht was toen relatief nieuw en men ging ervan uit dat er een voldoende grote pot moest zijn voor de verwerking van al die afgedankte elektrische en elektronische apparaten. Er moest voor worden gezorgd dat de verwerking effectief kon gebeuren, dat daarvoor de nodige middelen beschikbaar waren.
We hebben vastgesteld dat de pot veel te groot is. We hebben dit dus aangepast. Sinds 2009 wordt de reserve afgebouwd. We zien daar ook al resultaten van. De Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM) ziet erop toe. Sinds kort heeft Recupel nog maar een verplichting om zes maand reserve te hebben, namelijk voor zes maand effectief verwerken van afgedankte apparaten. De rest moet worden afgebouwd. Er is dus al werk van gemaakt en dat zal ook nog verder gebeuren. Het is een afbouw die in stukken gebeurt; het is natuurlijk niet evident om het allemaal een-twee-drie te doen.
Wat Bebat betreft, dat is een heel ander verhaal. Bebat komt van een federale milieutaks die in 1996 werd ingevoerd. Dat bleek een veel te hoge taks te zijn, een taks van 0,21 euro per batterij, dat kwam toen neer op 5 frank. Doordat het bedrag veel te hoog was en niet overeenkwam met de kosten voor de verwerking van de batterijen, heeft Bebat veel te veel reserve opgebouwd. We hebben daar altijd op gewezen. We hebben ook aangeklopt bij de federale overheid met het verzoek om die federale milieutaks naar beneden te halen. Uiteindelijk werd die in 2013 afgeschaft.
In Vlaanderen hebben we daar een veel lager bedrag tegenover gezet. Het is nu niet langer 0,21 euro, maar 0,07 euro die de consument betaalt. Op die manier bouwt ook Bebat de reserve af. De OVAM kijkt ook daarop toe, zit mee in de raden van bestuur en moet het financieel plan goedkeuren. De OVAM zal er heel nauwgezet op toekijken dat de reserve verder wordt afgebouwd en dat de middelen van de consument op een verantwoorde manier worden gebruikt.
Minister, u weet dat de recyclage vandaag op een goedkopere manier kan gebeuren. Bovendien zijn de producten die men na de recyclage overhoudt, waardevol. Dat betekent dat de reserve niet meer zo nodig is, net zoals u daarnet zei.
Het Rekenhof heeft ook aanbevolen dat dit verder afneemt. Het Waalse Gewest heeft 0,7 miljoen euro opgevraagd. Is het ook de bedoeling van de Vlaamse Regering om er geld van af te nemen om terug te laten vloeien naar initiatieven die de burger en de consument ten goede komen?
Mevrouw Rombouts heeft het woord.
Voorzitter, minister, ik wil kort even aansluiten bij deze vraag, omdat ik de berichtgeving daarover in de media een spijtige zaak vind, zeker na het horen van de uitleg en de duiding van de minister. Naar aanleiding van de rapporten van het Rekenhof en Test-Aankoop kwam de reactie dat al sinds 2010 wordt gevraagd dat er actie wordt ondernomen, maar dat de reserves nog altijd dermate groot zijn. Men liet in de berichtgeving uitschijnen dat er eigenlijk nog niets gebeurd was.
Ik ben heel blij, minister, dat u heel duidelijk aangeeft dat de te hoge bedragen zijn aangepast. Bovendien, en dat staat inderdaad ook in het rapport van het Rekenhof, worden de reserves al afgebouwd. Dat is een heel belangrijk element.
Anderzijds moeten we ook bezorgd zijn over de positie van Recupel en Bebat. Het zijn heel belangrijke organisaties die ook acties ondernemen.
Ik denk dat het belangrijk is dat de middelen die ze innen, ook op een goede manier worden geïnvesteerd en dat daar acties uitkomen. Minister, ik denk dat ook daarover met hen wordt gesproken in dezen, opdat de doelstelling die ze voor ogen moeten hebben, ook daadwerkelijk zou worden gerealiseerd.
Mevrouw Lieten heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. Ik ben ook heel blij dat u maatregelen hebt genomen om ervoor te zorgen dat die reserves de volgende jaren niet stijgen, en hopelijk lichtjes zullen worden afgebouwd. Het is immers niet de bedoeling dat die organisaties beleggingen gaan doen met de middelen van de gezinnen.
Ik zou u echter eigenlijk willen aanmoedigen om een stapje verder te gaan. We hebben gisteren in de commissie een heel interessante discussie gehad over sluikstorten en over zwerfvuil. Ik vind de suggestie van de heer De Gucht dus eigenlijk zeer interessant. Kunt u niet in dialoog gaan met deze organisaties om van hen een zeer concreet engagement te vragen om die middelen niet meer te beleggen, maar ze te gebruiken om bijvoorbeeld een tandje bij te steken in de strijd tegen zwerfvuil en sluikstorten?
Geachte leden, we moeten natuurlijk goed voor ogen houden waarover we hier bezig zijn. We vragen aan de consument die een batterij of een wasmachine koopt, om iets bij te betalen, om nadien de kosten voor de verwerking van die wasmachine of batterij voor een stukje mee te dragen. We hebben daar een vzw voor opgericht. De producenten verenigen zich, en zij moeten er inderdaad in het kader van de aanvaardingsplicht voor zorgen dat middelen ook daadwerkelijk worden ingezet om die wasmachine en die batterij op een verantwoorde manier te verwerken.
Ik ben het dus volledig met u eens dat die reserve moet worden afgebouwd, en we werken daar ook al aan, maar ik vind het wel belangrijk dat die middelen worden gebruikt om daadwerkelijk die elektrische en elektronische apparaten opnieuw te verwerken voor andere doeleinden. Ik zou het dus niet goed vinden, mochten we nu de reserve van die vzw, het geld ook van de consument, weghalen en dat in een algemene pot stoppen voor ander beleid op het vlak van zwerfvuil. Daar ben ik geen voorstander van. We houden het principe aan van de aanvaardingsplicht, met het feit dat de consument, de vervuiler mee betaalt, in dit systeem.
Mevrouw Lieten, ik ben het wel met u eens over het volgende. We moeten het statiegeld op een ernstige manier bekijken. We hebben daar gisteren een goede discussie over gehad. Die studie is bijna klaar. Op basis daarvan zal de Vlaamse Regering een beslissing nemen. Dat is een andere problematiek, maar ik ben er dus geen voorstander van om die reserves uit die organisaties te halen voor algemeen ander beleid, of misschien zelfs om er de begroting mee op te smukken. Ik denk dat we die middelen moeten gebruiken, dat Recupel en Bebat die middelen gebruiken om die batterij en die wasmachine op een milieuverantwoorde manier te recycleren en te hergebruiken. Dat is ook onze plicht tegenover de consument.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. De realiteit is dat zij vandaag op een gigantisch bedrag zitten. Ik vind ten eerste dat we ervoor moeten zorgen dat de consument minder moet betalen. Ik denk dat dit onze economie ten goede komt. Ik ga ermee akkoord dat hij verantwoordelijk wordt gesteld, maar dat kan ook minder, zoals ook het Rekenhof voorstelt. Ten tweede meen ik dat we ervoor moeten zorgen dat ze de nodige financiën hebben om te recycleren, maar dat daar op dit moment te veel vet op zit, en dat we dat te veel terug moeten laten vloeien naar de consument, naar de burger, om ervoor te zorgen dat die minder lasten moet betalen om in deze maatschappij vooruit te komen. (Applaus bij Open Vld)
De actuele vraag is afgehandeld.